Movatterモバイル変換


[0]ホーム

URL:


Naar inhoud springen
Wikipediade vrije encyclopedie
Zoeken

Camdenveldtocht

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Camdenveldtocht

Elkin's Ferry ·Prairie D'Ane ·Poison Spring ·Marks' Mills ·Jenkins' Ferry

DeCamdenveldtocht ofCamden-expeditie vond plaats tussen23 maart en2 mei1864 in centraal en zuidelijkArkansas tijdens deAmerikaanse Burgeroorlog en liep gelijktijdig met deRed River-veldtocht. Noordelijke eenheden onder leiding van generaal-majoorFrederick Steele vertrokken vanuitLittle Rock enFort Smith omShreveport,Louisiana in te nemen. Daar zou Steele aansluiting moeten zoeken met de eenheden onder leiding van generaal-majoorNathaniel P. Banks en vice-admiraalDavid D. Porter die via deRed River opgerukt waren. Daarna zouden ze een gezamenlijke aanval opTexas uitvoeren. Noch Banks, noch Steele zouden in Shreveport geraken. Steele kreeg een reeks van nederlagen te verwerken door toedoen van de Zuidelijke legers onder leiding van generaal-majoorSterling Price en generaalEdmund Kirby Smith.

De veldtocht

[bewerken |brontekst bewerken]
John Marmaduke
Joseph Shelby
Frederick Steele

DeUnited States Department of War, onder leiding van de Secretary of WarEdwin M. Stanton, had een strategisch plan ontwikkeld om Arkansas, Louisiana en Texas in Noordelijke handen te krijgen. Deze opmars maakte deel uit van een nog groter concept om gelijktijdig op andere fronten eveneens in het offensief te gaan. Verschillende Noordelijkecolonnes zouden de Zuidelijken in zuidelijke Arkansas en noordelijk Louisiana aanvallen om dan samen Texas te veroveren. Het Arkansas-onderdeel van deRed River-veldtocht werd de Camden Expeditie genoemd. Dit plan werd goedgekeurd doorUlysses S. Grant.

Op23 maart1864 vertrok generaal-majoorFrederick Steele met 8.500 soldaten vanuit hetarsenaal vanLittle Rock. Op ongeveer hetzelfde tijdstip vertrokken de eenheden van generaal-majoorNathaniel P. Banks vanuitNew Orleans,Louisiana. Na de inname van Shreveport zou Steele de stad bewaken, terwijl Banks verder zou oprukken naar noordoostelijk Texas.

Steeles marsroute was een dunbevolkte wildernis met weinig bevoorradingspunten. Steele hoopte omCamden (Arkansas) in te nemen. Dit was een haven langs deOuachita-rivier. Vandaar uit kon hij zijn leger bevoorraden. Omdat alle bruggen over deLittle Missouri onbruikbaar waren, dienden Steeles soldaten via doorwaadbare plaatsen de rivier over te geraken. De Noordelijken bereiktenElkin's Ferry voor de Zuidelijken hun oversteek konden verijdelen. Op3 april werden ze aangevallen door decavalerie van brigadegeneraalJoseph O. Shelby. De volgende dag werden ze aangevallen door de Zuidelijke cavalerie onder leiding vanJohn S. Marmaduke. Beide aanvallen werden door de Noordelijken afgeslagen, waarna ze de rivier overstaken.

Op10 april sloot brigadegeneraalJohn M. Thayers divisie zich aan bij Steele. Ze rukten samen verder op naar Shreveport. BijPrairie D’Ane botsten ze op een Zuidelijke slaglinie. De Noordelijken zetten de aanval in. De Zuidelijken trokken zich al vechtend 1,5 km terug voor de Noordelijke opmars gestuit werd. De volgende dag vonden er geregeld schermutselingen plaats. De opmars van Steele naar Shreveport werd afgebogen richting Camden. Op13 april viel Sterling Prices cavalerie opnieuw de Noordelijke achterhoede aan bij Prairie D’Ane. Na een vier uur durende slag trokken de Zuidelijken zich terug waarna de Noordelijken hun opmars verderzetten.

Op15 april bereikte Steele zijn doel waar hij Banks verwachtte. Hij vond er echter geen voorraden om zijn opmars verder te zetten. Toen hij twee dagen vruchteloos op Banks wachtte, stuurde Steelefoerageurs in het omliggende platteland op zoek naar voorraden. Banks was echter reeds op de terugtocht na zijn nederlaag in deSlag bij Mansfield. De Zuidelijken hadden nu meer soldaten tot hun beschikking om ook Steele te verslaan. Om de snel slinkende voorraden van zijn leger aan te vullen, stuurde Steele een 1.200 man sterke foerageereenheid naar een Zuidelijk depot ongeveer 30 km verderop. Toen ze het aanwezige graan in meer dan 200 karren hadden geladen, keerde de Noordelijken terug naar Steele in Camden. Op18 april en 8 km verderop werden de Noordelijken aangevallen door de cavalerie van John Marmaduke en de eenheden van brigadegeneraalSamuel B. Maxey in deSlag bij Poison Spring. De Noordelijke hergroepeerden zich in een moeras, waarna ze zich terugtrokken naar Camden, weliswaar zonder het broodnodige graan. Op20 april slaakte Steele een zucht van verlichting toen hij nieuwe voorraden kreeg die aangevoerd werden uitPine Bluff (Arkansas).

Een week later verloor Steele meer dan 2.000 soldaten die gevangen werden genomen in deSlag bij Marks' Mills. Steele besliste, om zich uit Camden terug te trekken. Op26 april, na het invallen van de nacht, trokken de Noordelijken zich terug naar Little Rock. Drie dagen later bereikten ze de Ouachita-rivier bijJenkins' Ferry. Daar bouwden ze eenpontonbrug. Op30 april arriveerden de Zuidelijken en vielen verschillende keren de Noordelijke stellingen aan. Steele kon de verschillende aanvallen afslaan en stak met het restant van zijn leger de rivier over via de pontonbrug. De brug werd na de oversteek vernietigd, zodat ze niet zouden gevolgd worden door de Zuidelijken. Op3 mei arriveerde een afgematte Steele in Little Rock Arsenal.

De Camden-expeditie was misschien de grootste Noordelijke nederlaag in Arkansas tijdens deAmerikaanse Burgeroorlog. De Noordelijken verloren meer dan 2.500 soldaten en honderden karren. Hun doel hebben ze zelfs nooit benaderd. De Zuidelijken bewogen voorlopig nog vrijelijk in Arkansas terwijl de Noordelijken niet uit hun fortificaties kwamen zoalsFort Smith,Pine Bluff,Helena enLittle Rock.

Bronnen

[bewerken |brontekst bewerken]
Overgenomen van "https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Camdenveldtocht&oldid=61178186"
Categorieën:

[8]ページ先頭

©2009-2025 Movatter.jp