Sojoez 11 | ||||
---|---|---|---|---|
Missiegegevens | ||||
Aantal bemanningsleden | 3, Georgi Dobrolvolski (commandant), Vladislav Volkov (boordwerktuigkundige) & Viktor Patsajev (test-werktuigkundige) | |||
Lanceerdatum | 6 juni1971 07:55:09UTC | |||
Lanceerplatform | LC.1,Kosmodroom Bajkonoer | |||
Landingsdatum | 30 juni1971 02:16:52UTC | |||
Landingsplaats | uitgestrekte vlakten vanKazachstan | |||
Missieduur | 23 dagen, 18 uur, 21 minuten | |||
Hoogte van de baan | apogeum 217 km, perigeum 185 km, omlooptijd 88,3 minuten | |||
Hellingshoek van de baan | 51,6°, excentriciteit 0,00243 | |||
Aantal rondjes rond de aarde | 384 | |||
![]() | ||||
|
Sojoez 11 (Russisch: Союз 11, "Unie 11") was een Russische ruimtevlucht uit 1971. De bedoeling was dat de driekoppigebemanning een koppeling tot stand zou brengen metSaljoet 1, 's werelds eersteruimtestation, dat zeven weken tevoren in een baan om de aarde was gebracht en daar vervolgens enkele weken zou doorbrengen met experimenten en onderzoek. Door een defect ventiel in de terugkeercapsule kwam de gehele bemanning tijdens de afdaling om.
Ruim eenmaand eerder, op23 april, was een eerste poging om dit met deSojoez 10 te bewerkstelligen, als gevolg van problemen bij de koppeling vanSojoez enSaljoet nog mislukt en waren dekosmonauten al na twee dagen gedwongen geweest om onverrichter zake terug te keren.
Sojoez 11 (Russisch: Союз 11, "Unie 11") werd op6 juni1971 gelanceerd met eenSojoezdraagraket vanafBajkonoer. De capsule kwam in eenbaan met eenhoogste punt van 217 km, eenlaagste punt van 185 km bij eenomlooptijd van 88,3 minuten. Deinclinatie bedroeg 51,6° bij eenexcentriciteit van 0,00243.
De oorspronkelijke bemanning werd vervangen door de reservebemanning, omdat artsen vraagtekens zetten bij de gezondheid vanValeri Koebasov. Zodoende blevenPjotr Kolodin enAleksej Leonov ook aan de grond. Wat hun voorgangers niet voor elkaar kregen, ging de bemanning van deSojoez 11 evenwel aanzienlijk gemakkelijker af en na hun geslaagde koppeling met deSaljoet, zouden de kosmonautenVladislav Volkov,Viktor Patsajev enGeorgi Dobrovolski dan ook - als eerste mensen ooit - ruim 23 dagen aan boord van een ruimtestation hun baantjes rond de aarde beschrijven. Op zes à zeven kilometer afstand nam het automatische koppelingssysteem het over. In 24 minuten bracht het de afstand terug tot 9 m, bij een relatieve snelheid van 0,2 m/s. Op 7 juni voerdeSojoez 11 een geslaagde koppeling uit.
Patsajev begaf zich als eerste in het station en rook een brandlucht. Hij verving twee ventilatoren en schakelde de luchtververser in. Die had echter twintig uur nodig om alle lucht in het station te verversen, dus beval de vluchtleiding de kosmonauten de eerste nacht in hunSojoez te blijven. Na ontwaken bleek de atmosfeer in het station zuiver en de luchtverversing uitstekend te functioneren.
Als eerste voerde de bemanning een baancorrectie uit en draaide de zonnepanelen vanSaljoet 1 naar de zon. Lichamelijke oefening schoot erbij in en een dag later maanden hun artsen hen hier de hand aan te houden. De bemanning verrichtte medisch-biologisch en astronomisch onderzoek en verrichtte waarnemingen van de Aarde. Het belangrijkste wetenschappelijk instrument, de grote zonnetelescoop, was onbruikbaar. Een beschermend omhulsel werd niet afgeworpen.Saljoet 1 beschikte verder onder meer over een elektro-fotometer en eenspectrometer. Deloopband, die ze tweemaal daags voor hun oefeningen gebruikten, veroorzaakte trillingen van het station.
Op 16 juni rook Volkov een brandlucht, afkomstig van een oververhit instrument. De kosmonauten zochten hun toevlucht inSojoez 11, maar zo'n drie kwartier later was de atmosfeer inSaljoet 1 bedorven. Daarop vervingen ze de zuurstoffilters, schakelden de hoofdluchtververser uit en benutten de reserveververser. Gezagvoerder Dobrovolski verzocht om toestemming om de missie voort te zetten. Op 19 juni vierde Patsajev als eerste mens zijn verjaardag in de ruimte.
Op 26 juni zat de missie er op. De kosmonauten verzamelden de resultaten van hun wetenschappelijke proeven (belichte films enmonsters), namen de voorraad water en levensmiddelen voor de volgende bemanning op en deden aan gym. DeSojoez bood echter onvoldoende ruimte om alle proeven mee terug te nemen. Daarop maakte de vluchtleiding een keuze. Op 28 juni legde de bemanning het station in de mottenballen. Hun missie bracht de tekortkomingen in het ontwerp van het eerste ruimtestation duidelijk aan het licht. Een automatisch richtsysteem voor de wetenschappelijke instrumenten, een afvoersysteem om vloeistoffen uit het station af te voeren, verbeterde zonnepanelen, betere rustplekken voor de bemanning, een beter functionerend besturingssysteem en verbeterde wetenschappelijke uitrusting. Voor structureel lange missies (> 2 maanden) moest het ontwerp aanzienlijk worden verbeterd; wat dat betreft zakteSaljoet 1 duidelijk door het ijs.
Bij hun terugkeer naar de aarde, op29 juni1971, sloeg het noodlot echter toe. Na het afvuren van deremraketten werd hetruimtevaartuig in drie delen gesplitst door de orbitale capsule en de servicemodule af te stoten. Een drukventiel in de landingscapsule, dat als functie had de druk tussen de terugkeercapsule en orbitale capsule te regelen, sloot niet goed af waardoor in enkele seconden tijd de atmosfeer van de landingscapsule weglekte naar de ruimte. De drie kosmonauten droegen geenruimtepak om zich te beschermen tegen het luchtledige van de ruimte; daarvoor bood de kleine capsule te weinig ruimte.
Toen bergingsploegen in de uitgestrekte vlakten vanKazachstan eenmaal tot de landingscapsule waren doorgedrongen konden zij niet anders dan vaststellen dat geen van de drie bemanningsleden de laatste minuten van hun lange reis had overleefd. Na afstoting van het werkcompartiment viel in 115 seconden de druk terug van 915 naar 50mm kwikdruk en daalde nog verder. Op 1 juli kwamen deskundigen ter plaatse die de capsule aan een grondig onderzoek onderwierpen. Hun conclusie was duidelijk: de landingscapsule vertoonde geen gaten of barsten. De mannen bleven nog 50 à 60 seconden (waarvan 13 seconden tijd om te handelen) bij bewustzijn nadat het lek ontstond. De polsslag van Volkov liep op van 120 naar 180, die van Dobrovolski van 92-106 naar 114. Vijftig seconden nadat beide capsules waren gescheiden, was de polsslag van Patsajev gezakt naar 42, een duidelijke aanwijzing van dood door verstikking; na 110 seconden sloegen hun harten niet meer. De bemanning moet hoofdpijn hebben ervaren, pijn op de borst en in de buikholte, gevolgd door gebarstentrommelvliezen, bloedneuzen en mondbloedingen.
Volkov, Patsajev en Drobovolski, in het zicht van hun bestemming gestikt, werden zodoende de tot op heden laatst bekende kosmonauten die omkwamen tijdens een missie in het kader van hetSovjet-Russischebemanderuimtevaartprogramma. Na evaluatie van deze rampzalige vlucht, besloten de Russen jarenlang slechts twee kosmonauten per capsule te lanceren. Hierdoor was er in de kleine capsule genoeg ruimte om tijdens de terugkeer naar de aarde wél ruimtepakken te dragen. In de tussentijd werd het hele ontwerp van de Sojoez grondig geëvalueerd en ingrijpend aangepast. Pas met de introductie van de Sojoez-T in 1980, samen met een nieuw lichtgewicht ruimtepak, keerden de Russen terug naar een bemanning van drie kosmonauten.
Leonov, de commandant van de oorspronkelijke bemanning, kreeg zo op pijnlijke wijze gelijk. Hij raadde de reservebemanning aan een serie ventielen tussen werkcompartiment en afdaalmodule af te sluiten en pas weer te openen als de parachutes ontplooiden. In zijn memoires schreef hij: "...Hoewel dit afweek van de regels, had ik lange tijd getraind voor deze missie en naar mijn mening was dit de veiligste procedure. Volgens het normale vluchtschema moesten de ventielen automatisch sluiten en weer opengaan zodra de parachutes ontvouwden. Maar naar mijn overtuiging schuilde hier het gevaar in dat de ventielen op te grote hoogte opensprongen en de luchtdruk wegviel...". Het trio sloeg het advies van Leonov in de wind en dat kostte hen het leven.