Deelgemeente inBelgië![]() | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Gewest | ![]() | ||
Provincie | ![]() | ||
Gemeente | ![]() | ||
Fusie | 1 januari 2019 | ||
Coördinaten | 51° 13′ NB, 5° 26′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 40,90 km² | ||
Inwoners (1/1/2020) | 15.685 (383 inw./km²) | ||
Overig | |||
Postcode | 3900 | ||
NIS-code | 72029(A) | ||
Oude NIS-code | 72029 | ||
Website | Officiële website | ||
Detailkaart | |||
|
Overpelt is een plaats en voormaligegemeente in het noorden van deBelgische provincieLimburg. Sinds 1 januari 2019 valt Overpelt alsdeelgemeente onder de fusiegemeentePelt. De gemeente telde in 2018 15.478 inwoners. Geografisch gezien hoort het zanderige Overpelt tot deKempen.
Overpelt werd voor het eerst genoemd in 815 alsPalethe, later alsPelthe enPeelt geschreven. Dit komt van het Latijn: "palus'", wat moeras betekent.
Het huidige dorp Overpelt is ontstaan uit deherdgang Dorp-Hasselt. Hierin isHasselt een afgeleide vanhazelaar.
In Overpelt zijn er sporen van prehistorische beschaving teruggevonden, o.a. zogenaamdeurnenvelden. Samen met het lager gelegenNeerpelt werd het vanaf de vroege middeleeuwen dichter bevolkt. Tot 1259 werden Over- en Neerpelt samen met de naamPelt aangeduid. In de late middeleeuwen en daarna vormt Overpelt, samen met Neerpelt,Kaulille enKleine-Brogel het ambtPelt, een bestuurlijk gebied in hetGraafschap Loon (tot 1366), daarna in het onafhankelijkePrinsbisdom Luik (tot aan de Franse Revolutie).
Overpelt kende vierherdgangen: Dorp-Hasselt,Lindel,Hoeven-Heesakker enHoverseinde-Haspershoven, die elk een zekere zelfstandigheid bezaten. Tegenwoordig zijn daaruit de gehuchtenLindelhoeven enHaspershoven voortgekomen, terwijl Dorp-Hasselt tot het huidige centrum Overpelt is uitgegroeid. Het dorp kende drielaathoeven, toebehorend aan respectievelijk deAbdij van Floreffe, deAbdij van Sint-Truiden en deAbdij van Averbode. Vooral de Abdij van Floreffe bezat vanaf 1140 grote gebieden, welke ontgonnen werden en waarop drie hoeven werden gesticht: Grote Hoeve, Kleine Hoeve en Panhoeve. De Abdij beschikte over drie watermolens (Kleine Molen,Wedelse Molen enBemvoortse Molen), een kapel, visvijvers en een brouwerij.
Een bloeitijd vond plaats in de 16e eeuw, toen delakennijverheid bloeide. In 1545 werd toestemming verleend tot de stichting van eenlakenhal. Ook hield men sindsdien een weekmarkt en twee jaarmarkten.
In de 17e eeuw, toen troepen de streek onveilig maakten, werden erschansen opgericht om de bevolking te beschermen tegen rondtrekkende troepen. Zo ontstonden de Lindelseschans (1627), de Hoevenerschans, de Hoverseindseschans (1679), de Heesakkerschans en de Hasseltseschans (1643). Deels zijn deze schansen nog in het landschap zichtbaar.
Krijgshandelingen heeft Overpelt gekend: In 1543 trokken troepen vanKeizer Karel V door Overpelt om de calvinisten inSittard enVenlo te bevechten. In 1568, in 1577 en 1587 werd Overpelt opnieuw geteisterd, de laatste jaren door protestantse troepen respectievelijk Hollandse ruiters. Van 1638-1640 waren het Hessische troepen, en van 1646-1654 waren het de troepen vanKarel IV van Lotharingen welke plunderden en brandschatten. Begin 18e eeuw (Spaanse Successieoorlog) waren het Hollandse troepen en in de 2e helft van de 18e eeuw kwamen er weer allerlei troepen, waaronder de Franse. Door dit alles werd de bevolking ook regelmatig door pestepidemieën en andere ziekten getroffen.
In hetHobos te Overpelt woonde een belangrijke figuur in de strijd tegen deBokkerijders,Drossaerd Jan Clerx (1759-1840), die tal van Bokkerijders liet terechtstellen.
In 1902 stichtten deUrsulinen in Overpelt een klooster aan de huidige Kloosterstraat. Zij begonnen een meisjesschool, en breidden hun activiteiten geleidelijk uit met eenbewaarschool, een kloosterboerderij en (1910) een kapel ingewapend beton (mogelijk de eerste in België). In 1920 volgde een huishoudschool welke later sterk werd uitgebreid, in 1929 eenLourdesgrot, en in 1938 een middelbare school. De gebouwen werden geleidelijk uitgebreid en bestaan nog steeds.
Vanaf 1815 werd Overpelt een gemeente in de provincie Limburg van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden; na de opsplitsing van Limburg (1839) werd het een gemeente in Belgisch-Limburg. Afgezien van de arbeiderswijk inOverpelt-Fabriek behield de gemeente nog tot de jaren 1950-60 een uitgesproken landelijk karakter. Door de uitbreiding van verkavelingen en de uitbouw van het industrieterrein is het uitzicht van de gemeente de voorbije decennia grondig veranderd. Met de komst van het Mariaziekenhuis en talrijke flats evolueerde Overpelt tot een kleinstedelijk gebied, samen met het aanpalende Neerpelt. Een poging om de twee gemeenten in 1977 te fuseren mislukte na plaatselijk protest. Datzelfde jaar stond Overpelt de wijk Kloosterbos af aan zuidelijke buurEksel.
In 2017 werd bekendgemaakt dat Overpelt en Neerpelt in 2019 fuseren tot een nieuwe gemeente met de naamPelt.[1] Op zondag 14 oktober 2018 kon de toekomstige gemeenteraad van de nieuwe gemeente Pelt gekozen worden die begin januari 2019 in functie trad.
Overpelt bestaat uit vier kerkdorpen: centrum (Sint-Martinus-parochie),Holheide,Overpelt-Fabriek (tussen deze laatste twee ligt het industrieterrein NOLIM-park met bedrijven zoals de zinkfabriek vanNyrstar enBrabantia). Het grootste kerkdorp isLindelhoeven. Verder zijn er nog vier kleinere woonkernen:Haspershoven, Bolakker, 't Hasselt enHeesakker. Door het fenomeen van delintbebouwing is de overgang van de woonkernen op veel plaatsen niet meer zichtbaar.
Immigratie Nederlanders | |
---|---|
AantalNederlanders | 900 / 7% (2006) |
De gemeente Overpelt lag als zelfstandige gemeente in hetkieskantonNeerpelt (dat identiek is aan hetprovinciedistrictNeerpelt) en hetkiesarrondissementHasselt-Tongeren-Maaseik (identiek aan dekieskringLimburg).
Tijdspanne | burgemeester | opmerking | |
---|---|---|---|
1824-1866 | Jan Antoon Valentijns[2] | (1794-1875, voordien schout) | |
1867-1872 | Peter Henricus Laenen | (1804-1895, voordien eerste schepen van 1836 tot 1866) | |
1873-1887 | Ignatius Hubertus Missotten | (1835-1887, notaris) | |
1887-1890 | Pieter Jan Valentijns | ||
1891-1896 | Paul Antoon Emile Smets | ||
1896-1912 | Antoon Van Lindt | (1842-1912, voordien eerste schepen van 1890 tot 1896) | |
1913-1931 | Frans Van Gaal | (?-1931) | |
1932-1942 | Petrus Gerard Van Lindt | (1879-1961, neef van Antoon Van Lindt, voordien schepen van 1921 tot 1932) | |
1942-1944 | Matheus (Mathieu) Brebels | ||
1944-1958 | Petrus Gerard Van Lindt | ||
1959-1970 | Gilbert Seresia | (1922-2007) | |
1971-1977 | René Evers | (1926-2002) | |
1977-1982 | Marcel Sleurs(CVP) | (1925-1982) | |
1983-2002 | Karel Pinxten(CVP) | (1952) | |
2002-2006 | Karel Pinxten(VLD) | ||
2006-2006 | Gerard Bloemen(CD&V) | (1939) | |
2007-2018 | Jaak Fransen(CD&V) | (1970) |
Partij of kartel | 10-10-1976[4] | 10-10-1982[4] | 9-10-1988[4] | 9-10-1994[4] | 8-10-2000[4] | 8-10-2006[5] | 14-10-2012[6] | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stemmen / Zetels | % | 21 | % | 21 | % | 21 | % | 21 | % | 23 | % | 23 | % | 23 | |
SP1 /sp.a-spirit2 /sp.a-Groen3 | 17,631 | 3 | 14,171 | 2 | 12,111 | 2 | 11,81 | 2 | 11,671 | 2 | 12,852 | 2 | 16,403 | 4 | |
CVP1/CD&V2 | - | 36,261 | 8 | 57,331 | 14 | 54,21 | 14 | 46,771 | 12 | 37,292 | 10 | 37,352 | 10 | ||
VLD1 / PVO2 / Open Lijst3 | - | - | - | 17,761 | 3 | 35,532 | 9 | 27,263 | 7 | 17,623 | 4 | ||||
Vlaams Belang1 / Lijst Vissers2 | - | - | - | - | - | 16,711 | 4 | 12,532 | 2 | ||||||
N-VA | - | - | - | - | - | - | 16,10 | 3 | |||||||
Agalev1 /Groen!2 | - | - | - | - | 6,031 | 0 | 5,302 | 0 | - | ||||||
PELT1 / Liever Pelts2 | 79,431 | 18 | 29,881 | 7 | 13,071 | 2 | - | - | 0,582 | 0 | - | ||||
OVP1 / AKTIEF1 | - | 19,71 | 4 | 17,491 | 3 | 14,032 | 2 | - | - | - | |||||
AOV | - | - | - | 2,22 | 0 | - | - | - | |||||||
X | 2,94 | 0 | - | - | - | - | - | - | |||||||
Totaal stemmen | 6869 | 7583 | 8147 | 8467 | 8906 | 9501 | 9630 | ||||||||
Opkomst % | 97,56 | 96,83 | 95,74 | 96,19 | 92,34 | ||||||||||
Blanco en ongeldig % | 3,87 | 4,48 | 4,76 | 4,69 | 4,54 | 3,90 | 3,45 |
De zetels van de gevormde meerderheid staanvetjes afgedrukt. De grootste partij is in kleur.
De rode cijfers naast de gegevens duiden aan onder welke naam de partijen telkens bij een verkiezing opkwamen.
Zie voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 en later op de fusiegemeentePelt.
Met vier watermolens op deDommel, twee windmolens en een molenmuseum bezit de gemeente Overpelt een bijzondere rijkdom aan molens. Bovendien stonden in Overpelt de oudste watermolens die ooit werden teruggevonden in de archieven. Al in het begin van de achtste eeuw wordt er melding gemaakt van molens op de Dommel. Dit maakt het molenpatrimonium uniek in België.De 6 Pelter molens zijn:
Overpelt ligt op de westflank van deDommelvallei. De Dommel komt Overpelt binnen vanuit de gemeentePeer en vormt gedeeltelijk de natuurlijke grens met het naburige Neerpelt. Overpelt staat bekend als molengemeente: liefst 4watermolens liggen op de Dommel; de oudste is deWedelse Molen. Op het grondgebied van de gemeente Overpelt mondt deHolvense beek uit in de Dommel.
Ten westen van de Dommelvallei liggen uitgestrekte naaldboscomplexen op de voormalige heidegebieden. Een aantal daarvan, zoalsWandelbos Holven,Pijnven enHobos, zijn toegankelijk voor het publiek. Een natuurgebied, deels bestaande uit vochtige heide, is't Plat, in het brongebied van de Holvense beek. Nabij de Dommelvallei ligt hetWandelpark Heesakkerheide, waar zich ook deSevensmolen bevindt.
De bossen en natuurgebieden in Overpelt behoren tot het bosgebiedBosland.
Het Overpeltse dialect behoort tot hetWest-Limburgs. In sommige classificaties wordt het ook wel Dommellands genoemd, samen met het dialect van Neerpelt, Achel, Hamont en Sint-Huibrechts-Lille. Tussen Overpelt en Lommel loopt de taalgrens "Ürdinger-linie", de scheidingsgrens tussen Brabants (ik, ook) en Limburgs (ich, ooch). Typisch Limburgs is ook de meervoudsvorming door middel vanumlaut: boek/bük, stoel/stül (i.p.v. boek/boeken, stoel/stoelen) en de oude, Algemeen-Germaanse lange -oe- klank in hoes(huis),moes (muis), en de oude -ie-klank in ies (ijs), kieke (kijken); klanken zoals die vandaag nog in bijvoorbeeld het Deens aanwezig zijn.
Gedurende de 16e eeuw bloeide delakennijverheid in Overpelt. Dit had te maken met de schapenhouderij op de uitgestrekte heidegebieden. Ook uit de Middeleeuwen stamt het viskweken. Daarna verschoof de bedrijvigheid naar de landbouw: de teelt van rogge en haver. Ook was er veehouderij. Vooral in de 19e eeuw werden grote delen van de heide bebost. DeAbdij van Floreffe was reeds einde 18e eeuw doende met het planten van naaldbomen.
Vanaf einde 16e eeuw kwam deteutenhandel tot bloei, en in 1796 was meer dan 15% van de bevolking op een of andere wijze in deze bezigheid werkzaam.
In 1607 werd de eerste verharde weg met veldkeien aangelegd, die een noord-zuidverbinding vormde en ook door de huidige Dorpsstraat liep. DeSteenweg op Luik werd in 1738 begonnen en kwam pas in 1814 gereed. Dit is de huidige Napoleonsweg die enkele kilometers ten westen van het dorp verloopt, eveneens van noord naar zuid. In 1860 kwam een oost-westverbinding gereed vanMol over Overpelt naarHamont, de huidigeN712. In 1865 volgde despoorlijn vanEindhoven naarHasselt. Deze spoorlijn werd na 1996 niet meer gebruikt en werd in 1999 opgebroken, waarna op het traject een fietspad werd aangelegd.
In 1880 kwam ook de oost-westverbinding gereed, die bekendstaat als deIJzeren Rijn. Stations werden gebouwd inOverpelt-Fabriek (1904) en Overpelt-Dorp (1911). In 1846 kwam hetKempens Kanaal gereed, en hier werd in 1888 dezinkfabriek gevestigd, waarmee Overpelt sterk industrialiseerde. Ook de wijkOverpelt-Fabriek kwam tot stand.
Voordien kende Overpelt ook industriële bedrijven: naast de wind- en watermolens was er eenrosmolen opHobos (1842-1877) die alsmoutmolen fungeerde. In 1858 werd een industriële bierbrouwerij (P.H. Missotten) opgericht, gevolgd door Brouwerij Kerkhofs. Begin 20e eeuw volgde de fabriek van E. Van Duffel-Poelmans voorfijne sigaren en in 1962 kwam er een fabriek van de sigarenfabrikantWillem II. Deze sloot in 2001. Andere 19e-eeuwse bedrijven waren een jeneverstokerij en enkele steenbakkerijen.
In 1960 werd het Nolimpark aangelegd: een bedrijventerrein van 250 ha. Er zijn bedrijven te vinden op het terrein van metaal- en kunststofverwerking, onder meer een vestiging van het bedrijfBrabantia.
Overpelt is bekend als verzorgingsgemeente. Liefst 3 ziekenhuizen liggen in de gemeente. In 2005 opende hetMariaziekenhuis (een fusie van de ziekenhuizen van Lommel en Neerpelt). Verder zijn er de gespecialiseerdeMS-kliniek en gehandicaptencentrumSint-Oda.
Overpelt wordt in de Noord-Zuid-richting doorsneden door degewestwegN74Hasselt-Eindhoven. Er bevinden zich drie afritten op Overpelts grondgebied:Overpelt-Fabriek, Overpelt-Centrum enLindel. Ook het knooppunt met deN71 bevindt zich op Overpelts grondgebied. Verder wordt de gemeente in het Noorden ook doorkruist door deexpreswegN71Achel-Geel. Enkele kleinere wegen die over Overpelts grondgebied lopen zijn: deN712Mol-Achel, deautowegN713 Overpelt -Overpelt-Fabriek, deN715 Hasselt-Eindhoven, deN790 Neerpelt-Overpelt-Fabriek, deN747 Overpelt-Hechtel, deN712a Overpelt Nieuwe Ring, deN712c Overpelt Oude Ring, deN712b Overpelt Dorpsstraat, deN764 Overpelt-Neerpelt-Station-Neerpelt, deT702Holheide-Kattenbos en deT706 te Holheide.
Verder wordt Overpelt in het Noorden nog doorkruist door hetKempisch Kanaal, ook wel hetKanaal Bocholt-Herentals genoemd.
Op het gebied van spoorverkeer wordt Overpelt doorsneden door deIJzeren Rijn, de spoorweg dieAntwerpen metMönchengladbach in hetDuitseRuhrgebied verbindt, deze spoorweg isspoorlijn 19 van deNMBS. Aan spoorlijn 19 bevindt zich hetstation Overpelt-Dorp. Vroeger was er nog een tweede station, namelijk hetstation Overpelt-Werkplaatsen te Overpelt-Fabriek. Ookspoorlijn 18 Neerpelt-Genk passeert door Overpelt. Aan spoorlijn 18 bevinden zich geen stations op Overpelts grondgebied. Momenteel is deze spoorverbinding echter omgebouwd tot een fietspad. DeLimburgse gouverneurSteve Stevaert wil echter deze lijn heropenen, dit staat beschreven in het zogenaamdeSpartacusplan voorLimburg. Verder beschikt Overpelt ook nog over een private spoorweg vanUmicore die de Umicore-fabriek inOverpelt-Fabriek met lijn 19 verbindt.
In Overpelt speelt voetbalclubEsperanza Pelt in de nationale reeksen. De clubsKadijk SK enLindelhoeven VV spelen in de provinciale afdelingen. Tot 2003 speelde in de gemeente ookKVV Overpelt-Fabriek, dat een halve eeuw in de nationale reeksen speelden. Deze club ging echter op in fusieclubKVSK United en verdween uit Overpelt.
In Overpelt bevindt zich ook nog het subtropische zwembad Dommelslag en het sportcomplex de Bemvoort, aangrenzend aan dit sportcomplex ligt 't Pelterke. Een bekende schaakclub uit Overpelt is dePelter Pion. Verder is er handbalploeg HCO. Zij spelen momenteel (2014) in de Liga-reeks (4de nationaal) en hebben ook jeugdploegen.