In hetclassicisme verdwijnt de becijferde bas definitief en speelt de cello een meer zelfstandige partij. Vanaf dat ogenblik kunnen we al spreken van echte strijkkwartetten. Al betreft het nog een prille ontwikkeling, toch wordt het nieuwe genre erg populair. Veel componisten zien er wel muziek in:Johann Georg Albrechtsberger,Ignaz Pleyel,Franz Krommer,Friedrich Ernst Fesca enz.
Hoewel hij het genre van het strijkkwartet niet heeft uitgevonden, geldtJoseph Haydn als de grondlegger van het moderne strijkkwartet. Hij was de eerste die de vier stemmen als gelijkwaardige partners behandelde in plaats van - zoals voordien gebruikelijk - de melodie bij de eerste viool te leggen en de andere stemmen als begeleiding of vulstemmen te behandelen. Hij is meteen ook een van de veelschrijvers in het genre: hij componeerde niet minder dan 68 strijkkwartetten. OokLuigi Boccherini (99 stuks) enGeorge Onslow (36) behoren tot degenen die zeer veel strijkkwartetten componeerden.
Aanvankelijk zijn het vooral componisten uit de Duitse staten,Pruisen ofOostenrijk-Hongarije, die het nieuwe genre omarmen. Dat heeft ermee te maken dat de bezetting van twee violen, altviool en bas (basso continuo) in deze landen al zeer gebruikelijk was in de barok. Het vierstemmige idioom van een strijkkwartet had daarentegen wat meer tijd nodig om door te dringen in Italië en Frankrijk. In de Italiaanse barok was detriosonate met twee bovenstemmen (bv. violen) en bas populair, en de Franse barokmuziek maakte veel gebruik van een vijfstemmige bezetting.
Het strijkkwartet is sinds Haydn een van de populairste maar ook moeilijkste muziekgenres geworden. Veel componisten zouden hun beste muzikale ideeën voor het strijkkwartet voorbehouden. Misschien heeft dat ermee te maken dat de sobere instrumentatie van vier gelijksoortige instrumenten, zonder toeters en bellen of grootse effecten, de componist ertoe aanzet een muzikale idee in een zuivere vorm te gieten.
De gebruikelijke tijdsduur van een vierdelig strijkkwartet is 25 à 35 minuten, maar sommige, zoals de late Beethoven-kwartetten, duren aanzienlijk langer. Een uitschieter is het 2e strijkkwartet vanMorton Feldman, dat ongeveer vijf uur duurt.
Sommige musicologen hebben zich gebogen over de vraag waardoor het strijkkwartet betrekkelijk laat voet aan de grond kreeg in de Franse muziek, maar na 1880 schreven Debussy, Fauré, Ravel, Franck,Louis Vierne,Albéric Magnard,Albert Roussel enHenri Dutilleux (Ainsi la nuit) elk een (meesterlijk) strijkkwartet.Camille Saint-Saëns schreef er twee,Vincent d'Indy drie,Darius Milhaud zelfs achttien. Zijn 14e en 15e strijkkwartet kunnen tegelijk worden gespeeld, zodat eenoctet ontstaat.
Eind 19e eeuw organiseerde de muziekuitgever Mitrofan Petrovitsj Beljajev wekelijkse kwartetavonden (Les Vendredis) in Sint-Petersburg, waaraan componisten als Borodin, Glazoenov,Nikolaj Rimski-Korsakov enAnatoli Ljadov regelmatig bijdragen leverden.
Tot de Nederlandse componisten van strijkkwartetten behoren:
Af en toe wordt een strijkkwartet voor afwijkende bezetting geschreven. Zo schreefGeorg Christoph Wagenseil zes kwartetten voor twee altviolen, cello en contrabas (of voor drie cello's en contrabas).Franz Anton Hoffmeister schreef een viertal kwartetten voor viool, altviool, cello encontrabas, waarbij dat laatste instrument bijna solistisch wordt opgevoerd.Carl Stamitz,Giuseppe Maria Cambini enJohann Albrechtsberger schreven kwartetten voor viool, twee altviolen en cello. Het tweede strijkkwartet vanAnton Arenski vraagt een bezetting van viool, altviool en twee cello's. Verder zijn er talrijke arrangementen of originele composities voor vier dezelfde strijkers (vier violen, vier altviolen of vier cello's).
Wordt een tweede altviool (Mozart, Beethoven, Brahms), een tweede cello (Boccherini, Schubert) of eencontrabas (Dvořák) aan het strijkkwartet toegevoegd, dan ontstaat eenstrijkkwintet. Gaat het om een ander instrument, dan spreekt men van bijvoorbeeld eenpianokwintet (Schumann, Franck, Brahms, Dvořák, Elgar), eenklarinetkwintet (Mozart,Weber, Brahms, Reger), enzovoorts.
Een curiositeit is hetHelikopter-Streichquartett vanKarlheinz Stockhausen, onderdeel vanMittwoch, een deel uitLicht, die sieben Tage der Woche. Daarin vliegen de musici in vier helikopters rond en stemmen hun muziek af op elkaar en ook op het ritme van de helikoptergeluiden. Bij de première in hetHolland Festival 1995 speelde hetArditti Quartet. Ook de piloten worden als uitvoerende kunstenaars erkend.
Uiteraard hebben in de loop der jaren wisselingen plaatsgevonden in de bezetting van veel al lang bestaande kwartetten. Bekende strijkkwartetten uit vroeger tijden zijn:
Historisch is hetSchuppanzigh Quartett (1795-1830), dat een aantal kwartetten van Beethoven en Schubert in première bracht. Veel kwartetten van Sjostakovitsj beleefden hun première door het Beethoven Quartet of het Borodin Quartet.
In 2001 werd deNederlandse Strijkkwartet Academie opgericht, een opleiding voor afgestudeerde musici die zich verder willen bekwamen in het kwartetspel. Sinds 2018 bestaat in het AmsterdamseMuziekgebouw aan 't IJ deStrijkkwartet Biennale, een tweejaarlijke, meerdaagse manifestatie waaraan binnen- en buitenlandse ensembles deelnemen.[2]
Paul Griffiths,The String Quartet. A History. Thames and Hudson, London, 1983.ISBN 0500273839
Ernst Heimeran & Bruno Aulich,Het fijnbesnaarde strijkkwartet. Vertaling en bewerking Dick van der Meer. Wereldbibliotheek, Amsterdam, 1981³.ISBN 9789028414570
Willem F. Korthals Altes,Strijkkwartetten in Nederland. Een blik achter het podium. Walburg Pers, Zutphen, 2022.ISBN 9789462497825
Friedhelm Krummacher,Geschichte des Streichquartetts. Laaber-Verlag, Laaber, 2005.ISBN 9783890075877
Robin Stowell (ed.),The Cambridge companion to the string quartet. Cambridge University Press, 2003.ISBN 0521000424
Stanley Sadie & John Tyrrell (ed.),The New Grove Dictionary of Music and Musicians. Oxford University Press, 2001.ISBN 0195170679;ISBN 9780195170672
Francis Vuibert,Répertoire universel du quatuor à cordes. ProQuartet-CEMC, 2009.ISBN 9782953154405
Bronnen, noten en/of referenties
↑Bij deze selectieve opsomming/telling worden alleen voltooide werken met de titelStrijkkwartet meegeteld; voor deze bezetting bestaan ook vele composities met andere titels.