Kapp Records was eenAmerikaans platenlabel, in 1953 opgericht door David Kapp. David Kapp was de broer van Jack Kapp, die in 1934 het AmerikaanseDecca Records mede had opgericht. David werkte toen als talentmanager van voornamelijkcountryartiesten en werd op vraag van JackA&R-manager bij Decca, waarvoor hij het zuiden van de Verenigde Staten doorkruiste op zoek naar nieuw talent. Na elf jaar bij Decca stapte hij over naarRCA Victor. In 1953 startte hij dan met zijn eigen onafhankelijk platenlabel, gevestigd inNew York.
Kapp Records bracht voornamelijklangspeelplaten uit met "middle of the road", populair en populair-klassiek materiaal. Een van de bestverkopende artiesten voor Kapp was pianistRoger Williams. Met desingleHello, Dolly! uit het gelijknamige album vanLouis Armstrong had Kapp in 1964 een nummer 1-hit in deBillboard Hot 100. Kapp had ook succes met deoriginal cast-opname van de musicalMan of La Mancha.
Andere artiesten die voor Kapp opnamen warenJack Jones,Linda Scott,Jane Morgan, de popgroepThe Critters,Jerry Fielding en zijn orkest,Art Mooney en zijn orkest,Hugo Winterhalter en zijn orkest,countryzangersFreddie Hart enMel Tillis,jazzartiesten alsKenny Ball enCarmen McRae encomedyartiesten alsBill Dana. Kapp verdeelde ook de platen vanThe Searchers in de Verenigde Staten.
In 1967 verkocht Kapp zijn label aan UNI Records, een label vanMCA Records.[1] Kapp ging toen meer singles uitbrengen en begaf zich ook op het terrein van derhythm-and-blues met onder meer de groepenThe Hesitations enThe Unifics. Een van de laatste hits op Kapp wasGypsys, Tramps & Thieves vanCher (1971). De laatste platen op het Kapplabel verschenen in 1972; in 1973 verdween Kapp Records alsimprint van MCA Records.
Caprice Records (niet te verwarren met het gelijknamige Zweedse platenlabel), Medallion, Leader Records, Four Corners Records (waarop vooral "buitenlands" materiaal verscheen van onder meerFrançoise Hardy en het DuitseGünter Kallmann Koor) en Congress Records waren alle sublabels van Kapp Records.