Hetmineraalgoethiet is een ijzer- en zuurstofhoudendehydroxide met dechemische formule Fe3+O.OH. Het mineraal werd in 1806 geïdentificeerd en is naar de Duitse schrijverGoethe genoemd, die zich voormineralogie interesseerde. Het heeft eenorthorombisch kristalstelsel. Goethiet wordt alleen gevormd in aanwezigheid vanwater.
Goethiet is een veelvoorkomendijzererts, dat over de hele wereld voorkomt doorverwering van andereijzerhoudende mineralen alsmagnetiet enpyriet. Het komt inEuropa onder meer inFrankrijk inElzas-Lotharingen voor, inDuitsland inWestfalen en inTsjechië inBohemen. Het wordt gebruikt als kleipigment, in deschilderingen van degrotten van Lascaux in Frankrijk is goethiet als pigment aangetroffen. Limoniet is de onvolkomen gekristalliseerde variant van goethiet en een bestanddeel van het gesteenteumber. Goethiet is in 2004 ook op de planeetMars gevonden door de robot Spirit van deNASA. Dit kan erop wijzen dat er in het verleden water op Mars aanwezig is geweest.
Het heeft een hardheid van 5 tot 5,5 op dehardheidsschaal van Mohs, demassadichtheid is 3,3 tot 4,3 kg/l en het mineraal is nietradioactief.
De schraaptandjes op deradula of rasptong van degewone schaalhoren zijn van een natuurlijkecomposiet, dat uit het harde goethiet bestaat, versterkt met vezels vanchitine. Anno 2015 was dat het sterkste natuurlijke materiaal dat bekend is. Deze composiet is uitzonderlijk hard, taaier dankevlar en sterker danspinrag. De opbouw van het composiet zorg ervoor, dat de grote en de kleine tanden even sterk zijn, wat bijzonder is, omdat grote structuren meestal veel fouten bevatten en daardoor gemakkelijker breken. De gewone schaalhoren is een zeeslak, die langs de Europese kust van deAtlantische Oceaan leeft. Hij gebruikt zijn harde tanden om voedsel van de rotsachtige ondergrond los te schrapen.[1][2]