Inclusief overzeese gebieden heeft het land een oppervlakte van 674.843 km² en een bevolkingsaantal van ongeveer 67,06 miljoen inwoners (januari 2020).[5] Frankrijk, vanwege de zeshoekige vorm ookl'Hexagone genoemd, is naar oppervlakte het grootste land binnen deEuropese Unie (EU) en qua inwoners het op een na grootste land, na Duitsland. De hoofdstad isParijs. Dit is met meer dan 2 miljoen inwoners en een agglomeratie van meer dan 12 miljoen inwoners ook de grootste stad van het land. Andere grote steden zijnMarseille,Lyon,Toulouse enNice.
Sinds hetVerdrag van Verdun in843 kent Frankrijk, dat zijn naam dankt aan deFranken, inzijn geschiedenis enige continuïteit als bestuurlijke en culturele eenheid. Frankrijk is daarmee de oudste bestaande geopolitieke factor in de Europese machtsverhoudingen. De landsgrenzen liggen sinds deVrede van Nijmegen in 1678 redelijk vast en vallen voor een groot deel samen met natuurlijke grenzen.
Frankrijks culturele identiteit kreeg rond50 v.Chr. een impuls die van blijvende betekenis zou blijken te zijn door de verovering van hetKeltischeGallië door Romeinse legers onder bevel vanJulius Caesar. De Latijnse taal en cultuur, alsmede het via Rome verbreide katholieke christendom, overleefden de val van het Romeinse Rijk, al ontstond er een doorGermanen gedomineerdFrankisch Rijk. Frankrijk kent sinds de deling in843 van dit rijk en het ontstaan vanWest-Francië enige bestuurlijke continuïteit, met Parijs als machtscentrum; het is daarmee de oudste geopolitieke entiteit in Europa.
Sinds devroege middeleeuwen is Frankrijk door de omvang van het grondgebied en van de bevolking altijd een factor van belang geweest in de Europese machtsverhoudingen. De landsgrenzen kregen bij deVrede van Nijmegen in 1678 ongeveer de vorm die ze sinds 1945 weer hebben en vallen grotendeels samen met natuurlijke grenzen. In de 17e, 18e en begin 19e eeuw was Frankrijk de grootste mogendheid op het Europese continent. Door deFranse Revolutie in 1789 veranderde Frankrijk van een absolute monarchie in een republiek, waarvan de beginselen als bedreigend werden ervaren door andere Europese mogendheden. Die probeerden dan de revolutie met militaire middelen de kop in te drukken. Onder het bewind vanNapoleon keerde het tij en werden veel aspecten van de revolutie geëxporteerd; dit ging gepaard met spectaculaire veroveringen, die echter tussen 1812 en 1815 weer geheel verloren gingen. Frankrijk heeft zich sinds ongeveer 1300 uitdrukkelijker dan andere West-Europese landen ontwikkeld tot een centralistischenatiestaat, die in de 19e eeuw tot volle wasdom kwam. Vandaag de dag hebben de 92departementen waarin het moederland is verdeeld, erg weinig autonomie ten opzichte van de regering in Parijs. Vanaf deVroegmoderne Tijd heeft het land ook grote internationale culturele invloed, al is die in de afgelopen decennia wat verminderd.
In de loop van de19e eeuw werd Frankrijk overvleugeld door hetBritse Rijk als grootste koloniale en maritieme mogendheid. Het bleef nogal achter in industriële ontwikkeling en bevolkingsgroei bij oude en nieuwe rivalen: het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, en de Verenigde Staten. Vooral vanaf deConferentie van Berlijn (1885) deed Frankrijk echter wel volop mee in de strijd omkoloniale expansie. Zowel economische, culturele alsook raciale motieven speelden hierin een rol. Tegelijkertijd ontwikkelde Frankrijk zich, net als andere landen inWest-Europa, tot eenparlementaire democratie, metalgemeen stemrecht voor mannen. Hierbij werd in de loop van de 19e eeuw wel herhaaldelijk van regeringsvorm gewisseld tussen keizerrijk, koninkrijk en republiek. Sinds1871 is het een republiek gebleven.
In de20e eeuw werd Frankrijk ten gevolge van tweewereldoorlogen, die voor Frankrijk uitliepen oppyrrusoverwinningen, genoodzaakt vanaf 1945 tussen de tweesupermachten een nieuwe rol te zoeken als middelgrote moderne Europese mogendheid. In de jaren vijftig groeide het besef dat de kolonies in Azië en Afrika niet behouden konden worden. Het grootste politieke probleem was de gehechtheid aan de kolonie inAlgerije, die in 1962 na acht jaaroorlog moest worden opgegeven.
Frankrijk kende een aanzienlijke industriële ontwikkeling, een eigennucleaire afschrikkingsmacht, een leidende rol in het naoorlogseEuropese integratieproject met behoud van een zelfstandige militaire rol, zowel in de eigen postkoloniale invloedssfeer als binnen deNAVO. Van de NAVO was Frankrijk vanaf 1966 alleen nog maar politiek lid, dat wil zeggen zonder dat de Franse strijdkrachten deel uitmaakten van de geïntegreerde commandostructuur. In maart 2009 besloot Frankrijk daarin weer terug te keren. Het verlies van wereldwijde culturele invloed, vooral ten gevolge van hetAngelsaksische overwicht[7], is een bron van nationale zorg. De samenleving kent enkele breuklijnen die een efficiënt bestuur moeilijk maken. Er is de breuklijn tussen links en rechts, tussen de grote steden en het platteland én tussen autochtonen en immigranten.
Geografie
Ruimtelijke indeling
Satellietfoto van Frankrijk
De historisch gegroeide39 provincies van Frankrijk werden na deFranse Revolutie afgeschaft, waarvoor in het Europese deel van Frankrijk95 departementen in de plaats kwamen. De departementen zijn later gegroepeerd inregio's (zie verderop). Deze provincies weerspiegelen de natuurlijke fysisch-geografische structuur van Frankrijk en behouden ondanks moderne[bron?] bestuurlijke centralisatie hun traditionele culturele diversiteit.[bron?]
Het zuidelijk deel van Centraal-Frankrijk wordt gekenmerkt door de ruwe bergen en gedoofde vulkanen van hetCentraal Massief, een van de belangrijkste natuurgebieden van het land. Het bestaat uit de provinciesMarche,Limousin,Auvergne enLyonnais. DeRhône scheidt het Centraal Massief van de Alpen. DeAlpen vormt de bergketen met de hoogste bergen van het land. Ten oosten van de Rhône liggenSavoie,Dauphiné en deProvence. Een deel van de kust van de Provence vormt de toeristische FranseRivièra.
Het zuidwestelijke deel van Frankrijk is opgedeeld in twee regio's:Occitanie enNouvelle-Aquitaine. In het zuiden van de regio's liggen dePyreneeën.
Klimaat
Het klimaat varieert aanzienlijk. Er zijn drie verschillende klimaatzones.
Vochtigzeeklimaat met vaak frisse zomers en zachte winters, bijvoorbeeld ten westen van de lijnBayonne-Rijsel (Frans:Lille) maar ook de Atlantische westkust.
Semilandklimaat of tussenliggend klimaat met strenge winters en warme zomers, bijvoorbeeld in de Elzas, Lotharingen, langs het Rhônedal en in de gebergten (Alpen, Pyreneeën, Centraal Massief, Jura)
Frankrijk is naRusland enOekraïne het grootste land vanEuropa en, naar West-Europese begrippen, tamelijk dunbevolkt; de bevolkingsdichtheid is ongeveer een kwart van die vanNederland. Er is natuurschoon in een afwisselend landschap, met verschillende klimaten en subklimaten. Frankrijk is een geliefd vakantieland voor zowel Fransen als buitenlandse toeristen. In deAlpen, dePyreneeën en hetCentraal Massief wordt geskied.
Het land telt verschillende grote rivieren, zoals deSeine, die dwars door Parijs stroomt. De langste rivier is deLoire, die met zijn 1012 km geheel door Frans grondgebied stroomt. Een stuk van deRijn vormt een natuurlijke grens met Duitsland. DeMaas en deSchelde ontspringen in Noord-Frankrijk en monden via België en Nederland uit in de Noordzee. DeMoezel ontspringt in deVogezen en stroomt via de Franse noordgrens naar Duitsland, waar die uitmondt in de Rijn. DeRhône ontspringt in Zwitserland en mondt in deCamargue uit in de Middellandse Zee. Verder zijn er talloze kleinere rivieren die geheel op Frans grondgebied liggen: deGaronne, deDordogne, deSaône, deArdèche, deSomme, deDurance, deArve, deGiffre, deLot en vele andere.
DeGironde is eenestuarium tussen deAtlantische Oceaan en de samenvloeiing van de twee rivierenGaronne enDordogne bijAmbès. Het estuarium is het grootste van West-Europa, 75 km lang en tot 12 km breed, met een oppervlakte van 635 km².
De grootste steden qua inwonertal (census 2013) zijn na Parijs respectievelijkMarseille,Lyon,Toulouse enNice.
Onder de tien grootsteFranse steden is Nice de enige die geen hoofdstad van eenregio is.Reims, met circa 180.000 inwoners de 12e stad van het land, is de grootste gemeente die geendepartementshoofdstad (préfecture) is.
Volgens de census van 2013 zijn de vijftien grootste Franse steden:
Tegen het einde van dejaren 90 waren er veertig Franse steden die meer dan 100.000 inwoners hadden, maar slechtsParijs had er meer dan één miljoen. Ongeveer 75% van de bevolking woont in stedelijke gebieden. Daarom wordt er in Frankrijk verschil gemaakt tussen stedelijk gebied, en met name Parijs, en hetplatteland. Tot het eind van deTweede Wereldoorlog was de bevolkingsgroei van Frankrijk een van de laagste van Europa, maar in naoorlogse decennia kwam daar verandering in.
Frankrijk heeft net als andere Europese landen door immigratie uit armere landen een grote etnische diversiteit gekregen. Een grote toevloed van Arabische en Afrikaanse immigranten heeft een groot effect gehad op diverse Franse steden, in het bijzonder Parijs enMarseille.
Vanuit hetÎle-de-France werden de regio’s vanaf de 15de eeuw in één staatkundig verband - niet zonder dwang en geweld - geharmoniseerd. In wezen was het de dominanteetniciteit die zich totnationaliteit ontwikkelde en vervolgens andere etniciteiten hun taal, hetFrans (een dialect van deoïl-talen), oplegde. Dat moest leiden tot de ontwikkeling van één heterogene bevolking in Frankrijk. Het Frans is daarmee de nationale taal van Frankrijk, die gebruikt wordt voor bestuur en rechtspraak. Naast het Frans bestaan er in Frankrijk een aantalregionale talen en dialecten, maar het gebruik daarvan daalt.
Frankrijk heeft hetEuropees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden op 7 mei 1999 ondertekend, maar nooit geratificeerd omdat deze volgens de Grondwettelijke Raad van Frankrijk(Conseil constitutionnel) in strijd is met hetstaatsnationalisch model van Frankrijk.[8] Diverse maatschappelijke en politieke groeperingen hebben sindsdien gepleit voor wijziging van de grondwet om ratificatie van het Handvest mogelijk te maken. Er is echter een versoepeling opgetreden in het beleid ten aanzien van minderheidstalen, die wettelijk is vastgelegd in dewet-Toubon.
De etniciteiten bezitten het Frans staatsburgerschap en spreken de nationale taal, maar hebben eveneens een eigen taal. In het noorden van Frankrijk spreekt een klein aantal Fransen hetFrans-Vlaams, dat eigenlijk een variant is van hetWest-Vlaams (en dus eenNederlands dialect). In het uiterste westen wordt hetBretons gesproken. In een groot zuidelijk deel van Frankrijk worden verschillende varianten van hetOccitaans gesproken en in het zuidoosten spreekt men verschillende varianten van hetFrancoprovençaals (Arpitaans). Rond het gebied van de Pyreneeën spreekt menCatalaans (in het oostelijke deel) en hetBaskisch (in het westelijke deel). Op het eiland Corsica wordtCorsicaans gesproken. In het oosten van Frankrijk worden ookHoogduitse dialecten gesproken in de Elzas (Elzassisch) en voor een deel in Lotharingen. Op basis van deJakobijnse ideologie worden deze talen vaakpejoratief"patois" (brabbeltaal) genoemd.
Hetkatholicisme is veruit de grootste godsdienst in Frankrijk, dat door 64% van de bevolking - volgens de website van de Franse Katholieke Kerk - wordt aangehangen (zieKatholieke Kerk in Frankrijk). Verder geeft deze website aan dat 5% daadwerkelijk regelmatig naar de kerk gaat en 50% van de bevolking niet regelmatig gaat, maar toch katholiek is. De op een na grootste groep zijn de niet-gelovigen met 27%.
Ongeveer 2% van de bevolking isprotestants. Na deBartholomeusnacht (1572) was de kracht van het protestantisme in Frankrijk gebroken (ziehugenoten). Door een wet van1802 werden de protestantse kerken erkend.
Als gevolg van immigratie uit Azië, Turkije en Noord-Afrika in de 20e eeuw heeft Frankrijk daarnaast een grotemoslimbevolking gekregen: drie tot vijf miljoen, ongeveer 10%. Verder zijn er nogjoden, die de grootste joodse gemeenschap in Europa vormen, circa 483.500 (2010). Zo'n 284.000 daarvan wonen in Parijs.
Frankrijk is een democratischerepubliek. Depresident van de Franse Republiek wordt sinds 2002 voor vijf jaar gekozen (voorheen was dat zeven jaar). De president heeft sinds de invoering van deVijfde Republiek in 1958 veel macht vergeleken met anderewesterse democratieën, omdat die regeringen kan benoemen en ontslaan, en de uitvoerende macht sterk staat tegenover de wetgevende macht. De president heeft geen vertrouwensvotum van het parlement nodig, want hij/zij wordt via landelijke verkiezingen direct gekozen en kan zonder zelf af te treden het parlement eenmaal voortijdig ontbinden en vervroegde parlementsverkiezingen uitschrijven.
De president heeft nog altijd, samen met de bisschop van hetCatalaanseUrgell, het opperbestuur overAndorra. Uit dien hoofde draagt hij de uit de middeleeuwen daterende titel 'vorst(prince) van Andorra'.
De Franse volksvertegenwoordiging bestaat uit deNationale Vergadering ofAssemblée Nationale (577 zetels) en deSenaat.
Sinds2016 is Frankrijk opgedeeld in 18regio's (waarvan 13 in het Europese deel), die op hun beurt weer zijn onderverdeeld in (van het hoogste naar het laagste niveau):departementen,arrondissementen,kantons engemeenten, waarvan Frankrijk er 36.796 telt.
Van de 101 administratieve departementen (circonscription départementale) hebben er 94 een bestuursfunctie (collectivité départementale), die hebben een verkozen departementsraad en oefenen eigen bevoegdheden uir. DeMétropole de Lyon en de stadParijs (die laatste met zowel de bevoegdheden van een departement als van een gemeente) horen niet meer bij een departement.
De gemeenten werken samen in intercommunales (intercommunalité) met van de gemeenten afgeleide bevoegdheden. De arrondissementen en de kantons zijn geen bestuurslagen.
DeFranse strijdkrachten hebben een zeer lange geschiedenis met grote invloed op de wereldgeschiedenis. Zij omvatten een landmacht, een marine, een luchtmacht en een militair politiekorps. De Franse president is de opperbevelhebber van de strijdkrachten. De belangrijkste doelstellingen zijn de verdediging van het Franse territorium, de bescherming van de Franse belangen en de bewaring van mondiale stabiliteit.
Met 779.450 manschappen in 2006 (259.050 permanent, 419.000 reservisten en 101.400 bij de Rijkswacht), heeft Frankrijk de op een na grootste strijdmacht van Europa (naDuitsland) en 20e van de wereld. Ze beschikt ook over het op twee na grootste budget en heeft de op twee na grootste nucleaire strijdmacht, na deVerenigde Staten enRusland.
Ook beschikt Frankrijk over hetFrans Vreemdelingenlegioen, waarin voornamelijk buitenlanders worden opgenomen. Het vreemdelingenlegioen werd in 1831 onderLodewijk Filips I van Frankrijk opgericht en heeft ongeveer 5600 soldaten, 1741 onderofficieren en 413 officieren.
Toenmalig president Sarkozy kondigde in 2008 aan dat het Franse leger kleiner en mobieler moet worden en met beter materieel uitgerust dient te zijn voor de strijd tegen het terrorisme.
Het propageren van deFranse taal en cultuur in het land zelf en in de wereld is een serieuze staatszaak. HetInstitut de France heeft een coördinerende taak voor alle culturele en wetenschappelijke activiteiten. Een van de onderdelen van dit instituut is deAcadémie française, die sinds1635 officieel waakt over de zuiverheid van de Franse taal. De 40 leden van dit gezelschap worden 'onsterfelijken' genoemd, en hun benoeming door coöptatie heeft goedkeuring nodig van de President van de Republiek. Eens in de twee of drie jaar wordt er ergens in de Franstalige wereld eenSommet de la Francophonie gehouden, waarbij vaak de president zelf acte de présence geeft. Het begrip 'Franstalige wereld' wordt hierbij ruim uitgelegd; zo werd de conferentie in 2002 in Roemenië gehouden en in 1997 in Vietnam.
Daarnaast zijn erRadio France Internationale, het televisiekanaalTV5 Monde en de satellietnieuwszenderFrance 24. In Amsterdam is daarnaast hetMaison Descartes gevestigd, dat de Franse cultuur propageert naar het Nederlandse publiek. In Frankrijk zelf wordt de eigen cultuur onder andere belicht in een aantal van demusea die het land rijk is.
De wisselwerking tussen cultuur en politiek wordt in Frankrijk vanzelfsprekender gevonden dan in bijvoorbeeld Nederland.Intellectuelen zijn sinds circa 1900 opgekomen als een serieus genomen maatschappelijke groepering; voor hen geldt meer dan in Nederland dat ze in het publieke debat persoonlijk moreel gezag genieten. Toen in 1949 de toneelschrijver endraaideurcrimineelJean Genet levenslang dreigde te krijgen, werd hem gratie verleend dankzij een petitie aan de president van een groot aantal prominente kunstenaars en schrijvers, op initiatief vanJean Cocteau. Ook weespresident De Gaulle de suggestie af datJean-Paul Sartre gearresteerd moest worden wegens zijn protest tegen de oorlog inAlgerije met het argument: 'Voltaire arresteer je niet'. Intellectuelen kunnen gesprekspartners van gekozen machthebbers zijn, tot de president toe. Als een prominente schrijver of kunstenaar overlijdt, is het gebruikelijk dat het staatshoofd daar publiekelijk commentaar op levert; politici zouden hun prestige ondermijnen als zij zich onwetend of onverschillig zouden tonen ten aanzien van kunst en cultuur. Het geeft aanzien om een boek geschreven te hebben, over politiek, over geschiedenis of zelfs met literaire pretenties. ToenJacques Attali, een gunsteling van president Mitterrand in 1990 benoemd werd tot president van deEuropese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling, meende hij zich daar te kunnen profileren als schrijver/filosoof, meer dan als financieel expert.
HetInstitut de recherche pour le développement (IRD) is een Frans onderzoeksinstituut dat onderzoek verricht en wetenschappelijke programma's aanstuurt met betrekking tot de relatie tussen de mens en zijn omgeving.
Verplichtonderwijs is er voor kinderen van 6 tot 16 jaar. Dit bestaat uit het basisonderwijs (école élémentaire) en voortgezet onderwijs (collège). Tot het 15e jaar daarna nog minstens één jaar naar school in het algemeen vormend technisch of beroepsonderwijs. Daarna volgt hoger onderwijs. Vooral de 'Grandes Écoles', een soort super-universiteiten, zijn competitief van aard; deze zijn in denapoleontische tijd ingesteld met de uitdrukkelijke bedoeling een bestuurlijke elite te creëren.
Er zijn universiteiten in onder andere Parijs, Nantes, Lyon, Toulouse, Marseille, Bordeaux, Rijsel (Frans:Lille), Montpellier, Straatsburg, Rennes, Grenoble en Nancy. Onderwijs in Frankrijk begint bij het kleuteronderwijs (écoles maternelles).
Media
Een kranten- en bladenkiosk in Parijs
Televisie in Frankrijk wordt gekenmerkt door een sterk aanwezigepublieke omroep, die in handen is van staatsbedrijfFrance Télévisions. De bekendste zenders zijnFrance 2 enFrance 3. De bekendste commerciële zender van het land isTF1. Publieke radiozenders vallen onderRadio France. De bekendste zenders zijnFrance Inter enFrance Info. Daarnaast kent het land een aantal commerciële zenders. Tot 1981 gold er in het land een officieelstaatsmonopolie op radio. Voor commerciële zenders was het tijdens dat monopolie alleen mogelijk om uit te zenden indien de zendinstallatie buiten het land stond. Deze zenders zijn de zogenaamderadios périphériques. Voorbeelden hiervan waren Radio Luxembourg (laterRTL),Radio Monte Carlo (RMC),Europe 1 en het verdwenenRadio Andorra.
Vergeleken met andere ontwikkelde landen, besteden de Fransen maar weinig tijd aan het lezen van kranten. Dit is vooral toe te schrijven aan de populariteit van de omroepen. De best verkopende landelijke dagbladen zijnLe Monde (centrumlinks),Libération (links) enLe Figaro (rechts) met circa 300.000 exemplaren per dag enL'Équipe, met voornamelijk sportverslaggeving. Het landelijke dagbladFrance Soir, opgericht in 1944, moest in december 2011 de papieren editie definitief opgeven. In juli 2012 kwam er een doorstart met een uitsluitend digitale editie. De laatste jaren[(sinds) wanneer?] is er een doorbraak van gratis kranten:Metro,20 Minutes enDirect Plus met een oplage van 650.000 exemplaren. Het grootste bereik heeft het regionale dagelijkseOuest France met meer dan 750.000 exemplaren. Circa 50 andere regionale kranten hebben ook hoge verkoopcijfers. De sector weekbladen is sterk en divers, met meer dan 400 weekbladen verspreid over het land en bekende titels alsLe Nouvel Observateur,Paris Match enL'Express. Een bijzondere plek in het medialandschap wordt ingenomen door de satirische politieke weekbladenLe canard enchainé enCharlie Hebdo.Agence France-Presse (AFP) is een van de grootstepersagentschappen ter wereld.
Dewijnindustrie is van oudsher een belangrijke industrie in Frankrijk
Frankrijk is een van de belangrijkste economische mogendheden van de wereld en is de initiatiefnemer van deG7, een intergouvernementeel forum van rijke industrielanden. Delandbouw speelt een grotere rol dan in de economieën van de meeste andere industrielanden, wat gedeeltelijk te verklaren is uit de betrekkelijk lage bevolkingsdichtheid en uit het belang dat aan het platteland wordt toegekend voor de nationale identiteit. Een groot deel van de waarde van totale landbouwexport komt uit vee voort (vooralrundvee,varkens,gevogelte enschapen). De bergstreken en Noordwest-Frankrijk zijn de belangrijkste veegebieden. De belangrijke gewassen van het land zijntarwe,suikerbieten,graan,gerst enaardappels. In het noordwesten is het ideaal om vroeg in het jaar groenten te kweken, vanwege het zachte klimaat. De grond in hetCentraal Massief is minder vruchtbaar. Fruitteelt is belangrijk in het zuiden. Frankrijk is een van de belangrijkste producenten vanwijn in de wereld. De bekendste wijngaarden zijn in Bourgondië, Champagne, de valleien van de Rhône en van de Loire en het gebied van Bordeaux. De centra van de wijnhandel zijnBordeaux,Reims,Dijon enCognac.
Het zakendistrictLa Défense bij de hoofdstad Parijs
Belangrijke industrieën van Frankrijk zijn machines, chemische producten, auto's, metalen, vliegtuigen, elektronische apparatuur en voedsel (vooralFranse kaas). De geavanceerde technologische industrieën groeien eveneens. Parijs is beroemd vanwege zijn luxegoederen. Naast Parijs zijn de belangrijkste industriële stedenMetz enStraatsburg in het noordoosten; in het noordenRoubaix enRijsel (Frans:Lille); in het zuidoostenLyon enGrenoble; in het zuidenMarseille,Toulouse,Nice enNîmes; in het westenBordeaux enNantes.
Meer dan de helft van de handel vindt plaats met andere leden van deEuropese Unie.Japan, deVerenigde Staten enChina zijn ook belangrijke handelspartners. De belangrijkste uitvoerproducten zijn machines en vervoersapparatuur, chemische producten, levensmiddelen, landbouwproducten, ijzer- en staalproducten, textiel en kleding. Belangrijke importproducten zijn ruwe olie, machines en apparatuur, landbouwproducten, chemische producten en ijzer- en staalproducten.Kernenergie levert 75% van alle elektriciteit op uit Frankrijk. Anders dan in veel andere westerse landen is dit nauwelijks omstreden; vermindering van de afhankelijkheid van import van olie, waarvan Frankrijk zelf niets heeft, wordt belangrijk gevonden. De belangrijkste havens zijnMarseille,Le Havre,Duinkerke,Rouen,Cherbourg,Brest,Saint-Nazaire,Nantes,Bordeaux enToulon.
De overheid had voorheen meerderheidsaandelen in veel handelsbanken, enkele industrieën en het telefoonsysteem. Er is een beweging naarprivatisering geweest, hoewel de energieproductie, openbaar vervoer en de defensie-industrieën nog door de overheid gecontroleerd worden.
In een aantal steden is eenmilieuzone (zone à faibles émissions, ZFE) waar geen autoverkeer toegelaten is zonder passend milieuvignet (Crit'Air,certificat qualité de l'air). Dat verbod geldt ook op een aantal stedelijke autowegen zoals deBoulevard Périphérique (Parijs) en de voormalige snelwegenA6 enA7 doorheen Lyon.
In een aantal steden zoals Parijs, Nantes en Grenoble is er eenzone met beperkt verkeer (ZTL,zone à trafic limité) in het stadscentrum, waar gemotoriseerde voertuigen niet meer doorheen mogen rijden behalve enkele strikte uitzonderingen.
Luchthavens
Luchthaven Parijs-Charles de Gaulle behoort tot dedrukste vliegvelden ter wereld en is naLonden Heathrow het tweede vliegveld van Europa. De luchthaven handelt jaarlijks circa 70 miljoen passagiers af.Luchthaven Orly, ook bij Parijs, is het tweede vliegveld en speelt een grote rol in het binnenlandse vliegverkeer. Andere grote vliegvelden zijn te vinden bij Lyon, Nice en Marseille.
Frankrijk heeft een uitgebreid spoorwegnet, waaronder een netwerk vanhogesnelheidslijnen dat zich sinds1981 vanuit Parijs in alle windrichtingen inclusief het buitenland vertakt heeft. Via deKanaaltunnel is er ook een spoorverbinding metGroot-Brittannië.
Frankrijk produceerde 137 miljoen ton olie-equivalent (Mtoe) in 2014. (1Mtoe = 11,63 TWh, miljard kilowattuur.) De energiebron was vooral nucleair, 83%. Duurzame energie droeg 16% bij. Dat was niet genoeg voor de energievoorziening, het TPES (total primary energy supply): 243 Mtoe. Het land importeerde 120 Mtoefossiele brandstof meer dan het exporteerde.
Van de energie ging ongeveer 100 Mtoe verloren bij conversie, vooral bij elektriciteitsopwekking uit uranium. 14 Mtoe werd gebruikt voor niet-energetische producten zoals smeermiddelen, asfalt en petrochemicaliën. Voor energie eindgebruikers resteerde 134 Mtoe waarvan 36 Mtoe = 420 TWh elektriciteit.[9]
De uitstoot van kooldioxide was 286 megaton, dat is 4,3 ton per persoon,[10] vergelijkbaar met het wereldgemiddelde 4,5 ton per persoon, maar dankzij kernenergie veel lager dan het Europese gemiddelde.[11]De overwegend nucleaire opwekking van elektriciteit is een belangrijke oorzaak van de relatief geringe CO2-uitstoot.
In 2013 werd Frankrijk bezocht door 84,7 miljoen buitenlandse toeristen, verantwoordelijk voor 32,7% van de totale hoeveelheid overnachtingen in het land. Dat betekent dat het land de meeste toeristen heeft ontvangen ter wereld, hoewel zij in 2012 in deVerenigde Staten en inSpanje meer geld uitgaven. In dat jaar was de sector goed voor 7% van het BNP. In 2011 was de totale omzet van het toerisme in Frankrijk 141 miljard euro.[12][13]
Hoewel de sector tijdens deeconomische crisis een kleine stilstand heeft gekend, is er een duidelijke groeiende tendens. De enige groep bezoekers die terugloopt, zijn Nederlanders die hun vakantie op campings doorbrengen (-4,3%), hoewel met 13% van de overnachtingen het nog steeds de belangrijkste klantenkring van de openluchthotellerie is, gevolgd door de Duitsers (6,4%), Britten (6,2%) en de Belgen (3,9%). Niet alleen neemt het aantal toeristen toe, ook blijven ze langer in het land, gemiddeld 7,1 nacht in 2013.[12]
Hoewel het meest bezochte land ter wereld door buitenlanders, is toerisme in Frankrijk voornamelijk een binnenlandse aangelegenheid. Van de Fransen zelf is 75,1% op vakantie gegaan in 2013 en 88,7% van deze vakanties waren in eigen land. Fransen zelf zijn verantwoordelijk voor 67,3% van alle overnachtingen in het land. De toenmalige regioRhône-Alpes werd het meest bezocht, gevolgd doorProvence-Alpes-Côte d'Azur. De favoriete bezigheden daarbij waren wandelen, het bezichtigen van een stad of dorp en winkelen.[12]
Het terrorisme heeft het toerisme in Parijs een zware slag toegediend. Als gevolg van de aanslagen in november 2015, waarbij 130 doden vielen (de zwaarste aanslag in Frankrijk sinds de Tweede Wereldoorlog) annuleerden vele toeristen hun geplande verblijf in de stad. Hetzelfde gebeurde in Nice na de aanslag daar in 2016, toen 87 slachtoffers vielen. In 2020 en 2021 was het aantal buitenlandse toeristen in Frankrijk veel lager als gevolg van de lockdowns ten gevolge vanCOVID-19.