• Geluid: voordeel    (hulp,bestand)
• IPA:/ ˈvordel / (2 lettergrepen)

• voor·deel

• In de betekenis van ‘winst’ voor het eerst aangetroffen in 1240^[1]
• samenstellingvan voor en deel ^[2]

het voordeel o^[3][4]

1. profijt.

   • De onrust op de aandelenmarkt was in zijnvoordeel. 

   ▸ Een even groot percentage acht zichzelf er niet toe in staat. En meer dan de helft is bang een boete te krijgen of eenvoordeeltje mis te lopen.^[5]

2. aangename eigenschap

   • Eenvoordeel van een motorfiets is het lage benzineverbruik per kilometer. 

   ▸ Uit een onderzoek van de Stanford University uit 2014 bleek dat lange-afstandslopen velevoordelen heeft, behalve het feit dat je in de natuur bent en dat het nagenoeg gratis is.^[6]

3. (tennis) term die aangeeft dat een speler bij een 40-40-stand een punt heeft gescoord en dus maar één punt verwijderd is van de winst van een game

   • De befaamde Belgische tennisster serveerde metvoordeel voor de wedstrijd. 

4. het aan de voorkant gelegen deel

• Het woordvoordeel staat in deWoordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• Inonderzoek uit 2013 van hetCentrum voor Leesonderzoek werd "voordeel" herkend door: