Rodekool | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Variëteit | |||||||||||||||||||
Brassica oleracea convar.capitata var.rubra | |||||||||||||||||||
![]() | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op![]() | |||||||||||||||||||
|
Rodekool, ookrode kool, (Brassica oleracea convar.capitata var.rubra[1]) is een van de belangrijkste sluitkoolgewassen en wordt voornamelijk voor de verse markt geteeld. Het is een van de oudstekoolsoorten. In Nederland vindt de teelt vanouds plaats in Noord-Holland, omdat daar minder aantasting doorknolvoet optreedt. Dit is ook terug te vinden in ouderasnamen, zoals Langedijker Allervroegste, Langedijker Herfst en Langedijker Bewaar. Hier ligt 60% van het Nederlandse areaal aan rodekool. Ook vindt er teelt plaats in Zuid-Holland, Limburg en Noord-Brabant, maar daar moet een ruimevruchtwisseling toegepast worden. Rode kool is eigenlijk eerder paars van kleur.
Rodekool is in principe een tweejarig gewas, waarbij in het eerste jaar de kool gevormd wordt en in het tweede jaar de plant gaat bloeien. Bij een koud voorjaar kan de plant bij de allervroegste teelt echter al gaan doorschieten en bloeien. Volgens debiologische zaaitabel gedijt de plant het best tussenechte salie en andere kruidigeburenhulpplanten.
Er worden de volgende teeltwijzen onderscheiden:
Tussen de rassen komen verschillen in kleur voor. Daarbij zijn de latere rassen doorgaans donkerder dan de vroegere.[2]
De snelstgroeiende rassen, de zogenaamde grage, hebben zachter blad, maar zijn slecht te bewaren. De bewaarrassen, de zogenaamde trage, hebben hard blad en zijn goed te bewaren.
Rodekool heeft een hoogvitamine C-gehalte enthiocyanaat dat een antibiotische werking heeft.
100 gram rauwe rodekool bevat:[3]
100 gram gekookte rodekool bevat:[3]
Rodekool is een harde groente. Het kan rauw gegeten worden als het wordt fijngeraspt, maar dan alleen in kleine hoeveelheden. Wordt de kool langgemarineerd in bijvoorbeeldyoghurt dan wordt het zachter en is het als salade makkelijker te verteren.
Gekookt behoort rodekool tot de traditionele wintergroenten. Meestal wordt rodekool fijngesneden of geraspt gegeten. De kooktijd bedraagt dan ten minste 20 minuten in ruim water. De kool kan ook gestoofd worden.
Om de kool wat zachter te maken wordt soms een kleine hoeveelheidazijn toegevoegd. De smaak kan aangepast worden door de toevoeging vankruidnagel,laurier,kaneel en/ofsuiker, rode wijn maar vooral ook in blokjes gesnedenappel. Ookrozijnen kunnen een aanvulling vormen. Soms wordt de kool gebonden metmaïzena ofbloem. Om te voorkomen dat de kool blauw wordt kan citroensap of azijn toegevoegd worden. In de traditionele Nederlandse keuken past rodekool goed bij rood vlees of wild. In België is rode kool met worst een traditioneel gerecht.
Buiten Noord-Holland isknolvoet (Plasmodiophora brassicae) de belangrijkste ziekte.Rupsaantastingen door onder meer hetgroot koolwitje,klein koolwitje,koolbladroller,kooluil enkoolmot komen veelvuldig voor. Daarnaast komt aantasting voor van dekoolvlieg en dekoolgalmug.
Rodekoolsap bevat een pigment genaamdcyanidine. Het wordt gebruikt om dezuurgraad vanoplossingen te meten. De stof is rood in zeer zure oplossingen (pH < 2), roze in zure oplossingen (pH 2-7), paars in neutrale oplossingen (pH ~ 7), groen in basische oplossingen (pH 7-12) en geel in zeer basische oplossingen (pH > 12) waar het pigment volledig gereduceerd is.[4]