Xiphactinus Status:Uitgestorven Fossiel voorkomen: Laat-Krijt (Albien -Campanien) | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||||||||
Xiphactinus audax (reconstructie) | |||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||||||
Xiphactinus † Leidy, 1870 | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op![]() | |||||||||||||||||||
|
Xiphactinus (vanGrieks: grotezwaardvis;junior synoniem:Portheus[1]) is eengeslacht vanuitgestorvenstraalvinnigebeenvissen uit het Laat-Krijt (93-63 miljoen jaar geleden).Xiphactinus was eenpredator die in depelagische zone leefde. VanXiphactinus zijnfossielen gevonden inNoord-Amerika,Europa enAustralië. De vis leefde in de ondiepe zeeën die in het Krijt grote delen van deze continenten bedekten, zoals deWestern Interior Seaway ten oosten van deNoord-Amerikaanse Cordillera.
Xiphactinus was een krachtige predator met een lengte van vier tot zes meter. Dankzij een gespierdestaartvin kon de vis een snelheid van 60 km/h bereiken. Deonderkaak is zo gevormd dat de bek wijd opengesperd kon worden om grote prooien te kunnen vangen.Xiphactinus onderscheidt zich van andere beenvissen met name door de bouw van het skelet van de staartvin en een botje onder in de neus, dat 'ethmopalatinum' genoemd wordt.
Meerdere malen zijn fossielen gevonden met resten van nog niet verteerde of halfverteerde grote prooien in de maag. In één zo'n fossiel is een vrijwel intact exemplaar van de 2 meter lange visGillicus arcuatus in de maag aangetroffen. Mogelijk overleed het dier doordat de prooi zo hevig spartelde dat inwendig letsel werd veroorzaakt. In een ander geval werd in de maag van eenXiphactinus een deel van deflipper van eenmosasauriër aangetroffen.
Er is weinig bekend over delarven enjuveniele levensfase. Het kleinste fossiel bestaat uit eenpremaxilla, tanden enonderkaak van een individu dat ongeveer 30 cm lang moet zijn geweest. Het behoort tot de soortX. audax.
Een dode of gewondeXiphactinus was op zijn beurt waarschijnlijk meestal een prooi voorhaaien alsCretoxyrhina ofSqualicorax. Overblijfselen vanXiphactinus zijn in de maag van fossielen vanCretoxyrhina aangetroffen.
Net als andere leden van defamilieIchthyodectidae stierfXiphactinus uit aan het einde van het Krijt, mogelijk als gevolg van het verdwijnen van ondiepe zeeën door het dalen van de zeespiegel.
Verreweg de meeste fossielen vanXiphactinus zijn gevonden in de Verenigde Staten (met name in de statenKansas,Alabama enGeorgia). Het eerste fossiel werd in 1856 beschreven doorJoseph Leidy, die het de naamPolygonodon vetus gaf. Een grote hoeveelheid nieuwe vondsten, onder andere door de paleontoloogGeorge F. Sternberg, zorgde voor meer informatie. Een aantal jaren later kwam Leidy tot het inzicht met meerdere geslachten te maken te hebben, waarvan hij er eenXiphactinus noemde.
Fossielen zijn ook gevonden inCanada, Australië en Europa. In 2002 werd bijBorohrádek inTsjechië een deel van eenschedel vanXiphactinus gevonden. Mogelijk betreft het een nieuwe soort.