Lemniscomys Fossiel voorkomen: Laat-Plioceen tot heden | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||
Gestreepte grasmuis (Lemniscomys striatus) | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||
Lemniscomys Trouessart, 1881 | |||||||||||||
Typesoort | |||||||||||||
Mus barbarusLinnaeus, 1766 | |||||||||||||
Afbeeldingen op![]() | |||||||||||||
Lemniscomys op![]() | |||||||||||||
|
Lemniscomys is eengeslacht vanknaagdieren uit demuizen en ratten van de Oude Wereld.
Dit geslacht behoort tot de zogenaamdeArvicanthis-divisie, waarbinnen het een van de drie subgroepen vormt (de andere omvattenArvicanthis,Mylomys enPelomys enRhabdomys enDesmomys). De oudstefossielen stammen uit het Laat-Plioceen van Oost-Afrika; er zijnPleistocene fossielen bekend uit allerlei delen van Afrika.[1]
Ze hebben allemaal een donkere rugstreep en meestal ook andere vlekken of strepen op de rug. De kop-romplengte bedraagt 9 tot 14 cm, de staartlengte 9,5 tot 15 cm en het gewicht 18 tot 70 gram.[2]
Deze dieren leven in graslanden. Ze eten wortels, bladeren, zaden en af en toe insecten.
Ze zijn zeer vruchtbaar; vrouwtjes kunnen in nog geen vier maanden vier nesten van tot 12 (meestal vier of vijf) jongen ter wereld brengen.
Deze soort komt voor in grote delen vanAfrika, behalve deSahara, deNijlvallei, het noordoosten en het zuidwesten.
Er zijn elf soorten: