■ West-Berlijn (formeel geen onderdeel van de Bondsrepubliek)
■Saarland (in 1957 toegetreden)
■Nieuwe Duitse deelstaten (vanaf 1990)
DeBondsrepubliek Duitsland (Duits:Bundesrepublik Deutschland,BRD) was tussen1949 en1990 een federale staat die ruwweg het westelijke deel van het huidigeDuitsland omvatte (inclusief het noordwesten en het zuiden). In het buitenland sprak men veelal vanWest-Duitsland. Het overgebleven oostelijke deel van Duitsland vormde in die tijd deDuitse Democratische Republiek (DDR), die ook bekendstond als Oost-Duitsland. Binnen Duitsland had de Bondsrepubliek de bijnaamBonner Republik doordatBonn de hoofdstad was.
De Bondsrepubliek werd in 1949 opgericht door samenvoeging van de Amerikaanse, Britse en Fransebezettingszones. In 1955 werd zesoeverein onder geallieerd voorbehoud. In 1957 werd hetprotectoraat Saarland opgeheven en als deelstaat onderdeel van de Bondsrepubliek. In 1990 verenigden zich de oude Bondsrepubliek en de gebieden van deDDR, doordat de nieuwe DDR-deelstaten zich bij de Bondsrepubliek aansloten. Sindsdien worden de deelstaten, die al eerder deel van de Bondsrepubliek uitmaakten,alte Bundesländer (oude deelstaten) genoemd, terwijl de Bondsrepubliek van voor 1990 vaak alsOude Bondsrepubliek wordt aangeduid. Pas sinds 1999 zetelen de organen van de Bond in de nieuwe hoofdstadBerlijn.
De Bondsrepubliek is ontstaan na de totale nederlaag van hetnationaalsocialistische Duitsland in 1945. De Duitse steden waren grotendeels verwoest en vele (m.n. jonge) Duitse mannen waren omgekomen, vermist of in krijgsgevangenschap. Het land zelf was geheel bezet door geallieerde troepen. Duitsland raakte na deconferentie van Potsdam alle gebieden ten oosten van de rivierenOder enNeisse kwijt aanPolen en deSovjet-Unie. De Duitstalige bevolking werd uit deze gebieden en de rest van Oost-Europaverdreven. Dit had tot gevolg dat er ruim 10 miljoen mensen extra in het verkleinde Duitsland terechtkwamen.
Vanaf1948 werkte eenParlementaire Raad aan de opstelling van een nieuwe grondwet voor (West-)Duitsland, waarna op23 mei1949 deBondsrepubliek Duitsland werd opgericht als samenvoeging van de drie westelijke bezettingszones, metBonn als hoofdstad. De Bondsrepubliek kreeg op5 mei1955 een groot deel van haar soevereiniteit via deVerdragen van Parijs. Het grootste gedeelte van het vroegere bezettingsleger werd echter niet teruggeroepen, voornamelijk om het land te beschermen tegen de bedreiging van deSovjet-Unie.
De Bondsrepubliek trad toe tot deNAVO op 9 mei 1955 en was een van de stichtende leden van deEEG. De nieuwe natie werd vervolgens een focus in deKoude Oorlog vanwege haar belangrijke positie tussen de landen van het Westen en van hetWarschaupact.
Ook de vroegere Duitse hoofdstad,Berlijn, werd vanaf 1948 gesplitst bestuurd: de westelijke sectoren vormdenWest-Berlijn, terwijl de door deSovjet-Unie bezette sectorOost-Berlijn vormde. West-Berlijn werd in 1949 een westerseenclave binnen de Duitse Democratische Republiek, maar maakte formeel geen deel uit van de Bondsrepubliek. De parlementsleden van West-Berlijn hadden in de Bondsdag geen stemrecht en dedienstplicht gold niet voor inwoners van West-Berlijn.
Tussen 1949 en 1989 kende de Bondsrepubliek enkele gebiedsuitbreidingen:
De plaatsKehl werd tussen 1949 en 1953 door Frankrijk in etappes teruggegeven aan Duitsland.
Op 1 januari 1957 werd hetSaarland, dat sinds de Tweede Wereldoorlog door Frankrijk bestuurd was, deel van de Bondsrepubliek.
Op 28 augustus 1958 werd de plaatsLosheim, die sinds 1949 deel vanBelgië uitmaakte, weer Duits.
Op 1 augustus 1963 kwamenElten en deSelfkant, die doorNederland in 1949 waren geannexeerd, weer onder Duits bestuur.
De Bondsrepubliek beschouwde zichzelf als de enige vertegenwoordiger van Duitsland. Tot 1969 hanteerde ze deHallsteindoctrine, waarbij ze de diplomatieke verbindingen verbrak met die landen die de DDR erkenden. Onder bondskanselierWilly Brandt en staatssecretarisEgon Bahr werd een ontspanningspolitiek gevoerd naar hetOostblok, de zogenaamdeNeue Ostpolitik. Deze leidde tot verdragen met de Sovjet-Unie, Polen, de DDR enTsjechoslowakije. In 1973 werden zowel de Bondsrepubliek als de DDR lid van de Verenigde Naties.
Aan het eind van dejaren zestig liet de Duitse studentenbeweging stevig van zich horen. Bij een demonstratie inWest-Berlijn in 1967 werd de studentBenno Ohnesorg door een politiekogel gedood. Een jaar later werd er een aanslag gepleegd op studentenleiderRudi Dutschke. Deze gebeurtenissen leidden tot een radicalisering van een deel van de studentenbeweging. In de jaren zeventig werd de Bondsrepubliek geconfronteerd met deRote Armee Fraktion (RAF), eenlinks-extremistischeterreurgroep. De eerste groep RAF-leden werd in 1972 aangehouden. In de herfst van 1977 was een tweede generatie RAF-leden actief: zij vermoordden de bankdirecteurJürgen Ponto, ontvoerden werkgeversvoorzitterHanns-Martin Schleyer en lieten eenLufthansa-vliegtuig kapen. Na de bestorming van het vliegtuig pleegdenBaader,Ensslin enRaspe zelfmoord en werd Hanns-Martin Schleyer vermoord.
Na de val van deBerlijnse Muur op 9 november 1989 was deDuitse hereniging snel een feit. Deze hereniging werd formeel voltrokken op 3 oktober 1990, nadat de Bondsrepubliek, de DDR en de vier overwinnaars van de Tweede Wereldoorlog hetZwei-plus-Vier-Vertrag tekenden. Later trokken de vier mogendheden hun troepen terug.
De Bondsrepubliek beschouwde zichzelf als de enige democratisch gekozen en daarmee als de enige legitieme vertegenwoordiger van het Duitse volk. Het scherpst kwam dat tot uiting in de eerder genoemde Hallsteindoctrine. Zoals West-Berlijn geen deel was van de Bondsrepubliek, zo erkende ook de Bondsrepubliek Oost-Berlijn niet als deel van de DDR. Om die reden bezochten Willy Brandt enHelmut Schmidt de DDR ook niet in Oost-Berlijn. De DDR werd ook niet als buitenland beschouwd. De vertegenwoordiging van de Bondsrepubliek in Oost-Berlijn heetteStändige Vertretung der Bundesrepublik bei der DDR (permanente vertegenwoordiging van de Bondsrepubliek bij de DDR), waarmee twee zaken tot uiting werden gebracht:
het was eenvertegenwoordiging en géén ambassade.Ambassades zijn buitenlandse vertegenwoordigingen en de DDR was geen buitenland, maar Duitsland;
het was een vertegenwoordigingbij de DDR en nietin de DDR omdat Oost-Berlijn volkenrechtelijk niet tot de DDR behoorde.
DeDuitse grondwet bevatte twee artikelen over de eenwording van Duitsland:
In artikel 23 werd de mogelijkheid geboden dat andere delen van Duitsland zich aansloten bij de Bondsrepubliek conform de bepalingen van de bestaande grondwet.
Artikel 146 bood de mogelijkheid voor een vereniging van alle delen van Duitsland onder een nieuwe grondwet.
Nadie Wende van 1989 in de DDR besloot het eerste vrij verkozen Oost-Duitse parlement in1990 dat de Oost-Duitse deelstaten hersteld werden en dat deze zich volgens artikel 23 van de grondwet van de Bondsrepubliek zouden aansluiten bij de Bondsrepubliek.
In 1982 had de Bondsrepubliek 61,5 miljoen inwoners waarvan 4,6 miljoen buitenlanders. Honderd jaar eerder woonden er in hetzelfde gebied slechts ongeveer 20 miljoen mensen. Na deTweede Wereldoorlog nam de Bondsrepubliek 14 miljoen inwoners op uit Oost-Europa en de DDR. Daarnaast vestigden zich sinds de jaren zestig miljoenengastarbeiders in de Bondsrepubliek. Het land had eengeboortecijfer van 10,1 geboorten per 1000 inwoners, waarmee het een van de laagstegeboortecijfers ter wereld had.
De Bondsrepubliek Duitsland is met haargrondwet van 23 mei 1949 een democratisch-parlementaire bondsstaat. De grondwet kan door een tweederdemeerderheid inBondsdag enbondsraad gewijzigd worden. Enkele artikelen, waarin de basisprincipes van de grondwet zoals de federale structuur van de staat, de democratische, sociale en rechtsprincipes van de staat, en de onschendbaarheid van de menselijke waarde van het individu, zijn van iedere wijziging uitgesloten.
De regeling van deconstructieve motie van wantrouwen: een regering kan pas worden afgezet als de oppositie voldoende stemmen in het parlement heeft om een nieuwe regering te vormen
Het verbod van extremistische partijen. Hiermee werden onder andere de neonazistischeSozialistische Reichspartei en de communistischeKPD verboden.
De decentralisatie van de macht, waarbij een groot deel van bevoegdheden bij dedeelstaten werd ondergebracht.
Volgens deGrondwet voor de Bondsrepubliek Duitsland was deze ook van toepassing opGroot-Berlijn. Dit werd door de bezettingsmachten van Berlijn niet geaccepteerd.West-Berlijn (Berlin (West)) functioneerde wel als een deelstaat van de Bondsrepubliek maar maakte daar formeel geen deel van uit. Afgevaardigden van Berlijn hadden in de Bondsdag geen stemrecht en inwoners van Berlijn hadden geen dienstplicht in deBundeswehr.
Sinds de capitulatie van Duitsland in 1945 was het land bezet en was het leger ontbonden. Ook na de oprichting van de Bondsrepubliek in 1949 had het land geen leger. Na het mislukken van het plan voor eenEuropese Defensie Gemeenschap werd op12 november1955 deBundeswehr opgericht. Na een wijziging in de Duitse Grondwet werd de Bondsrepubliek lid van deNAVO. In1956 werd dedienstplicht ingevoerd voor mannen tussen 18 en 45 jaar, later aangevuld door een civiele dienstplicht voorgewetensbezwaarden. West-Berlijn maakte officieel geen deel uit van de Bondsrepubliek en was uitgesloten van de dienstplicht.
Tijdens deKoude Oorlog had de Bundeswehr een groot aandeel in de NAVO-strijdkrachten in Centraal-Europa. De Bundeswehr telde 495.000 militairen en 170.000 man burgerpersoneel. Het leger (Heer) bestond uit drie legerkorpsen met twaalf divisies. De luchtmacht (Luftwaffe) maakte deel uit van het geïntegreerde NAVO-luchtverdedigingssysteem NATINAD, terwijl de voornaamse inzet van deMarine op de Oostzee en de Noordzee was.