Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
Wikipediade vrije encyclopedie
Zoeken

Dienstbode

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Eind-19-eeuwse dienstbode (Emil Brack).

Eendienstbode is iemand die inloondienst huishoudelijk werk verricht. Vroeger ging het meestal om een jonge, ongehuwde vrouw, die ookdienstmeisje genoemd werd.

Benamingen

[bewerken |brontekst bewerken]

Een dienstbode kan zowel van het mannelijke als van het vrouwelijke geslacht zijn. De woordenlijst vanDe Vries en Te Winkel geeft in 1914 nog als geslachtsaanduiding: 'M. en V.'. De inleiding tot die lijst zegt ook dat het "[woord]geslacht afhangt van de kunne van het wezen, dat zij op het oogenblik aanduiden".[1] Taalpuristen gebruikten dienstbode als synoniem vanbutler.

Voor de vrouwelijke personen waren ook andere namen in gebruik. Aan het begin van de twintigste eeuw kon nog vanmeid ofdienstmeid worden gesproken; een bekende dichtregel vanJ.A. dèr Mouw uit 1919 luidt:’k ben Brahman. Maar we zitten zonder meid.[2] Deze benaming, die thans verouderd is, was indertijd geenszins negatief van klank.

Nog ouder isdienstmaagd, dat in modern Nederlands een plechtstatige klank heeft gekregen. Het woord dienstmaagd is ook gekend uit hetEvangelie van Lucas en hetAngelus:Zie de Dienstmaagd des Heren, Mij geschiede naar Uw woord. Het werd met name gebruikt om de huishoudster van een pastoor mee aan te duiden. Zij hield zich vooral bezig met de huishoudelijke taken van en in de pastorie (in de kerk voerde dekoster de meeste huishoudelijke taken uit, maar zij kon hem hierin wel assisteren met bijvoorbeeld schoonmaak werkzaamheden). Ook vergezelde zij vaak de pastoor bij het boodschappen doen.

In België is de officiële benaminghuispersoneel, waarvoor een speciaal statuut bestaat bij deRijksdienst voor Sociale Zekerheid.

Dienstbodes in Nederland

[bewerken |brontekst bewerken]
Vrouwelijk huishoudelijk personeel in Nederland

In de eerste helft van de twintigste eeuw was een groot deel van de vrouwelijkeberoepsbevolking inNederland werkzaam als dienstbode (zie grafiek). Men onderscheidde deinwonende dienstbode, die behalve kost en inwoning een klein loon kreeg en hetdagmeisje, dat alleen overdag kwam. Voor dearbeidsvoorwaarden van dienstboden bestonden ongeschreven regels, die gedeeltelijk zijn opgetekend doorAmy Groskamp-ten Have.[3] Volgens deze regels had de dienstbode bijvoorbeeld recht opfooien van gasten van haar werkgever. Deze fooien waren voor die tijd relatief hoog, bijvoorbeeld een gulden van een gast bij een diner. Door toenemende beroepsmogelijkheden in andere sectoren nam het aanbod van dienstboden gaandeweg af, waardoor tussen 1920 en 1940 veelDuitse dienstmeisjes werden aangenomen en deftige dames spraken over hetdienstbodenprobleem. Na 1950 nam door de mechanisatie van het huishouden en de sterk stijgende lonen enbelastingen ook de vraag af, waardoor het beroep van dienstbode in Nederland vrijwel is uitgestorven.

  • Ansichtkaart van Amsterdamse dienstmeisjes gefotografeerd tussen 1900 en 1914.
    Ansichtkaart van Amsterdamse dienstmeisjes gefotografeerd tussen 1900 en 1914.
  • Amsterdamse dienstmeisjes van Isaac Israëls (ca. 1890-1900).
    Amsterdamse dienstmeisjes vanIsaac Israëls (ca. 1890-1900).
  • Een Amsterdams dienstmeisje en een melkmeisje (litho uit 1828).
    Een Amsterdams dienstmeisje en eenmelkmeisje (litho uit 1828).
  • Verschillende werkzaamheden en belevenissen van dienstmeisjes op een centsprent (ca. 1840).
    Verschillende werkzaamheden en belevenissen van dienstmeisjes op eencentsprent (ca. 1840).

Literatuur

[bewerken |brontekst bewerken]
  • Montijn, Ileen (2008).Leven op stand: 1890-1940. 8e [vrijwel ongewijzigde] dr., met een nieuw voorwoord o.d.t. 'Leven op stand, 10 jaar later'. Rap, Amsterdam. 1e dr.: 1998.ISBN 978-90-6005-731-5. Hieruit met name hoofdstuk 8 'Dienst'.
  • De Keyzer, Diane (2001)."Madame est servie": leven in dienst van adel en burgerij (1900-1995). 17e dr. Van Halewyck, Leuven.ISBN 90-5617-125-9. Over Belgische dienstbodes.
  • Henkes, Barbara (1997).Heimat in Holland: Duitse dienstmeisjes 1920-1950. In:Migrantenstudies : driemaandelijks tijdschrift voor onderzoek naar etnische minderheden en de Nederlandse samenleving. jrg. 13 (1997) nr. 2, p. 122-124. ISSN 0169-5169.
  • Poelstra, Jannie (1996).Luiden van een andere beweging: huishoudelijke arbeid in Nederland 1840-1920. Het Spinhuis, Amsterdam.ISBN 90-5589-064-2. Proefschrift Universiteit van Amsterdam. Over Nederlandse arbeidsovereenkomsten, opzegtermijnen, wetsvoorstellen etc.
  • Henkes, Barbara, & Hanneke Oosterhof (1985).Kaatje, ben je boven?: leven en werken van Nederlandse dienstbodes 1900-1940. SUN, Nijmegen. Herdr. in 1989.ISBN 978-90-6168-242-4. Over Nederlandse dienstbodes.
Bronnen, noten en/of referenties
  1. Vries, M. de, & L.A. te Winkel (1914).Woordenlijst voor de spelling der Nederlandsche taal: met aanwijzing van de geslachten der naamwoorden en de vervoeging der werkwoorden. 7e uitg. / bezorgd door A. Beets. Nijhoff etc., 's-Gravenhage etc. 500 p. 1e dr.: 1865.
  2. Blz. 218 in: J.A. dèr Mouw (1986).Volledig werk / red. en commentaar: H. van den Bergh, A.M. Cram-Magré en M.F. Fresco. Van Oorschot, Amsterdam.ISBN 90-282-0550-0.
  3. Groskamp-ten Have, Amy (1957).Hoe hoort het eigenlijk?. 12e dr. Becht, Amsterdam. Oorspr. uitg. 1939. Vanaf de 13e druk door anderen herzien.

Externe links

Overgenomen van "https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Dienstbode&oldid=67753257"
Categorieën:
Verborgen categorie:

[8]ページ先頭

©2009-2025 Movatter.jp