Frodo wordt geboren op 22 september 2968 van de Derde Era (1368Gouwtelling) inBokland, als zoon vanDrogo Balings, de achterkleinzoon vanBalbo Balings, enPrimula Brandebok, het jongste kind vanGorbadoc Brandebok. Op zijn twaalfde verliest hij zijn ouders bij een bootongeluk, waarna hij opgroeit op deBrandenburcht in Bokland. Enkele jaren later wordt hij geadopteerd door zijn ‘oom’Bilbo Balings en gaat bij hem inBalingshoek wonen. Op Frodo’s drieëndertigste verjaardag (ongeveer 22 mensenjaren) vertrekt de befaamde Bilbo uit deGouw na een spectaculaire verdwijntruc op zijn grootse verjaardagsfeest. Frodo erft Balingshoek en de gouden toverring. Bilbo had deze in een onderaardse tunnel gevonden tijdens zijn avontuur met deDwergen vanThorin Eikenschild (zoals beschreven in het eerdere boekDe Hobbit). De Ring heeft merkwaardige eigenschappen. Bilbo werd er bijvoorbeeld onzichtbaar door en bereikte schijnbaar onveranderd de voor Hobbits hoge leeftijd van 'elftig en één' (111 jaar). Frodo ontpopt zich als een ware erfgenaam van zijn excentrieke oom en maakt vaak lange eenzame wandelingen door de Gouw en heeft contact metElfen. DeTovenaarGandalf omschrijft Frodo als een parmantig Hobbit-kereltje met rode wangen, langer dan andere Hobbits, en blonder dan de meesten. Hij heeft een spleetje in zijn kin en heeft een heldere blik (zie:In de Ban van de Ring, hoofdstuk 10).
De naam Frodo is afkomstig van het Scandinavische woord 'frothi', wat vrede betekent. Deze naam is gekozen omdat Frodo vrede heeft gebracht in Midden-aarde.
In 3018 keert Gandalf terug naar de Gouw en onthult Frodo de waarheid omtrent zijn toverring. Deze ‘Ene Ring’ is de door en door kwaadaardige Meester-Ring, die de duistere heerSauron in een ver verleden heeft gesmeed, en die vervolgens verloren is gegaan. De Ring heeft zoveel macht dat vrijwel iedereen die ermee in aanraking komt ervan in de ban raakt en tot het kwade verleid wordt. Hobbits, hoe klein en onopvallend ook, blijken echter meer dan andere wezens bestand tegen deze verlokkingen en daarmee is Frodo de aangewezen persoon om Midden-aarde voor de algehele machtsovername door de herrezen Sauron te behoeden. Hij neemt de queeste op zich om de Ene Ring in deDoemberg in Saurons rijkMordor te gaan gooien; de enige manier om hem te vernietigen.
Hoewel Frodo vrijwel direct weet dat hij de Gouw moet verlaten, plant hij zijn vertrek uit de Gouw zorgvuldig, en trekt er enkele maanden voor uit; enerzijds omdat het beter is om de Gouw ongemerkt te verlaten, en anderzijds omdat hij geniet van de rust en eenvoud van de Gouw, en moeite heeft om zijn geboortegrond te verlaten. Hij vertrekt (hoewel hij verontrust is over de afwezigheid van Gandalf) met zijn vriendenMeriadoc Brandebok,Peregrijn Toek en tuinjongenSam Gewissies (die door Gandalf is ‘uitgekozen’ als zijn metgezel op zijn reis) naarKrikhol in Bokland, waar Frodo een huisje heeft gekocht. Al in de Gouw wordt hij geconfronteerd met de afgezanten van Mordor (de mysterieuzeNazgûl), waardoor hij besluit om direct vanuit Krikhol viaBreeg verder te reizen naar Rivendel. Sam, Merijn en Pepijn gaan met hem mee.
Behalve de steun van zijn Hobbitvrienden krijgt Frodo gedurende zijn queeste hulp en vriendschap van vele uiteenlopende wezens; van ‘Meester’Tom Bombadil totAragorn, erfgenaam van de oudeNúmenoriaanse Koningen. Frodo vindt al snel de moed om zich te verweren tegen de levensgevaarlijke Nazgûl; zowel op deWeertop als tijdens de vlucht naar de Voorde vanRivendel zijn zijn daden bijzonder dapper. De prijs die hij hiervoor betaalt is echter een vrijwel dodelijke verwonding door het Morgulzwaard van de Nazgûl, die hij de rest van zijn leven met zich mee zal dragen.
In Rivendel neemt hij de taak om de Ene Ring te vernietigen definitief op zich. Daar wordt eenreisgenootschap samengesteld om hem te begeleiden, bestaande uit leden van alle vrije volkeren vanMidden-aarde. In Rivendel krijgt Frodo van Bilbo het kleine elfenzwaardPrik (Sting) en eenmaliënhemd vanmithril dat zijn leven redt in de Dwergenmijnen vanMoria. InLothlórien ontvangt hij een Elfenmantel van de ElfenvrouweGaladriel en een klein flesje met het licht vanEärendil, om zijn pad te verlichten op donkere plaatsen wanneer alle andere lichten uitdoven. Het Reisgenootschap valt echter uiteen door vele gevaren. Gandalf wordt door de demonischeBalrog de afgrond in getrokken enBoromir, de zoon van de stadhouder vanGondor, wil de Ene Ring gebruiken als een wapen voor Gondor en komt om terwijl hij een aantal reisgenoten verdedigt tegenOrks.
In de heuvels vanEmyn Muil schenkt Frodo zijn vertrouwen aanGollem, het kleine Hobbitachtige wezen dat ooit de Ring heeft gedragen. Deze leidt hem en Sam naar Mordor. Frodo voelt zich verwant met Gollem, omdat deze de fatale macht van de Ring begrijpt. Toch verraadt Gollem hem uiteindelijk en leidt hem de tunnels van de oeroude spinShelob binnen, waar hij in een spinnenweb belandt. Dankzij Sam overleeft Frodo dit, waarna deze hem verder leidt naar de Doemberg. Frodo’s krachten zijn inmiddels uitgeput door de duistere invloed van de Ring en de barre omstandigheden van de reis. Op de Doemberg kan Frodo de macht van de Ring niet langer weerstaan en eist hem voor zichzelf op. Slechts door ingrijpen van Gollem wordt de Ring uiteindelijk vernietigd; Gollem valt Frodo woest aan en bijt de ringvinger (linkerwijsvinger) van diens hand. In zijn vreugdedans om de Ring valt hij vervolgens in de Doemspleten, waardoor de Ring vernietigd wordt. In de film komt dit doordat hij, tijdens een worsteling met Frodo, van de rand afvalt. Frodo en Sam worden ten slotte gered door de adelaars vanManwë.
Nadat hij zijn queeste volbracht heeft keert Frodo terug naar de Gouw. Hij speelt slechts een beperkte rol in de strijd in de Gouw en de daaropvolgende wederopbouw. Wel fungeert hij korte tijd als plaatsvervangende Burgemeester. De fysieke, emotionele en psychische verwondingen die hij opgelopen heeft tijdens zijn queeste blijven hem echter achtervolgen. Op 22 september 1421 Gouwtelling verlaat Frodo voorgoed zijn geliefde Gouw, waarna hij dezee oversteekt om genezing en geestesrust te vinden. Omdat hij, zoals hij tegen Sam zegt, geprobeerd heeft om de Gouw te sparen. ‘En hij is gespaard, maar niet voor mij. Het gaat vaak zo... als er dingen in gevaar zijn; iemand moet ze opgeven, verliezen, opdat anderen ze kunnen behouden.’ Tezamen met Gandalf,Elrond en Galadriel, de dragers van de drie Elfenringen en Bilbo vertrekt hij op 29 september vanuit deGrijze Havens, naar het ‘verre groene land onder een snelle zonsopgang'.