Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
WikiWoordenboek
Zoeken

wassen

Uit WikiWoordenboek
[1] De handenwassen.

Nederlands

  • was·sen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wassen
waste
(wies[2])
gewassen
1,2. zwak -t

klasse 7
gemengd

volledig
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wassen
wies
gewassen
3. klasse 7volledig
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wassen
waste
gewast
4. zwak -tvolledig

wassen

  1. overgankelijkiets met water of een andere vloeistofzuiveren
    • Het afgefilterde neerslag werd met alcoholgewassen. 
     Vermoedelijk waren de mooie vloerkleden ookgewassen met groene zeep omdat andere soorten zeep en wasmiddel op rantsoen waren.[3]
     "Het is dit jaar voor eerst dat we het effect zo duidelijk zien", zegt voorzitter Rachel Heijne van Kringloop Nederland. "We zien ook dat de kwaliteit van spullen gewoon echt slecht is. Het is kleding die na een paar keerwassen kapot gaat. Die kun je niet in de kringloop verkopen.[4]
  2. wederkerendzich ~;zichzelf met water schoonmaken
    • Hijwaste zich met zeep. 
  3. ergatief (aan)groeien,stijgen, voornamelijk i.v.m. demaan of eenwaterloop
    • De rivierwies door de plotselinge regenval. 
  4. overgankelijk van een laag (bijen)was voorzien
    • Voor hij de piste opging zorgde hij ervoor dat zijn ski'sgewast werden. 
  5. overgankelijk,(kaartspel)schudden [3]
  
  • Als de ene hand de anderwast worden ze allebei schoon.
wanneer je samenwerkt en elkaar helpt, is hetgeen gebeuren moet sneller gedaan
  • Datwast al het water van de zee niet af.
iets is niet meer te veranderen/aan te passen
  • Ergens geen kruid tegengewassen zijn
ongeneeslijk zijn
  • Goed in de slappewas zitten
veel geld hebben
  • Het varkentjewassen
een klusje wel even doen
iemand zeggen wat die fout gedaan heeft
  • Uit de kluitengewassen zijn
Erg stevig en groot zijn
  • Zijn handen in onschuldwassen
doen alsof hij geen schuld heeft
   4. in de was zetten  
stellend
onverbogen(alleen
attributief)
verbogenwassen

wassen

  1. vanwas gemaakt
    • Eenwassen beeld. 
  • Eenwassen neus

dewassenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoordwas
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[5]
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=wassen&oldid=5206091"
Categorieën:
Verborgen categorieën:

[8]ページ先頭

©2009-2025 Movatter.jp