Luxemburg, officieel hetGroothertogdom Luxemburg (Luxemburgs:Groussherzogtum Lëtzebuerg,ⓘ;Frans:Grand-Duché de Luxembourg;Duits:Großherzogtum Luxemburg), is een land in het westen van Europa dat grenst aanBelgië,Duitsland enFrankrijk. Met een oppervlakte van 2.586 km²[4] en meer dan 672.000 inwoners[5] is hetgroothertogdom opMalta na het kleinste land binnen deEuropese Unie. De hoofdstad en grootste stad van het land is de gelijknamige stadLuxemburg.
Luxemburg is eenparlementaire democratie met eengroothertog alsconstitutioneel monarch. Sinds de stichting van hetgraafschap Luxemburg in 963 is het land volop beïnvloed door het veel grotere Frankrijk aan de ene kant en het eveneens veel grotere Duitsland aan de andere kant, waardoor het diverse malen onderwerp van conflict is geweest. Desondanks wist het groothertogdom in 1867 zijn onafhankelijkheid te garanderen, al was het tot 1890 nog inpersonele unie met Nederland verbonden en is het in beide wereldoorlogen door Duitsland overrompeld.
Sinds 1945 heeft het groothertogdom volop internationale economische, politieke en militaire samenwerking opgezocht. Zo behoort het land tot de grondleggers van deEuropese Unie, deNAVO, deVerenigde Naties, deOESO en deBenelux. Deze internationale samenwerking heeft ervoor gezorgd dat Luxemburg zich heeft ontwikkeld van een voornamelijk op staalproductie gebaseerde economie tot een economie die vooral berust op internationale handel en bankwezen. Gevolg is dat het land behoort tot de welvarendste landen ter wereld, getuige eenbruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking van 104.512 Amerikaanse dollar (2009).[6] Daarmee is Luxemburg het land met het hoogste bbp per hoofd van de bevolkingvolgens het Internationaal Monetair Fonds. Hoewel het een land met een betrekkelijk klein oppervlak betreft, speelt het een onmiskenbare rol in de diplomatie en met name de Europese samenwerking: onder meer was het land gastheer voor de internationale beraadslagingen die leidden tot deVerdragen van Schengen.
De oorspronkelijke benaming van Luxemburg isLützelburg. De eerste vermeldingen ervan in oorkonden zijn echter verlatijnste vormen, waarvan de oudsteLucilinburhuc is in 963. Vervolgens wordt er in 1125 vanburgus Lucelenburgensis en vanopidum et castrum Luxelenburgensis gesproken.
De naamLützelburg bestaat uit tweeOudhoogduitse woordenluzzil ‘klein’ enburg ‘burcht’.Lützelburg betekent dus zoveel als een ‘kleine burcht’. Het Oudhoogduitse woordluzzil (vanOpperduitslützel) komt overeen met het Nederlandse woordluttel, dat ‘klein’ of tegenwoordig ook wel ‘onbeduidend’ betekent.
In de loop van demiddeleeuwen veranderde in het Frans enDiets de tweede letter "l" in een "n". De Franse spelling breide voort op deLatijnse door de "tz"-klank te blijven schrijven als "c" en later als "cc". Het is bekend dat in de 16e en 17e eeuw Nederlandse schrijvers het alsLutzenburg(h) spelden. Vervolgens veranderde in het Nederlands deze "tz" in een "x".
Devlag van Luxemburg is een horizontaledriekleur bestaande uit banen van rood (bovenaan), wit (midden) en lichtblauw (onderaan). Luxemburg gebruikt deze vlag alsciviele vlag (te land),staatsvlag enoorlogsvlag. Alshandelsvlag wordt een ander ontwerp gebruikt dat eenbanier is van hetwapen van Luxemburg. De kleuren rood, wit en blauw op de vlag zijn overgenomen van het Luxemburgse wapenschild. Dit wapenschild toont de rode leeuw (De Roude Léiw) op een achtergrond van blauwe en witte banen. Ook het Luxemburgseroundel toont de rode leeuw op een witblauwe achtergrond. Het wapen is mogelijk gebaseerd op het wapen van hethertogdom Limburg, waarbij de zilveren achtergrond is vervangen door blauwe en witte strepen.[7]
De vlag lijkt op devlag van Nederland, die een donkerdere kleur blauw heeft (kobaltblauw in plaats vanhemelsblauw). De beide vlaggen hebben geen gezamenlijke geschiedenis. Het feit dat de Nederlandse koning in de 19e eeuw ook groothertog van Luxemburg was, heeft niets te maken met de kleuren van beide vlaggen. Wel is er samenhang met devlag van de Belgische provincie Luxemburg, aangezien die vlag eveneens gebaseerd is op het Luxemburgse wapen. Deprovincie Luxemburg werd in 1839 aan het groothertogdom onttrokken, bleef echter het Luxemburgse wapen voeren. De Luxemburgse vlag werd tussen 1845 en 1848 voor het eerst gebruikt, maar in 1972 officieel aangenomen. De kleuren zelf zijn op 27 juli 1993 exact vastgesteld.[8]
In 2007 werd door volksvertegenwoordigerMichel Wolter een wetsvoorstel ingediend om de handelsvlag in te stellen als nationale vlag en de driekleurige vlag te vervangen, omdat deze te vaak wordt verward met de Nederlandse vlag. Dit voorstel vond volgens een peiling steun bij 80% van de Luxemburgse bevolking.[9] De Luxemburgse premierJean-Claude Juncker liet daarop in een reactie echter weten dat de vlag onder zijn regering niet wordt veranderd.[10]
Het liedOns Heemecht ('Ons Vaderland') is geschreven in het Luxemburgs doorMichel Lentz en de muziek is gecomponeerd doorJean-Antoine Zinnen. Het lied werd in 1864 voor het eerst opgevoerd en is in 1895 aangenomen als het officiële volkslied van Luxemburg.
Het groothertogelijke volkslied werd in 1919 gecomponeerd doorNikolaus Welter en heeft in tegenstelling tot het burgerlijk volkslied geen tekst.
De eerste nederzettingen uit het gebied dat nu Luxemburg heet, zijnKeltische nederzettingen uit de 2e eeuw v.Chr. Tussen 58 en 51 v.Chr. trok de Romeinse veldheerJulius Caesar het gebied binnen en werd het een deel van hetRomeinse Rijk. Tijdens deGrote Volksverhuizing die aanleiding gaf tot deVal van het West-Romeinse Rijk in de 5e eeuw verdrongen de GermaanseFranken de Romeinen uit het gebied. In de daaropvolgende eeuwen werden de inwoners door monniken tot hetchristendom bekeerd en werden er kloosters gebouwd. DeAbdij van Echternach werd in 698 door deAngelsaksische missionarisWillibrord gesticht.
Met de dood vanKoenraad II in 1136 stierf het eerste geslacht Luxemburg uit en erfdeHendrik de Blinde, graaf van Namen, het gebied. Hierdoor ontstond een korte vereniging van Luxemburg met hetGraafschap Namen. Na de dood van Hendrik werden de graafschappen echter weer opgesplitst doordat diens erfenis aan zijn 10-jarige dochterErmesinde II van Namen betwist werd door haar achterneefFilips van Henegouwen. In 1199 werd Namen daarom aan Filips toegewezen, terwijl Ermesinde en haar echtgenootTheobald I van Bar de graafschappen Luxemburg,La Roche-en-Ardenne enDurbuy toegewezen kregen. Na Theobalds dood hertrouwde Ermesinde metWalram III van Limburg, zodat ook hetGraafschap Aarlen bij het graafschap Luxemburg ging horen.
Zo ontwikkelde zich rond het fort geleidelijk een plaatsje dat het centrum werd van het kleine graafschap met grote strategische waarde. In 1308 werd graafHendrik VII van Luxemburg tot koning (later keizer) van het Heilige Roomse Rijk gekroond en twee jaar later werd zijn zoonJan de Blinde koning van hetkoninkrijk Bohemen, zodat de macht van de Luxemburgers in het Heilige Roomse Rijk steeds groter werd. In 1354 verhiefkeizer Karel IV, die zelf graaf van Luxemburg was geweest, het land tothertogdom onder hertogWenceslaus I.
Wenceslaus I werd in 1383 opgevolgd doorWenceslaus II. Deze besloot echter het hertogdom in 1388 te verpanden aanJobst van Moravië zodat er vanaf dat moment tot in 1457 zowel eenhertog van Luxemburg bestond als eenhertog van Luxemburg bij verpanding. Na de dood vankeizer Sigismund, die ook hertog van Luxemburg was, in 1437, kwam hetHuis Luxemburg wegens een gebrek aan mannelijke erfgenamen in een opvolgingscrisis terecht. Dit leidde ertoe dat de hertogin bij verpandingElisabeth van Görlitz in 1443 besloot tot de verkoop van Luxemburg aanFilips de Goede vanBourgondië, zodat Luxemburg een deel werd van deBourgondische Nederlanden.
Na de dood van de laatste hertog van Bourgondië, Karel de Stoute, in 1477 kwam Luxemburg samen met de andere Bourgondische erven in handen van diens dochterMaria van Bourgondië en haar echtgenoot, de laterekeizer Maximiliaan I.
Ten gevolge van deSpaanse Successieoorlog kwam Luxemburg in 1714 toe aan deOostenrijkse Nederlanden en werd daarmee opnieuw een Habsburgs land. In 1795 kwam het land echter weer, vanwege Franse veroveringen, onder Franse heerschappij en werd het hertogdom omgevormd tot hetWoudendepartement.
Nadat Napoleon in 1815 verslagen was, werd Luxemburg betwist door Nederland enPruisen. Op hetCongres van Wenen werd toen besloten tot de vorming van het Groothertogdom Luxemburg met de Nederlandse koningWillem I als groothertog van Luxemburg ter compensatie voor het verlies van hetvorstendom Fulda en Corvey. Bovendien werd Luxemburg lid van deDuitse Bond en kreeg het een fort dat bezet werd door Pruisische troepen. Het Congres van Wenen had ook eentweede deling van Luxemburg tot gevolg:Bitburg en omgeving werd onderdeel van de PruisischeRijnprovincie.
HetVerdrag van Londen in 1867 maakte een einde aan deLuxemburgse kwestie en voorkwam zo een dreigende oorlog tussen Frankrijk en Pruisen. Voortaan zou Luxemburg neutraal zijn.
Bij hetVerdrag van Londen (1839), dat de officiële onafhankelijkheid van België betekende, werd Luxemburg voor dederde maal opgesplitst en verloor het meer dan de helft van zijn grondgebied aan België. Luxemburg had zich tijdens deBelgische Opstand van 1830 namelijk massief achter België geschaard, behalve de stad Luxemburg, die nog altijd bezet werd door Pruisische troepen die loyaal bleven aan de Nederlandse koning. Het grootste, overwegend Franstalige westelijke deel werd daarom samen met het voormaligeHertogdom Bouillon de Belgische provincie Luxemburg met hoofdstadAarlen, terwijl het kleinere, overblijvende, Duitstalige oostelijke deel in personele unie met Nederland verenigd bleef.
In 1867 leidde deLuxemburgse kwestie bijna tot een oorlog met Pruisen. De Franse keizerNapoleon III probeerde Luxemburg namelijk te kopen van de Nederlandse koningWillem III, die hier wel wat in zag. Dit viel bij de Pruisische kanselierOtto von Bismarck echter niet in goede aarde: Luxemburg, het vaderland van het Huis Luxemburg, dat vier Rooms-Duitse keizers voortgebracht heeft, mocht niet in handen van de ‘vijand’ vallen. Uit deze tijd stamt ook het motto van Luxemburg “mir wëlle bleiwe wat mir sinn” (wij willen blijven wat wij zijn), dat wil zeggen geen Duitser of Fransman worden. Bij het Verdrag van Londen (1867) werd de twist bijgelegd door Luxemburg “voor altijd neutraal” te verklaren. Daarnaast werd besloten tot de ontmanteling van het Pruisische fort. Hierdoor werd Luxemburg in feite onafhankelijk, hoewel het land nog wel in personele unie met Nederland verenigd bleef.
Veel Luxemburgers kijken niet met genoegen op de 19e eeuw terug. Het land was agrarisch en arm, en de groothertog-koningen uit het Huis Oranje-Nassau deden weinig om het land te ontwikkelen. Hun aandacht ging vooral uit naar het rijkere Nederland en Nederlands-Indie, en Luxemburg, dat vanaf 1839 niet meer aan Nederland grensde, interesseerde hen weinig. Het land werd vooral als een troefkaart in internationale onderhandelingen gezien en gebruikt, zoals bovengenoemde verkoop aan Frankrijk. Deze leidde tot deLuxemburgse Kwestie omdat het Nederlands parlement gefrustreerd was over het eigenmachtig optreden van de koning, maar aan de Luxemburgers was niets gevraagd. Er was geen sprake van georganiseerd verzet tegen het Huis Oranje-Nassau, maar toen er in 1890 geen mannelijke opvolger voor Willem III beschikbaar was, greep Luxemburg dit momentum aan om de persoonlijke unie te beeindigen, al werd deze zaak als een juridische kwestie en niet als een afscheiding afgehandeld.
Aan de personele unie met Nederland kwam een einde in 1890, het jaar waarin koning Willem III overleed zonder een mannelijke opvolger na te laten. In 1783 hadden de vier zijtakken van hetHuis Nassau deErneuerte Nassauische Erbverein besloten, waarin ze bepaalden dat indien hetHuis Oranje-Nassau in de mannelijke lijn zou uitsterven, de bezittingen over zouden gaan naar het hoofd van deWalramse Linie van het Huis Nassau. Aangezien Willem III alleen een dochter had, ging Luxemburg over naar de Walramse Linie.Wilhelmina werd koningin van Nederland, terwijl hertogAdolf van Nassau de nieuwe groothertog van Luxemburg werd.[11][12][13][14]
Het tot dan toe zeer arme, zuiver agrarische Luxemburg werd eind 19e eeuw welvarend dankzij de opleving van de ijzerindustrie. Door het omstreeks 1870 uitgevondenThomas-Gilchristprocedé werd het namelijk mogelijk om uit hetfosforrijke Luxemburgseijzererts goedstaal te fabriceren. De nieuwe industrie werd grotendeels gefinancierd met Duits kapitaal.
Terwijl het relatief overbevolkte Luxemburg in de tweede helft van de 19e eeuw bijna een kwart van zijn bevolking kwijtraakte dooremigratie (voornamelijk naar Frankrijk en de Verenigde Staten), werd het land vanwege de veleItaliaanse emigranten eenimmigratieland.
Tijdens deEerste Wereldoorlog (1914–1918) werd de Luxemburgse neutraliteit geschonden door Duitsland, dat Luxemburg gebruikte om op te kunnen trekken naar Frankrijk. Na de oorlog kwam het tot een staatscrisis in Luxemburg vanwege de pro-Duitse houding in deze oorlog van groothertoginMaria Adelheid. Dit leidde in 1919 tot het aftreden van de groothertogin ten gunste van haar zusCharlotte.
Tijdens deTweede Wereldoorlog werd de Luxemburgse neutraliteit wederom geschonden. Het land werd in mei 1940door Duitse troepen bezet en in augustus 1942 formeel door hetDerde Rijk geannexeerd. Tijdens de Duitse bezetting was deVolksduitse Beweging de enige toegestane partij in het land. Vanaf 1941 werden de eerste verzetsgroepen, zoals de Letzeburger Ro'de Lé'w en de PI-Men gevormd. De dienstplicht voor het Duitse leger die in augustus 1942 werd ingevoerd, leidde tot eenalgemene staking. Deze staking werd bloedig onderdrukt door deGestapo met arrestaties, deportaties en executies.[15] Op 10 september 1944 werd Luxemburg door de Amerikanen bevrijd.
Sinds de Tweede Wereldoorlog is Luxemburg een enthousiast voorstander van de Europese integratie. In 1951 werd het lid van deEuropese Gemeenschap voor Kolen en Staal dat een voorstadium was voor de huidige Europese Unie.In 1945 werd Luxemburg lid van deVerenigde Naties en in 1944 richtte het samen met België en Nederland deBenelux op. In 1949 trad het land toe tot deNAVO. In 1957 werd Luxemburg een van de zes oprichters van deEuropese Economische Gemeenschap (EEG), een voorloper van deEuropese Unie.
In de jaren 1970 werd Luxemburg getroffen door destaalcrisis, die samen met de oliecrisis van 1973 en die van 1979 een einde maakte aan deTrentes Glorieuses. De werkgelegenheid in de staalindustrie liep sterk terug en de economie kromp. Door middel van sociale, institutionele en economische maatregelen via tripartite overleggen, werden de economie transitie van staal naar de opkomende financiele diensten vormgegeven. De crisis had een diepe impact in het zuidwesten van het land, met grote lokale en individuele impact. Werklozen werden met vervroegd pensioen gestuurd of inwerkverschaffingstrajecten geplaatst. Dit voorkwam weliswaar massawerkloosheid, maar de getroffen werknemers ervoeren het als negatief en voelden zich nutteloos. In de jaren 1980 kwam de financiele dienstverlening op en nam het aantal banken in het land sterk toe, vooral in en rond de hoofdstad. Dit luidde een tweede periode van onafgebroken groei in; van 1980 tot aan de kredietcrisis in 2008.
In 1985 sloot Luxemburg met vier andere EEG-lidstaten het Schengenverdrag dat in 1995 in werking trad, genoemd naar de gelijknamige Luxemburgse plaatsSchengen. In 1986 verkreeg het gezamenlijke Luxemburgse volk deKarelsprijs wegens bijzondere verdiensten voor de Europese eenheid. In 1999 trad het land toe tot deeurozone en in 2002 heeft de euro deLuxemburgse frank als wettig betaalmiddel vervangen.
Net als Nederland kent Luxemburg een traditie van monarchen die vrijwillig afstand doen van de troon. In 1964 abdiceerde groothertogin Charlotte voor haar oudste zoonJean, die in 2000 vrijwillig plaatsmaakte voor zijn oudste zoonHenri. Op 10 mei 2020, werdKarel van Luxemburg geboren, alias Charles, het eerste kind van erfgroothertogGuillaume.[16] Henri abdiceerde op 3 oktober 2025 ten gunste van zijn zoonGuillaume.
Het dorpBivels en het stuwmeer in deOur in het noorden van Luxemburg, aan de Duitse grens.
Het noorden van Luxemburg wordtÖsling genoemd en maakt onderdeel uit van deArdennen. Het gebied heeft een gemiddelde hoogte tussen de 450 en 500 meter en bestaat uit beboste bergen, heuvels en rivierdalen. DeKneiff vormt het hoogste punt van het land met 560,94 meter. Bekender is deBurgplatz, deze berg is met 558,35 meter iets lager. Natuurparken in Luxemburg zijn hetNatuurpark Our (deel van het Duits-Luxemburgse natuurpark),Natuurpark Mëllerdall (Mullerthal) en hetNatuurpark Boven-Sûre.
Het zuidelijke deel van het land is heuvelachtig te noemen. Het is minder ruig en daardoor geschikter voor landbouw en in dit gebied wonen meer mensen en bevindt zich meer industrie dan in het noorden. Het staat bekend als hetGutland en het behoort tot hetCuestaland van Lotharingen. Het gebied toont meer diversiteit dan het noorden en kan geografisch onderverdeeld worden in verschillende subregio’s. HetLuxemburgs Plateau in Zuid-Centraal-Luxemburg is een grote, vlakke zandsteenformatie, waarop de hoofdstad van het land gelegen is. Klein Zwitserland (met hetMullerthal) is een rotsachtig terrein met dichte bossen en vormt een toeristische trekpleister. Hier bevindt zich een bekende waterval, deSchiessentümpel. DeMoezelvallei is de laagst gelegen subregio en strekt zich uit langs de zuidgrens van het land. DeRode Landen in het uiterste zuiden en zuidwesten van het land vormen het industriële hart van Luxemburg en hier liggen de meeste grote plaatsen.
De grens met Duitsland wordt voor het grootste gedeelte gevormd door deOur, deSûre en deMoezel. Andere rivieren zijn deAlzette in het zuiden van het land, deClerve in het noorden, deAttert, deWiltz, de Zwarte Ernz (Schwaarz Iernz), de Witte Ernz (Wäiss Iernz) en de Äisch. De valleien van de Sûre en de Attert vormen de grens tussen het Gutland en de Ösling. Het laagste punt van het land (132 meter boven zeeniveau) bevindt zich op de plaats waar de Sûre en de Moezel samenkomen, bijWasserbillig.
De meest voorkomende boomsoorten in de Ösling (het noorden van het land) zijn debeuk, deeik, deesdoorn en despar. Op de onbeboste vlaktes zijn onder andere dedophei en dehulst karakteristiek. De vegetatie in het lager gelegen zuiden van het land, het Gutland, is sterk aangetast door bebouwing en dewijnbouw aan de Moezel. Wel komen in het zuidoosten van het land tweemediterrane planten voor: deechte gamander en detrosgamander.
Quafauna bevinden zich in de Ösling grote hoeveelhedenedelherten,wilde zwijnen enroofvogels; zeldzamere diersoorten zoals dezwarte ooievaar en hethazelhoen komen hier voor. Onder de vele andere diersoorten is echter een dramatische teruggang te zien. Zo waren er in dejaren 1960 nog tussen de 3400 en 4200 broedparen van desteenuil, in 2006 was hun aantal teruggelopen tot minder dan 20 paren. In het milde Moezeldal bevindt zich nog wel demuurhagedis. Luxemburg staat verder bekend om zijn rijkdom aan vissen, zoalsforellen,snoeken,snoekbaarzen,palingen enkarpers.
Luxemburg heeft over het algemeen net als Nederland en België een gematigdzeeklimaat, omdat het land door de Ardennen wordt beschut, ligt het klimaat iets meer tussen een gematigd zeeklimaat en een zwakcontinentaal klimaat in.
In het midden en het zuiden van Luxemburg is het iets warmer dan in het noorden. De gemiddelde jaartemperatuur schommelt tussen ongeveer 7 en 9 °C. De gemiddelde jaarlijkse hoeveelheid neerslag is 740 mm. In het noorden valt de meeste neerslag en in het zuiden de minste. De maanden mei en juni zijn het zonnigst, terwijl juli en augustus het warmst zijn. In augustus en december valt de meeste neerslag. Sneeuw van betekenis valt er vooral in het hoger gelegen noordelijk deel van het land.
Bevolkingsontwikkeling van Luxemburg in de periode 1961-2020
De inwoners van Luxemburg worden Luxemburgers genoemd. Het totale aantal inwoners (op 1 jan. 2025) bedraagt 681.973.[5] De bevolkingsgroei in 2020 bedroeg 1,76%.[17]
Het aantal immigranten onder de bevolking is sinds het einde van de 19e eeuw fors toegenomen. Aanvankelijk trok de staalindustrie die vanaf 1880 tot ontwikkeling kwam in de regio rond Esch-sur-Alzette immigranten en gastarbeiders aan, vooral uitItalie enPortugal. De bevolking verzesvoudigde er over de periode 1870-1970, terwijl in de rest van het land, uitgezonderd in het kanton Luxemburg, de bevolking terugliep. Vanaf het einde van de 20e eeuw groeit de bevolking sterk door immigratie, nu vooral uit de omringende landen, dankzij de aanwezigheid vanEU instellingen en de ontwikkeling van definanciële sector. In tegenstelling tot de eerste immigratiegolf doet deze groei doet zich voor in het hele land met voor sommige kantons een verdubbeling van het aantal inwoners over de periode 1990-2025. Ten tijde van deJoegoslavische oorlogen heeft Luxemburg ook vele immigranten zien komen uitBosnië en Herzegovina,Montenegro enServië.
Op 1 januari 2024 was 47,2 % van de bevolking van buitenlandse afkomst.[5] Onder de allochtone bevolking (317.7)[18] is de grootste groep van Portugese afkomst (90.9)[18]. Daarna komen de Fransen (49.2), de Italianen (25.1), de Belgen (18.9), de Duitsers (12.5) en de Spanjaarden (9,5).[5] In de gemeenteLarochette is meer dan 60 % van buitenlandse afkomst en hiermee is het de Europese gemeente met (percentueel gezien) het grootste aantal buitenlanders.[bron?] In Luxemburg leven verder nog circa 2500Jenischen als minderheid zonder eigen status. In de Luxemburgse stadswijkWeimerskirch wonen al sinds vele generaties Jenischen. De meeste migranten zijn afkomstig uit EU-landen, sommigen komen van buiten de EU. Zo zijn er onder meer enkele duizenden Amerikanen en enkele duizenden Chinezen in Luxemburg.[bron?]
18,5 % van de Luxemburgers is jonger dan 15 jaar, 66,7 % is tussen de 15 en 64 jaar en 14,8 % is boven de 65 (2008).[19] De gemiddelde leeftijd bedraagt 39,2 jaar. De levensverwachting bij de geboorte ligt op 76,1 voor mannen en 82,8 jaar voor vrouwen.[19]
Volgens een wet van 24 februari 1984 is het Luxemburgs denationale taal. Daarnaast werd Frans alswettelijke taal vastgelegd en Duits, Frans en "dans la mesure du possible" (in de mate van het mogelijke, voor zover mogelijk) Luxemburgs alsadministratieve talen. Bij de onafhankelijkheid spraken vier dorpen langs de grens Waals, ze zijn overgeschakeld op Luxemburgs.
Het nationale motto, "Wij willen blijven wat wij zijn" in hetLuxemburgs, op een gevel in de hoofdstad
Het Luxemburgs is een Germaanse taal. 52 % van de bevolking heeft het als moedertaal (2012) en de taal wordt door zeker 70 % van de bevolking begrepen. Voor de onderlinge communicatie speelt het Luxemburgs een belangrijke rol, maar voornamelijk in gesproken vorm. In geschreven vorm wordt het Luxemburgs veel minder gebruikt en is het Frans een veel gebruikte taal, naast het Duits. 16 % van de bevolking heeft het Frans als moedertaal en deze taal wordt door circa 88% van de bevolking begrepen. Het Duits daarentegen is de primaire taal binnen de media (85 % van de kranten is in het Duits) en de Kerk.[21]
Het Portugees, dat de moedertaal is van 19 % van de Luxemburgers, is geen officiële taal in het land en heeft zodoende geen functie als algemene communicatietaal. Andere belangrijke immigrantentalen zijn het Italiaans en hetKaapverdisch-Creools, met respectievelijk 20.800 en 3.000 sprekers. Het Engels wordt door een groot deel van de bevolking verstaan en ook het Nederlands wordt vaak begrepen, vooral in het bankwezen en de toeristische sector. HetJenisch wordt in Luxemburg gesproken door de kleine Jenische minderheid.
Traditioneel was een grote meerderheid van de bevolking van Luxemburg rooms-katholiek en het is nog steeds de grootste religie. Sinds 1980 is het de Luxemburgse overheid bij wet niet meer toegestaan om gegevens te verzamelen over de geloofsovertuigingen van de bevolking. Naar een schatting uit 2021 is 46% van de bevolking katholiek. Protestanten maken net zoals orthodoxe christenen 2% van de bevolking uit. Andere christenen zijn 3% van de bevolking. Moslims, joden en boeddhisten maken elk ongeveer 1% van de bevolking uit. Een groeiend deel van de bevolking is atheïst (13%) of identificeert als niet religieus of agnost (25%). De overige 5% heeft een andere religie en 1% weigerde antwoord of wist het niet.[22]
Volgens deEurobarometer van 2005 gelooft 44% van de Luxemburgers in God, gelooft verder nog 28% dat er ‘iets’ is en is 22% van de Luxemburgers ongelovig.[23]
Formeel heeft de groothertog verreikende uitvoerende en wetgevende bevoegdheden. Hij benoemt en ontslaat de regering en hij ondertekent alle wetten. DeStaatsraad (Frans:Conseil d'État), bestaande uit 21 burgers, heeft als taak de groothertog te adviseren alvorens hij een wetartikel ondertekent. De leden hiervan worden benoemd door de groothertog en voorgedragen door de regering en de Kamer van Afgevaardigden.
In de praktijk neemt de groothertog bijna alleen representatieve taken waar. De groothertog staat boven alle partijen. Van zijn recht om deKamer van Afgevaardigden naar huis te sturen, heeft hij nog nooit gebruikgemaakt. In 2008 weigerde de groothertog een nieuwe wet te ondertekenen dieeuthanasie legaliseerde en daarom stemde het parlement van Luxemburg datzelfde jaar in met een wijziging van de grondwet waardoor ondertekening van een wet door de groothertog niet meer nodig is.[24]
Verkiezingen vinden in Luxemburg plaats op landelijk, gemeentelijk enEuropees niveau. De landelijke en Europese parlementsverkiezingen worden om de vijf jaar gehouden, de gemeentelijke verkiezingen om de zes jaar.
Voor de verkiezingen van de Kamer van Afgevaardigden is Luxemburg verdeeld invier kiesdistricten die elk een bepaald aantal afgevaardigden leveren:Kiesdistrict Sud 23,Kiesdistrict Centre 21,Kiesdistrict Nord 9 enKiesdistrict Est 7. Kiezers kunnen naast op een partij te stemmen ook op een specifieke persoon stemmen. Sinds 1919 bestaat er een stemplicht voor alle burgers van 18 jaar en ouder. Men kan echter enkel stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen als resident en niet-houder van de Luxemburgse nationaliteit.
Het groothertogdom heeft eenHooggerechtshof dat gevestigd is in de stad Luxemburg. Daarnaast zijn er drie lagere tribunalen (Justice de paix) inEsch-sur-Alzette,Diekirch en de stad Luxemburg. Diekirch en de stad Luxemburg bevatten ook nog elk een districtstribunaal.
Luxemburg is opgedeeld in twaalfkantons. De kantons bestaan gezamenlijk uit 100gemeenten, waarvan er twaalf een plaats bevatten die stadsrechten heeft.
De verstedelijking in Luxemburg is zeer groot; ongeveer 82 % van de inwoners woont in een stad (in 2008).[19] De grootste stad van het land is de hoofdstad Luxemburg met ruim 134.700 inwoners (>160.000 in de hele agglomeratie). Anderegrote plaatsen zijnEsch-sur-Alzette (36.600 inwoners),Differdange (29.500 inwoners) enDudelange (21.900 inwoners). De grootste plaatsen in het noorden van het land (die beide stadsrechten hebben) zijnEttelbruck (9.700 inwoners) enDiekirch (7.300 inwoners), die samen met nog vier andere gemeenten deNordstad vormen.
Op hetCongres van Londen van 1867 werd de eeuwige neutraliteit van Luxemburg uitgesproken, tevens werd bepaald dat Luxemburg onbewapend zou moeten zijn. Vanwege slechte ervaringen in beide wereldoorlogen, waarin tot tweemaal toe de Luxemburgse neutraliteit werd geschonden, werd in 1948 de neutraliteit opgeheven en de dienstplicht ingevoerd. In 1967 werd de dienstplicht echter weer afgeschaft.
Vandaag de dag heeft Luxemburg een klein leger dat ongeveer 1200 man groot is. Er is één infanteriebataljon en er zijn twee verkenningsbataljons. Vanwege het feit dat het land niet aan zee grenst, is er geenmarine. Er is geenluchtmacht, echter de 17AWACS van deNAVO staan wel in Luxemburg geregistreerd en samen met België heeft het land geld geïnvesteerd in eenAirbus A400M militair vrachtvliegtuig dat in oktober 2020 in gebruik is genomen. Ook heeft Luxemburg samen met Nederland twee Airbus 330 MRTT tanker-/transportvliegtuigen aangeschaft. Deze toestellen zijn gestationeerd op Vliegbasis Eindhoven.[25]
Binnen de NAVO en binnenVN-verband heeft Luxemburg meegedaan aan diverse operaties, zoalsKFOR inKosovo,EUFOR inBosnië en Herzegovina enISAF inAfghanistan. Sinds enkele jaren is het iedere inwoner van de Europese Unie toegestaan dienst te nemen in het Luxemburgse leger zonder dat hij of zij de Luxemburgse nationaliteit hoeft aan te nemen. Wel wordt er geëist dat men minimaal drie jaar ononderbroken in Luxemburg woonachtig is en dat men de Luxemburgse taal beheerst.
Luxemburg beschikt niet over een opleidingscentrum voor officieren. Luxemburgse officieren worden gevormd aan deKoninklijke Militaire School in België.
Het groothertogdom onderhoudt intensieve betrekkingen met Nederland en België. De drie landen werken onder meer samen in hetBenelux-parlement.
Nederland heeft een ambassade in de hoofdstad Luxemburg (aan de Rue Sainte Zithe), en het groothertogdom in Den Haag (sinds 2013 aan deNassaulaan). Tevens zijn er honorair-consuls in Maastricht, Rotterdam, Ommen en Amsterdam. De Belgische ambassade in Luxemburg bevindt zich aan de Rue des Girondins, het groothertogdom heeft zijn vertegenwoordiging in de Kortenberglaan in Brussel. Ereconsulaten zijn er verder in Antwerpen, Gent, Oostende, Neupré en La Bruyère bij Namen.
Voor de komst van de euro was de Luxemburgse frank de officiële munt van het land. Deze was gekoppeld en gelijk aan de Belgische frank. De euro heeft het belang van de in 1921 opgerichteBelgisch-Luxemburgse Economische Unie (BLEU) flink verminderd.
De stabieleeconomie met hoge inkomens vertoont een gestage groei, lageinflatie en een lagewerkloosheid. De industrie werd tot voor kort[(sinds) wanneer?] gedomineerd door staal. Het is nadien steeds diverser geworden en omvat nu ook chemicaliën, rubber en andere producten. Tijdens de afgelopen decennia was de groei in de financiële sector groter dan de terugval in de staalsector. Diensten, in het bijzonder het bankwezen, maken nu een belangrijk deel uit van de Luxemburgse economie. Een tiende van de banen bevindt zich in het bankwezen en een vierde van hetbni wordt door deze sector gegenereerd. Het succes van de Luxemburgse banken wordt voornamelijk verklaard door hetbankgeheim dat veel vermogen heeft aangetrokken. Daarbij heeft Luxemburg een gunstig belastingstelsel voor de vestiging van investeringsfondsen,holdings ensecuritisatievennootschappen. Hierdoor zijn er in Luxemburg zeer veel trustkantoren: van kleine lokale spelers tot vestigingen van grotere wereldwijd opererende bedrijven. De Luxemburgse regering tracht te streven naar een belastingstelsel dat enerzijds aantrekkelijk is voor de vestiging van vennootschappen maar anderzijds wel voldoet aan Europese en OESO-normen.
De financiële sector heeft nu een aandeel van 28 % van hetbbp van Luxemburg, het aandeel van de industrie is 13,6 % (2008).[19] De landbouw is gebaseerd op kleine familiale boerderijen en bedraagt slechts 0,4% van het bbp. In de zuidelijke gemeenteEsch-sur-Alzette werd vroeger ijzererts gewonnen uit deGaalgebierg. Deze mijnen zijn sinds 1981 gesloten.
Luxemburg heeft nauwe handelsbanden met de buurlanden en geniet als lid van de EU de voordelen van een open Europese markt. Het staat met een bbp van 113.044 dollar per hoofd van de bevolking (2008) bovenaan de lijst van hetIMF.[6] Ter vergelijking: Nederland staat op deze lijst met 52.500 dollar op de negende plaats en België staat met 47.289 dollar op de veertiende plaats. Verder staat Luxemburg op de elfde plaats van deHuman Development Index van 2009[26] en op de vierde plaats in deQuality-of-life index (2005).[27]
Vanwege de lage belastingen op brandstof komen er ieder jaar veel automobilisten uit de omringende landen in Luxemburg tanken. Jaarlijks levert dit de Luxemburgse staatskas ongeveer 600 miljoen euro op. En ook de verkoop van tabak brengt veel geld op: ongeveer 400 miljoen euro op jaarbasis. Daarnaast hebben diverse internetbedrijven zoalseBay,Amazon enPayPal zich uit belastingoverwegingen in Luxemburg gevestigd.
Van de ongeveer 207.000 mensen (in 2008) die in Luxemburg werkzaam zijn, woont 60 % in een van de buurlanden.[19] 52 % van deze niet-Luxemburgers komt uit het FranseLotharingen, 27 % uit België en 21`% uit een van de Duitse bondslanden (Rijnland-Palts enSaarland). Circa 7.500 niet-Luxemburgers werken in Luxemburg bij een van de Europese instellingen.
Luxemburg heeft een efficiënt wegennet van in totaal2873 km lengte, waarvan 165 km autosnelwegen zijn. De snelwegen zijn de naar Duitsland lopendeA1, de naar Frankrijk lopendeA3, deA4, de naar België lopendeA6, deA7, deB7 en de naar Duitsland lopendeA13.
Het land heeft een internationale luchthaven inFindel,Aéroport de Luxembourg, 6 km buiten de stad Luxemburg.Luxair is de nationale luchtvaartmaatschappij van het land enCargolux is de vrachtmaatschappij. Op het gebied van vracht is Luxemburg een van de drukste luchthavens van Europa en het staat op de wereldranglijst binnen de top 10 van drukste luchthavens. In 2006 telde Luxemburg-Findel 1.605.540 passagiersbewegingen en werd er 751.645 ton vracht vervoerd.
In 1964 werd de MoezelhavenMertert heropend en sindsdien speelt de binnenvaart weer een rol in het land. Er zijn ongeveer 70 zeeschepen die onder Luxemburgse vlag varen.
Het treinverkeer wordt verzorgd door de nationale maatschappijCFL (Société Nationale des Chemins de Fer Luxembourgeois). Totaal is er 275 km spoor.[19] Verder zijn er de busmaatschappijenAVL (Autobus de la Ville de Luxembourg),RGTR (Régime général des transports routiers) enTICE (Transport intercommunal de personnes dans le canton d'Esch-sur-Alzette). De komst van deTGV naarParijs heeft geleid tot een renovatie van hetStation Luxembourg. Een rit met de TGV van de stadLuxemburg naar Parijs duurt sinds de aanleg van de hogesnelheidslijn twee uur. Er zijn beperkt hogesnelheidsverbindingen richtingStraatsburg,[28] metBrussel en richting Duitsland. Om de drukke spoorlijn naar Bettembourg te ontlasten wordt een nieuwe spoorlijn gebouwd via een kortere route tussenHowald enBettembourg van 7 kilometer.[29]
Met ingang van 29 februari 2020 hoeven reizigers in bus, tram en trein[31] geen kaartje meer te kopen. Luxemburg is het eerste land dat openbaar vervoer gratis maakt voor iedereen. Deze maatregel is ingevoerd om de files op de wegen te verminderen en mensen te verlokken de auto voor het openbaar vervoer te verruilen.[32]
Het onderwijssysteem in Luxemburg is drietalig en van hoogstaand niveau. De eerste jaren van hetbasisonderwijs zijn in het Luxemburgs, daarna gaat men over op het Duits, om vervolgens bij hetsecundair onderwijs over te gaan op het Frans. Leerlingen worden geacht aan het einde van het secundair onderwijs alle drie de talen alsmede Engels te spreken.
In Luxemburg geldt een leerplicht van vier tot zestien jaar. Van het vierde tot en met het elfde levensjaar gaan leerlingen naar het primair onderwijs dat verdeeld is in vier cycli. De eerste cyclus bestaat uit een eenjarige facultatieveéducation précoce en de verplichte tweejarigeéducation préscolaire en is vergelijkbaar met de kleuterschool. Cycli twee tot en met vier duren elk twee jaar en vormen gezamenlijk deenseignement primaire (primair onderwijs).
Vanaf twaalf jaar gaan leerlingen naar hetenseignement postprimaire (secundair onderwijs) dat tot ten minste het zestiende levensjaar duurt. Ongeveer twee derde van de leerlingen kiest hierbij voor hetenseignement secondaire technique (lyceum). Dit lyceum is opgedeeld in hetclasse modulaire du régime préparatoire de l’enseignement secondaire technique dat minstens vijf jaar duurt en toegang geeft tot diverse beroepsopleidingen en hetlycée technique general dat naast de beroepsopleidingen ook toegang verleent tot een studie aan een hogeschool. De overigen, een derde van de leerlingen, kiezen voor hetlycée classique (hetgymnasium), dat na zeven jaar leidt tot hetdiplôme de fin d’études secondaires en toegang tot de universiteit geeft.
In verschillende steden (Luxemburg-stad en Esch-sur-Alzette) zijn er middelbare beroepsopleidingen op allerhande gebied. Van zorg tot techniek en van mode tot horeca. Dit is vergelijkbaar met het MBO in Nederland.
In Luxemburg is er eenconservatorium, het "Conservatoire de musique de la Ville de Luxembourg"[33] en een "FOM-Hochschule" voor business, marketing en techniek.[34]Ziekenhuizen verzorgen op hbo-niveau opleidingen op het gebied van verpleegkunde, laborant en andere disciplines.Daarnaast fungeert de hierna genoemde universiteit ook alshogeschool op bachelorniveau voor verschillende vakgebieden.
In Luxemburg bestaat sinds 2003 een universiteit, deUniversiteit Luxemburg, waar studies te volgen zijn in de natuurwetenschappen, techniek, biomedische wetenschappen, rechten, economie en in de sociale en pedagogische wetenschappen. De universiteit herbergt studenten uit de hele wereld, kent een uitgebreide campus, verschillende vestigingen in de stad en genereert een actief studentenleven in Luxemburg-stad. Allebachelor- enmasterstudies zoals vermeld zijn aan deze universiteit te volgen en te voltooien.
Van eind augustus tot begin september vindt hetSchueberfouer plaats, een belangrijke jaarmarkt in de wijkLimpertsberg in de stad Luxemburg, die zijn oorsprong vindt in de 14e eeuw. MetÉmaischen, het traditionele Emmausfeest opTweede Paasdag trekken mensen naar het plein bij de vismarkt om daar de alleen op deze dag verkrijgbare keramiekpijpen in vogelvorm te verkrijgen, dePéckvillchen. OpInvocabit, de eerste zondag van deVeertigdagentijd, wordt in veel plaatsen hetBuergbrennen gevierd, waarbij een groot vuur gemaakt wordt en symbolisch de winter wordt verbrand. Er op dat moment ook kermis op de Glacis, een plein dicht bij Limpertsberg.
Het belangrijkste religieuze feest in Luxemburg is hetOctaaffeest dat van de derde tot de vijfde zondag naPasen gevierd wordt en waarbijMaria, beschermheilige van Luxemburg, aanbeden wordt. Tijdens het feest is er een jaarmarkt, de Oktavmäertchen, op deKnuedler, een plein in de stad Luxemburg. DeProcessie van Echternach is een religieuze processie die ieder jaar op de dinsdag naPinksteren plaatsvindt. De deelnemers springen hierbij op een polkamelodie in rijen door de stad tot aan deSint-Willibrordusbasiliek met het graf van de heilige Willibrord.
De binnenstad van de stad Luxemburg staat sinds 1994 op dewerelderfgoedlijst van deUNESCO vanwege het historische belang van haarverdedigingswerken en oude wijken. De stad was tweemaal in de geschiedenisculturele hoofdstad van Europa. De eerste maal was in 1995 en de tweede maal in 2007 toen het grensoverschrijdende gebied van het Groothertogdom Luxemburg, hetRijnland-Palts en hetSaarland in Duitsland, de Franstalige en Duitstalige regio's in België en deLotharingen in Frankrijk alle als zodanig werden aangemerkt. Het evenement was een poging om de mobiliteit en uitwisseling van ideeën te promoten en daarmee fysiek, psychologisch, artistiek en emotioneel de grenzen te overschrijden.
De Luxemburgse filmindustrie is kleinschalig en er komen zelden films in het Luxemburgs uit. Eentje ervan is de speelfilmPerl oder Pica uit 2006 vanPol Cruchten. Wel zijn er diverse buitenlandse filmproducties geweest die Luxemburg als decor hebben gebruikt. Hieronder vallenGirl with a Pearl Earring uit 2003 metScarlett Johansson en de met drieOscars genomineerde filmShadow of a Vampire. Internationaal bekende Luxemburgse acteurs zijn onder andereAndré Jung enThierry van Werveke. Deze laatste vertolkte de rol van Henk in de filmKnockin' on Heaven's Door. De Luxemburgse regisseurAndy Bausch is ook in Duitsland bij diverse series en televisiefilms actief.
Vanwege het feit dat de grenzen van Luxemburg in de loop der tijd gewijzigd zijn en doordat er drie verschillende talen gesproken worden, is het moeilijk te bepalen wat precies deel uitmaakt van de Luxemburgse literatuur. Uit de periode voor hetVerdrag van Londen (1839) is daarom weinig Luxemburgse literatuur aan te wijzen. Wel is van rond 1290 de in het Oudluxemburgs geschrevenCodex Mariendalensis bekend. Dit is een gedicht overYolande van Vianden en is waarschijnlijk geschreven door de monnikHermann von Veldenz. Uit latere tijd is deHistoria Luxemburgensis, een beschrijving van de geschiedenis van Luxemburg, die geschreven is door de in 1544 inLeuven geboren abtJohannes Bertelius.
In de 19e eeuw werd de Luxemburgse literatuur gedomineerd door de drie bekende klassieke schrijversMichel Lentz (1820–1893),Edmond de la Fontaine (1823–1891) enMichel Rodange (1827–1876). Lentz staat vooral bekend om het schrijven van het Luxemburgse volksliedOns Heemecht, hij schreef daarnaast ook diverse andere (patriottische) gedichten. Edmond de la Fontaine staat beter bekend onder zijn pseudoniem Dicks en wordt gezien als de grondlegger van het theater in het Luxemburgs. Rondange ten slotte schreef onder andere de fabelRenert oder de Fuuß am Frack an a Ma’ansgrëßt dat gebaseerd is opGoethesReineke Fuchs.
Wat voor de literatuur geldt, geldt in zekere zin ook voor de muziek: er zijn voor 1900 weinig componisten te noemen, al heeft het land wel een aantal componisten voortgebracht, waaronderHelen Buchholtz.
Buiten Luxemburg hebben de Luxemburgse bands nog weinig bekendheid verworven, in het land zelf winnen lokale bands aan populariteit. Een van hen is de bandEternal Tango. Klassieke muziek staat in Luxemburg hoog aangeschreven. HetOrchestre Philharmonique du Luxembourg (het voormalige RTL Symfonieorkest) en hetMusique militaire grand-ducale (Lëtzebuerger Militärmusek) zijn orkesten van belang. Bovendien heeft Luxemburg diverse solisten voortgebracht die met deSolistes Européens onder leiding vanJack Martin Händler optreden.
Typisch Luxemburgse gerechten zijnJudd mat Gaardebounen (gerookt varkensvlees mettuinbonen),Bouneschlupp (bonensoep met aardappels) en de zogenaamdeKniddelen (groteknödels bestaande uit meel, water, ei en zout). Luxemburgse nagerechten zijnQuetschentaart (pruimentaart) enOmelette soufflée au kirsch (luchtige omelet metkirsch). De gebakken vis uit de Moezel en de Sûre is in Luxemburg een specialiteit. Een andere specialiteit isKachkéis, gekookte kaas die vaak met kruiden verfijnd wordt.
Dewijnbouw in Luxemburg vindt plaats langs de zuidoostgrens van het land. Het zijn overwegend lichte, frisse witte zomerwijnen. Er worden ook veelmousserende wijnen gemaakt.
Volgens hetGuinness Book of Records van 2008 wordt in Luxemburg de meeste alcohol per hoofd van de bevolking geconsumeerd. In 2003 kwam het alcoholgebruik neer op 12,6 liter pure alcohol per inwoner per jaar. Dit zijn vooral statistische gegevens en ze liggen waarschijnlijk ver af van de werkelijkheid aangezien veel alcohol gekocht wordt door Belgen, Fransen en Duitsers van over de grens, die vanwege de lagere belastingen in Luxemburg daar hun alcoholische producten kopen. Om dezelfde reden liggen ook de tabak- en benzineverkoop per inwoner hoog.
Vanwege de soepele mediawetgeving hebben een flink aantal televisie- en radiostations zich in Luxemburg gevestigd, waarvan die van deRTL Group, Europa´s grootste tv- en radioproductiebedrijf, het bekendste zijn. In Luxemburg is ookSES Astra gevestigd, een belangrijke satellietdienst in onder andere Duitsland en Groot-Brittannië.
Een beperkt aantal televisiezenders richt zich specifiek op de Luxemburgse markt en deze zenden ook in het Luxemburgs uit. Het grootse marktaandeel hiervan heeftRTL Télé Lëtzebuerg. Andere zenders zijn:RTL Zwee,.dok (Den Oppene Kanal),Luxe TV, de parlementszenderChamber TV en het regionaleNordliicht TV. De RTL Group heeft verder diverse andere kanalen die zich richten op het buitenland, die hun licentie in Luxemburg hebben liggen. Hieronder vallen het opWallonië richtendeClub RTL,Plug RTL enRTL TVI; het op Nederland richtendeRTL 4,RTL 5,RTL 7 enRTL 8 en het op Frankrijk richtendeRTL9.
Luxemburg heeft een divers aantal radiozenders, waarvanRTL Radio Lëtzebuerg de bekendste is. Andere radiostations zijnEldoradio,DNR (Den Neie Radio), Radio LRB, het PortugeestaligeRadio Latina en het cultureleRadio 100,7. Het DuitstaligeRTL Radio richt zich behalve op Luxemburg ook op de aangrenzende regio’s in Duitsland. Verder was er in Luxemburg tot december 1992 het internationaleRadio Luxembourg gevestigd.
In Luxemburg zijn er ruim 360.000 telefoonaansluitingen.[19] Het internationale voorkiesnummer is +352. Er zijn geen netnummers. Daarnaast zijn er ruim 707.000 gsm-aansluitingen (2008).[19] De aanbieders zijnLUXGSM (dochteronderneming van post- en telecommunicatiebedrijfP&TLuxembourg),Tango (dochteronderneming vanProximus Groep) enOrange (zusterbedrijf vanMobistar). Met 141 gsm-aansluitingen per 100 inwoners staat Luxemburg qua gebruik op de eerste plaats in de wereld.
In Luxemburg heeft volgens RTL Télé Lëtzebuerg in september 2014 ruim 95,5% van alle woningen internet, waarmee ook het aantal internetaansluitingen per inwoner tot de hoogste ter wereld behoort.
↑Er zijn rechtstreekse hogesnelheidstreinen naar Straatsburg die voor een gedeelte van het traject gebruik maken van de hogesnelheidslijnParijs - Straatsburg.