In de meeste oude Europese steden zijn pleinen alsmarktplaatsen ontstaan. Dat kan men nog steeds zien aan de namen die deze pleinen dragen, bijvoorbeeld 'Grote Markt' of 'Vismarkt'. In de 17e en 18e eeuw ontstond een ander type pleinen, die menpaleispleinen kan noemen. Zulke pleinen werden voor grotepaleizen aangelegd en dienden niet als handelsplaats, maar om de grootsheid van zulke gebouwen te benadrukken (ze werden niet afgeschermd door andere huizen) en om ook om plaats te bieden aanmilitaire parades,ceremonies e.d.Paleispleinen zijn meestal regelmatiger van vorm dan de oude markten.
Inarchitectonisch opzicht dienen pleinen om de stadsstructuur te organiseren. Ze scheppen bijzondere punten in het (anders te homogene) stratenweefsel. Pleinen zijn ook nodig om grote en belangrijke gebouwen, zoals hetstadhuis, te benadrukken.
Sommige pleinen bewaren nog steeds hun handelsfunctie. Bovendien worden pleinen ook gebruikt voor openluchtconcerten, festivals, e.d.
Ook verkeersknooppunten worden wel plein ofverkeersplein genoemd.