Ze was niet veeleisend wat betreft hun kwaliteit ofherkomst. Ze had foto's van Clemenceau, Maurras, Poincaré, Jaurès, Joffre, Briand... Sinds ze haar man had verloren, die het bevel voerde over een groep geniformeerde suppoosten in het Musée du Louvre, bezorgden grote mannen haar heftige sensaties.[3]