Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
WikiWoordenboek
Zoeken

lul

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

2. scheldwoord voor een man
  • lul
  • [A] mogelijkklanknabootsing van vloeistof die door een buis stroomt, oorspronkelijk een kan met een zuigpijpje, in de betekenis van ‘scheldwoord: sukkel, sul’ aangetroffen vanaf 1678[1][2][3][4][5]
  • [B] oorsprong onbekend[6][7]
enkelvoudmeervoud
naamwoordlullullen
verkleinwoordlulletjelulletjes

[A]delulm

  1. (vulgair),(anatomie) geslachtsdeel van de man
    • Hij kreeg een stijvelul. 
  2. (vulgair)(scheldwoord) scheldwoord voor een man
    • Wat een stommelul ben jij. 
  3. (vulgair) jongen of man die pech heeft,sukkel,sul,sulletje
    • Ik moet de trein halen, anders ben ik delul. 
  4. (vulgair) denigrerende benaming in het algemeen voor iemand van het mannelijk geslacht
    • Daar is die ouwelul ook alweer. 
  5. (verouderd)pijpkan voor kinderen
  6. (techniek) aan eenpomp bevestigde pijp waar water doorheen kan stromen

[A]delulv

  1. Arch. (1811)[8]: houten pijp aan een pomp waaruit het water loopt, spuitstuk van een brandweerslang
    • Delul zit los. 
vervoeging van
lullen

[A] lul

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd vanlullen
    • Iklul. 
  2. gebiedende wijs vanlullen
    • Lul! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd vanlullen
    • Lul je? 
[B]enkelvoudmeervoud
naamwoordlullullen
verkleinwoord

[B]delulv

  1. Arch. (1811)[8]: klein driehoekig zeil dat voor op kleine schepen gezet wordt
    • Ik koos delul voor 't zeil - Huygens. 
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[9]
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=lul&oldid=4979913"
Categorieën:
Verborgen categorieën:

[8]ページ先頭

©2009-2025 Movatter.jp