Turkse den IUCN-status:Niet bedreigd[1] (2011) | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Pinus brutia Ten. (1811) | |||||||||||||||
Afbeeldingen op![]() | |||||||||||||||
Turkse den op![]() | |||||||||||||||
|
Turkse den (Pinus brutia) is eensoort uit het geslachtden (Pinus).
Turkse den is eenboomvormendeconifeer die een hoogte bereikt van 20–35 m en een maximale stamdikte van 1 m. De oranjerodeschors is dik en diep gespleten aan destamvoet en dun en schilferig in dekroon. De naalden groeien in paren en zijn 10–16 cm lang. Dekegelvruchten zijn 6–11 cm lang en gemiddeld 4,5 cm breed. De kegels rijpen in 24 maanden tijd van groen naar glanzend roodbruin. Daarna gaan ze langzaam open en laten hun zaden vallen.
Turkse den is nauw verwant aanaleppoden,Canarische den enzeeden.
Turkse den telt verscheideneondersoorten envariëteiten:
Het natuurlijkeverspreidingsgebied van Turkse den strekt zich over het oostelijkeMiddellandse Zeegebied. Hetzwaartepunt van de verspreiding ligt inTurkije. Verder komt de soort voor opCyprus, de Oost-Egeïsche eilanden vanGriekenland en inIran,Georgië,Azerbeidzjan, het noorden vanIrak, West-Syrië enLibanon. De soort staat op deRode Lijst van de IUCN geklasseerd als 'niet bedreigd'.[1]
Turkse den wordt in Turkije geteelt vanwege hethout.