De vallei waarin nu Philadelphia gelegen is, werd in 1623 deel van de kolonieNieuw-Nederland onder leiding van gouverneurCornelius Jacobsz May.[2] De kolonie was negen jaar eerder gesticht om handel te drijven met de lokale bevolking. Ten westen van deDelaware Bay stichtten de kolonisten onder leiding vanSamuel Godin in 1631 het fortSwaanendael. In 1638 vestigden ookZweedse kolonisten zich in het gebied, onder leiding van de NederlanderPeter Minuit. Zij stichtten de kolonieNieuw-Zweden om het Nederlandse handelsmonopolie in Noord-Amerika te omzeilen en bouwden in hun kolonieFort Christina, de eerste Europese nederzetting aan de Delaware.[3]
De eersteEngelse nederzetting in het gebied werd gesticht in 1642 door een vijftigtalpuriteinse families die afkomstig waren uitNew Haven in Connecticut. Zij vestigden zich aan de monding van deSchuylkill River. In 1646 werd er tussen de verschillende partijen geruzied over landrechten. Iedere partij wilde toegang hebben tot het gebied van de indianen, om erbont op te halen. Na enkele Zweedse invallen in de Nederlandse kolonie gaf gouverneurWillem Kieft aanAndries Hudde de opdracht om inheemse gronden te kopen en er permanente nederzettingen te bouwen, de eerste sinds het uitmoorden van de bewoners van Swaanendael in 1632. Hudde verkreeg het gebied dat de indianenWigquachkoing Scituated noemden en de nederzetting die hier gebouwd werd, zou later deel gaan uitmaken van Philadelphia.[4]
Zowel de Zweedse als de Nederlandse kolonisten duldden de aanwezigheid van de Engelse puriteinse nieuwkomers niet. Ze brandden hun gebouwen af en verdreven hen uiteindelijk. Hierbij opereerden Nederlanders en Zweden als bondgenoten.[5] In 1655 organiseerdePeter Stuyvesant echter een militaire expeditie tegen Nieuw-Zweden nadat de Zweden het NederlandseFort Casimir hadden veroverd. De Nederlanders veroverden de kolonie en plaatsten die onder het gezag van Nieuw-Nederland.[6] Negentien jaar later ruilden de Nederlanders met de Engelsen bij deVrede van Westminster, na afloop van deDerde Engels-Nederlandse Oorlog, hun grondgebied in Noord-Amerika voor dekolonie Suriname.
William Penn (rechts, staand) ontvangt het koninklijk charter van Karel II (links), geschilderd doorJean Leon Gerome Ferris
In 1681 droeg de Engelse koningKarel II een groot gedeelte van zijn grondbezit in de Amerikaanse koloniën, met daarin onder meer de huidige statenDelaware en Pennsylvania, over aanWilliam Penn, leider van dequakers. De overdracht werd vastgelegd in een charter, waarin de schulden die de koning had aan Penns vader vereffend werden verklaard en waarin de koning het recht behield op een vijfde van de opbrengst van goud- en zilvermijnen. Het charter was erg in het voordeel van Penn, vermoedelijk omdat de koning er belang bij had om quakers en andere 'onruststokers' een woonplaats te bieden op grote afstand van het vaderland.[7] Penn werd hierdoor de grootste privé-grootgrondbezitter ter wereld van dat moment, met in totaal 120.000 km².[8] De naam van de staat betekent "land van de wouden van Penn" (silva isLatijn voor "woud").
Oprichter William Penn, bekend om zijn liberalisme, bracht in de jaren zeventig van de zeventiende eeuw tot twee keer toe een bezoek aan Duitsland om pioniers te werven die zijn kolonie konden bevolken. Aan het einde van de 18e eeuw vormden de Duitstaligen een derde deel van de bevolking, dit leidde er toe dat de staat tweetalig bestuurd moest worden.
William Penn sloot, volgens sommige bronnen, in 1682 een verdrag met de inheemse bevolking, deLenni-Lenape. Aan het begin van de 18e eeuw splitsten drie zuidelijke counties zich af wegens de anti-slavernijwet en vormden samen de kolonieDelaware. Als grens tussen beide staten was er deTwelve-Mile Circle. In 1780 werd een wet getekend die de geleidelijke afschaffing van deslavernij voorschreef.
Pennsylvania hoorde bij dedertien koloniën die samen de Engelse overheersing bestreden (zie:Amerikaanse Revolutie). Op 12 december 1787, vijf dagen na Delaware, werd Pennsylvania formeel, als tweede, een staat van de Verenigde Staten. De stadPhiladelphia fungeerde tussen 1790 en 1800 als federale hoofdstad.
Pennsylvania werd in de 19de eeuw een toevluchtsoord voor gevluchte slaven uit het Zuiden. Tijdens deAmerikaanse Burgeroorlog koos Pennsylvania de kant van de Unie. DeSlag bij Gettysburg in Pennsylvania was een beslissend moment in dat conflict.
Het midden van Pennsylvania wordt gedomineerd door deAppalachen; het westen en oosten zijn vlakker. Het hoogste punt van Pennsylvania is de top van Mount Davis (979 m).
De belangrijkste rivieren zijn de Delaware, die de gehele oostgrens definieert, de Ohio, de Susquehanna, de Allegheny en de Monongahela.
76,6% is van Europese oorsprong, 11,8% is van Afrikaanse oorsprong, 8,1% is van Spaans of Latino oorsprong, 4,5% is van Aziatische oorsprong. De grootste afkomstgroepen zijn: 28,5% Duits, 18,2% Iers, 12,8% Italiaans, 8,5% Engels, 7,2% Pools en 4,2% Frans.
Van de bevolking spreekt 90,2%Engels en 4,1% spreektSpaans.
47% is Protestants, 24% Katholiek en 21% geen geloof.
Pennsylvania is ook bekend vanwege deamish die er leven. In 2020 werd hun aantal geschat op 81.500.[9]
Aan het hoofd van de uitvoerende macht van de staat staat een gouverneur, die direct gekozen wordt door de kiesgerechtigden in de staat. Degouverneursverkiezing van 2022 werd gewonnen doorJosh Shapiro van deDemocratische Partij. Hij trad in januari 2023 aan als gouverneur van Pennsylvania.
De bijnaam van Pennsylvania, "Keystone State", verwijst naar eenkeystone (Nederlands:sluitsteen), een steen die gebruikt wordt als bovenste steen in een boog boven een deur of een raam. Van de 13 oorspronkelijke koloniën lagen er zes ten noorden van Pennsylvania en zes ten zuiden ervan; Pennsylvania hield de kolonies als een 'keystone' bij elkaar.
↑Hampton L. Carson (1909):Dutch and Swedish Settlements on the Delaware, in:The Pennsylvania Magazine of History and Biography, Vol. 33, No. 1, blz. 4.