Deendocrinologie is eenmedisch specialisme en biologische wetenschap die zich bezighoudt met hetendocrien systeem, ofwel klieren die afscheidingenin het lichaam hebben, zoalsschildklier,hypofyse,alvleesklier enbijnieren. Hetexocriene systeem (speekselklieren, zweetklieren) valt hier niet onder.Artsen en biologen die zich hebben gespecialiseerd in de endocrinologie, wordenendocrinoloog genoemd.
Eenhormoon is eenstof (biomolecuul) die in eenorganisme door eenklier wordtaangemaakt, vervolgens aan hetbloed wordt afgegeven, waarna het hormoon elders in het lichaam de werking van eenorgaan beïnvloedt. Deze invloed kan stimulerend zijn, of remmend. Een hormoonklier heeft geen afvoergang. Het hormoon komt terecht in talrijkehaarvaten, die door de hormoonklieren lopen. Daarom spreekt men van een endocriene klier, of klier 'met inwendige afscheiding'. Het klierproduct komt terecht in hetinwendig milieu, veelal het bloed. Via debloedvaten komt een hormoon in alle lichaamsdelen, maar alleen organen die gevoelig zijn voor het desbetreffende hormoon reageren erop. Voorbeelden van hormoonklieren zijnschildklier,hypofyse,bijnier.
Klieren die wel een afvoergang hebben hetenexocrien, of klieren 'met uitwendige afscheiding'. Hun klierproduct komt in het 'uitwendig milieu' (buiten het lichaam) terecht. Voorbeelden van deze klieren zijn despeekselklieren (en overige spijsverteringsklieren),zweetklieren,talgklieren.
Hormonen spelen een belangrijke rol bij het regelen vanprocessen in het lichaam door organen “aan” of “uit” te zetten. De regeling van de levensprocessen is onder andere noodzakelijk om het inwendig milieuconstant te houden. Dat wil zeggen: te zorgen dat de schommelingen in het inwendig milieu niet te groot worden.
Een treffend voorbeeld hiervan is deregeling van de warmteproductie en de warmteafgifte van het lichaam, waardoor delichaamstemperatuur tot op 0,1 °C constant kan worden gehouden (homeostase). Hierbij werkt hethormoonstelsel overigens samen met hetzenuwstelsel. Een ander bekend voorbeeld is het hormooninsuline, dat de opname vanglucose door despieren regelt. Mensen bij wie de productie van of de gevoeligheid voor insuline niet goed is, hebbendiabetes mellitus ofwel suikerziekte.
De regeling vanprocessen is ondenkbaar zonder het verschijnsel vannegatieve terugkoppeling. Een proces leidt tot een (verandering van een) bepaalde toestand. De toestand werkt terug op het proces, zodanig dat veranderingen in de toestand worden tegengewerkt; de bestaande toestand wordt gehandhaafd.
Niet alle endocrinologische processen zijn echter 'negatief teruggekoppeld', de rijping van eenovariële follikel is een voorbeeld vanpositieve terugkoppeling, evenals de bepaling van hetgeslacht door vorming van degeslachtshormonen in de mannelijke of vrouwelijkegonade. Dit heeft een exponentiële groei (celdeling) tot gevolg, wat in deze beide gevallen ook gewenst is.
Dehypothalamus is een onderdeel van het voorste gedeelte van dehersenstam; een deel ervan loopt door in dehypofyse.In de hypothalamus bevinden zichthermoreceptoren, die detemperatuur van het bloed meten. Ook bevindt zich daar de compensator voor de warmteproductie, alsmede de compensator voor de warmteafgifte. Deze blijft hier verder buiten beschouwing. De rol die het zenuwstelsel speelt, wordt hier alleen besproken voor zover het hormoonstelsel er bij betrokken is.
Bij een lage temperatuur van het bloed geeft de hypothalamus het hormoonTRH af: hetTSH vrijmakend hormoon. Dit komt viabloedvaatjes vanuit de'steel' (ofinfundibulum) van de hypofyse bij devoorkwab terecht. Bepaalde cellen reageren daarop door het hormoon TSH af te geven, het schildklierstimulerend hormoon. Deschildklier produceert vervolgens het hormoonthyroxine. Dit stimuleert deaerobe dissimilatie in de cellen en daarmee de warmteproductie. Als het hormoon thyroxine in het bloed komt, stimuleert het in vele organen deverbranding: deafbraakstofwisseling wordt verhoogd. Als gevolg hiervan zal de lichaamstemperatuur stijgen. Het thyroxine op zijn beurt heeft ook invloed op de hypothalamus en op de hypofyse. Het remt namelijk de afgifte van TRH en de afgifte van TSH.
Dehypofyse, ofhersenaanhangsel, bestaat bij de mens voornamelijk uit twee delen: de voorkwab en de achterkwab. De voorkwab bestaat uit klierweefsel en werkt op commando van de hypothalamus; dezemaakt hormonen aan, die de voorkwab remmen of stimuleren. De achterkwab bestaat uit zenuwweefsel; deze geeft hormonen aan het bloed af, die door de hypothalamus zijn gemaakt, nl.oxytocine enADH.
Diagnostiek van endocrinologische aandoeningen bij de mens
Hormoonproductie van de mens kan gemeten worden door middel vanbloedonderzoek in eenklinisch chemischlaboratorium. Niet alleen de hormonen zelf maar ook de stoffen die vanuit dehersenen de endocriene klieren aansturen kunnen in het bloed gemeten worden. Zo kan in het geval van de bijnier (producent vancortisol) de ACTH-productie door dehypofyse gemeten worden. Omdat de hormoonproductie over de dag variabel is, is het van belang om op een vast tijdstip bloed af te nemen.
Een andere manier om de hormoonproductie te bestuderen is het uitvoeren van eenfunctietest. Eenfunctietest is een test waarin de hormoonproductie bij een gezond persoon na toediening van een bepaalde stof wordt onderdrukt maar bij patiënten niet. De test kan ook op een andere manier uitgevoerd worden zodat de hormoonproductie juist wordt uitgelokt in die gevallen waarvan men denkt dat de hormoonproductie niet toereikend is (bijvoorbeeld bij te kleine kinderen die men verdenkt van een groeihormoon tekort). Aangezien er op meerdere tijdstippen bloed wordt afgenomen zijn deze testen vaak veel informatiever dan het meten van een enkele bloedwaarde.