Op 14 augustus 1099[1] werd hij na de dood vanUrbanus II door het college tot Paus verkozen. Hij was de eerste bij zijn troonsbestijginggekroonde Paus.[2] In deInvestituurstrijd volgde hij de politiek van zijn voorganger Gregorius VII en had hij ook detegenpaus Clemens III als rivaal, die door keizer Hendrik IV als tegenpaus tegen paus Gregorius VII was aangesteld. Toen deze in 1100 overleed, werd detegenpaus Theodorik verkozen om de Investituurstrijd voort te zetten. Gedurende enkele maanden had deze Theodorik Rome in handen, maar toen Paschalis II in januari 1101 terugkeerde uit Zuid-Italië, zag hij zich gedwongen te vluchten. Paschalis' troepen achterhaalden hem echter en namen hem gevangen. Paschalis sloot Theodorik op in eenbenedictijner klooster La Cava bijSalerno, waar eerder altegenpaus Innocentius III had gevangengezeten. Daarop werd in het voorjaar van1101 detegenpaus Albert verkozen, die na een pontificaat van slechts enkele maanden door een van zijn eigen aanhangers werd verraden en in handen viel van Paschalis II. Paschalis zette Albert gevangen in het Laurentiusklooster inAversa. De Romeinse adel bleef echter weigeren Paschalis alspaus te erkennen. In 1102 vernieuwde Paschalis II dan ook deban tegen keizerHendrik IV.
In 1104 lukte het Paschalis om de tweede zoon van Hendrik IV, de latereHendrik V, tot een opstand tegen zijn vader te bewegen. Toen Paschalis in 1105 buiten Rome verbleef, achtte de Romeinse adel de tijd rijp tot een nieuwe pausbenoeming over te gaan en Maginulf, deaartspriester vanCastel Sant'Angelo, werd alsSilvester IV door hen tot paus gekozen en ontving op 18 november 1105 in de basiliekSint-Jan van Lateranen zijnwijding tot paus. Toen Paschalis de volgende dag naar Rome terugkeerde, braken ernstige onlusten uit. Aanvankelijk kregen Silvesters troepen de overhand, maar in november 1105 keerde het tij en zag Silvester zich gedwongen Rome te verlaten en zijn toevlucht te zoeken inOsimo, waar hij bescherming vond bij graafGuarniero van Ancona.
De uitnodiging voor deRijksdag teMainz van januari 1106, om er over deinvestituur te onderhandelen, sloeg hij af. In plaats daarvan werd op de synode vanGuastalla de investituur door de keizer opnieuw verboden.[3] In datzelfde jaar slaagde Paschalis II erin, de investituurstrijd inEngeland tussenAnselmus van Canterbury en de Engelse koningHendrik I te beëindigen, hoewel hij hiervoor grote concessies deed.[4] Ook in hetkoninkrijk Frankrijk wist hij tot een vergelijk te komen met koningFilips I op een synode inTroyes.
Op 9 februari 1111 werd in een verdrag tussen de Paus en Hendrik V inSutri vastgelegd, dat de Duitse koning aan het investituurrecht verzaakte en in ruil daarvoor Paschalis II Hendrik V totkeizer kroonde en dat de kerken in Duitsland en Italië alleregalia en Rijksgoederen, die ze hadden verworven sindsKarel de Grote, aan Hendrik V teruggaven.[5] Drie dagen later mislukte het om het verdrag te doen slagen, omdat de wereldlijke en de geestelijke vorsten niet toestemden.[6] Daarop nam Hendrik V de Paus en meerderekardinalen gevangen en erkende hij het pontificaat van Silvester om zo Paschalis onder druk te zetten.[6] Twee maanden later stemde Paschalis onder dwang in met hetverdrag van Ponte Mammolo (11 april), waarin de keizer het investituurrecht toegewezen en Hendrik de keizerskroning werd toegezegd.[6] Daarop trok Hendrik zijn steun aan Silvester in en trad Silvester op 12 of 13 april 1111 onder druk van Hendrik af en onderwierp hij zich aan Paschalis.
Eenconcilie van Lateranen in het daaropvolgende jaar 1112 verklaarde het verdrag echter nietig, daar het onder dwang was afgesloten geworden. In oktober 1112 werd de keizergeëxcommuniceerd.[6] Met zijn bulPie Postulatio Voluntatis van 15 februari 1113 erkende Paschalis II dehospitaalridders hun soevereiniteit en onafhankelijkheid.
In 1117 trok Hendrik V opnieuw tegen Rome op.Mathilde van Toscane zou voor haar dood haar uitgebreide bezittingen in Toscane aan de Kerk hebben vermaakt. Nadat ze in 1115 was gestorven, liet de keizer echter zijn aanspraken op deze gebieden gelden als tot het Rijk behorend en zette deze kracht bij door tegen de Paus op te trekken. Paschalis moest uit Rome vluchten en kon pas na de afreis van de keizer begin 1118 terugkeren, maar stierf enige dagen later.
Conciliebesluiten en verdragen:L. Weiland (ed.),Monumenta Germaniae Historica, Constitutiones et acta publica imperatorum et regum, I, Hannover, 1893, pp.134-152,564-574.
↑H.P.H. Jansen,Geschiedenis van de Middeleeuwen, Utrecht, 200212 (= 19887), p. 235.
↑H.P.H. Jansen,Geschiedenis van de Middeleeuwen, Utrecht, 200212 (= 19887), p. 237. Zie:L. Weiland (ed.),Monumenta Germaniae Historica, Constitutiones et acta publica imperatorum et regum, I, Hannover, 1893, pp.134-152.
↑abcdH.P.H. Jansen,Geschiedenis van de Middeleeuwen, Utrecht, 200212 (= 19887), p. 238.