Met deBelgische Revolutie van1830 scheidde België zich af en werd eenconstitutionele monarchie. De wapenspreuk van België luidtEendracht maakt macht. Deze eendracht sloeg in 1830 op het monsterverbond van katholieken en liberalen tegen de Hollanders. De negen provinciewapens zijn vertegenwoordigd in hetwapenschild van het land. In het buitenlands beleid was de manoeuvreerruimte van België beperkt door de verplichte neutraliteit, de nabijheid van grootmachten als Frankrijk enPruisen (later Duitsland) en vanwege zijn klein bevolkingsaantal.
Op 18 oktober 1908 verwierf BelgiëBelgisch-Congo als kolonie, ondanks de weigering van vele socialistische parlementsladen om dit goed te keuren. Daarvoor was deOnafhankelijke Congostaat het persoonlijk bezit van koningLeopold II geweest. Leopold II had er geheerst als een absoluut monarch zonder grondwet.
België werd in deEerste Wereldoorlog bijna helemaal bezet door hetDuitse Keizerrijk. Enkel een klein gebied achter deIJzer in West-Vlaanderen, waar koningAlbert I zijn troepen aanvoerde, bleef ondergeallieerde controle. Tijdens deTweede Wereldoorlog capituleerde koningLeopold III na deAchttiendaagse Veldtocht en werd heel het land bezet. In september 1944 werd het grootste deel van België door deTweede Wereldoorloggeallieerden bevrijd. Na deze oorlog leidde de capitulatie en het feit dat Leopold III koppig vasthield aan zijn eigen gelijk en niet wilde weten van een verzoening met de regering tot deKoningskwestie, waarbij zijn broerprins Karel als regent fungeerde. De Koningskwestie bracht België op de rand van eenburgeroorlog. Er vielen enkele doden.
In1951 droeg Leopold III de macht over aan zijn zoonBoudewijn, die toen 21 was. Op9 augustus1993 werdAlbert IIkoning der Belgen. Op21 juli2013 deed Albert II vrijwillig afstand van de troon, hetgeen een unicum was in de geschiedenis van de Belgische monarchie. Zodoende werdFilip de zevende koning der Belgen.
De meningsverschillen tussen de gewesten (Vlaanderen, Brussel, Wallonië) hebben geleid tot verreikende hervormingen van de voormalige unitaire Belgische staat tot een federale staat, wat op termijn kan leiden tot eenconfederalisme of tot de splitsing van het land.
Gallië in 52 v.Chr., vlak vóór de Romeinse inlijving.
De naamBelgica werd voor het eerst vermeld doorJulius Caesar. Hij duidde met Gallia Belgica een gebied aan in Noord-Frankrijk, België,Zuid-Nederland, Luxemburg en Zuidwest-Duitsland tot aan de Rijn. Het latere België kreeg na de val van het Romeinse Rijk een andere bevolkingssamenstelling dan in Caesars tijd. In Belgica woonden deBelgae, die het eerst worden beschreven in CaesarsCommentarii de bello Gallico. Er woonden in die tijd ook Belgae en aanverwante stammen (zoalsCatuvellauni enTrinovantes) in Zuidoost-Britannia.
De stamnaamBelgae (ookBelges) gaat mogelijk terug op deIndo-Europese wortel *bʰelǵʰ- voor 'zwellen', zoals in de figuurlijke betekenis vanbelgen '(zich) kwaad maken', oorspronkelijk 'opzwellen', enverbolgen 'boos, toornig', aanvankelijk 'gezwollen'.[8][9]Belgae zou dan betekenen 'die gezwollen van woede', dus een verwijzing naar de lichtgeraaktheid van de oude Belgen die om de geringste aanleiding met elkaar oorlog voerden.[10][11] Deze betekenis zou dan passen bij de omschrijving vanCaesar. De oorsprong van de stamnaam zou danGallisch zijn, net als de geattesteerde Gallische persoonsnamenBelgius enBolgios[8] (voortgezet in deWelshe naamBeli Mawr) en deze naam is verder verwant metOudiersbolgaid 'zwellen'.[9]
Een andere voorgestelde etymologie van de naamBelgae:belg- is afkomstig van een Gallische woord *belo-, wat 'schitterend' betekent.[12] In dat geval isBelgae verwant aanWelshbal 'met een witte voorhoofdsvlek',Oudnoordsbál 'vlam, vuur; brandstapel' (ontleend als Engelsbalefire 'vreugdevuur'),Litouwsbãlas 'wit',Russischbélyj 'wit' (zoals inBelarus) en de stadsnamenBeograd,Biograd,Bjelovar, evenals aan hetNederlandsebles, 'witte plek'. Ook de Gallische godennamenBelenos ('De Heldere') enBelisama (waarschijnlijk van dezelfde godheid) komen mogelijk van dezelfde bron.
De rivierenMaas,Schelde enIJzer hebben een groot deel van hunstroomgebied in België liggen. In het uiterste oosten van het land ligt in de provincies Luik en Luxemburg ook een gebied dat toebehoort aan het stroomgebied van deRijn (via deMoezel), in het zuiden van de provincie Henegouwen een klein gebied dat tot het stroomgebied van deSeine behoort (via deOise).
België heeft eenkustlijn van 66,6 km. Als men rekening houdt met de uitstulping van de haven van Zeebrugge bekomt men een lengte van 72,3 km. De Belgischeterritoriale wateren zijn in de breedte afgebakend als detwaalfmijlszone gemeten vanaf delaagwaterlijn, rekening houdend met bij eb droogvallende bodemverheffingen en permanent uitstekende havenwerken. De zijwaartse begrenzing vloeit voort uit verdragen met Frankrijk (1990) en Nederland (1996). Zo afgebakend beslaat deterritoriale zee een oppervlakte van ca. 1440 km².
Statistieken
België is met 385 inwoners per vierkante kilometer (2024) een van de dichtstbevolkte landen in Europa. Dit geldt nog meer voor Vlaanderen, dat goed is voor ongeveer 60 procent van de bevolking op slechts 40 procent van de oppervlakte. De totale landoppervlakte bedraagt 30.528 km², waarmee België een kwart kleiner is danNederland en iets groter danLesotho enArmenië. Volgens hetKoninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen beslaat het Belgisch territorium 33.990 km², maar daarin tellen de Belgischeterritoriale wateren tot 12zeemijlen in de Noordzee mee.
Van het Belgische grondoppervlak is 21,4 procent bedekt met bos, hoofdzakelijk in Wallonië. In Vlaanderen bevinden zich buiten de steden en industriegebieden vooral landbouwzones met daarnaast nog bossen vooral in deKempen (ten oosten van de stad Antwerpen en Noord-Limburg). Belangrijke bossen in Brabant zijn hetHallerbos, hetZoniënwoud bij Brussel en hetHeverleebos en hetMeerdaalwoud bij Leuven. De totale bosoppervlakte in Vlaanderen bedraagt 146.381hectare en er ligt 22.135 hectare park beheerd door gemeenten en steden.
Vegetatie van België, foto vanuit de ruimte met de PROBA-V-satelliet van de ESA
In de Ardennen is de natuur uitgestrekt, omdat de bevolkingsdichtheid er lager ligt dan in Vlaanderen. Een derde van de oppervlakte van Wallonië is bebost en dat oppervlak wordt ook alsmaar groter. Een groot deel ervan bestaat uitdennenbossen.
Een van de meest ongerepte stukjes natuur zijn deHoge Venen. Door het strenge klimaat, de veleneerslag en de strenge, lange winters komen daar zeldzame plantensoorten voor, die typisch zijn voor bergstreken of voor Noord-Europa. De fauna en flora in de Hoge Venen zijn bedreigd door de opwarming van de aarde.
De gemiddelde temperatuur in België is 11,2 °C. In dewinter wordt het gemiddeld niet kouder dan 5 °C. Die relatief zachte temperaturen worden veroorzaakt door de warmeGolfstroom in deAtlantische Oceaan die ook deNoordzee verwarmt. De laagste temperatuur wordt laat in de winter bereikt, omdat dan het water is afgekoeld. Verder heeft het weer een sterk wisselvallig karakter. Zo is de laagste temperatuur ooit gemeten in België −30,1 °C, terwijl de hoogste temperatuur ooit 40,6 °C was.[13]
Volgens de temperatuurstatistieken van hetKMI is er de jongste jaren sprake van een duidelijke toename van de gemiddelde temperatuur.[14]
De gemiddelde neerslag bedraagt 925 mm/jaar, met uitersten van 740 mm/jaar (Haspengouw, Westhoek) tot meer dan 1400 mm/jaar op de Hoge Venen. De meeste neerslag valt in de winter (vooral december), terwijl april gemiddeld de droogste maand is.[15]
Duits (ca. 0,7% van de bevolking: 76.000 sprekers in het uiterste oosten van het land).[16]
Het Nederlands is in hetVlaams Gewest de bestuurstaal en staat in hetBrussels Hoofdstedelijk Gewest op gelijke voet met het Frans. De hoofdstad Brussel is dus officieel tweetalig, maar in werkelijkheid meertalig. De grote meerderheid van de Brusselaars kiest in zijn contacten met de overheid voor het Frans.[17] Het Frans is de officiële taal in Wallonië en Duits is de taal van de overheid in deDuitstalige gemeenschap, de oostelijke grensgemeenten metDuitsland in deprovincie Luik.
De tussen Nederland en de overwegend Franstalige provincie Luik ingeklemde gemeenteVoeren (in het Frans: Fourons) is een Nederlandstaligeexclave. Het is een deel van Vlaanderen, mettaalfaciliteiten voor de Franstalige minderheid. De stadKomen-Waasten (Frans: Comines-Warneton), gelegen tussenFrankrijk en de Vlaamse provincieWest-Vlaanderen, is sinds 1963 officieel een deel van Wallonië en dus Franstalig, met taalfaciliteiten voor de Nederlandstalige minderheid.
Detaalgrens in België komt ruwweg overeen met deVia Belgica, de Romeinseheirbaan tussenKeulen enBavay, die sinds de4e eeuw als culturele grens fungeerde, en loopt ruwweg ten zuiden van Brussel. Deverfransing van Brussel, dat iets ten noorden van deze taalgrens ligt, is vooral het gevolg van grote inwijking na deindustrialisering vanaf de19e eeuw. Daarbij komt de eeuwenlange rol van Brussel als bestuurscentrum, met een Franstalige bovenlaag. Dat resulteerde in de verfransing van de oorspronkelijk grotendeels Nederlandstalige stad.
In de 19e en de eerste helft van de 20e eeuw was het bestuur van België (onder andere wegens hetcijnskiesstelsel) vrijwel volledig Franstalig, detoplaag kende nauwelijks of geen Nederlands. De eerstetaalwetten, die bepaalde rechten voor Nederlandstaligen garandeerden, werden aangenomen in 1873. Hiermee waren de landstalen nog niet gelijkwaardig. Zo zorgde de onderwijswet van 1876 ervoor dat het middelbaar onderwijs in Vlaanderen tweetalig werd, maar niet in Wallonië.
Een eerste belangrijk keerpunt was deEerste Wereldoorlog, waar de Vlaamse frontsoldaten met Franstalige officieren rechten opeisten onder de leuze "Hier ons bloed, wanneer ons recht?". Ook de na deze oorlog opgetrokkenIJzertoren met het opschriftAVV-VVK (Alles voor Vlaanderen – Vlaanderen voor Kristus) drukt een Vlaamse bewustwording uit. Dit wettelijk gelijkwaardig maken gebeurde pas met de taalwet van 1932, toen het middelbaar onderwijsofficieel eentalig werd met Nederlands in Vlaanderen en Frans in Wallonië.Officieus zijn er in grotere steden en in industriële centra in Vlaanderen tot in de jaren 1960elitaire Franstalige scholen blijven functioneren.
De reële toepassing van de gelijke rechten voor taalgroepen in overheid, onderwijs en rechtspraak verliep traag, ging soms gepaard met duidelijke onwil en verandering kwam er vaak slechts na acties en politieke druk. Dit is mede dekatalysator geweest voor de toenemendemiddelpuntvliedende kracht in hetunitaire België. Die werd manifest na het werk van hetCentrum Harmel, een studiecentrum genoemd naar deLuiksechristendemocratische politicusPierre Harmel, die hiervoor in 1948 het parlementair initiatief had genomen. Het centrum functioneerde van 1949 tot 1953, en kwam in 1958 met haar rapport met voorstellen om de sociale, politieke en wettelijke problemen in de Waalse en Vlaamse gewesten aan te pakken.
In 1963 werd de taalgrens wettelijk vastgelegd. Dit bepaalde dat het Frans of het Nederlands de bestuurstaal werd van de overheid. Verschillende gemeenten langs de taalgrens veranderden daarom van provincie, sommigen kregenfaciliteiten voor de Franstalige, Nederlandstalige of Duitstalige minderheid.
In de Nederlandstaligelagere scholen inVlaanderen en hetBrussels hoofdstedelijk gewest is het Frans verplicht vanaf het vijfde leerjaar,[18] terwijl leerlingen in het Franstalig lager onderwijs een keuze hebben. Zij kiezen in meerderheid Engels voor het Nederlands.[19] Vlaams minister van onderwijsPascal Smet pleitte in 2011 om het Engels de tweede taal te maken in Vlaanderen,[20] maar zijn voorstel stuitte op heel wat kritiek, vooral vanuit Franstalige hoek. In de taalnota van deze minister stond dat vanaf het schooljaar 2013–2014 het Frans en het Engels twee gelijkwaardige talen als "tweede taal" behandeld zouden moeten worden in Vlaanderen.[21] In Wallonië is onderwijs meestal in het Frans.[22] Daarnaast kunnen leerlingen kiezen uit Engels of Nederlands als tweede taal.[22] De meerderheid kiest voor Engels waardoor Nederlands zelden gesproken wordt.[22]
In België worden er sterk van elkaar verschillendedialecten enstreektalen gesproken. In Vlaanderen spreekt men verschillende taalvormen die alsvariëteiten van de Nederlandse taal worden beschouwd, zoals hetWest-Vlaams,Oost-Vlaams,Brabants,Limburgs enKempens, inclusief typische stadstalen zoals hetGents,Antwerps,Brugs ofLeuvens. Enkele van deze dialecten worden volgens sommige instanties ook als aparte taal gezien, zoals het Limburgs en West-Vlaams.[23][24] Dialecten hebben in Vlaanderen echter geen officiële status.
Sommige sprekers van "Nederlandse" dialecten bij de taalgrens, bijvoorbeeld in Brussel en in deVoerstreek, beschouwen zichzelf als "Franstalig" omdat ze naast hun dialect het Frans als (belangrijkste) cultuurtaal gebruiken (zie verderNederlandse dialecten).
In Wallonië wordt door een deel van de bevolking ook een taal gesproken die als afzonderlijke streektaal is erkend. HetWaals is de belangrijkste, voor deze taal is geprobeerd een genormaliseerde spelling te vormen. Ook hetWaalse volkslied was oorspronkelijk in het Waals. Buiten het Waals bestaan er nog enkele andere lokale en erkende streektalen, namelijk hetPicardisch in het westen van Wallonië,Gaumais ofLotharings in het zuiden vanBelgisch Luxemburg, hetChampenois en hetLuxemburgs rond de Luxemburgse provinciehoofdstadAarlen. Het Waals wordt ook welPatois (Plat) genoemd.
Het wekelijkse kerkbezoek in België is sinds de jaren 1960 sterk gedaald en bedroeg anno 2008 minder dan 7%,[25] daar waar in 1950 circa 50 % van de bevolking dezondagsplicht vervulde. InVlaanderen ligt het kerkbezoek hoger dan in de overige landsgedeelten: volgens gegevens van de Katholieke Kerk zelf bedroeg het kerkbezoek 12,7% in 1998 tegen 11,2% voor België[26] en volgens een studie van deKatholieke Universiteit Leuven ging 8% van de Vlamingen wekelijks naar de kerk in 2006.[27]
Volgende getallen zijn voor Vlaanderen, de kerkpraktijk in Wallonië en Brussel is lager dan in Vlaanderen, dus de getallen voor geheel België zijn dan ook lager. In 1976 ging 36 procent van de Vlamingen tussen 5 en 69 jaar nog wekelijks naar de zondagsmis. In 1998 was dat 13 procent. In 2009 daalde dat aandeel tot 5,4 procent, wat neerkomt op zo'n 247.000 mensen tussen de 5 en 69 jaar.[28][29]
Begrafenissen (61%, in 2006)[30] en doopplechtigheden (45%, in 2016)[31] gebeuren dikwijls in de kerk. Het aantal kerkelijke huwelijken neemt af, van 49% in 1998 naar 27% in 2006.[30]
Degezinsgrootte in België is de laatste decennia sterk gedaald maar de laatste tijd weer licht gestegen.[36] Devruchtbaarheidsgraad ligt op 1,68 kinderen per vrouw, ver onder de vruchtbaarheidsgraad die nodig is om de bevolking op een natuurlijke wijze in stand te houden.[37]
15 procent van de bevolking is ouder dan 65 jaar. De levensverwachting ligt op 79 jaar voor de mannen en 83 jaar voor de vrouwen. De kwaliteit van de Belgischegezondheidszorg behoort tot de beste ter wereld. Wat delevensstandaard betreft zijn er ongelijkheden tussen de inwoners van de verschillende gewesten; hetVlaams Gewest is financieel gezien rijker danWallonië.[38] Samen zijn Belgen de mediaan rijkste Europeanen in landen met een populatie groter dan 1 miljoen inwoners.[39]
Deze kaart toont per gemeente welke groep buitenlanders (mensen zonder Belgisch paspoort) het grootst is. Oranje: Nederlanders; Blauw: Fransen; Zwart: Duitsers; Paars: Italianen. Klik op de afbeelding voor een volledige legenda en andere details.
De Belgische bevolking bestaat voor bijna een miljoen uitimmigranten.[40] Een eerste grote golf inwijkelingen waren Italianen die in Wallonië en Limburg in demijnen kwamen werken. Na deMijnramp van Marcinelle in1956 leverde Italië geen gastarbeiders meer en volgde een nieuwe golf Marokkanen en Turken die vanaf de jaren 1960 de tekorten op de arbeidsmarkt kwamen invullen. Bovendien woont er ook een gemeenschap uit de vroegere kolonieBelgisch-Congo.
Groei
Opmerking: inwoneraantal × 1000
Bron:NIS – Opm:1831 t/m 1970=volkstellingen; vanaf 1980= inwoneraantal op 1 januari
In vergelijking met andere Europese landen is de Belgische bevolking traag gegroeid: 4,5 miljoen in 1850, bijna 7 miljoen in 1900, 10,2 miljoen in 2000.[43] Ter vergelijking: de Nederlandse bevolking groeide vaneen derde minder (3 miljoen in 1850) tot meer dande helft meer (16 miljoen in 2000).
De groei is sinds 1989 vooral te danken aan desociale bevolkingsgroei. Het positieve migratiesaldo is goed voor 2/3 van de totale bevolkingsaanwas, tegenover 1/3 als gevolg vannatuurlijke bevolkingsgroei.
Deze groei is per gewest en provincie sterk verschillend geweest. Terwijl de bevolking van België in zijn geheel over de periode 1846–2016 toenam met een factor 2,60 was dit voor het Vlaams Gewest 2,76, voor het Waals Gewest 2,03 en voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 5,61. In het Waals Gewest is de groei vanaf 1930 tot 2016 beperkt gebleven (20%) en deze is dan nog grotendeels te wijten aan de immigratie vanuit het buitenland. In het Vlaams Gewest heeft de groei ook na 1930 doorgezet (55% voor dezelfde periode). De sterke groei in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest was tot deTweede Wereldoorlog vooral het gevolg van de binnenlandse migratie, waarna de stadsvlucht die optrad in de tweede helft van de20e eeuw slechts opgevangen werd door immigratie vanuit het buitenland en het inwoneraantal ongeveer stabiel bleef. Slechts sinds 1996 groeit de bevolking er weer en nu zelfs sneller dan het nationaal gemiddelde. Dit is het gevolg van buitenlandse immigratie en een hoger geboorteaantal bij de allochtone bevolking,[44] want de binnenlandse migratie vertoont nog steeds een negatief saldo.
Behalve in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kennen ook de provincies Waals-Brabant en Luxemburg recent een sterker dan gemiddelde groei die vooral te wijten is aan economische migratie door de aantrekkingskracht van Brussel enLuxemburg.
Politiek en bestuur
Grafische voorstelling van de Grondwet van België
Politiek
De naoorlogse politiek in België wordt beheerst door zogenaamde breuklijnen. Die historisch gevormde breuklijnen zijn:
hetcommunautaire: dit is de nieuwe naam voor wat vroeger wel als de Vlaams-Waalse tegenstellingen of ook de Vlaamse ontvoogdingsstrijd werd beschreven;
het sociale: ook wel de klassenstrijd of de tegenstelling tussenhet kapitaal ende werkmensen;
het levensbeschouwelijke: op het eerste gezicht de tegenstelling tussen klerikaal-antiklerikaal, maar verbreed naar het vlak van ethische problemen (zoals abortus, euthanasie) en descheiding tussen kerk en staat.
Deze breuklijnen vertalen zich deels naar politieke partijen maar lopen ook dikwijls door partijen heen.[45] De gewijzigde staatsstructuur volgt uit die breuklijnen.
Sommigen zien in het verschil in taal ook een verschil in cultuur en traditie: Germaanse in het noorden, Romaanse in het zuiden. Dit zou zich ook uiten in politieke verschillen: dechristendemocraten zijn naar verhouding sterker in (landelijk) Vlaanderen dan in (het vroeger geïndustrialiseerde) Wallonië, voor desociaaldemocraten geldt het omgekeerde. Vroeger lag het economisch zwaartepunt van het land in het gewest Wallonië met zijn mijnen en zware industrie, maar sinds dejaren 1960 is de Waalse industrie verouderd en in crisis. Het economische belang van het gewest Vlaanderen groeide door zijnhavens, kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) en de constante groei van dedienstensector.
Brussel, de federale hoofdstad, de hoofdstad van het Vlaams en Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Vlaamse Gemeenschap, zetel van de Europese Raad, Europese Parlement en Europese Commissie, en tal van andere internationale organisaties, is zonder enige twijfel de belangrijkste stad van het land, en tevens de meest controversiële stad: ze vormt de inzet van veel twisten. Brussel is historisch een NederlandstaligeBrabantse stad en hetBrussels Hoofdstedelijk Gewest ligt volledig ingesloten door hetVlaams Gewest. Brussel is de hoofdstad van Vlaanderen, maar ook van de Franse Gemeenschap. In theorie is Brussel tweetalig, maar in de praktijk meertalig met Frans als voornaamste taal. Zoals elke grote stad deint Brussel verder uit naar deVlaamse Rand, die bij het Vlaams Gewest hoort. Dat zorgt voor politieke, communautaire spanningen, die hoog op kunnen lopen.
Kenmerkend voor België was dewafelijzerpolitiek als middel om spanningenaf te kopen, al dan niet in communautaire kwesties. Wafelijzerpolitiek kwam erop neer, dat voor elke overheidsinvestering op één plaats een overeenkomstige investering bij deconcurrent moest staan of omgekeerd. Voorbeeld is het groots ogendeHellend vlak van Ronquières ter compensatie van de uitbreiding van dehaven van Brugge-Zeebrugge.
Een heet hangijzer was tussen circa 2002 en 2012 de kwestieBrussel-Halle-Vilvoorde (B-H-V). Volgens hetGrondwettelijk Hof was het handhaven van deze kiesomschrijving, terwijl overal elders per provincie werd gestemd, ongrondwettelijk. B-H-V werd opgesplitst in het tweetaligBrussels Hoofdstedelijk Gewest en het Nederlandstalige Halle-Vilvoorde, dat in het kiesdistrict Vlaams-Brabant opging. Dit weliswaar in ruil voor bijkomende financiering voor Brussel en taalfaciliteiten in Halle-Vilvoorde.
Als gevolg van de federalisering aan het einde van vorige eeuw, hebben de politieke partijen een metamorfose ondergaan. De grote unitaire (nationale) partijen werden gesplitst in een Franstalige en Nederlandstalige vleugel (BSP-PSB werd sp.a en PS; CVP-PSC werd CD&V en cdH); sindsdien netwerken de politici uit de verschillende gewesten (c.q. gemeenschappen) eigenlijk vooral binnen hun taalgroep en verlopen de contacten over de taalgrens heen minder vlot, politici kennen elkaar niet zo goed meer (op het persoonlijke vlak), er ontstaat zo een soort publieke communicatie over de taalgrens heen waarbij de pers als "proxy" fungeert.
MetSophie Wilmès kreeg België op 27 oktober 2019 voor het eerst een vrouwelijke eerste minister.
Na een revolutionaire opstand maakte België zich op 4 oktober 1830 onafhankelijk vanNederland. Een poging om opnieuw aan te sluiten bijFrankrijk mislukte (zierattachisme). België koos voor onafhankelijkheid met eenkoning aan het hoofd. België is de enige erfelijkeconstitutionelevolksmonarchie ter wereld met aan het hoofd de Koning der Belgen. Dit werd, onder Engelse druk, een Duitse vorst die verwant was aan het Britse koningshuis,Leopold van Saksen-Coburg-Gotha. Hij werd opgevolgd door zijn zoonLeopold II die de kolonieBelgisch-Congo schonk aan België,koning-ridderAlbert, de in dekoningskwestie omstredenLeopold III, de bij de bevolking geliefde[46]Boudewijn en vervolgens diens broer, koningAlbert II. In 2013 werdFilip de zevende koning der Belgen. België is sinds eind 20e eeuw eenfederaal land en eenconstitutionele monarchie met aan hethoofd een koning dieformeel weinig politieke macht bezit, maar in de praktijk genoeg ervaring kan opbouwen ominformeel politieke invloed uit te oefenen.
België bestaat als federale staat uit verschillende gemeenschappen en gewesten die naast de federale regering een eigen regering hebben. DeGrondwet[47] beschrijft België op de volgende wijze:
Titel 1
Art. 1 stelt dat België een federale Staat is, samengesteld uit de gemeenschappen en de gewesten.
Art. 3 dat België drie gewesten omvat: hetVlaams Gewest (waarin vooral Nederlandstaligen wonen, met in bepaalde gemeenten faciliteiten voor Franstaligen), hetWaals Gewest (waarin vooral Franstaligen en de Duitstalige gemeenschap wonen, in bepaalde gemeenten faciliteiten voor de Nederlandstaligen) en het tweetaligeBrussels Hoofdstedelijk Gewest (waarin het Nederlands en het Frans wettelijk gelijkwaardig zijn),
Art. 4 dat België vier taalgebieden omvat: het Nederlandse taalgebied, het Franse taalgebied, het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en het Duitse taalgebied.
In België hebben de volgendebestuurslagen, territoriale onderdelen waar regels vastgesteld en/of beslissingen worden genomen over bepaalde gebieden en/of hun bewoners, bevoegdheden[48]:
De Belgische grondwet,[49] die op 7 februari 1831 werd aangenomen, werd bij haar ontstaan beschouwd als de meest vooruitstrevende ter wereld. Dit leidde in 1832 tot een veroordeling ervan doorpaus Gregorius XVI.[50] In de tweede helft van de20e eeuw was België verworden tot een in meerdere opzichtenverzuild en verdeeld land, waar politieke leiders onderling formele en informele macht konden verdelen en waar een voedingsbodem ontstond voor schandalen en schandaaltjes.
De Belgische politiek werd opgezadeld met diverse schandalen waarop niet onmiddellijk een afdoend antwoord kon worden geformuleerd: deAgustazaak, deBende van Nijvel, de ontvoering van oud-premierPaul Vanden Boeynants, demoord op André Cools en de zelfmoord vanAlain Van der Biest. Het systematisch falen van de orde- enrechtshandhaving werd erg duidelijk na de arrestatie vanMarc Dutroux en wekte verontwaardiging in heel het land. Reorganisatie van Gerecht en Politie drongen zich op (zie hieronderPolitie).
Federalisering
Het Belgische federalisme is voor niet-ingewijden ingewikkeld en onoverzichtelijk, omdat hetunitaire kenmerken vertoont (gewesten zijn – nog steeds – grotendeels financieel afhankelijk van de federale fiscus) en tegelijkconfederalistische trekken heeft (politici moeten zich – steeds meer – tot een uitsluitend Vlaams of Franstalig kiespubliek richten). Langzamerhand groeide de opinie dat de tweeledige maatschappelijke structuur van België geen unitaire politieke structuur meer verdraagt. België werd daarom steeds verdergedecentraliseerd in een vijftalstaatshervormingen (1970, 1980, 1988–1989, 1993 en 2001–2003), om officieel in1993 een echtebondsstaat te worden, met het zogenaamdebipolair federalisme alsstaatsvorm.
Dit federalisme, met alsarchitectWilfried Martens,loodgieterJean-Luc Dehaene,federalistHugo Schiltz,regionalistGuy Spitaels en decontroversiële politicusJean Gol kenmerkt zich door verschillende overheidslagen, elk met eigen verkozen volksvertegenwoordiging en regering:
Federaal
De federale overheid is bevoegd voor defensie, buitenlandse zaken, economische en monetaire unie, pensioenen, ziekteverzekering... heeft het federaal parlement als wetgevende macht en de federale regering als uitvoerende macht.
Vlaams Gewest (olijfgroen),Waals Gewest (rood),Brussels Hoofdstedelijk Gewest (blauw). De gewesten zijn bevoegd voor aan het grondgebied gerelateerde materies: ruimtelijke ordening, milieu, landbouw, huisvesting, energie, werkgelegenheid, openbare werken en vervoer, economie en buitenlandse handel, toezicht op gemeenten en provincies en ontwikkelingssamenwerking. Elk gewest heeft een parlement als wetgevende macht en een regering als uitvoerende macht.
Nederlandstalig (olijfgroen),Franstalig (rood),Duitstalig (blauw). De gemeenschappen gaan overpersoonsgebonden materies: culturele aangelegenheden, sport, onderwijs, onderzoek, gezondheid, welzijn en taalgebruik. Elke gemeenschap heeft een gemeenschapsraad als wetgevende macht en een gemeenschapsregering als uitvoerende macht.
De Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest hebben een gemeenschappelijk parlement en regering, beide met zetel teBrussel. De Brusselse leden van het Vlaamse Parlement mogen echter niet meestemmen over Vlaamse gewestaangelegenheden.
In Franstalig België ligt het ingewikkelder. De Franstaligen besloten om hun afzonderlijke bestuursorganen, namelijk hetWaals Gewest (zetel teNamen) en deFranse Gemeenschap (zetel teBrussel) gescheiden te houden.
De Duitstalige Gemeenschap heeft haar eigenparlement en regering (zetelEupen).
Het meest gecompliceerd: in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is hetBrussels Hoofdstedelijk Parlement en regering (zetelBrussel) bevoegd voor gewestmateries, en zijn de Vlaamse en Franse gemeenschappen elk bevoegd voor de eigen gemeenschapsmateries, via deVlaamse, respectievelijkFranse Gemeenschapscommissie en hun uitvoerende organen (colleges). Voor zaken die beide gemeenschappen aangaan, is in Brussel deGemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (en college) bevoegd.
Gewesten en gemeenschappen kunnendecreten of (in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest)ordonnanties uitvaardigen die kracht van wet hebben in het eigen gewest of de eigen gemeenschap. Een bijzonder rechtscollege, hetGrondwettelijk Hof, waakt erover dat de wetgeving van de federale regering, de gemeenschappen en gewesten de bevoegdheidsverdeling tussen deze verschillende entiteiten eerbiedigt. Het Grondwettelijk Hof kan wetsbepalingen vernietigen die deze bevoegdheidsverdeling schenden.
Het pijnpunt vormen de financiën. Nu gebeurt er langs het federaal niveau door sociale zekerheid, investeringen, spoorwegen enz. een netto transfer van geld van hetVlaamse gewest naar hetBrusselse gewest en hetWaalse gewest. Bij overheveling van meer bevoegdheden naar de gemeenschappen/gewesten en ook de financiering ervan zou de solidariteit tussen Noord en Zuid in het gedrang komen.
De hoofdstad vanVlaanderen isBrussel, de hoofdstad vanWallonië isNamen. Brussel is ook de hoofdstad van Franstalige Gemeenschap. De hoofdstad van de Duitstalige gemeenschap isEupen.
Parlement van de Franse Gemeenschap (Parlement de la Communauté française de Belgique) (94 leden, namelijk de 75 leden van het Waals Parlement en 19 van de 72 Franstalige leden van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement)
Aan het hoofd van elke provincie staat eengouverneur. De provinciale besturen hebben evenwel weinig gewicht. Hun bestaan wordt soms in vraag gesteld. Een van de taken van de provinciegouverneur is het coördineren van de hulpverlening bij rampen van grote omvang (bijvoorbeeld chemische ongelukken in de havens). Ook het besturen van belangrijke milieuzaken zoals kernenergie behoort tot zijn taken.
Als gevolg van de steeds sterker wordende tegenstellingen tussen Vlamingen en Franstaligen zijn de unitaire partijen in de jaren zestig en zeventig, dus nog voor België een federale staat werd, een voor een uit elkaar gevallen in aparte Vlaamse en Franstalige partijen: christendemocraten (CD&V;cdH), socialisten (Vooruit;PS), liberalen (Open Vld;MR) en groenen (Groen;Ecolo). België is daardoor een federaal land zonder federale politieke partijen, een unicum in de wereld en volgens een groeiend aantal mensen ook een risico voor het voortbestaan van het land.
Door de specifieke manier waarop België werd gefederaliseerd (op basis van taalgroepen), ontstonden er partijen die zich tot slechts één taalgroep richten. Uit hetVlaams-nationalisme zijn, na hetEgmontpact in 1977 en het uiteenvallen van deVolksunie in 2001, de partijenVlaams Blok,N-VA enSpirit voortgekomen.
Toen de vzw's die de organisatie en de financiën van het Vlaams Blok beheerden veroordeeld werden voorracisme, werd de partij omgedoopt tot hetVlaams Belang, dat als uiterst rechts geldt. Vlaams Belang en N-VA streven deonafhankelijkheid van Vlaanderen na en worden daarom alsseparatistisch beschouwd.
De voornaamste Franse taalpartij is hetFDF, dat opkomt voor de belangen van de Franstalige Brusselaars. De partij maakte tot 2011 deel uit van het liberaleMR.
Na de invoering van dekiesdrempel in2003 kwam de trend om versnippering tegen te gaan door vorming vankartels. Zo ontstond sp.a-Spirit (Spirit werd laterSLP en verbrak het kartel in 2008), VLD-Vivant (Vivant is intussen opgegaan in deOpen Vld), CD&V-N-VA (hetVlaams kartel, inmiddels uiteengevallen). Groen! (nu Groen) weigerde in2004 om met sp.a mee in het kartel te stappen. Lijst Dedecker wilde geen gesprek meer met het Vlaams Belang en anderen over de vorming van een rechts front, eenForza Flandria.
Een bijkomende verwikkeling vormt deasymmetrie tussen Vlaanderen en Wallonië. Wallonië heeft een langere industriële geschiedenis, waardoor de socialistische PS er traditioneel sterker staat dan de Vlaamse socialisten van de sp.a. Vlaanderen kent een traditie van landbouw en katholicisme, waardoor de CD&V veel sterker is dan haar Franstalige zusterpartij cdH.
Het Belgisch leger is een beroepsleger: de dienstplicht is afgeschaft. Het leger bestaat uit de Landcomponent, Luchtcomponent, Marinecomponent en de Medische component. De Marine legt zich vooral toe op mijnenvegen. De Luchtmacht bezitF-16 gevechtsvliegtuigen, transportvliegtuigen (C-130, geleasedeAirbus) en helikopters (NH90,Agusta A109,Alouette III) en UAV (B-hunter). Het Landleger beschikte overLeopard tanks. De Medische afdeling is gespecialiseerd in behandeling van brandwonden, vooral in het militair hospitaal vanNeder-Over-Heembeek. De elite-eenheid zijn deparacommando's, die een aantal keren actief waren inCongo. Het Belgisch leger is ingepast in deNAVO en heeft deelgenomen aan operaties inBosnië,Kosovo,Libanon enAfghanistan. Belgische paracommando's werden ontwapend en vermoord tijdens hun inzet als blauwhelm inRwanda.
Sedert de politiehervorming die in België werd doorgevoerd (wet van 7 december 1998) bestaat er nog maar één politiedienst, namelijk een "geïntegreerde politie gestructureerd op twee niveaus". Die twee niveaus bestaan uit eenfederale politie en eenlokale politie, die onderling communiceren via welbepaalde kanalen. De vroegerepolitiediensten (gemeentepolitie, gerechtelijke politie, rijkswacht, ...) werden afgeschaft. Dit was een gevolg van de zaak overMarc Dutroux die (jonge) meisjesontvoerde enverkrachtte, waarbij de toen nog versnipperde politiediensten weinig efficiënt bleken.
Verschillende Belgen vervullen een belangrijke functie binnen de Europese instituten.Herman Van Rompuy werd in 2010 de allereerste Permanentevoorzitter van de Europese Raad of President van deEuropese Raad (van regeringsleiders en staatshoofden). Op hetzelfde moment wasKarel de Gucht EU-Commissaris voor Handel,Wilfried Martens voorzitter van deEuropese Volkspartij (een functie die hij van 1990 tot 2013 vervulde),Annemie Neyts voorzitter van de Europese LiberalenELDR (van 2005 tot 2011),Guy Verhofstadt fractieleider van de Liberalen in het Europees parlement (van 2009 tot 2019) enIsabelle Durant ondervoorzitter van het Europees Parlement (van 2009 tot 2014).
Economie
Grootte van de Belgische export volgens sector, 2019Staalindustrie bijLuik
De economie van België is gebaseerd op diensten, vervoer en handel. Het belang van de industrie neemt steeds meer af. Demijnbouw is met de sluiting van laatste mijn, in1991, beëindigd. De productie vanstaal, chemische producten encement waren traditioneel geconcentreerd in de valleien vanSamber enMaas, in deBorinage rondBergen,Charleroi,Namen enLuik en in hetKempens Steenkolenbekken. Luik en Charleroi zijn nog steeds staalcentra, maar de nieuwere metaalbedrijven zijn vooral ingeplant rond de havenstedenAntwerpen,Gent enBrugge. De chemische producten omvattenmeststoffen,kleurstoffen,geneesmiddelen enplastieken; de petrochemische industrie is geconcentreerd dicht bij deolieraffinaderijen van Antwerpen.
De Belgische industrie hangt af van deinvoer voor zijn grondstoffen. Het meeste ijzer kwam uit het bassin vanLotharingen inFrankrijk, terwijl de non-ferro metaalproducten van uit de koloniën ingevoerde grondstoffen worden gemaakt, waaronderzink,koper,lood entin.
België heeft veel vruchtbare en goed bewaterde grond, hoewel de landbouw een steeds kleiner percentage arbeidskrachten vertegenwoordigt. De belangrijkste gewassen zijnmaïs,tarwe,haver,rogge,gerst,suikerbieten,aardappels envlas.Rundvee envarkens evenals dezuivelproductie (vooral in Vlaanderen) zijn ook belangrijk. Het verwerkte voedsel omvatsuiker vooral teTienen,kaas en andere zuivelproducten;bier onder meer teLeuven en andere dranken worden ook vervaardigd.
Belangrijker dan landbouw is wellicht intensievetuinbouw enfruitteelt, ook voor export, zowel in serres, ooit begonnen in het glazen dorpHoeilaart, als in volle grond:witlof,spruiten,asperges,sla,tomaat,aardbeien en dies meer. Zo spreekt men in het Engels van "Brussels sprouts" en van "Belgian endives" en kent men in het Duits "Brüsseler". De veilingen vanSint-Katelijne-Waver en vanHoogstraten zijn internationaal bekend. Ook hier speelt het wegennet een belangrijke rol om de geveilde waren snel naar de verbruikers te vervoeren.
De munteenheid is sinds 1 januari 2002 de gemeenschappelijke Europese munteuro (EUR) het enige wettelijke betaalmiddel. Voordien was dit deBelgische frank (BEF). Deze was reeds sinds 1 januari 1999 gekoppeld aan de gemeenschappelijke Europese munt. (1 euro = 40,3399 BEF) Van 1926 tot 1946 is er ook als munt de Belga geweest, die een waarde had van vijf BEF. Deze benaming was niet populair en werd in 1946 afgeschaft.
België produceerde 15 miljoenton olie-equivalent (Mtoe) in 2016, 74% waskernenergie, 20% warenbiobrandstoffen enafval. (1Mtoe = 11,63 TWh, miljard kilowattuur.) Deze productie binnen de landsgrenzen was niet genoeg om de nationale energievoorziening te dekken, het TPES (Total Primary Energy Supply): 57 Mtoe. Het land importeerde 49 Mtoe fossiele brandstof meer dan het exporteerde.
Van de energie ging ongeveer 14 Mtoe verloren bij conversie, vooral bij elektriciteitsopwekking met kernenergie. 8 Mtoe werd gebruikt voor niet-energetische producten zoals smeermiddelen, asfalt enpetrochemicaliën. Voor eindgebruikers resteerde 34 Mtoe waarvan 7 Mtoe = 80 TWh elektriciteit.
De uitstoot vankooldioxide was 92 megaton, dat is 8,4 ton per persoon. Het wereldgemiddelde was 4,4 ton per persoon.
In de periode 2012–2016 veranderde het eindgebruik weinig. De met zon en wind opgewekte elektriciteit steeg 74% en leverde 10% van alle elektriciteit aan eindgebruikers in 2016.[51]
België is een internationaal knooppunt voor goederen- en personenvervoer, met een uitgebreid wegennet vanautosnelwegen enexpreswegen. Hetspoorwegennet wordt geëxploiteerd door deNationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS). De eerste trein op het Europese vasteland reed in 1835 van Mechelen naar Brussel. De belangrijkste andere maatschappijen vooropenbaar vervoer zijn de Vlaamse vervoersmaatschappijDe Lijn, de BrusselseMIVB en de WaalseTEC. Die drie netten sluiten nauwelijks op elkaar aan, zodat versnippering ook hier de efficiëntie niet ten goede komt.
Dehaven van Antwerpen is opRotterdam na de grootste van Europa. Er bevindt zich onder meer het op een na grootste petrochemisch complex ter wereld, na dat inHouston. Ook dehaven van Brugge-Zeebrugge en dehaven van Gent zijn belangrijke goederenhavens. Zeebrugge geldt als 's lands grootste passagiershaven, Europa's belangrijksteroro- enaardgashaven en 's werelds belangrijksteautohaven. Daarnaast heeft ook dehaven van Oostende een aanzienlijke betekenis als rorohaven. Zeebrugge is de belangrijkste Belgischevissershaven, gevolgd door Oostende en Nieuwpoort. Brussel en Luik hebben belangrijkebinnenhavens.
HetWorld Economic Forum (WEF) stelde in 2017 dat de wegen in België in zo'n slechte staat zijn dat deze de economie afremmen. In hetWorld Competitiveness Report berekende het WEF de mate waarin een land competitief is ten opzichte van andere landen. Voor de kwaliteit van wegen kwam België op de 46ste plaats uit met een cijfer van 4,5 uit 7.[52] Ook de slechte staat van het niet aan elkaar sluitende openbaar vervoer (trein, tram, bus) wordt hierbij gerekend.
De uitgifte van deBelgische postzegels en het briefverkeer in België wordt verzorgd doorbpost. De eerste postzegel werd uitgegeven in 1849.
De Nederlandstalige en Franstalige openbare omroepen zijn gevestigd te Brussel in hetzelfde complex aan de Reyerslaan. Voor de Nederlandstaligen is dat deVRT: Vlaamse Radio en Televisie. Voor de Franstaligen is dat deRadio-Télévision belge de la Communauté française (RTBF). (Bemerk de verwijzing naar België in de Franstalige benaming en de afwezigheid ervan in de Vlaamse benaming.) Daarnaast zijn er commerciële tv-stations alsVTM enPlay4 aan de Vlaamse kant enRTL aan de Franstalige kant. De openbare omroepen zenden elk verschillende radioprogramma's uit en krijgen steeds meer concurrentie van privézenders. Daarnaast zijn er erkende vrije radio's. De regeling daarvan gebeurt per taalgemeenschap, wat rond Brussel voor problemen zorgt, omdat sommige FM-programma's van de ene taalgroep die van de andere taalgroep met een groter vermogen verdringen.
Er bestaan tientallen kranten en tijdschriften in de drie talen. Er zijn tien Vlaamse kranten waarvan die met de grootste oplage die vanHet Laatste Nieuws is. Er verschijnen achttien Franstalige kranten, waarvan het BrusselseLe Soir in 2021 de grootste was.[53] Voor de Duitstalige gemeenschap is erGrenz-Echo.
De kust trekt badgasten voor het strand, de zee en fietstochten. InLimburg werd in 2006 het eerste VlaamseNationaal Park geopend, door steeds meer toeristen ontdekt als fiets- en wandelgebied. Hetfietsroutenetwerk is een concept dat hier is ontstaan na de mijnsluitingen. De Ardennen lokken toeristen voor wandeltochten, rotsbeklimmen en afdalingen van bergstromen met kajaks en in de winter langlaufen. Ook descheepsliften bij La Louvière zijn werelderfgoed, net als de neolithischevuursteenmijnen vanSpiennes. Bekende Belgische folklore, zoals deGilles vanBinche, hetRos Beiaard vanDendermonde, deHeilig Bloedprocessie van Brugge of deOmmegang van reuzen te Antwerpen, trekt ook veel toeristen.Spa is in het Engels synoniem voor kuuroord.
In 2018 werd het land door ruim 17,5 miljoen toeristen bezocht. Zij waren samen goed voor 41.320.284 overnachtingen, waarvan de helft binnenlands toerisme.[54]
Hetonderwijs behoort sedert 1980 tot de bevoegdheid van de gemeenschappen. Op enkele uitzonderingen na zijn er dus geen "Belgische" scholen meer, maar wel Nederlandstalige, Franstalige, of Duitstalige. Het onderwijs is ingedeeld inonderwijsnetten:
officieel onderwijs, georganiseerd door de burgerlijke overheid (gemeenschappen, de provincies en de gemeenten) en
vrij onderwijs, georganiseerd door particuliere organisaties, maar wel erkend en gesubsidieerd door de staat. Hetkatholieke net is daarbij het grootst.
De grootste universiteit is deKatholieke Universiteit Leuven. Ze bestaat sinds1425 en is daarmee de oudste van de Nederlanden. Daarnaast bestaan er Nederlandstalige universiteiten te Gent, Brussel, Antwerpen, Kortrijk en Hasselt, waar met Maastricht aan een transnationale universiteit wordt gewerkt. De Franstalige universiteiten liggen in Louvain-la-Neuve, Luik, Brussel, Bergen en Namen. De universiteiten van Leuven en Louvain-la-Neuve zijn katholiek en ook te Brussel bestond er eenKatholieke Universiteit Brussel (inmiddels opgenomen in de KU Leuven) naast tweevrijzinnige universiteiten: de NederlandstaligeVrije Universiteit Brussel en de FranstaligeUniversité Libre de Bruxelles. Het onderwijslandschap is door opdeling in taal, levensbeschouwing en organisatie dus meer versnipperd dan in andere landen. In Antwerpen werden in 2003 een katholieke, stedelijke en rijksinstelling samengevoegd tot één instelling:Universiteit Antwerpen.
De Belgische eetcultuur ontwikkelde zich in debourgondische levenshouding. Het schilderijDe Boerenbruiloft vanPieter Bruegel de Oude beeldt dit uit. In het buitenland zijn defrieten vooral miskend als een Belgische uitvinding (men noemt het vaakfrench fries). Streekgerechten die het tot de internationale keuken hebben geschopt zijn wildgerechten zoals everzwijn, hert of terrines, Mechelse koekoek of Mechelse kapoenen, konijn met pruimen, mosselen, maar ook Gentsewaterzooi en zijn visvariantOstendaise dragen bij aan de reputatie van de Belgische keuken.[56] Andere typische Belgische gerechten zijnstoofvlees,paling in 't groen,hutsepot enbloedworst met appelmoes, alsook de enorme variëteit aan charcuterie, koude vleeswaren.
De Belgische keuken is een burgerlijke variant op deFranse keuken. In 2007 waren er twee restaurants met drieMichelinsterren, tien met twee sterren en 89 met één ster.
België heeft meer dan 365 verschillende bieren. MetInBev is de grootste brouwerijgroep ter wereld Belgisch.
België is bekend om zijnchocolade, met namepralines ("Belgische bonbons"). Jean Neuhaus vervaardigde in 1912 de eerste praline, en zijn merkNeuhaus bestaat nu nog, naast onder meerLeonidas enGodiva. In het begin van de 20e eeuw was er vanuitBelgisch-Congo kwalitatief goede aanvoer vancacao en de verwerkingsnijverheid kon zich technisch verfijnen. Het grootste deel (meer dan 90%[bron?]) van de in België geproduceerde chocolade bestaat uit kwaliteitschocolade met cacaoboter zonder toevoeging van andere (plantaardige of dierlijke) vetten. Naast de eerder genoemde chocolatiers, zijn er ook een heleboel artisanale chocolatiers die zeer hoogstaande producten afleveren[bron?], sommigen vervaardigen enkel chocoladeproducten (poppetjes en pralines), anderen hebben een beperkter productie die zij integreren in de rest van hun aanbod, als bakker-patissier, als restaurateur en dergelijke meer.
Milieu
Het leefmilieu in België staat onder druk door de hoge bevolkingsdichtheid. Het land is met zijn autosnelwegen een draaischijf (transport langs het water, over de wegen en een druk luchtverkeer).Lintbebouwing is een erfenis van de gewoonte in het verleden om in Vlaanderen huizen langs alle steenwegen te bouwen in plaats van de dorpskernen uit te breiden. Er issuburbanisatie en door de aanleg van expreswegen raakten natuurgebieden meer en meer versnipperd.
Waterkwaliteit
Vooral in Antwerpen en Brussel laat de waterkwaliteit[57] in de rivieren te wensen over. Toch is er vooruitgang. De kwaliteit van hetZennewater[58] ten zuiden van Brussel is sinds 2000 aanzienlijk verbeterd (bron:Natuurpunt) sinds tweerioolwaterzuiveringsinstallaties,[59] Brussel-Noord en Brussel-Zuid, werden geactiveerd nadat België door Europa in gebreke werd gesteld. Omdat de waterkwaliteit van de Zenne al in de 19e eeuw zo slecht was dat de rivier een gevaar voor de volksgezondheid betekende, werd besloten om de Zenne tijdens zijn loop door Brussel teoverwelven. Tot de ingebruikname van de nieuwe waterzuiveringsstations in de vroege 21e eeuw stroomde het afvalwater van de stad Brussel ongezuiverd in de Zenne en daarna door het Vlaams Gewest via deRupel en deSchelde. De Zenne is de enige rivier die door drie gewesten stroomt en een deel van de problematiek vindt daar zijn oorzaak. Alhoewel deLeie in de jaren 1990 nog sterk vervuild was en nauwelijks vis bevatte, is er nu een positieve kentering waar te nemen. In 2007 kon op alle plaatsen langs de Leie weer vis gevangen worden. Het water in Limburg is na de aanpak van de waterzuivering vaak van goede kwaliteit, maar in Wallonië is de waterkwaliteit van de Maas nog steeds een heikel punt. Sporadisch komt er industriële vervuiling voor, waardoor de drinkwatervoorziening van Antwerpen langs hetAlbertkanaal in het gedrang komt.
Luchtkwaliteit
Gemiddelde concentratiefijnstof (PM10) in België in 2006
De lucht rond Kortrijk-Roeselare, Antwerpen, Brussel, Brugge-Zeebrugge, Luik, Charleroi en de Gentse Kanaalzone is even verontreinigd als in hetRuhrgebied in Duitsland. Het massale autoverkeer en de landbouw zorgen voor te hoge concentraties fijn stof en ozon in de lucht, vooral bij warm weer in de zomer en bij inversie in de winter. Rond Antwerpen bevindt zich een van de grootste concentraties van petrochemische industrie ter wereld. Ten noorden van Gent, vooral door de staalindustrie, bevat de lucht een grote hoeveelheid kankerverwekkende stoffen en fijn stof. In de rest van België, vooral in Wallonië (behalve dan de gebieden rond Luik en Charleroi, waar staalindustrie en cementovens ingeplant zijn), is het beter gesteld met de lucht doordat daar grotendeels bossen en landbouwvelden liggen. Het huishoudelijk afval van het Brussels gewest werd jarenlang verbrand in deafvalverbrandingsinstallatie vanNeder-Over-Heembeek volgens minder strenge normen dan geldig in Vlaanderen (VLAREM), hoewel de rookgassen bij de overheersende wind naar het Vlaams gewest dreven. Ook dit is pas na tussenkomst van Europa verbeterd.
Bodemverontreiniging
Op meerdere plaatsen is de bodem verontreinigd door de industrie (blackpoints). Maar ondanks deze vervuiling is dit een van de betere punten in België op gebied van het milieu. Het is minder goed gesteld in andere landen in Europa zoals Nederland (vanwege industrie en bemesting).[bron?] Vooral in West-Vlaanderen ligt hetnitraatgehalte van het grondwater hoog door intensievevarkensteelt voor export. De verschillendemestactieplannen bleven in praktijk deelsdode letter. RondOverpelt is er een historische grondvervuiling met zware metalen alscadmium vanwege de vroegere activiteiten vannon-ferro industrie vanUnion Minière. Zo ook inHoboken ten zuiden van Antwerpen: vervuiling metlood. TeKapelle-op-den-Bos bestaat ook historische vervuiling[60] metasbest vanEternit. RondGenk is er vervuiling met onder meernikkel vanArcelorMittal.TeMol bestaat radioactieve vervuiling van luchtgekoelde experimentele kernreactors en bijDessel[61] bestaat vervuiling van opslag van lekkende vaten radioactief afval. RondTessenderlo is er vervuiling door lozingen vanTessenderlo Chemie in deNete.
Geluidshinder
Met de drukke menselijke activiteit vormt ook lawaai een pijnpunt. Een typisch voorbeeld vormtBrussels Airport teZaventem. De Vlaamse, Brusselse en Waalse instanties leggen verschillende geluidsnormen op, om de hinder van vooral nachtvluchten van vooralDHL naar de andere gewesten te verplaatsen.
Nationale parken, natuurparken en landschapsparken
↑ab(fr)Jean-Paul Savignac,Dictionnaire français-gaulois, Paris, uitg. La Différence, 2004, p. 131.
↑ab(en)Peter E. Busse en John T. Koch, „Belgae", in:John T. Koch,Celtic Culture: A Historical Encyclopedia, Santa Barbara, Californië, uitg. ABC-CLIO, 2006, p. 198.
Grondwet van het Koninkrijk België (staatsinrichting, artikel 2 over gewesten, artikel 3 over gemeenschappen, artikel 162 over provincies en gemeenten)