Titel: Een systeem voor het koppelen van een identiteit van een dier dat zich op een bepaalde positie bevindt aan informatie over dat dier.Title: A system for linking an animal's identity that is in a certain position to information about that animal.
De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het koppelen van een identiteit van een dier dat zich op een bepaalde positie bevindt aan informatie over dat dier, waarbij het systeem is voorzien van tenminste een tag die is ingericht om door het dier te worden gedragen waarbij de tag een identificatiecode geassocieerd met het dier omvat en waarbij het systeem verder is voorzien van positiebepalingsmiddelen voor het bepalen van een positie van de tag en een processor voor het op basis van de met de positiebepalingsmiddelen bepaalde positie van de tag koppelen van de bepaalde positie van de tag aan de identificatiecode van de tag. Een dergelijk systeem is op zich bekend. Bij het bekende systeem wordt veelal gebruik gemaakt van een leesinrichting om een identificatiecode van de tag uit te lezen. De tag is hiertoe veelal voorzien van een resonant circuit dat in resonantie wordt gebracht door een elektromagnetisch ondervraagveld dat door de lezer wordt uitgezonden. De tag moduleert dan het ondervraagveld met informatie over de identificatiecode of genereert een elektromagnetisch antwoordsignaal met informatie over de identificatiecode dat in beide gevallen door de lezer wordt gedetecteerd om de identificatiecode te bepalen. Omdat voor het uitlezen van de tag het dier zich in de nabijheid van de lezer moet bevinden is hiermee met een zekere nauwkeurigheid ook de positie van het dier bekend. De positiebepalingsmiddelen worden in dit geval dus gevormd door de lezer. Op deze wijze kan een bepaalde positie van de tag worden gekoppeld aan de identificatiecode van de tag. Is deze koppeling eenmaal bekend dan kan het systeem bijvoorbeeld zijn ingericht om met behulp van invoermiddelen die een sensor omvatten, metingen verrichten aan het dier waarbij deze metingen dan worden toegeschreven aan als zijnde behorende bij de identificatiecode van de tag die door het betreffende dier wordt gedragen.The invention relates to a system for linking an identity of an animal that is located at a certain position to information about that animal, wherein the system is provided with at least one tag adapted to be carried by the animal, the tag comprises an identification code associated with the animal and wherein the system is furthermore provided with position-determining means for determining a position of the tag and a processor for coupling the determined position of the tag based on the position of the tag determined with the position-determining means tag to the tag identification code. Such a system is known per se. In the known system, a reading device is often used to read an identification code from the tag. To this end, the tag is often provided with a resonant circuit which is brought into resonance by an electromagnetic interrogation field that is emitted by the reader. The tag then modulates the interrogation field with information about the identification code or generates an electromagnetic response signal with information about the identification code which in both cases is detected by the reader to determine the identification code. Because for reading the tag the animal must be in the vicinity of the reader, the position of the animal is also known with a certain accuracy. The position-determining means are thus formed by the reader in this case. In this way a certain position of the tag can be linked to the identification code of the tag. Once this coupling is known, the system can, for example, be adapted to make measurements to the animal with the aid of input means comprising a sensor, these measurements then being attributed to being associated with the identification code of the tag carried by the relevant animal. .
Een nadeel van het bekende systeem is dat de bepaalde positie van de tag gerelateerd wordt aan de positie van de lezer. Met andere woorden, indien een positie van de tag wordt bepaald, betekent dit dat de tag zich binnen een vooraf bepaald criterium in de nabijheid van de lezer bevindt. Hierdoor ontstaat het risico dat de sensor die zich op een andere positie kan bevinden dan de lezer, informatie van een dier opneemt dat geen betrekking heeft op de identificatiecode van de tag die wordt uitgelezen. De tag die wordt uitgelezen kan immers worden gedragen door een ander dier dan een dier dat zich in de nabijheid van de sensor bevindt. Een dergelijke verwarring met betrekking tot de identiteit van dieren doet zich regelmatig voor op de boerderij, Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een gangpad waarbij bij een entree van een gangpad met behulp van een lezer de tag van een dier dat het gangpad betreedt wordt uitgelezen. Het dier loopt vervolgens langs het gangpad, bijvoorbeeld in de richting van een melkrobot. Daarna wordt de tag van een volgend dier dat het gangpad betreedt uitgelezen. De volgorde van de dieren in het gangpad correspondeert dan met de volgorde van de uitgelezen identificatiecodes. Hierbij kan het echter gebeuren dat de volgorde van de dieren wordt verwisseld doordat één dier zich voorbij een ander dier wringt. Wanneer vervolgens in een melkrobot met behulp van een sensor aan een van de dieren wordt gemeten die onderling zijn verwisseld, wordt de met de sensor verkregen informatie geassocieerd met een identificatiecode van het verkeerde dier.A drawback of the known system is that the determined position of the tag is related to the position of the reader. In other words, if a position of the tag is determined, this means that the tag is within a predetermined criterion in the vicinity of the reader. This creates the risk that the sensor, which may be at a different position than the reader, picks up information from an animal that does not relate to the identification code of the tag being read. After all, the tag being read can be carried by an animal other than an animal that is in the vicinity of the sensor. Such a confusion with regard to the identity of animals occurs regularly on the farm. Here, for example, an aisle can be envisaged wherein at the entrance of an aisle with the aid of a reader the tag of an animal entering the aisle is read. The animal then walks along the aisle, for example in the direction of a milking robot. Then the tag of a following animal entering the aisle is read. The order of the animals in the aisle then corresponds to the order of the read identification codes. In this case, however, it may happen that the order of the animals is changed because one animal squeezes past another animal. When subsequently in a milking robot measurement is performed with the aid of a sensor on one of the animals that are interchanged, the information obtained with the sensor is associated with an identification code of the wrong animal.
Dergelijke problemen kunnen zich ook voordoen bij voerbakken waar verschillende dieren zich kunnen melden. Bij deze voerbakken staan eveneens lezers opgesteld om de tags van de dieren uit te lezen. De dieren zullen zich echter blijven bewegen nadat de tags zijn uitgelezen zodat ook dan dieren kunnen worden verwisseld zodat wanneer bij de voerbakken sensoren staan opgesteld om bijvoorbeeld het eetgedrag van de dieren te monitoren, een gemonitord eetgedrag met een verkeerd dier wordt geassocieerd. De uitvinding beoogt een oplossing te verschaffen voor bovengenoemde problemen.Such problems can also occur with feeding troughs where different animals can report. At these feeders, readers are also arranged to read the tags of the animals. However, the animals will continue to move after the tags have been read out so that even then animals can be exchanged so that when sensors are arranged at the feed troughs to, for example, monitor the eating behavior of the animals, a monitored eating behavior is associated with a wrong animal. It is an object of the invention to provide a solution to the above problems.
De uitvinding is dienovereenkomstig gekenmerkt in dat het systeem verder is voorzien van in- en/of uitvoermiddelen respectievelijk voor het door middel van een meting opnemen en/of voor het afgeven van informatie over het dier wanneer deze zich in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt waarbij het systeem verder is ingericht om de identificatiecode van de tag van het dier wanneer de bepaalde positie van de tag zich volgens vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt te gebruiken om informatie die door de in- en/of uitvoermiddelen middels een meting aan het dier wordt opgenomen te koppelen aan de identificatie code van de tag en/of om informatie die geassocieerd is met de identificatie code van de tag toe te voeren aan de in- en/of uitvoermiddelen voor het afgeven van deze informatie.The invention is accordingly characterized in that the system is further provided with input and / or output means respectively for recording by means of a measurement and / or for issuing information about the animal when it is in the vicinity of the input and output. / or output means, wherein the system is further adapted to use the identification code of the tag of the animal when the determined position of the tag is located in accordance with predetermined criteria in the vicinity of the input and / or output means to receive information which is input and / or output means is recorded by means of a measurement on the animal to be coupled to the identification code of the tag and / or to supply information associated with the identification code of the tag to the input and / or output means for providing this information.
Volgens de uitvinding is het essentieel dat het systeem is ingericht om de identificatiecode van de tag te bepalen wanneer de bepaalde positie van de tag zich volgens vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt. Dit in tegenstelling tot wanneer de identificatiecode van de tag zich volgens vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van een lezer bevindt. Hierdoor wordt zeker gesteld dat de in- of uitvoermiddelen die worden gebruikt om informatie die door de in- en/of uitvoermiddelen middels een meting aan het dier wordt opgenomen te koppelen aan de juiste identificatiecode van de tag en/of om informatie die geassocieerd is met de identificatiecode van de tag toe te voeren aan de juiste in- en/of uitvoermiddelen voor het afgeven van deze informatie. Indien de in- en/of uitvoermiddelen derhalve een sensor omvatten om een eigenschap van een dier te meten, kan worden bewerkstelligd dat men zeker is dat deze gemeten informatie betrekking heeft op het dier dat de tag draagt waarvan de identificatiecode wordt uitgelezen. Indien de in- en/of uitvoermiddelen derhalve een scherm omvatten om informatie van een dier af te beelden, kan worden bewerkstelligd dat men zeker is dat deze afgebeelde informatie betrekking heeft op het dier dat de tag draagt waarvan de identificatiecode wordt uitgelezen.According to the invention, it is essential that the system is arranged to determine the identification code of the tag when the determined position of the tag is in the vicinity of the input and / or output means according to predetermined criteria. This is in contrast to when the tag's identification code is in the vicinity of a reader according to predetermined criteria. This ensures that the input or output means used to link information that is recorded by the input and / or output means to the animal to the correct identification code of the tag and / or to information associated with to supply the identification code of the tag to the correct input and / or output means for providing this information. If the input and / or output means therefore comprise a sensor for measuring an attribute of an animal, it can be ensured that this measured information relates to the animal carrying the tag from which the identification code is read. If the input and / or output means therefore comprise a screen for displaying information from an animal, it can be ensured that this displayed information relates to the animal carrying the tag from which the identification code is read.
In het bijzonder geldt dat het systeem is voorzien van een veelvoud van bakens die elk zijn voorzien van een zender voor het uitzenden van een zendsignaal waarbij de tag is voorzien van een eerste ontvanger voor het ontvangen van de zendsignalen en waarbij de positiebepalingsmiddelen zijn ingericht voor het op basis van met de eerste ontvanger ontvangen zendsignalen bepalen van de positie van de tag en waarbij het systeem voorts is voorzien van informatie over de positie van de in-en/of uitvoeringsmiddelen om te bepalen of de tag van het dier zich volgens de vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt.In particular, it holds that the system is provided with a plurality of beacons, each of which is provided with a transmitter for transmitting a transmission signal, the tag being provided with a first receiver for receiving the transmission signals and wherein the position-determining means are adapted to determining the position of the tag on the basis of transmission signals received with the first receiver and wherein the system is furthermore provided with information about the position of the input and / or execution means to determine whether the tag of the animal conforms to the predetermined criteria are in the vicinity of the input and / or output means.
Met behulp van het veelvoud van bakens kan op bekende wijze de positie van de tag die door een dier wordt gedragen, worden bepaald. Op deze wijze kan ook op zeer nauwkeurige wijze worden bepaald of de tag zich volgens een vooraf bepaald criterium in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt. Het is echter ook mogelijk dat de positiebepalingsmiddelen in de tag zijn opgenomen en waarbij het systeem voorts is voorzien van informatie over de positie van de in-en/of uitvoeringsmiddelen om te bepalen of de tag van het dier zich volgens de vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt.With the aid of the plurality of beacons, the position of the tag carried by an animal can be determined in a known manner. In this way it is also possible to determine very accurately whether the tag is in the vicinity of the input and / or output means according to a predetermined criterion. However, it is also possible for the position-determining means to be included in the tag, and wherein the system is furthermore provided with information about the position of the introduction and / or execution means to determine whether the tag of the animal is included in the tag according to the predetermined criteria. proximity to the input and / or output means.
De positiebepalingsmiddelen in de tag kunnen dan bijvoorbeeld een GPS-ontvanger omvatten.The position-determining means in the tag can then, for example, comprise a GPS receiver.
Ook kunnen de positiebepalingsmiddelen zijn ingericht om met het veelvoud van bakens samen te werken. In dit laatste geval geldt in het bijzonder dat de tag is voorzien van een zender om informatie over de ontvangen signalen uit de zenden waarbij het systeem verder is voorzien van een tweede ontvanger voor het ontvangen van de informatie en waarbij de positiebepalingsmiddelen zijn ingericht om de positie van de tag te bepalen op grond van met de tweede ontvanger ontvangen informatie over door de eerste ontvanger ontvangen signalen. Voorts geldt hierbij in het bijzonder dat de bakens vast staan opgesteld.The position determining means may also be adapted to cooperate with the plurality of beacons. In the latter case, it holds in particular that the tag is provided with a transmitter for receiving information about the signals received from the transmitters, wherein the system is further provided with a second receiver for receiving the information and wherein the position-determining means are arranged around the position of the tag on the basis of information received with the second receiver about signals received by the first receiver. Furthermore, it applies in particular that the beacons are fixed.
Voorts geldt in het bijzonder dat het systeem is voorzien van tenminste een standplaats voor een dier waarbij tenminste een van de in- en/of uitvoermiddelen op tenminste een van de standplaatsen van het dier staan opgesteld.Furthermore, it holds in particular that the system is provided with at least one location for an animal, wherein at least one of the input and / or output means is arranged at at least one of the positions of the animal.
Hierbij kan gelden dat de tenminste ene standplaats van het dier zich op een positie bevindt waar een dier wordt gemolken met een melkrobot.In this case it can hold that the at least one position of the animal is at a position where an animal is milked with a milking robot.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm geldt dat het systeem is voorzien van een door hekken omkaderd gangpad en een bestuurbaar toegangshek dat toegang verschaft tot het gangpad waarbij de tenminste ene standplaats via het gangpad kan worden bereikt door het dier waarbij in het bijzonder het gangpad toegang verschaft tot een veelvoud van standplaatsen waarbij een dier kan worden gemolken door een melkrobot en die elk zijn voorzien van tenminste een van de in-en uitvoermiddelen.According to a special embodiment, it holds that the system is provided with an aisle surrounded by gates and a controllable entrance gate that provides access to the aisle, wherein the at least one location can be reached via the aisle by the animal, wherein in particular the aisle provides access to a a plurality of locations at which an animal can be milked by a milking robot and which are each provided with at least one of the input and output means.
Het systeem is zeer ruim toepasbaar. Zo kan in het bijzonder gelden dat dat het systeem is voorzien van een door hekken omkaderd gangpad en een bestuurbaar toegangshek dat toegang verschaft tot het gangpad waarbij de tenminste ene standplaats via het gangpad kan worden bereikt door het dier waarbij in het bijzonder het gangpad toegang verschaft tot een veelvoud van standplaatsen waarbij een dier kan worden gemolken door een melkrobot en die elk zijn voorzien van tenminste een van de in- en uitvoermiddelen.The system is very widely applicable. For example, it may in particular be the case that the system is provided with an aisle surrounded by gates and a controllable entrance gate that provides access to the aisle, wherein the at least one location can be reached via the aisle by the animal, in particular the aisle providing access to a plurality of locations at which an animal can be milked by a milking robot and which are each provided with at least one of the input and output means.
Ook kan in het bijzonder gelden dat tenminste een van de in- en uitvoermiddelen zijn voorzien van een display waarbij het systeem is ingericht voor het afbeelden van informatie van het dier dat zich nabij de in-en uitvoermiddelen bevindt.In particular, it can also apply that at least one of the input and output means is provided with a display, the system being adapted to display information of the animal that is located near the input and output means.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:The invention will now be further elucidated with reference to the drawing. It shows:
Figuur 1 een mogelijke uitvoeringsvorm van een systeem volgens de uitvinding;Figure 1 shows a possible embodiment of a system according to the invention;
Figuur 2A een mogelijke uitvoeringsvorm van een tag van het systeem volgens de uitvinding;Figure 2A shows a possible embodiment of a tag of the system according to the invention;
Figuur 2B een eerste alternatieve uitvoeringsvorm van een tag van het systeem van figuur 1 volgens de uitvinding; enFigure 2B shows a first alternative embodiment of a tag of the system of Figure 1 according to the invention; and
Figuur 2C een tweede alternatieve uitvoeringsvorm van een tag van het systeem van figuur 1 volgens de uitvindingFigure 2C a second alternative embodiment of a tag of the system of Figure 1 according to the invention
In figuur 1 is met referentienummer 1 een systeem volgens de uitvinding aangeduid. Het systeem is voorzien van tenminste een tag, in dit voorbeeld een veelvoud van tags 2.i (i = 1,2,3, ...n) waarbij elke tag 2.i door een hiermee geassocieerd dier 4.i (i=l,2,3, ...n) wordt gedragen.In Figure 1 reference numeral 1 designates a system according to the invention. The system is provided with at least one tag, in this example a plurality of tags 2.i (i = 1.2.3, ... n), whereby each tag 2.i by an associated animal 4.i (i = 1, 2,3, ... n) is worn.
Een mogelijke uitvoeringsvorm van de tag 2.i is getoond in figuur 2A. De tag 2.i is voorzien van een identificatiecode die in dit voorbeeld in een geheugen 6 is opgeslagen. De tag 2.i is voorts voorzien van een resonant circuit 8 dat op op zich bekende wijze met behulp van een lezer, zoals een RFID lezer, kan worden uitgelezen. De lezer genereert een elektromagnetisch ondervraagveld In reactie op dit ondervraagveld zendt het resonante circuit 8 een signaal uit dat informatie over de identificatiecode omvat die in het geheugen 6 is opgeslagen. De lezer kan hierbij fungeren als een absorptiesysteem of als een op zich bekend transmissie systeem. Een voorbeeld van een dergelijke lezer 10 is in figuur 1 schematisch getoond.A possible embodiment of the tag 2.i is shown in Figure 2A. The tag 2.i is provided with an identification code which in this example is stored in a memory 6. The tag 2.i is furthermore provided with a resonant circuit 8 which can be read in a manner known per se with the aid of a reader, such as an RFID reader. The reader generates an electromagnetic interrogation field In response to this interrogation field, the resonant circuit 8 transmits a signal comprising information about the identification code stored in the memory 6. The reader can herein act as an absorption system or as a transmission system known per se. An example of such a reader 10 is shown schematically in Figure 1.
Het systeem is voorzien van een veelvoud van bakens 12.j (j=l,2,3) die in dit voorbeeld op een vaste positie staan opgesteld. Elk baken is voorzien van een zender 14 voor het uitzenden van een uniek zendsignaal. De tag 2.i is voorzien van een eerste ontvanger 16 voor het ontvangen van de zendsignalen die door de respectievelijke bakens 12.1-12.3 worden uitgezonden. De signalen die door de bakens 12.j zijn uitgezonden zijn uniek in die zin dat deze bij ontvangst door de ontvanger 16 van elkaar onderscheidelijk kunnen worden ontvangen. Dit kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd doordat elk baken 12.j op een specifieke aan dit betreffende baken gerelateerde frequentie uitzendt. In dit voorbeeld is de tag 2.i voorzien van positiebepalingsmiddelen 18 die de met behulp van de ontvanger 16 ontvangen zendsignalen van de respectievelijke bakens 12.j in combinatie verwerkt voor het bepalen van de positie van de tag 2.i ten opzichte van de bakens. Omdat de positie van de bakens 12.j op zich bekend is, is hiermee ook de positie van de tag 2.i bekend. De positiebepalingsmiddelen 18 kunnen bijvoorbeeld op basis van de amplitude van de respectievelijk ontvangen signalen van de bakens de afstand tot elk van de bakens inschatten. Daarmee is het mogelijk via op zich bekende kruispeilingstechnieken de positie van de tag ten opzichte van de bakens te bepalen. De positiebepalingsmiddelen 18 voeren in dit voorbeeld informatie over de bepaalde positie aan een zender 20 van de tag toe. De zender 20 zendt informatie over de bepaalde positie geassocieerd met een identificatiecode uit het geheugen 6 uit zodat dit met behulp van een tweede ontvanger 22 kan worden ontvangen. In dit voorbeeld vormt de zender 20 in feite een processor voor het op basis van de met de positiebepalingsmiddelenl8 bepaalde positie van de tag, koppelen van de bepaalde positie van de tag aan de identificatiecode van de tag die in het geheugen 6 is opgeslagen.The system is provided with a plurality of beacons 12. j (j = 1, 2.3) which are arranged in a fixed position in this example. Each beacon is provided with a transmitter 14 for transmitting a unique transmission signal. The tag 2.i is provided with a first receiver 16 for receiving the transmission signals transmitted by the respective beacons 12.1-12.3. The signals transmitted by the beacons 12.j are unique in the sense that they can be received distinctly from each other upon receipt by the receiver 16. This can be realized, for example, by each beacon 12.j transmitting at a specific frequency related to this beacon concerned. In this example, the tag 2.i is provided with position-determining means 18 which processes the transmission signals of the respective beacons 12.j received with the aid of the receiver 16 in combination for determining the position of the tag 2.i relative to the beacons . Because the position of the beacons 12.j is known per se, the position of the tag 2.i is hereby also known. The position-determining means 18 can, for example, estimate the distance to each of the beacons on the basis of the amplitude of the signals received from the beacons respectively. This makes it possible to determine the position of the tag relative to the beacons via cross-polling techniques known per se. In this example, the position determining means 18 supply information about the determined position to a transmitter 20 of the tag. The transmitter 20 transmits information about the determined position associated with an identification code from the memory 6 so that it can be received with the aid of a second receiver 22. In this example, the transmitter 20 in fact forms a processor for coupling the determined position of the tag to the identification code of the tag stored in the memory 6 on the basis of the position of the tag determined with the position determining means 18.
De informatie over de positie van de tags die met behulp van de tweede ontvanger 22 wordt ontvangen, wordt in dit voorbeeld aan een centrale controle eenheid 24 toegevoerd.The information about the position of the tags received with the aid of the second receiver 22 is in this example supplied to a central control unit 24.
In dit voorbeeld is het systeem voorts voorzien van een door hekken 26 omkaderd gangpad 28 en een bestuurbaar toegangshek 30 dat toegang geeft tot het gangpad. In dit voorbeeld leidt het gang pad naar drie standplaatsen 32.k (k=l,2,3) voor een dier. Iedere standplaats 32.k is in dit voorbeeld voorzien van een melkrobot 34.k. Voorts is bij iedere standplaats 32.k een sensor 36.k aangebracht die is ingericht om bepaalde metingen aan het dier te verrichten. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een temperatuursensor. Voorts is bij iedere standplaats 32.k een display 38.k aangebracht. Een sensor 36.k wordt in deze aanvrage ook wel aangeduid als een invoermiddel terwijl een display 38.k in deze aanvrage ook wel wordt aangeduid als een uitvoermiddel.In this example, the system is furthermore provided with an aisle 28 surrounded by fences 26 and a controllable entrance gate 30 which gives access to the aisle. In this example, the aisle leads to three locations 32.k (k = 1, 2.3) for an animal. In this example, each location 32.k is provided with a milking robot 34.k. Furthermore, a sensor 36.k is arranged at each location 32.k, which sensor is adapted to perform specific measurements on the animal. A temperature sensor can for instance be considered here. Furthermore, a display 38.k is provided at each location 32.k. A sensor 36.k is also referred to as an input means in this application while a display 38.k is also referred to as an output means in this application.
Het tot op dit punt omschreven systeem werkt als volgt. Wanneer een dier zich in de nabijheid van de lezer 10 bevindt, zal de tag van het dier door de lezer worden uitgelezen. Er wordt dan tevens geconcludeerd dat het dier zich in de nabijheid van het gangpad 28 bevindt. Het hek 30 wordt dan op automatische wijze door de lezer 10 geopend. De dieren kunnen zich dan vervolgens in het gangpad begeven. In dit voorbeeld bevindt het dier 4.1 zich inmiddels op de standplaats 32.1. Met behulp van de tag 2.1 wordt ten opzichte van de bakens 12.j de positie van de tag 2.1 en daarmee de positie van het dier 4.1 bepaald. Deze positie, althans informatie daarvan, wordt met behulp van de zender 20 uitgezonden tezamen met de identificatiecode die in het geheugen 6 van de tag 2.1 is opgeslagen.. Deze informatie wordt ontvangen door de tweede ontvanger 22 welke de informatie over de positie van het dier doorgeeft aan de centrale controle eenheid 24. De centrale controle eenheid 24 weet op deze wijze waar het dier 2.1 zich bevindt. In dit voorbeeld geldt dat in de controle eenheid eveneens informatie is opgeslagen over de positie van de sensoren 36.k en de displays 38.k. Omdat de centrale controle eenheid 24 eveneens informatie omvat over de positie van de tag 2.1 van het dier 4.1 kan de controle eenheid bepalen in hoeverre de tag 2.1 zich volgens een vooraf bepaald criterium in de nabijheid van de sensor 36.1 bevindt. Dit criterium kan bijvoorbeeld luiden dat de afstand tussen de tag 2.1 en de sensor 36.1 kleiner is dan 1.5 meter. De sensor 36.1 voert in dit voorbeeld metingen uit aan het dier 4.1 dat via een signaal c aan de controle eenheid 24 wordt toegevoerd. De controle eenheid 24 is op deze wijze in staat om te bepalen dat de meetsignalen die ontvangen zijn van de sensor 36.1 behoren bij het dier 4.1. Omdat de momentane positie van het dier ten opzichte van de sensor 36.1 kan worden bepaald, wordt bereikt dat er zekerheid is dat de meetresultaten van de sensor 36.1 betrekking hebben op het dier 4.1. Ook de melkrobots 34.k kunnen zijn voorzien van sensoren zoals melkmeters die binnen het systeem analoog werken ten aanzien van koppeling van meetresultaten aan een identificatiecode van een tag zoals voor de sensoren 36.1 besproken.The system described up to this point works as follows. When an animal is in the vicinity of the reader 10, the tag of the animal will be read by the reader. It is then also concluded that the animal is in the vicinity of the aisle 28. The gate 30 is then opened automatically by the reader 10. The animals can then enter the aisle. In this example the animal 4.1 is now in the 32.1 location. With the help of the tag 2.1 the position of the tag 2.1 and thus the position of the animal 4.1 is determined relative to the beacons 12.j. This position, or at least information thereof, is transmitted with the aid of the transmitter 20 together with the identification code which is stored in the memory 6 of the tag 2.1. This information is received by the second receiver 22 which informs about the position of the animal. communicates to the central control unit 24. The central control unit 24 knows in this way where the animal 2.1 is located. In this example, it holds that information is also stored in the control unit about the position of the sensors 36.k and the displays 38.k. Because the central control unit 24 also comprises information about the position of the tag 2.1 of the animal 4.1, the control unit can determine to what extent the tag 2.1 is in the vicinity of the sensor 36.1 according to a predetermined criterion. This criterion may, for example, be that the distance between the tag 2.1 and the sensor 36.1 is less than 1.5 meters. The sensor 36.1 in this example performs measurements on the animal 4.1, which is supplied via a signal c to the control unit 24. The control unit 24 is in this way able to determine that the measurement signals received from the sensor 36.1 belong to the animal 4.1. Because the current position of the animal relative to the sensor 36.1 can be determined, it is achieved that there is certainty that the measurement results of the sensor 36.1 relate to the animal 4.1. The milking robots 34.k can also be provided with sensors such as milk meters which operate analogously within the system with regard to coupling measurement results to an identification code of a tag as discussed for the sensors 36.1.
In dit voorbeeld is het systeem ook dusdanig ingericht dat de controle eenheid 24 informatie over het dier 4.1 toevoert aan het display 38.1 via signalen s. Ook in dit voorbeeld kan de controle eenheid 24 bepalen of het dier 4.1 met de tag 2.1 zich op een vooraf bepaalde maximale afstand ten opzichte van het display 38.1 bevindt. Indien dit het geval is, kan de controle eenheid 24 informatie over het dier, zoals bijvoorbeeld de identiteit van het dier, aan het display 38.1 toevoeren. Een gebruiker die het display 38.1 uitleest weet dan altijd dat de informatie die hij leest op het display 38.1 betrekking heeft op het dier 4.1 dat de tag 2.1 draagt.In this example, the system is also arranged such that the control unit 24 supplies information about the animal 4.1 to the display 38.1 via signals s. Also in this example, the control unit 24 can determine whether the animal 4.1 with the tag 2.1 is at a predetermined maximum distance with respect to the display 38.1. If this is the case, the control unit 24 can supply information about the animal, such as, for example, the identity of the animal, to the display 38.1. A user who reads the display 38.1 always knows that the information he reads on the display 38.1 relates to the animal 4.1 carrying the tag 2.1.
Geheel analoog kan bijvoorbeeld het dier 4.5 zich op enig moment in de nabijheid van het display 38.3 bevinden. Wanneer de afstand van de tag die door dit dier wordt gedragen en het display 38.3 kleiner is dan bijvoorbeeld 1,75 meter, kan dit door de controle eenheid 24 worden bepaald. De controle eenheid 24 kan dan informatie over het betreffende dier op het display 38.3 afbeelden. Geheel analoog geldt dat wanneer bijvoorbeeld het dier 4.5 zich op een afstand van de sensor 36.2 bevindt die kleiner is dan 1.5 meter, de controle eenheid 24 meetsignalen die van de sensor 36.2 worden ontvangen, koppelen aan de identiteit van het dier 4.5. Ook wanneer de volgorde van de dieren in het gangpad anders is geworden dan de volgorde waarin de dieren via het toegangshek het gangpad zijn binnengetreden zal altijd een meetresultaat aan een dier aan het juiste dier worden gekoppeld. Ook zal altijd op een display informatie worden afgebeeld dat betrekking heeft op een dier dat zich in de nabijheid van het betreffende display bevindt. In dit voorbeeld geldt dat ook op andere standplaatsen 32.k in- en/of uitvoermiddelen 34k, 36.k, 38.k zoals een sensor en/of een display kunnen staan opgesteld voor het opnemen en/of afgeven van informatie die betrekking heeft op het dier. Zo is in dit voorbeeld het systeem nog voorzien van voerautomaten 40.1 (1=1.2). Indien het dier 4.2 zich op een standplaats 32.4 bij de voerautomaat 40.1 bevindt, kan dit wederom met behulp van de plaatsbepaling van het dier en de bekende plaats van de voerautomaat 40.1 door de centrale controle eenheid 24 worden bepaald. De centrale controle eenheid 24 kan dan bijvoorbeeld de voerautomaat middels een signaal s aansturen voor het afgeven van voer aan het dier. Met behulp van een sensor 36.4 kan worden gemeten hoeveel voer het dier opeet. Het systeem kan wederom bepalen dat het dier zich binnen een vooraf bepaalde afstand tot de sensor 36.41 bevindt. De informatie die met behulp van de sensor 36.4 wordt gemeten, kan dan via een signaal c aan de controle eenheid 24 worden toegevoerd waarbij de controle eenheid deze informatie associeert met de identificatiecode die in de tag 22.2 van het dier 4.2 is opgeslagen. Wanneer de tag 2.3 van het dier 4.3 zich op een afstand van de sensor 36.5 bevindt, kan eveneens de controle eenheid 24 de informatie die met behulp van deze sensor is verkregen, geassocieerd opslaan met de identificatiecode die in de tag 2.3 van het dier 4.3 is opgenomen .Behalve dat de voerautomaten 40.1 en 40.2 elk zijn voorzien van respectievelijk een standplaats 32.4, 32.5 kan het systeem voorts op andere plaatsen nog zijn voorzien van een standplaats voor een dier. Zo kan het systeem nog zijn voorzien van een standplaats 32.6 waar eveneens in- en uitvoermiddelen 36.6, 38.6 kunnen staan opgesteld. Wanneer een tag van het dier zich volgens vooraf bepaalde criteria nabij de in- en uitvoermiddelen 36.6, 38.6 bevindt, kan wederom met behulp van een sensor 36.6 informatie van het dier worden bepaald dat aan het controle eenheid 24 wordt toegevoerd zodat de controle eenheid deze informatie geassocieerd met het dier kan verwerken. Tevens is het dan mogelijk om met behulp van de controle eenheid 24 informatie over het betreffende dier op het display 38.6 af te beelden.Completely analogously, for example, the animal 4.5 may be in the vicinity of the display 38.3 at any time. When the distance of the tag carried by this animal and the display 38.3 is smaller than, for example, 1.75 meters, this can be determined by the control unit 24. The control unit 24 can then display information about the relevant animal on the display 38.3. Completely analogously, when, for example, the animal 4.5 is located at a distance from the sensor 36.2 that is smaller than 1.5 meters, the control unit 24 links measurement signals received from the sensor 36.2 to the identity of the animal 4.5. Even when the order of the animals in the aisle has become different from the order in which the animals entered the aisle via the entrance gate, a measurement result will always be coupled to an animal with the correct animal. Also, information will always be displayed on a display that relates to an animal that is in the vicinity of the relevant display. In this example it holds that also at other locations 32.k input and / or output means 34k, 36.k, 38.k such as a sensor and / or a display can be arranged for recording and / or delivering information relating to on the animal. For example, in this example the system is provided with feeding machines 40.1 (1 = 1.2). If the animal 4.2 is located at a location 32.4 at the automatic feeder 40.1, this can again be determined by the central control unit 24 by means of the location of the animal and the known location of the automatic feeder 40.1. The central control unit 24 can then, for example, control the feeding machine by means of a signal s for supplying feed to the animal. A sensor 36.4 can be used to measure how much feed the animal eats. The system can again determine that the animal is within a predetermined distance from the sensor 36.41. The information which is measured by means of the sensor 36.4 can then be supplied via a signal c to the control unit 24, the control unit associating this information with the identification code stored in the tag 22.2 of the animal 4.2. When the tag 2.3 of the animal 4.3 is at a distance from the sensor 36.5, the control unit 24 can also store the information obtained with the aid of this sensor associated with the identification code which is in the tag 2.3 of the animal 4.3 In addition to the fact that the feeding machines 40.1 and 40.2 are each provided with a location 32.4, 32.5 respectively, the system can further be provided with a location for an animal at other places. The system can thus also be provided with a location 32.6 where also input and output means 36.6, 38.6 can be arranged. When a tag of the animal is located near the input and output means 36.6, 38.6 according to predetermined criteria, information of the animal can again be determined with the aid of a sensor 36.6 that information is supplied to the control unit 24 so that the control unit provides this information associated with the animal. It is then also possible to display information about the relevant animal on the display 38.6 with the aid of the control unit 24.
Uiteraard kunnen in dit voorbeeld ook andere sensoren worden toegepast. Hierbij valt te denken aan een melkmeter voor het meten van de hoeveelheid melk die het dier bij het melken afgeeft, een temperatuursensor voor het meten van een temperatuur van de melk van het dier dat wordt gemolken, een geleidbaarheidssensor voor het meten van de geleidbaarheid van de melk van het dier dat wordt gemolken. Deze sensoren zouden dus kunnen zijn aangebracht in de betreffende melkrobots. Doordat de positie van het dier ten opzichte van deze sensoren kan worden bepaald, is wederom zeker gesteld dat informatie die met behulp van deze sensoren wordt verkregen, afkomstig is van het dier dat zich binnen een vooraf bepaald criterium in de nabijheid van de betreffende sensoren bevindt. Voorts kan het systeem zijn ingericht om informatie af te beelden op een display die met een van de sensoren is verkregen. Zo kan bijvoorbeeld informatie over het dier dat met behulp van een sensor 36.1 is verkregen op het display 38.1 worden afgebeeld. Ook kan in de nabijheid van bijvoorbeeld het voerstation 40.1 een display 38.4 staan opgesteld om informatie af te beelden van het dier 4.2 indien een afstand tussen de tag 2.2 van het dier 4.2 en het display 38.4 aan vooraf bepaalde criteria voldoet. Geheel analoog geldt iets dergelijks voor het display 38.5 wanneer het dier zich in de nabijheid van dit display bevindt.Of course, other sensors can also be used in this example. Examples are a milk meter for measuring the amount of milk that the animal emits during milking, a temperature sensor for measuring a temperature of the milk of the animal being milked, a conductivity sensor for measuring the conductivity of the animal. milk from the animal being milked. These sensors could therefore be arranged in the relevant milking robots. Because the position of the animal relative to these sensors can be determined, it is once again ensured that information obtained with the aid of these sensors originates from the animal that is within a predetermined criterion in the vicinity of the relevant sensors. . Furthermore, the system can be arranged to display information on a display obtained with one of the sensors. For example, information about the animal obtained with the aid of a sensor 36.1 can be displayed on the display 38.1. Also, in the vicinity of, for example, the feeding station 40.1, a display 38.4 can be arranged to display information of the animal 4.2 if a distance between the tag 2.2 of the animal 4.2 and the display 38.4 meets predetermined criteria. Something similar applies to the display 38.5 when the animal is in the vicinity of this display.
In het voorbeeld wat hiervoor is gegeven is elke tag 2.i voorzien van middelen om zijn eigen positie te bepalen ten opzichte van de bakens. Het is echter eveneens mogelijk dat dit elders gebeurd. Een voorbeeld hiervan wordt besproken aan de hand van figuur 2B. Hierbij zijn met figuur 2A overeenkomende onderdelen van een zelfde referentie nummer voorzien. In dit voorbeeld geldt dat de signalen die door de eerste ontvanger 16 van de tag worden ontvangen aan de zender 20 worden toegevoerd. Deze signalen (of informatie daarvan) worden dan heruitgezonden en met behulp van de tweede ontvanger 22 ontvangen. De controle eenheid 24 is dan ingericht om deze signalen in combinatie te verwerken teneinde de positie van de tag 2.i ten opzichte van de bakens 12.j te bepalen. Ook dit kan bijvoorbeeld op basis van een amplitude van de betreffende ontvangen signalen. Zo is het ook mogelijk dat de zender 22 alleen amplitude informatie gecombineerd met informatie bij welk baken een betreffende amplitude hoort, toe te zenden aan de ontvanger 22. Op deze wijze kan dan de controle eenheid 24 de positie van de tag 2.i ten opzichte van de bakens bepalen.In the example given above, each tag 2.i is provided with means for determining its own position relative to the beacons. However, it is also possible that this happened elsewhere. An example of this is discussed with reference to Figure 2B. Parts corresponding to figure 2A are herein provided with the same reference number. In this example, it holds that the signals received by the first receiver 16 of the tag are supplied to the transmitter 20. These signals (or information thereof) are then retransmitted and received with the aid of the second receiver 22. The control unit 24 is then arranged to process these signals in combination in order to determine the position of the tag 2.i relative to the beacons 12.j. This is also possible, for example, on the basis of an amplitude of the relevant received signals. Thus, it is also possible that the transmitter 22 only transmits amplitude information combined with information to which beacon a relevant amplitude belongs to the receiver 22. In this way the control unit 24 can then position the tag 2.i relative to of the beacons.
In figuur 2C wordt een alternatieve uitvoeringsvorm getoond van een tag 2.i. Bij de variant volgens figuur 2C kunnen de bakens 12.j achterwege blijven. Ook kan de eerste ontvanger 16 achterwege blijven. In dit voorbeeld is de tag 2.i voorzien van positiebepalingsmiddelen 18 in de vorm van een GPS-ontvanger. De met behulp van de GPS-ontvanger bepaalde positie van de tag 2.i wordt aan de zender 20 doorgegeven. De zender 20 zendt deze informatie geassocieerd met de identificatiecode die in het geheugen 6 is opgeslagen uit. De ontvanger 22 ontvangt deze informatie en voert deze toe aan de controle eenheid 24. Omdat de controle eenheid 24 dan wederom beschikt over positie-informatie geassocieerd met de identificatiecode van elke tag 2.i kan de controle eenheid geheel analoog zoals hiervoor omschreven de identificatiecode van de tag gebruiken wanneer de bepaalde positie van de tag zich volgens vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van een van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt, om informatie die door de in-en/of uitvoermiddelen middels een meting aan het dier wordt opgenomen te koppelen aan de identificatiecode van de tag en/of om informatie die geassocieerd is met de identificatiecode van de tag toe te voeren aan de in- en/of uitvoermiddelen voor het afgeven van deze informatie.Figure 2C shows an alternative embodiment of a tag 2.i. In the variant according to figure 2C, the beacons 12.j can be omitted. The first receiver 16 can also be omitted. In this example, the tag 2.i is provided with position-determining means 18 in the form of a GPS receiver. The position of the tag 2.i determined with the aid of the GPS receiver is transmitted to the transmitter 20. The transmitter 20 broadcasts this information associated with the identification code stored in the memory 6. The receiver 22 receives this information and supplies it to the control unit 24. Because the control unit 24 then again has position information associated with the identification code of each tag 2.i the control unit can be completely analogous to the above-described identification code of use the tag when the determined position of the tag is in accordance with predetermined criteria in the vicinity of one of the input and / or output means, in order to obtain information that is recorded by the input and / or output means by means of a measurement on the animal linking to the tag's identification code and / or to supply information associated with the tag's identification code to the input and / or output means for outputting this information.
In figuur 2D wordt een alternatieve uitvoeringsvorm getoond van een tag 2.i. Bij de variant volgens figuur 2D kunnen de bakens 12.j wederom achterwege blijven. Ook de eerste ontvanger 16 in de tag kan achterwege blijven.Figure 2D shows an alternative embodiment of a tag 2.i. In the variant according to Figure 2D, the beacons 12.j can again be omitted. The first receiver 16 in the tag can also be omitted.
In dit voorbeeld is de tag 2.i voorzien van de zender 20 voor het uitzenden van een referentiesignaal. De zender 20 zendt het referentie signaal uit tezamen met de identificatiecode die in het geheugen 6 is opgeslagen. Het systeem zoals getoond in figuur 1 is in dit voorbeeld voorzien van een derde ontvanger 22’ die schematisch is weergegeven en zich op een andere positie bevindt dan de tweede ontvanger 22. De tweede ontvanger 22 en de derde ontvanger 22’ontvangen elk de informatie die door de zender 20 is uitgezonden en voeren deze informatie aan de controle-eenheid 24. De controle-eenheid 24 omvat in dit voorbeeld positiebepalingsmiddelen om op bekende wijze op basis van de met de tweede en derde ontvangers 22 en 22’ ontvangen informatie de positie van de tag te bepalen (dit kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd op basis van een kruisbepalingsmethode waarbij amplituden en/of fasen van de met de ontvangers 22, 22’ ontvangen signalen met elkaar worden vergeleken om de positie van de tag te bepalen. Ook is het mogelijk om de derde ontvanger 22’ achterwege te laten en de tweede ontvanger 22 uit te voeren als een phased-array ontvanger. De controle-eenheid kan dan zijn ingericht om op basis van de amplitude van het ontvangen signaal de afstand van de tweede ontvanger 22 tot de tag te bepalen en om op basis van de met de phased-array ontvanger verkregen fase informatie de richting (azimuth) ten opzichte van de tweede ontvanger 22 te bepalen. Op basis van de gemeten richting (azimuth )en de gemeten afstand is dan de positie van de tag bekend. Ook kan met behulp van de zender 20 signalen worden uitgezonden die informatie omvatten over het tijdstip van uitzenden. De zender 20 is hiertoe bijvoorbeeld voorzien van een nauwkeurige digitale klok. De met de tweede ontvanger ontvangen signalen afkomstig van de zender 20 worden dan wederom aan de controle-eenheid toegevoerd. De controle-eenheid is eveneens voorzien van een nauwkeurige digitale klok. Door het tijdstip van uitzenden met het tijdstip van ontvangen met behulp van de controle-eenheid te vergelijken kan wederom de afstand van de tag tot aan de tweede ontvanger 22 worden bepaald. Dit is dan een alternatief voor het bepalen van de afstand op basis van de amplitude informatie. Tezamen met de informatie over de richting is dan wederom de positie van de tag bekend. Omdat in het voorbeeld van figuur 2D de controle-eenheid 24 dan wederom beschikt over positie-informatie geassocieerd met de identificatiecode van elke tag 2.i kan de controle-eenheid geheel analoog zoals hiervoor omschreven de identificatiecode van de tag gebruiken wanneer de bepaalde positie van de tag zich volgens vooraf bepaalde criteria in de nabijheid van een van de in- en/of uitvoermiddelen bevindt, om informatie die door de in-en/of uitvoermiddelen middels een meting aan het dier wordt opgenomen te koppelen aan de identificatiecode van de tag en/of om informatie die geassocieerd is met de identificatiecode van de tag toe te voeren aan de in- en/of uitvoermiddelen voor het afgeven van deze informatie.In this example, the tag 2.i is provided with the transmitter 20 for transmitting a reference signal. The transmitter 20 transmits the reference signal together with the identification code stored in the memory 6. The system as shown in Figure 1 is in this example provided with a third receiver 22 'which is shown schematically and is located at a different position than the second receiver 22. The second receiver 22 and the third receiver 22' each receive the information which is transmitted by the transmitter 20 and carries this information to the control unit 24. In this example, the control unit 24 comprises position-determining means in a known manner based on the information received with the second and third receivers 22 and 22 '. determine the tag (for example, this can be performed on the basis of a cross-determination method in which amplitudes and / or phases of the signals received with receivers 22, 22 'are compared with each other to determine the position of the tag. It is also possible to omitting the third receiver 22 'and outputting the second receiver 22 as a phased-array receiver The control unit may then be arranged to The amplitude of the received signal determines the distance from the second receiver 22 to the tag and to determine the direction (azimuth) with respect to the second receiver 22 on the basis of the phase information obtained with the phased-array receiver. The position of the tag is then known based on the measured direction (azimuth) and the measured distance. Also, with the aid of the transmitter 20, signals can be transmitted which include information about the time of transmission. To this end, the transmitter 20 is provided, for example, with an accurate digital clock. The signals received from the transmitter 20 with the second receiver are then again supplied to the control unit. The control unit is also equipped with an accurate digital clock. By comparing the time of transmission with the time of reception with the aid of the control unit, the distance from the tag to the second receiver 22 can again be determined. This is then an alternative to determining the distance based on the amplitude information. Together with the information about the direction, the position of the tag is then again known. Because in the example of Figure 2D the control unit 24 then again has position information associated with the identification code of each tag 2.i the control unit can use the identification code of the tag entirely analogously as described above when the determined position of the tag is in the vicinity of one of the input and / or output means according to predetermined criteria, in order to link information that is recorded by the input and / or output means to the animal by means of a measurement to the identification code of the tag and / or to supply information associated with the identification code of the tag to the input and / or output means for outputting this information.
In dit voorbeeld is het systeem voorzien van melkrobots. Het zal duidelijk zijn dat het systeem in plaats van, of in aanvulling op, de melkrobots ook kan zijn voorzien van andere melkmachines zoals een melkinrichting die bijvoorbeeld bij een melkput wordt toegepast. Ook kan de in- en uitvoereenheid zijn voorzien van een voerdosator om een vooraf bepaalde hoeveelheid voer uit te doseren aan een dier waarvan is bepaald dat zijn positie zich op de standplaats bevindt.In this example, the system is equipped with milking robots. It will be clear that instead of, or in addition to, the milking robots, the system can also be provided with other milking machines such as a milking device which is used for instance at a milking pit. The input and output unit may also be provided with a feed doser for dispensing a predetermined amount of feed to an animal that has been determined to be in its position.
Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.Such variants are each understood to fall within the scope of the invention.
Andere op zich bekende wijzen om de positie van het dier te bepalen ten opzichte van de in- en uitvoermiddelen vallen eveneens binnen het kader van de uitvinding. Het systeem is derhalve bij voorkeur ingericht om de positie van het dier te bepalen op iedere positie van een gebied waarin de in- en uitvoermiddelen zijn opgenomen. Dit in tegenstelling tot bekende systemen waarbij de positie van een dier alleen kan worden bepaald wanneer deze zich in de nabijheid van een lezer voor het uitlezen van een tag bevindt. In het bijzonder geldt echter dat de positiebepalingsmiddelen van het systeem niet zijn voorzien van middelen om de identificatiecode van de tag uit te lezen om daarmee zelf te bepalen of een tag zich in de nabijheid van de lezer en daarmee van de in- en uitvoermiddelen bevindt. De in-en uitvoermiddelen niet zijn voorzien van positiebepalingsmiddelen om de positie van het dier ten opzichte van de in- en/of uitvoermiddelen te bepalen. De positie van een tag kan onafhankelijk van waar het dier zich bevindt, ten opzichte van in- en uitvoermiddelen worden bepaald.Other ways known per se for determining the position of the animal relative to the input and output means also fall within the scope of the invention. The system is therefore preferably adapted to determine the position of the animal at any position of an area in which the input and output means are included. This is in contrast to known systems where the position of an animal can only be determined when it is in the vicinity of a reader for reading a tag. In particular, however, it holds that the position-determining means of the system are not provided with means for reading the identification code of the tag in order thereby to determine for itself whether a tag is in the vicinity of the reader and thus of the input and output means. The input and output means are not provided with position determining means to determine the position of the animal relative to the input and / or output means. The position of a tag can be determined independently of where the animal is located relative to input and output means.
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2017104ANL2017104B1 (en) | 2016-07-05 | 2016-07-05 | A system for linking an identity of an animal that is in a certain position to information about that animal. |
PCT/NL2017/050445WO2018009063A1 (en) | 2016-07-05 | 2017-07-04 | A system for linking an identity of an animal that is at a determined position to information about that animal. |
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2017104ANL2017104B1 (en) | 2016-07-05 | 2016-07-05 | A system for linking an identity of an animal that is in a certain position to information about that animal. |
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2017104B1true NL2017104B1 (en) | 2018-01-12 |
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2017104ANL2017104B1 (en) | 2016-07-05 | 2016-07-05 | A system for linking an identity of an animal that is in a certain position to information about that animal. |
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2017104B1 (en) |
WO (1) | WO2018009063A1 (en) |
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US10986816B2 (en) | 2014-03-26 | 2021-04-27 | Scr Engineers Ltd. | Livestock location system |
US10986817B2 (en) | 2014-09-05 | 2021-04-27 | Intervet Inc. | Method and system for tracking health in animal populations |
US11071279B2 (en) | 2014-09-05 | 2021-07-27 | Intervet Inc. | Method and system for tracking health in animal populations |
USD990062S1 (en) | 2020-06-18 | 2023-06-20 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal ear tag |
USD990063S1 (en) | 2020-06-18 | 2023-06-20 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal ear tag |
US11832584B2 (en) | 2018-04-22 | 2023-12-05 | Vence, Corp. | Livestock management system and method |
US11832587B2 (en) | 2020-06-18 | 2023-12-05 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal tag |
US11864529B2 (en) | 2018-10-10 | 2024-01-09 | S.C.R. (Engineers) Limited | Livestock dry off method and device |
US11960957B2 (en) | 2020-11-25 | 2024-04-16 | Identigen Limited | System and method for tracing members of an animal population |
US12099893B2 (en) | 2020-07-01 | 2024-09-24 | S.C.R. (Engineers) Limited | Device assignment system and method |
US12144320B2 (en) | 2019-02-08 | 2024-11-19 | Allflex Australia Pty Ltd | Electronic animal identification tag reader synchronisation |
US12193413B2 (en) | 2019-02-08 | 2025-01-14 | Allflex Australia Pty Ltd | Electronic animal tag reader |
US12213449B2 (en) | 2021-01-24 | 2025-02-04 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal marking control system and method |
US12239098B2 (en) | 2019-02-08 | 2025-03-04 | Allflex Australia Pty Ltd | Determining the location of an animal |
USD1067554S1 (en) | 2021-04-08 | 2025-03-18 | Allflex Australia Pty Limited | Tag applicator for animals |
USD1067544S1 (en) | 2021-04-08 | 2025-03-18 | Allflex Australia Pty Limited | Tag applicator for animals |
US12342790B2 (en) | 2020-06-18 | 2025-07-01 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal tag |
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL2023824B1 (en)* | 2019-09-12 | 2021-05-17 | Nedap Nv | Method for generating a list of animal identification information. |
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2004008343A1 (en)* | 2002-07-12 | 2004-01-22 | Proxigo Ab | System and method for media distribution in a physical area |
WO2012074387A1 (en)* | 2010-11-29 | 2012-06-07 | N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap | Electronic locating system |
WO2013006056A1 (en)* | 2011-07-05 | 2013-01-10 | N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek "Nedap" | System for analyzing a condition of an animal |
US20140121558A1 (en)* | 2012-10-25 | 2014-05-01 | Maria Victoria ALONSOPEREZ LANZA | Device and method for the early detection of cattle physiological variables and location in a remote and autonomous way |
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2004008343A1 (en)* | 2002-07-12 | 2004-01-22 | Proxigo Ab | System and method for media distribution in a physical area |
WO2012074387A1 (en)* | 2010-11-29 | 2012-06-07 | N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap | Electronic locating system |
WO2013006056A1 (en)* | 2011-07-05 | 2013-01-10 | N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek "Nedap" | System for analyzing a condition of an animal |
US20140121558A1 (en)* | 2012-10-25 | 2014-05-01 | Maria Victoria ALONSOPEREZ LANZA | Device and method for the early detection of cattle physiological variables and location in a remote and autonomous way |
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US10986816B2 (en) | 2014-03-26 | 2021-04-27 | Scr Engineers Ltd. | Livestock location system |
US12213455B2 (en) | 2014-03-26 | 2025-02-04 | S.C.R. (Engineers) Limited | Livestock location system |
US11963515B2 (en) | 2014-03-26 | 2024-04-23 | S.C.R. (Engineers) Limited | Livestock location system |
US10986817B2 (en) | 2014-09-05 | 2021-04-27 | Intervet Inc. | Method and system for tracking health in animal populations |
US11071279B2 (en) | 2014-09-05 | 2021-07-27 | Intervet Inc. | Method and system for tracking health in animal populations |
US11832584B2 (en) | 2018-04-22 | 2023-12-05 | Vence, Corp. | Livestock management system and method |
US12133507B2 (en) | 2018-10-10 | 2024-11-05 | S.C.R. (Engineers) Limited | Livestock dry off method and device |
US11864529B2 (en) | 2018-10-10 | 2024-01-09 | S.C.R. (Engineers) Limited | Livestock dry off method and device |
US12239098B2 (en) | 2019-02-08 | 2025-03-04 | Allflex Australia Pty Ltd | Determining the location of an animal |
US12193413B2 (en) | 2019-02-08 | 2025-01-14 | Allflex Australia Pty Ltd | Electronic animal tag reader |
US12144320B2 (en) | 2019-02-08 | 2024-11-19 | Allflex Australia Pty Ltd | Electronic animal identification tag reader synchronisation |
USD990063S1 (en) | 2020-06-18 | 2023-06-20 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal ear tag |
US11832587B2 (en) | 2020-06-18 | 2023-12-05 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal tag |
USD990062S1 (en) | 2020-06-18 | 2023-06-20 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal ear tag |
US12342790B2 (en) | 2020-06-18 | 2025-07-01 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal tag |
US12099893B2 (en) | 2020-07-01 | 2024-09-24 | S.C.R. (Engineers) Limited | Device assignment system and method |
US11960957B2 (en) | 2020-11-25 | 2024-04-16 | Identigen Limited | System and method for tracing members of an animal population |
US12321808B2 (en) | 2020-11-25 | 2025-06-03 | Identigen Limited | System and method for tracing members of an animal population |
US12213449B2 (en) | 2021-01-24 | 2025-02-04 | S.C.R. (Engineers) Limited | Animal marking control system and method |
USD1067554S1 (en) | 2021-04-08 | 2025-03-18 | Allflex Australia Pty Limited | Tag applicator for animals |
USD1067544S1 (en) | 2021-04-08 | 2025-03-18 | Allflex Australia Pty Limited | Tag applicator for animals |
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2018009063A1 (en) | 2018-01-11 |
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2017104B1 (en) | A system for linking an identity of an animal that is in a certain position to information about that animal. | |
US11730141B2 (en) | Method for matching a sensor device to an identity (ID) tag for animals and system for performing such method | |
NL2005776C2 (en) | ELECTRONIC LOCALIZING SYSTEM. | |
EP2914099B1 (en) | A system and a method for real time detection of the position and behaviour of a plurality of animals | |
CA2675976C (en) | Multi-directional rfid reader for controlling inventory and shelf stock | |
KR20170038879A (en) | System for detecting a stock of objects to be monitored in an installation | |
US20100097194A1 (en) | Tracking Variable Conditions Using Radio Frequency Identification | |
EP2955998A1 (en) | Method and system for localising and displaying positions of autonomously mobile objects | |
JP6474370B2 (en) | Tag ID identification system | |
US10527685B2 (en) | Contactless detection system of the position of objects on a surface | |
NL1031625C2 (en) | Diagnostic method as well as diagnostic device for an animal identification system, in particular an animal identification system of a milking installation and milking installation with an animal identification system. | |
EP2497360B1 (en) | System and method for individually checking and feeding animals without (working) identification label | |
JP4913013B2 (en) | Management method and management system for moving body | |
NL2013572B1 (en) | System for monitoring an animal using a G-sensor. | |
NL2012882B1 (en) | Farm system equipped with a portable unit. | |
NL2006796C2 (en) | SYSTEM FOR OBSERVING ANIMALS. | |
WO2014203386A1 (en) | Behavior analysis device | |
Hodges et al. | Feasibility of a UHF-RFID system in detecting nursery pigs moving through a hallway | |
NL2025037B1 (en) | Location validation unit for validating a location of at least one animal, livestock management system, method and computer program. | |
NL2025351B1 (en) | Label suitable to be worn by an animal, and positioning system provided with a label. | |
EP2111100B1 (en) | System for detecting an animal passing a defined area in or opposite to a walk-through direction of the area | |
CN110390366A (en) | Positioning system, method and apparatus in warehouse | |
KR20180089157A (en) | Logistics informatiom transmission device | |
NL1023997C2 (en) | Tracing and telemetry system for e.g. tracking people or objects, uses analysis means to predict information signal collisions | |
PL239360B1 (en) | System for and method of monitoring operation and condition of conveyor belt |