| Francesco Saverio Caruana | ||||
|---|---|---|---|---|
| Bisschop van deRooms-Katholieke Kerk | ||||
| Geboren | 7 juli1759 | |||
| Plaats | Żebbuġ,Malta | |||
| Overleden | 17 november1847 | |||
| Plaats | Mdina,Malta (land) | |||
| Wijdingen | ||||
| Priester | 20 december1783 | |||
| Bisschop | 15 mei1831 | |||
| Kerkelijke loopbaan | ||||
| 1831 -1847 | Bisdom Malta | |||
| Voorganger | Ferdinando Mattei | |||
| Opvolger | Publio Maria Sant | |||
| ||||
Francesco Saverio Caruana (Żebbuġ,7 juli1759 -Mdina,17 november1847) was eenMaltees bisschop en was tevens een van de Maltese leiders tijdens hetMaltese Opstand van 1798-1800.
Op 24-jarige leeftijd werd Caruana tot priester gewijd door bisschopVincenzo Labini. Twee jaar later werd hijkanunnik van deSint-Paulskathedraal inMdina. Tijdens deFranse bezetting van Malta werd hij benoemd tot lid van deCommission de gouvernement. Hij legde al snel die functie neer toen bleek dat hij de Fransen niet kon tegenhouden van het confisqueren van kerkelijke goederen. Caruana groeide uit tot de leider van het Maltese verzet tegen de Franse bezetting en was betrokken bij de komst van de Britten naar het eiland. Tijdens de opstand was hij de commandant van de bataljons van Żebbuġ enSiġġiewi. Hieronder viel ook de Tas-Samra batterij bijĦamrun.
In 1822 werd Caruana benoemd tot aartsdiaken en in 1829, na de dood van bisschop Ferdinando Mattei, totdiocesaan administrator. Twee jaar later werd hij doorpaus Gregorius XVI benoemd tot bisschop van Malta. Hij werd op 15 mei 1831 doorPublio Maria Sant geconsacreerd tot bisschop.
Caruana werd in de kathedraal van Mdina begraven.