HetVlaams is eenNederfrankischetaalvariëteit. De term wordt op ten minste vijf manieren gebruikt. Dat zijn, in volgorde van toenemendedialect-afstand:
als aanduiding voor het inVlaanderen geschreven en gesproken Nederlands, zowel omvattende deNederlandsestandaardtaal als de niet-gestandaardiseerde dialecten, waaronder ook zogenaamde tussen dialect en standaard te plaatsentussentalen. Sommige taalkundigen vermijden in deze context de term "Vlaams" en verkiezen de benamingBelgisch-Nederlands ofZuid-Nederlands.
als synoniem voor de zogenaamde tussentaal in het gehele landsdeel Vlaanderen.
als aanduiding voor de niet-gestandaardiseerde dialecten enregiolecten van het gehele landsdeel Vlaanderen.
InBrussel (oranje) zijn zowel hetFrans als hetNederlandsofficiële talen. Ook worden er veel niet-officiële talen gesproken zoals Engels of Arabisch, voornamelijk door mensen met een migratieachtergrond.
"Het Vlaams" wordt niet als officiële taalbenaming erkend,[1][2][3][4] hoewel die benaming officieus wijdverspreid is en vroeger als officieel gold in de plaats van Nederlands.[5][6] Toen werd daarmee een afwijzing aangegeven van het Nederlands als taal van een 'vreemde' natie. Het is opvallend dat zo'n onderscheid niet gold voor het Frans; in de combinatie "Vlaams en Frans" als talen van België kwam dat tot uitdrukking. Het Vlaamse Nederlands verschilt van de in Nederland gesproken vormen van hetNederlands, maar die in België gesproken Westvlaamse, Brabantse en Limburgse varianten hangen taalhistorisch nauw samen met hetZeeuws,Noordbrabants en deLimburgse varianten in Nederland. De verschillen zijn in de voorbije eeuw groter geworden. Afwijkingen in België van het Standaard Nederlands, zoals gesproken in Nederland, vindt men in enkele, voornamelijk lexicale, vormen van hetStandaardnederlands zoals officieel vastgesteld door deNederlandse Taalunie. Het "Vlaams" (of "Zuid-Nederlands") verschilt van het "Noord-Nederlands" op het gebied vanuitspraak,woordenschat enzinnen.
Door vervaging van de grens tussen standaardtaal en dialect in het informeel gesproken taalgebruik, is er tevens een tussentaal ontstaan, die ook wel 'Verkavelingsvlaams' wordt genoemd. De oorspronkelijke regionale en lokale dialecten zijn in die tussentaal naar elkaar en naar het Standaard-Nederlands toegegroeid.
Traditioneel wordt het Vlaams (in deze betekenis) als een verzameling dialecten of regiolecten van zeer uiteenlopend karakter gezien, niet als een aparte taal. Vlaams is hier dan geen primair taalkundige maar een bestuurlijk-geografische term die de talen in de Vlaamse provincies van België betreft.
De dialecten, die in de Vlaamse provincies worden gesproken, zijn net als de Nederlandse standaardtaal en de dialecten van Limburg, Brabant en Holland, vanGermaanse stam. Zij vallen uiteen in verschillende groepen. HetLimburgs, hetBrabants waaronder hetAntwerps, hetOost-Vlaams (waaronder deDialecten in de Denderstreek) en hetWest-Vlaams. Het Limburgs in België komt grotendeels overeen met de verschillende Limburgse varianten die in Nederland worden gesproken.
Het woordVlaams zélf is afgeleid vanflâm,[7][8] eenIngveoonse vorm van het Germaanseflauma (verwant aan het Engelse 'flow' en het Oudduitse woord 'flaum'), wat betekent 'vloed, stroom en stroming'.
Johan De Caluwe, Veronique De Tier, Anne-Sophie Ghyselen, Roxane Vandenberghe: Atlas van het dialect in Vlaanderen. Uitgeverij Lannoo, 2021.ISBN 9789401468404