Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
WikiWoordenboek
Zoeken

heks

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

  • heks
  • In de betekenis van ‘boosaardige tovenares’ voor het eerst aangetroffen in 1562.[1]
  • Leenwoord uit DuitsHexe.[2]
enkelvoudmeervoud
naamwoordheksheksen
verkleinwoordheksjeheksjes

deheksv[3]

  1. (persoon),(mythologie),(magie) een over het algemeen vrouwelijk persoon aan wiebovennatuurlijke krachten worden toegeschreven
    • In de middeleeuwen werd er inheksen geloofd. 
     „Sinterklaas”, zei het nieuwe Pietje, „in een hol, hoog in de bergen, woont eenheks die toverdranken maakt. Zal ik u de weg wijzen?”[4]
  2. (persoon),(mythologie),(magie)(pejoratief),(pregnant) boosaardigetovenares in sprookjes en mythen
  3. (persoon),(scheldwoord) onaangename, lastige vrouw
    • wat is dat eenheks geworden zeg! 
vervoeging van
heksen

heks

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd vanheksen
    • Ikheks. 
  2. gebiedende wijs vanheksen
    • Heks! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd vanheksen
    • Heks je? 
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[6]

Deens

  • Afkomstig van het Duitse woordHexe.
 enkelvoudmeervoud
onbepaaldbepaaldonbepaaldbepaald
nominatief  heks   heksen   hekse   heksene 
genitief  heks   heksens   hekses   heksenes 

heksg

  1. heks
  2. een bovennatuurlijk vrouwelijk schepsel, dat volgens de Deense volksgeloof in verbond is met de duivel en dat mensen met behulp van hekserij schaadt
  3. (figuurlijk) een vrouw die boos is, grillig, eigenzinnig, sluwe of op andere wijze onuitstaanbaar is
  • [1]: brændt som heks
verbrand als een heks

heks,

  1. onbepaalde vorm genitief enkelvoud vanheks

    Noors

    • Afkomstig van het Duitse woordHexe.
    Naar frequentie3524
     enkelvoudmeervoud
    onbepaaldbepaaldonbepaaldbepaald
    nominatief  heks  m: heksen
    v: heksa 
      hekser   heksene 
    genitief  heks'  m: heksens
    v: heksas 
      heksers   heksenes 

    heksm /v

    1. heks
    2. (figuurlijk) een vrouw die boos is, grillig, eigenzinnig, sluwe of op andere wijze onuitstaanbaar is

    Nynorsk

    • Afkomstig van het Duitse woordHexe.
     enkelvoudmeervoud
    onbepaaldbepaaldonbepaaldbepaald
    nominatief  heks   heksa
    (bijvorm) heksi 
      hekser   heksene 

    heksv

    1. heks
    2. (figuurlijk) een vrouw die boos is, grillig, eigenzinnig, sluwe of op andere wijze onuitstaanbaar is
    Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=heks&oldid=4969252"
    Categorieën:
    Verborgen categorieën:

    [8]ページ先頭

    ©2009-2025 Movatter.jp