Jelena Stasova Еле́на Ста́сова | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Jelena Stasova | ||||
Algemeen | ||||
Volledige naam | Jelena Dmitrijevna Stasova Еле́на Дми́триевна Ста́сова | |||
Geboren | 3 oktober1873 | |||
Geboorteplaats | nabijSint-Petersburg | |||
Overleden | 31 december1966 | |||
Overlijdensplaats | Moskou | |||
Land | ![]() | |||
Partij | Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij (bolsjewiek) Communistische Partij van de Sovjet-Unie | |||
Functies | ||||
1917-1921 | secretaris van hetCentraal Comité van de Communistische Partij | |||
1917-1920 | lid van het eersteSecretariaat van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie | |||
1921-1925 | Sovjet-afgevaardigde in het uitvoerend comité van deKomintern | |||
1925-1937 | secretaris van deInternationale Rode Hulp | |||
|
Jelena Dmitrijevna Stasova (Russisch: Еле́на Дми́триевна Ста́сова), (nabijSint-Petersburg,3 oktober1873 -Moskou,31 december1966) was eenRussischcommunistisch revolutionaire en politica. Ze gold als een van de naaste en trouwste medewerkers vanLenin.
Stasova werd geboren in een welgestelde Peterburgse familie. Haar vader was een vooraanstaand advocaat, haar moeder een bekend feministe, kunstcriticusVladimir Stasov was haar oom. Na afronding van het gymnasium ging ze lesgeven aan zondagsschool voor kinderen uit de lagere sociale klassen. Daar sloot ze vriendschap met collega-docenteNadezjda Kroepskaja, de latere echtgenote van Lenin.
Vanaf 1898 wijdde ze zich volledig aan de revolutionaire zaak. Ze sloot zich aan bij deRussische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij en vanaf 1903 (na de breuk met demensjewieken) bij debolsjewieken van Lenin. Lange tijd zou ze diens belangrijkste agente in Sint-Petersburg zijn. Ze was betrokken bij tal van illegale activiteiten, waaronder verspreiding van de illegale krantIskra, werd meermaals gearresteerd en in 1913 naarSiberië verbannen. In 1916 keerde ze terug naar Sint-Petersburg.
Tijdens en vooral ook in de eerste jaren na deRussische Revolutie speelde Stasova een vooraanstaande rol in de Russische politieke arena. Ze werd geroemd om haar organisatietalent. Direct na deFebruarirevolutie van 1917 werd ze secretaris van het eersteCentraal Comité van de Communistische Partij. Tevens maakte ze vanaf augustus 1917 deel uit van het eersteSecretariaat van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie, waarvan ze in 1919 een aantal maanden voorzitter was. Van 1918 tot 1920 was ze kandidaatlid van hetPolitbureau. Ze was een van de oprichtsters van deTsjeka. Van 1921 tot 1925 verbleef ze teBerlijn alsSovjet-afgevaardigde in het uitvoerend comité van deKomintern.
Na haar terugkeer in de Sovjet-Unie was Stasova tot 1937 secretaris van deInternationale Rode Hulp. Ze ontkwam aanStalinsGrote Zuivering en was bij diens dood in 1953 de enige overlevende van de 26 leden die tijdens de revolutie het eerste centraal comité hadden gevormd. In 1948 werd ze nog wel berispt en zelfs enige tijd gevangen gezet vanwege een lofrede opNikolaj Boecharin.[1] Stasova kreeg viermaal deLeninorde, alsook de eretitelHeld van de Socialistische Arbeid. Ze overleed op oudejaarsdag 1966 op 93-jarige leeftijd.