Colony of Jamaica | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Britse kolonie | ||||||
| ||||||
| ||||||
Kaart | ||||||
![]() | ||||||
Algemene gegevens | ||||||
Hoofdstad | Kingston | |||||
Oppervlakte | 10.991 km² | |||||
Talen | Engels | |||||
Volkslied | God Save the Queen | |||||
Munteenheid | Jamaicaanse pond | |||||
Regering | ||||||
Regeringsvorm | Kolonie | |||||
Staatshoofd | Britse monarch | |||||
Regeringsleider | Gouverneur |
DeKolonie Jamaica (Engels:Colony of Jamaica) was een kolonie van hetBritse Rijk op het eilandJamaica. De kolonie besloeg niet allen het eiland Jamaica maar ook deKaaimaneilanden, deTurks- en Caicoseilanden (vanaf1873),Brits-Honduras (tot1862) dat laterBelize zou gaan heten en dewestkust van Honduras metbijbehorende eilanden. Tot1872 wasSpanish Town de hoofdstad, daarna namKingston deze functie over.
De kolonie werd opgericht in1655 toen de Engelsen het eiland, dat toen nogSantiago heette, op de Spanjaarden veroverden. Omdat Engeland in oorlog was metSpanje en omdat de kolonie geld nodig had om levensvatbaar te zijn, werd het tijdelijk eenvrijhaven voor dekaapvaart en zou een grote rol spelen in depiraterij in de regio.
Een tweede pijler van de economie was de landbouw, met name desuikerteelt, die van Jamaica een welvarende kolonie maakten. Voor deplantages werden grote aantallenslaven uit Afrika naar het eiland gebracht. Er vonden meerdere grote slavenopstanden plaats en vele slaven vluchtten de binnenlanden in. Deze mensen werden deMarrons genoemd na meerdere oorlogen met hen plaats waarna de Marrons zelfbestuur kregen. Ook hierna zouden er slavenopstanden blijven plaatsvinden, tot aan de afschaffing van deslavernij in1833.
In detwintigste eeuw kwam een burgerrechtenbeweging op gang onder de zwarte bevolking o.a. doorMarcus Garvey. Ook ontstond op het eiland deRastafari.
Vanaf1958 maakte Jamaica deel uit van deWest-Indische Federatie, maar deze federatie bleek geen succes en viel in1962 uiteen waarna Jamaica onafhankelijk werd.