Chileense rat IUCN-status:Niet bedreigd[1] (2016) | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
| |||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||
Irenomys tarsalis (Philippi, 1900) | |||||||||||||||||
Chileense rat op![]() | |||||||||||||||||
|
DeChileense rat (Irenomys tarsalis) is eenknaagdier uit deonderfamilieSigmodontinae dat voorkomt inChili en West-Argentinië. Hij is de enige soort van het geslachtIrenomys. De geslachtsnaamIrenomys is afgeleid van de Griekse woorden ιρην (vrede) en μυς (muis), vredesmuis dus. Hij werd in 1919 zo genoemd doorOldfield Thomas omdat deEerste Wereldoorlog net was afgelopen.
De systematische positie van de Chileense rat is nog onduidelijk. Hij wordt meestal tot dePhyllotini gerekend, maar enkele recentemoleculaire fylogenetische studies plaatsten hem op allerlei verschillende plaatsen binnen deSigmodontinae. Zo plaatstenSmith & Patton (1999) hem in hun verschillende analyses óf als zustergroep van alle Sigmodontinae behalveSigmodon (deIchthyomyini werd niet geanalyseerd), óf als zustergroep vanSigmodon. Kenmerkend is vooral dat de plaatsing van het geslacht bijzonder onstabiel is (hetzelfde geldt overigens voor een aantal andere geslachten, zoalsWiedomys enRhagomys).
Er bestaan twee ondersoorten,Irenomys tarsalis longicaudatus (typesoort van het geslacht) van de eilandenChiloé en deGuaitecas-eilanden voor de Chileense kust, enIrenomys tarsalis tarsalis die in Chili voorkomt vanChillán (regioÑuble) totPuerto Ibáñez (provincieGeneral Carrera,Aysén) en in Argentinië van de provincieNeuquén totChubut.
De Chileense rat is herkenbaar als een grote muis met een staart die langer is dan de kop en de romp. Hij heeft grote ogen en een dikke, zachte vacht. De rug is grijsachtig roodachtig kaneelkleurig met donkere lijnen. De oren zijn bruinachtig zwart. De buik is lichter. Vrouwtjes zijn soms iets groter dan mannetjes.
In totaal wordt hij 270 tot 326 mm lang, met een staart van 162 tot 196 mm, een achtervoet van 28 tot 32 mm, en een oorlengte van 20 tot 25 mm. Ze wegen 30 tot 60 gram.
De Chileense rat heeft 64chromosomen en eenFN van 72. Het aantal chromosomen suggereert een verwantschap met de Phyllotini, terwijl het hoge FN een verwantschap met de Phyllotini juist weer onwaarschijnlijk maakt (zieOjeda et al. (2004)).
De Chileense rat paart in delente, en soms tot in de latezomer. Ze leven inbossen op lage en middelgrote hoogte, vaak metbamboe, maar ze zijn ook gevonden insteppes met verspreide bomen van de soortAustrocedrus chilensis en geen bos of bamboe in de omgeving.
De Chileense rat eet voornamelijkgraan envruchten, maar ook groene vegetatie, graszaad enFungi.
Sympatrische soorten zijn onder andereAbrothrix olivaceus,Abrothrix longipilis,Abrothrix sanborni,Oligoryzomys longicaudatus,Geoxus valdivianus,Loxodontomys micropus, deMonito del monte (Dromiciops gliroides) en deChileense opossummuis (Rhyncholestes raphanurus).
Overblijfselen van de Chileense rat zijn gevonden in uilenballen vankerkuilen (Tyto alba) enAmerikaanse oehoes (Bubo virginianus). Andere potentiëlepredators zijn denachtkat (Felis guigna), deAzaravos (Pseudalopex gymnocercus),Pseudalopex fulvipes en deMagelhaendwerguil (Glaucidium nanum).
De Chileense rat is niet agressief en kan met de hand uit vallen worden gehaald. Als ze worden vrijgelaten klimmen de ratten vaak in bomen, maar ze vluchten soms ook langs de bodem of verdwijnen in holen. De Chileense rat is relatief zeldzaam; vaak zijn er twee dagen nodig om er een te vangen.