| Concepten |
| Geschiedenis |
| Stromingen |
| Geschriften |
| Tempels |
| Devotie |
| Per land |
| Termen |
| Van A tot Z |
Chöd (གཅོད) is een spirituele oefening in hetTibetaans boeddhisme (Anuttarayoga Tantra) die ook bekend staat als "het doorsnijden van de ego". Tijdens de chöd probeert de beoefenaar de spirituele kracht van angst aan te boren. Dit gebeurt bijvoorbeeld door activiteiten als rituelen op begraafplaatsen en visualisaties van het offeren van het eigen lichaam tijdens eentantrisch feest. Het doel is om het inzicht in "leegte" als kernbegrip van hetboeddhisme op de ultieme test te stellen in het pad naar het vinden van de "perfecte wijsheid" (Prajñāpāramitā).
Chöd wordt voornamelijk aangetroffen in de Yundrung Bön-traditie. Het wordt onderwezen op de Nyingma-scholen, gesticht doorPadmasambhava en gebaseerd op de eerste vertalingen van boeddhistische geschriften uit het Sanskriet in het Oud-Tibetaans in de achtste eeuw, en op Kagyu-scholen, gestoeld op de leer vanMahasiddhas Naropa, Maitrīpadā en Niguma.