Hetclassicisme is eenculturele enartistiekestijlperiode, die tussen ca. 1640 en 1720 een terugkeer naar de klassieke Griekse en Romeinse voorbeelden voorstond. Deesthetiek van de stijl streefde naar perfectie en evenwicht. Men steunde daarbij op het principe van derede. De grote meesters van derenaissance dienden ook in hoge mate als voorbeeld voor de classicisten. Het classicisme behoort qua tijd tot de stijlperiode van debarok, hoewel het zich daar tegen afzet zoals het zich afzette tegen de overdaad van hetmaniërisme.
Classicisme is een lastige term die in feite alleen maar duidt op een terugkeer naar de klassieken, maar die in verschillende delen van Europa niet altijd naar dezelfde periode binnen de kunstgeschiedenis verwijst. Zo wordt hetpalladianisme, dat vooral in Italië en het Verenigd Koninkrijk navolging vond, soms wel en soms niet bij het classicisme gerekend. In Duitstalige landen en in Oost-Europa wordt metKlassizismus de periode van hetneoclassicisme bedoeld, dat in feite een nieuwe golf van classicisme is aan het einde van de 18e eeuw. In de meeste andere landen wordt de term classicisme specifiek voor de periode tussen 1640 en 1720 gebruikt. In Duitsland, België, Nederland en Scandinavië is ook de termclassicistische barok voor deze periode in zwang. De 17e-eeuwse architectuur van de Noordelijke Nederlanden wordt meestal aangeduid metHollands classicisme.
In de beeldhouwkunst steunt decompositie op relatief eenvoudige vormen (in vergelijking met barok enrococo). Dominant aanwezig zijn monumentaliteit, klassieke vormen, duidelijke contourlijnen en natuurlijkcoloriet.
De bouwkunst van de klassieke oudheid was een inspiratiebron voor de architecten die deItaliaanse renaissance inluidden, zoalsFilippo Brunelleschi. Een architect die zeer veel invloed zou uitoefenen op de classicistische bouwstijl wasAndrea Palladio (1508–1580). Vooral in Engeland zou hetpalladianisme nog tot ver in de 18e eeuw navolging vinden. In de classicistischearchitectuur worden vaste verhoudingen in de compositie toegepast en zijn dezuil, depilaster en hetfronton de belangrijkste bouwelementen.
Hetliterair classicisme is voornamelijk inFrankrijk tot bloei gekomen aan het eind van de 17e eeuw, en van daar uit over heel Europa uitgewaaierd. Het schrijft een terugkeer naar een aantal klassieke basisprincipes voor zoals die ook in de oudheid gebruikelijk waren, waaronder de regel van dedrie eenheden: de eenheid van tijd, de eenheid van plaats en de eenheid van handeling, waar binnen eentheaterstuk zich af moest spelen. Theater was het belangrijkste literaire genre van die tijd,proza was slechts in opkomst, maar ook de verhaallijn in romans diende zich aan strikte regels te houden. Vertegenwoordigers van het classicisme in de Franse literatuur zijn: de theoreticusNicolas Boileau en de toneelschrijversMolière enJean Racine.