Ruth Smith Nielsen (Vágur, 5 april 1913 — ibid., 26 mei 1958) was eenFaeröersschilderes. Zij groeide op opSuðuroy, het zuidelijkste eiland van de Faeröer, en geldt als een der belangrijkste coloristen van de noordse beeldende kunsten. Aan deKoninklijke Deense Kunstacademie volgde ze les bijAksel Jørgensen; ze ontpopte zich tot een atypische vertegenwoordigster van hetrealisme en schilderde hoofdzakelijk portretten van lokale dorpsbewoners op Suðuroy. Zij verdronk op 45-jarige leeftijd.
Ruth Smith was de dochter van Johan Smith (1882-1922) en Elin Caroline Djurhuus (1881-1960). Haar vader was zeeman, maar door ziekte moest hij aan de wal blijven, waar hij in Vágur een klein winkeltje had. Hij overleed toen Ruth negen was, en zoals haar andere broers en zusters moest zij werken om in het onderhoud van het gezin te voorzien.
Van 1939 tot 1943 verbleef zij inDenemarken, alwaar zij reeds in 1933 en 1934 leerling was geweest op de tekenschool vanBuzzie Høyers. De kunstacademie bezocht ze van 1936 tot 1943. Anno 1945 huwde zij de architect Poul Morell Nielsen, met wie zij twee zonen kreeg. Het koppel woonde afwisselend inKopenhagen enLemvig. In deze periode schilderde ze hoofdzakelijk stadsgezichten van Kopenhagen en landschappen aan de westkust vanJutland. In 1947-48 beschilderde zij glas in de glasfabriek vanHolmegaard.
Het gezin verhuisde in 1949 naar de Faeröer en vestigde zich in Vágur; hier schilderde en tekende Smith de lokale bevolking. In 1957 verhuisden ze opnieuw, ditmaal naar een zelfgebouwd huis met atelier in het gehuchtNes, tussen Vágur enPorkeri. Tussen 1947 en 1958 wijdde Smith zich hele winters naarstig aan haar schilderkunst.
Smith was uiterst zelfkritisch en overschilderde dikwijls haar eigen werken. Zij leidde een schuw en teruggetrokken bestaan, waarbij ze slechts zelden haar werken tentoonstelde, waardoor ze relatief onbekend bleef. In de laatste jaren van haar leven was ze bang omblind te worden; dit kon op een beginnendedepressie wijzen. Tijdens een eenzaam partijtje zwemmen in het fjord in mei 1958 is zij verdronken.
Smiths vele schetsen verraden een tweestrijd tussen haar realistische achtergrond en haar persoonlijke expressie. Zij schilderde nooit fantasiebeelden, in de zin dat ze nooit zelf motieven uitvond. In haar werken worden reële objecten en personen weergegeven, maar op de manier zoals zij die zelf waarnam. Het lichtspel in sommige van haar landschappen vertoontimpressionistische trekken, terwijl haar portretten bijwijlen invloed vanPaul Cézanne vertonen.
Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikelRuth Smith op de Deenstalige Wikipedia, dat onder de licentieCreative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie debewerkingsgeschiedenis aldaar.