Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
Wikipediade vrije encyclopedie
Zoeken

Ridderhofstad

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wapenkaart die hing in het huis van de Ridderschap van Utrecht uit vermoedelijk circa 1675 met de wapens van edelen en de wapens van hun ridderhofsteden

Ridderhofstad is in de ruime betekenis de benaming voor degrond waarop zich de woning met bijbehorende gebouwen van eenriddermatig man bevindt.

Begin 16de eeuw kreeg het begrip 'ridderhofstad' in hetUtrechtse Nedersticht een beperktere betekenis omdat voor de gebruikelijke belastingvrijstelling voor riddermatigen, hogere eisen werden gesteld. Vanaf 1512 werden nog slechts die adellijke huizen die omgeven waren door een gracht en voorzien van een ophaalbrug, en waarvan de eigenaar verschreven was in deridderschap, aangemerkt als ridderhofstad, wat voorwaarde was voor belastingvrijstelling.[1]

In 1587 werd het bezit van een ridderhofstad expliciet als tweede voorwaarde gesteld voor zitting in de ridderschap, naast de vereiste dat ouders tot de adeldom behoorden. De dubbele formele voorwaarde werd pas in 1667 in een reglement van toelating tot de ridderschap opgenomen.

Geschiedenis

[bewerken |brontekst bewerken]

De erkenning als ridder gebeurde door delandsheer (in het Sticht de bisschop, in de heerlijkheid aanvankelijk deHabsburgersKarel V enFilips II). Na de stichting van deRepubliek waren de Staten zelfsoeverein.

De eerste maal dat het begrip ridderhofstad in hetNedersticht voorkomt is in het jaar 1512. In de zogenaamdeVerbandbrief werd bepaald dat bezitters van een ridderhofstad vrijdom van belasting van huisgeld en bieraccijns zouden genieten. Er moest daarom een omschrijving van een "ridderhofstad" worden gegeven. Deze leidde ertoe dat zoveel mensen belastingvrijdom eisten, dat in 1536 het begrip opnieuw gedefinieerd moest worden, en een lijst van ridderhofsteden werd opgemaakt.[2] Met deze nieuwe definitie werd het aantal op 38 vastgelegd, welk aantal in de loop van de jaren overigens weer uitgebreid werd tot 63. In 1587 werd uitdrukkelijk de voorwaarde gesteld dat men in het bezit diende te zijn van een ridderhofstad om het ridderschap te kunnen verkrijgen.

In de tijd van de Republiek moest men als riddermatige voor de deelname aan dit bestuurNederlands-hervormd zijn, minimaal 24 jaar oud zijn en ten minste 25.000 gulden bezitten.

Met de komst van de Fransen en de vestiging van deBataafse Republiek werden dezeprivileges in 1798 afgeschaft.

Bij de invoering van hetVerenigd Koninkrijk der Nederlanden in 1815 stelde koningWillem I de ridderschap weer in alsopenbaar lichaam, maar bij het in werking treden van de doorThorbecke opgesteldeprovinciewet in 1850 werd ze definitief opgeheven.

Andere gewesten

[bewerken |brontekst bewerken]

Vergelijkbare ontwikkelingen deden zich voor in de andere gewesten. In Drenthe vormde desaelstede net als in het Utrechtse de fiscale basis voor de huisbelasting. In 1622 legde Drenthe de voorwaarde voor verschrijving in de ridderschap, van het bezit een riddermatig huis vast, maar onder de naam havezate. In Overijssel en Gelderland werd dehavezate in 1642 als riddermatig huis als een van de voorwaarden voor de ridderschap gesteld. In Holland stelde men in 1666 het bezit van een 'ridderlijke hofstat' als een voorwaarde.

Lijst van erkende ridderhofsteden Nedersticht (Utrecht)[3]

[bewerken |brontekst bewerken]

Het doel van eigenaren van hofsteden om erkenning als ridderhofstad te verkrijgen was om vrijgesteld te worden van het in 1512 ingevoerde 'huisgeld'. Naast de 'erkende ridderhofsteden' zijn er de ridderhofsteden die al om andere redenen vrijgesteld waren, die daarom niet op de lijsten voorkomen. Dat kan zijn omdat de hofstede in een gebied lag dat niet onder de belastingheffing viel, zoals de sloten (ridderhofsteden) van de landsheer. Dat gold voor Abcoude,Duurstede,Ter Eem, Ter Horst (Rhenen),Stoutenberg enVreeland. Verder de stadsvrijheden van Amersfoort, Rhenen, Utrecht en Wijk bij Duurstede.

Ook de gebieden die hun eigenhoge heerlijkheid bezaten waren niet belastingplichtig aan de landsheer. Dat gold voor Ameide, Hagestein, Hinswijk, Jaarsveld,Langerak, stad en land van Montfoort en deproosdij van Sint-Jan met onder andere Mijdrecht en Wilnis. Deze komen ondanks dat het potentiële ridderhofsteden betreft niet voor op de lijst van erkenningen.

Erkenning
bij resolutie van
NummerNaam ridderhofstadEerste vermeldingWapen
27-10-153628.Ter Aa1106
26-5-153740.Oud-Amelisweerd1108
15-2-153848.Nieuw-Amelisweerd (Groenewoude)1350
1597Amerongen1314
1642Bergestein1392
27-10-15368.Beverweerd1294
28-5-153741.Blikkenburg1368[4]
15-2-153855.Bolenstein1340
15-2-153853.Bottestein1340
1629Broekhuisen1294
27-10-153637.Huis Doornca. 838
27-10-153634.Drakenburg1340
1642Drakesteyn
27-10-153624.Den Engh1260
Galesloot
27-10-153635.Geerestein1400
Grauwert
23-5-153967.Groenestein
28-5-153742.Groenewoude (Woudenberg)
23-5-153959.Gunterstein1300
27-10-153621.De Haar1165
27-10-153620.Den Ham1260
27-10-15365.Hardenbroek1280
27-10-153625.Harmelen1272
27-10-153614.Heemstede1323
15-2-153854.Hinderstein1330
8-11-153857.Kersbergen
1640Langerak (ZH)
27-10-15361.Lievendaal1340
27-10-153627.Loenersloot1156
27-10-153619.Lockhorst1240
15-2-153849.Lunenburg1340
27-10-153632.Ter Meer (Zuylenburg)1394
8-11-153958.Moersbergen1435
27-10-153638.Mijdrecht
27-10-15363.Natewisch1270
27-10-153626.Ter Horst (Achterberg)1163
27-10-153630.Nijenrode1328
27-10-153623.Nijeveld1311
1536Oudaen1350
27-10-153616.Oudegein1350
27-10-153636.Renswoude
27-10-153613.Rhijnauwen1212
27-10-153631.Ruwiel1300
27-10-153617.Rijnenburg1320
27-10-153618.Rijnestein1392[4]
27-10-153615.Rijnhuizen1370
27-10-15367.Rijsenburg1240
1538Sandenburg1320
27-10-153612.Schalkwijk1346
27-10-153611.Schonauwen1240
27-10-15366.Sterkenburg1261
27-10-153622.Huis te Vleuten1412
15-2-153846.Te Vliet1456
23-5-153960.Voorn1279
1680Vredelant
7-11-153639.Vronestein1300
15-2-153847.Vuijlcop1392
1642Wayenstein1436
15-2-153852.Weerdesteyn1340
1674Woudenberg1310
27-10-153610.Wulven1200
27-10-15369.Slot Zeist1152
27-10-15364.Zuilenburg (Klein Zuilenburg)1270
27-10-153633.Zuylen1247
27-10-15362.Zuylenstein1400

Zie ook

[bewerken |brontekst bewerken]
  • Havezate (de Drentse, Gelderse en Overijsselse variant)
  • Stins (De Friese variant)
  • Borg (de Groningse variant)

Bronnen

[bewerken |brontekst bewerken]
  • P.C. de Boer en J. Dijkstra (2007),Utrecht. Vleuten, Huis te Vleuten, in: Archeologische Kroniek Provincie Utrecht 2004-2005, RotoSmeets GrafiServices, Utrecht, ISSN 1386-8527, blz. 166-181
  • B. Olde Meierink, G. van Baaren en R.G. Bosch van Drakesteinet al. (red) (1995),Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, Matrijs, Utrecht,ISBN 9035450728
  • R.J.F. van Drie (1986), 'Inhoud en gebruik van de begrippen ridderschap en ridderhofstad in het Nedersticht gedurende de 16de eeuw' in:Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie Deel 40, p. 67-99 ('s Gravenhage)

Noten

[bewerken |brontekst bewerken]
  1. Verbandbrief van 20 maart 1512: die rechte ridderschap des Nederstichts voorsz. die vesten ende huysen ende opgetogen bruggen hebben, ende anderen, die de drie Staten voir gerechte ritterschap houden, zellen van hoeren ritterhofsteden, bouhuysen ende wooningen, in sulke hoer ritterwooningen begrepen, van den huysgelden voorsz. vrij wesen. Uit: VandeWaterGrootplacaatboek I, p. 262
  2. A.S. Stapel,Inventaris van het archief van de Staten van Utrecht in de landsheerlijke tijd 1375-1581 (Rijksarchief)
  3. Het Utrechts Archief: Lijst van ridderhofsteden
  4. abB. Olde Meierink
Overgenomen van "https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Ridderhofstad&oldid=67228886"
Categorieën:
Verborgen categorie:

[8]ページ先頭

©2009-2025 Movatter.jp