Degeschiedenis van Somalië overspant een periode van deprehistorische tot de moderne tijd. Het kent een van de langstlopende histories van de wereld. Sinds hetPaleolithicum was Somalië bewoond door mensen. Deislam speelde een belangrijke rol in de geschiedenis van Somalië. Voordat de islam geïntroduceerd werd in de Somalische gebieden in de7e eeuw, had Somalië eenchristelijk-joodse cultuur in het noorden en westen van het land met in het zuiden voornamelijk een Somalisch traditioneelmonotheïstische religie.
Somalië is bewoond door mensen sinds hetPaleolithicum. Het bewijs hiervan is gevonden door de ontdekking vanrotstekeningen in het noorden van Somalië die dateren uit 9000 v.Chr. De bekendste hiervan zijn deLaas Geel-tekeningen, een van de oudst gevonden tekeningen op het Afrikaanse continent. Onder de tekeningen zijninscripties gevonden, die echter op dit moment nog niet doorarcheologen ontcijferd kunnen worden.
Sanaag in Somalië heeft veel historische enarcheologische vindplaatsen waar zeer veleruïnes en gebouwen werden gevonden. Veel van deze vondsten moeten nog nader onderzocht worden.
Somalië was in deOudheid een belangrijk centrum van handel met de rest van de Oude Wereld.[6] Het was ook de locatie van het mystiekeland van Poent, dat goede relaties had met hetOude Egypte.[7] In de Oudheid woonden er deMacrobiërs, een volk dat in het hedendaagse Somalië een koninkrijk had. De Macrobiërs werden genoemd in een document van de Griekse historicusHerodotus, hij beschreef ze als een volk dat zeer lang kon leven, met een gemiddelde leeftijd van 120 jaar. Ook werden ze beschreven als het 'langste en mooiste volk van de wereld'.[8] De Macrobiërs waren een deel van een groot volk dat vanEgypte tot Somalië woonde, die fysiek verschilden met de volkeren vanAfrika ten zuiden van de Sahara.[9]
Het voormaligeBritse protectoraatBrits-Somaliland ging in1960 samen metItaliaans-Somaliland om Somalië te vormen. De eerste president van Somalië wasAden Abdullah Osman Daar. In 21 oktober 1969 pleegden officieren van het leger onder leiding van generaalSiad Barre een coup. Het nieuwe militaire bewind van Barre was gebaseerd op het zogenaamde 'WetenschappelijkSocialisme' en het werd duidelijk dat Barre Somalië wilde omvormen tot een combinatie van eenmarxistisch-leninistische en eenlinks-islamitische staat.[13] De invloed van marxistische sympathisanten op het regeringsbeleid was in het begin groot. Er werden contacten gelegd met deSovjet-Unie enOost-Europese landen. In1976 vormde Barre Somalië om tot een eenpartijstaat met deSomalische Socialistische Revolutionaire Partij (SSRP) als enige partij.
Het militaire regime van Siad Barre streefde van het begin af aan naar een 'Groot-Somalië' waar ook het Ethiopische woestijngebied deOgaden (sinds 1995 de regioSomali) bij zou moeten horen. In1977 brak er deOgaden-oorlog uit tussen Somalië en Ethiopië. De Ogaden werd door Somalische troepen 'bevrijd', maar al spoedig bleek dat de Sovjet-Unie,Cuba enOost-Europese landen Ethiopië gingen steunen. AlleenChina enEgypte bleken bereid Somalië op beperkte schaal te willen helpen. Het Somalische Nationale Leger en West-Somalische rebellen werden verslagen en moesten zich terugtrekken, waarna een wapenstilstand werd gesloten.
In1980 schoten deVS het internationaal geïsoleerde Somalië van Barre te hulp: in ruil voor strategische bases besloot de VS Somalië vooral op militair gebied te steunen, in het kader van decontainmentpolitiek. In 1986 brak deSomalische Burgeroorlog uit, waarbij revolutionaire bewegingen in Noord-Somalië de regering bestreden. In1988 sloten Somalië en Ethiopië vrede, de burgeroorlog ging echter onverminderd door. De USC (Verenigd Somalisch Congres) en de SSNM (Somalische Nationale Reddingsbeweging) bereikten injanuari1991 de hoofdstadMogadishu. President Siad Barre week daarna uit naar het buitenland, terwijl USC-voorzitterAli Mahdi Mohammed hem opvolgde als interim-president.
ZieSomaliland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Na een onafhankelijkheidsstrijd van de SNM (Somali National Movement) verklaarde het voormalig Britse deel van Somalië,Somaliland, zich op 18 mei1991 onafhankelijk, na de val van het regime in Mogadishu. Hoewel Somalilandde facto onafhankelijk werd, is het door geen enkel land erkend.
Somalië kende gedurende de periode 1992-2005 geen effectieve regering meer. Inseptember1992 werd er een VN-vredesmacht naar Mogadishu overgevlogen om de burgers aldaar te beschermen. Troepen van generaal Aydid en de VN raakten in1993 met elkaar in gevecht. In1994 sloten interim-president Mahdi en generaal Aydid een vredesverdrag en in1995 werd de VN-vredesmacht teruggetrokken. Toen de vredesmacht echter weg was, laaide de strijd weer op. Injuni1995 werd Aydid zelf president. Aydid overleed in 1996 aan verwondingen die hij opliep bij gevechten in Mogadishu. Zijn zoon volgde hem op en bleef tot1998 aan de macht, toen er een Nationaal Reddingsfront werd ingesteld om het land te regeren.
In 1998 vond er een nieuwe afscheiding plaats in het noordoosten van het land (de hoorn). De autonome staat nam de naamPuntland aan nadat het zich in 1998 'tijdelijk' onafhankelijk verklaarde. Dit met de intentie dat het zou deelnemen aan elke Somalische verzoening om een nieuwe centrale overheid te vormen. Na een paar jaar was Puntland weer Somalië.
Op 1 april 2002 riep de krijgsheer Hassan Muhammad Nur 'Shatigadud' de onafhankelijkheid uit van Zuidwest-Somalië. Het heeft net als Puntland de intentie een autonome regio te vormen binnen Somalië en wil geen blijvende onafhankelijkheid.In het conflict van 2006 koos het partij metPuntland,Galmudug enEthiopië tegen deUnie van Islamitische Rechtbanken.
In mei 2006 brak er een conflict uit tussen een alliantie van Mogadishu-krijgsheren en een militie die loyaal was aan deUnie van Islamitische Rechtbanken of 'UIR'. Het conflict brak uit midden februari en verscheidene honderden mensen, voornamelijk burgers, stierven in de vuurgevechten. Na de in Mogadishu aanwezige krijgsheren een voor een te hebben verslagen verkreeg de Unie van Islamitische Rechtbanken in de zomer van2006 de volledige macht in handen, waardoor ze een relatieve stabiliteit bracht in de hoofdstad. Op maandag 25 december 2006 verklaarde Ethiopië de oorlog aan de Unie van Islamitische Rechtbanken. Met de hulp van Ethiopië keerden op 28 december 2006 overheidstroepen terug naar de hoofdstad Mogadishu. In het daaropvolgend offensief werden de islamitische strijders naar het zuiden van het land gedreven waar ze werden ingesloten.
Ethiopische troepen bleven achter in het land om de Somalische regering te ondersteunen.[14] Na een vergadering met de presidentAbdullahi Yusuf Ahmed op 12 januari 2007 in de Somalische hoofdstad Mogadishu aanvaardden verschillende clanleiders om hun wapens in te leveren en hun manschappen onder te brengen in het Somalische leger.
Parallel tijdens deSomalische Burgeroorlog is er een toename vanpiraterij in deIndische Oceaan en deGolf van Aden. In 2008 en 2009 nam deze piraterij flink toe en werden er steeds meer buitenlandse schepen gekaapt, waardoor dit probleem op de internationale agenda terechtkwam.
In 2011 heeft het in de Hoorn van Afrika lang niet geregend en dreigde er grootschaligehongersnood. Hulpverleners werden vaak geweigerd door regerende milities. Veel Somaliërs weken uit naar kampen in Kenia. Tijdens deze tocht bezweken veel mensen, vooral kinderen en ouderen. Ook in 2022 zorgden conflict en droogte voor een crisis met honger als gevolg.[15]
Somalië ligt in deHoorn van Afrika met deGolf van Aden in het noorden en deIndische Oceaan in het oosten. Het heeftde jure een grens van 1600 km metEthiopië in het westen, 58 km metDjibouti in het noordwesten en 682 km metKenia in het zuidwesten. Somalië heeft met 3025 km de langste kustlijn van het Afrikaanse continent.[17]
Het Somalische landschap bestaat hoofdzakelijk uitdrogeplateaus,vlaktes enhooglanden. De enige permanente rivieren zijn deShebelle en deJubba. De brede valleien van deze rivieren domineren het zuidwestelijke deel van Somalië. In het noorden echter liggen de stenige bergketens van hetKarkaar-gebergte, dat evenwijdig loopt aan de Golf van Aden. Hier bevindt zich ook het hoogste punt van Somalië: deShimbiris met een hoogte van 2416 m.
In Somalië heerst een warmwoestijnklimaat en een warmsteppeklimaat. Het noordelijke en oostelijke deel van Somalië kent amper neerslag. In het zuidwesten en langs de grens met Ethiopië neemt de hoeveelheid neerslag toe, voornamelijk van april tot oktober, als dezuidwestmoesson waait. Dit zijn de gebieden waar het warme steppeklimaat heerst.
De gemiddelde jaarlijkse neerslag is ca. 280 mm, de temperatuur 24 à 30 °C.
Somalië is ingedeeld in staten in opbouw (dawlad), die vervolgens zijn ingedeeld in regio's (gobol/محافظة,muḥāfaẓä) en verder in districten (degmo/منطقة,mintaqa).
Voordat de burgeroorlog uitbrak waren de 18 regio's:
Het noorden is anno 2009 verdeeld in dede facto onafhankelijke statenPuntland,Somaliland enGalmudug. Het zuiden wordt op papier bestuurd door deFederale Overgangsregering, maar staat buitenBaidoa enMogadishu onder controle vanislamistische groepen. Alles bij elkaar opgeteld wordt Somalië, inclusief de de facto onafhankelijke staten en gebieden nu verdeeld in 27 regio's. Dit aantal en de grenzen zijn echter aan verandering onderhevig.
HetSomalisch is de belangrijkste taal, die vrijwel overal wordt gebruikt en vrijwel elke inwoner van Somalië kan het spreken. Er bestaan echter ook minderheidstalen, zoals hetMaay, dat in het centrale deel van het zuiden van Somalië wordt gesproken door deRahanweyn-clans, en een variant van hetSwahili dat gesproken wordt aan de zuidelijke kust.
Een aanzienlijk deel van de Somaliërs spreektArabisch vanwege de islam en Somalië heeft dan ook banden met deArabische wereld en de Arabische media.
Deislam is destaatsgodsdienst in Somalië. Vrijwel alle Somaliërs zijnsoennitischemoslims. Dit in contrast met buurlanden Ethiopië en Kenia, waar de meerderheidchristen is. Voor een groot aantal Somaliërs is de islam een factor die hun nationale identiteit definieert. Er bestaan ook nog sporen van voor-islamitische religies in Somalië. Het land is sinds de oprichting in 1969 lid van deOrganisatie voor Islamitische Samenwerking. In de hoofdstad Mogadishu woonden in de jaren 1970 circa 3300katholieken en de stad was de zetel van eenapostolisch vicaris.
↑De kustlijn van Madagascar, ook een Afrikaans land, doch geen deel van het Afrikaanse vasteland, is evenwel veel langer en wordt – afhankelijk van de meetmethode – geschat op 4800-9900 km.