Papyrus 66 | ||
---|---|---|
![]() | ||
Joh 7,52-8,16 | ||
Naam | P. Bodmer II | |
Symbool | ||
Bijbeltekst | Johannes Evangelie | |
Datering | Circa 200 AD (Martin),100-150 AD (Hunger) | |
Taal | Grieks | |
Vindplaats | Pabau, bij Dishna, Egypte. | |
Huidige locatie | Cologny, Zwitserland, Bibliotheca Bodmeriana | |
Publicatie | 1954 | |
Grootte | 14,2 x 16,2 cm; 39 folio's; 176 bladz | |
Teksttype | proto-Alexandrijns; vrije tekst | |
Categorie | I | |
Soort schrift | minstens twee correctors | |
Aantekening | Joh 7:53-8:11 ontbreekt. |
Papyrus 66 () (Papyrus Bodmer II) is een bijna complete codex (boek) van hetEvangelie volgens Johannes, en maakt deel uit van de verzameling die wordt aangeduid met Bodmer Papyri.
De Bodmer Papyri zijn in1952 gevonden in Pabau bij Dishna,Egypte, het eeuwenoude hoofdkwartier van dePachomiaanse monnikenorde; de plek van ontdekking is niet ver vanNag Hammadi. Dehandschriften werden stiekem verzameld door een Cyprioot, Phokio Tano uit Caïro, en vervolgens met succes naar Zwitserland gesmokkeld.[1] Daar werden ze gekocht door Martin Bodmer (1899-1971). Vanaf1954 werd de seriePapyrus Bodmer uitgegeven, met voetnoten, inleiding en Franse vertaling. De verzameling bevat naast evangeliën ook klassieke (Homerus) en apocriefe teksten.
Papyrus 66 (Bodmer II) bevatJohannes 1:1-6:11, 6:35b-14:26, 29-30; 15:2-26; 16:2-4, 6-7; 16:10-20:20, 22-23; 20:25-21:9, 12, 17. Het is een van de oudste bekendehandschriften van hetNieuwe Testament; het is geschreven in het midden van de 2e eeuw.[2]
Een van de interessante eigenschappen van Papyrus 66 is het ontbreken van het gedeelte over devrouw die op overspel betrapt was (7:53-8:11).[3] Dit maaktPapyrus 66 tot de vroegste getuige voor de stelling dat dit verhaal waarschijnlijk niet tot het oorspronkelijkeEvangelie volgens Johannes heeft behoord. Hetmanuscript gebruikt consequent de afkortingen van de Namen van God en van Jezus (Nomina sacra).
Papyrus 66 wordt bewaard in Cologny, even buiten Genève, Zwitserland: Bibliotheca Bodmeriana. Papyrus 66 bevat 39 folios (78 bladen, 156 bladzijden), de bladen zijn 14.2 cm x 16.2 cm groot en bevatten ruwweg 15-25 regels per bladzijde.
Afgaande op recente onderzoeken die gedaan zin door de papyrusdeskundige Karyn Berner[4] en Philip Comfort,[5] is het onmiskenbaar dat er drie personen aan P66 gewerkt hebben: de oorspronkelijke, professionele schrijver, een doorlopende corrector en een toegevoegde corrector.
Een afschrift van elke bladzijde vanP66 vindt men in het boek dat genoemd wordt in noot 3, bladzijde 388-486.