Breedbekken en hapvogels (Eurylaimidae) zijn een familie vanvogels uit de ordezangvogels.
Het verenkleed van de mannetjes is meestal groen, rood of roze, terwijl vrouwtjes valer en groter dan de mannetjes zijn. Deze plompe vogels hebben een grote kop, waaraan zich een brede, platte snavel met kromme punt bevindt. Ze hebben een korte staart. De lichaamslengte bedraagt 13 tot 28 cm.
De bouw van hun snavel is ideaal om opinsecten te jagen. Ze zijn in staat om deze te vangen in de lucht, tijdens het vliegen. Een klein aantal soorten voedt zich ook wel met kleinevissen enschaaldieren. Desmaragdbreedbekken (Calyptomena) voeden zich ook wel metvruchten.
De nesten zijn peervormig met een ingang in de onderste helft en gevlochten van wortels, bladen en twijgen, vaak versierd met spinrag en korstmossen. Deze nesten hangen meestal op onbereikbare plaatsen. Een legsel bevat 1 tot 8 eieren.
Deze vogels zijn vooral in laagland- en bergbossen, struwelen en in de buurt vanmangroves terug te vinden. Ze leven verspreid over de tropische gebieden van West-Afrika tot de op deFilipijnen.
De familie Eurylaimidae behoort niet tot de eigenlijkezangvogels maar tot de zogenaamdeschreeuwvogels of suboscines. Vroeger behoorden veel meer geslachten tot deze familie. Nu telt de familie nog maar zeven geslachten en tien soorten:[1]
Eerst werden dePitta's afgesplitst tot een aparte familie (Pittidae), vervolgens zijn in deIOC World Bird List (versie 9.2) de geslachtenPhilepitta enNeodrepanis ondergebracht in de familiePhilepittidae, en het geslachtSapayoa naar de familieSapayoidae overgebracht, en de geslachtenCalyptomena (Aziatische breedbekken) enSmithornis (Afrikaanse breedbekken) naar de aparte familieCalyptomenidae.
De familie behoort tot declade Eurylaimides. Op grond van DNA-onderzoek gepubliceerd in 2016 zou de stamboom er als volgt uitzien.[2]
Bronnen, noten en/of referenties