De voorgestelde Unie van Arabische Republieken (rood) uit 1972 was een nieuwe versie van de mislukte Verenigde Arabische Republiek uit 1963.Midden-Oosten in 1958: Verenigde Arabische Republiek (rood), Verenigde Arabische Staten (rood en lichtrood), Arabische Federatie (groen), Brits Koeweit (grasgroen), andere Britse protectoraten in de Arabische Golf (lichtgroen).
Het panarabisme werd voor het eerst verdedigd doorHoessein ibn Ali, deSjarif van Mekka, die streefde naar onafhankelijkheid van het TurkseOttomaanse Rijk en de oprichting van een Arabische staat. Tijdens deEerste Wereldoorlog kreeg hij steun van deEntente (met name deBritten), dieArabië maar al te graag wilden losmaken van het Ottomaanse Rijk, dat met deCentralen meevocht. Al in 1916 hadden zij in het geheim hetSykes-Picotverdrag gesloten, krachtens hetwelk de meeste Arabische gebieden onder hen en deFransen verdeeld zouden worden. Het beloofde Arabië, het latereSaoedi-Arabië, werdgecreëerd in het meer zuidelijk gelegen woestijngebied. DeBalfour-verklaring werd door Groot-Brittannië gebruikt om hun inpalming vanPalestina als Britsmandaatgebied te rechtvaardigen. De idealen van het panarabisme werden na de Eerste Wereldoorlog nog lang niet gerealiseerd, en het gebied begon zelfs aan een lange periode van Britse en Franse bezetting met als gevolg de stichting van de staatIsraël in 1948.
Een meer formele panarabische ideologie werd geformuleerd doorMichel Aflaq, een stichter van deBa'ath Partij, rond1940 inSyrië. De Ba'ath partij combineerde socialisme metItaliaansfascisme. Het panarabisme inspireerde verschillende unificatiepogingen, met als meest in het oog springende voorbeeld in 1958 deVerenigde Arabische Republiek, een unie vanEgypte en Syrië en de confederatie van deze VAR metNoord-Jemen, genaamde deVerenigde Arabische Staten. Beiden hielden het maar drie jaar vol.
De oprichting van de nog steeds bestaandeArabische Liga op22 maart1945 was ook een poging om tot een panarabische eenheid te komen.
DeSyrische Ba'ath-regering, evenals de voormalige Ba'ath-regering vanIrak tot de val van Saddam Hoessein in 2003, ondersteunden het panarabistische gedachtegoed. Zij twistten met elkaar wie de zuiverste vorm van de Ba'ath-ideologie had.
Panarabisme kreeg een stevige deuk toen een verenigd Arabisch leger in 1967 werd verslagen doorIsraël tijdens deZesdaagse Oorlog en door de onmacht om in enig Arabisch land stevige economische groei te creëren. In de loop van de jaren'80 werd panarabisme overschaduwd door panislamitische gedachten.
In Europa is met name deArabisch-Europese Liga (AEL) een Arabisch-nationalistische beweging. Het richt zich primair op Arabische minderheden inNederland enBelgië. Het verzet zich tegenassimilatie en probeert een Arabisch bewustzijn te stimuleren.