Bij de volkstelling van 2020 had de stad zelf 18.960.744, de gehele stadsprovincie had 21.893.095 inwoners.[1] Het is een van degrootste steden ter wereld, in China isShanghai echter groter. Peking wordt gezien als het belangrijkste centrum voor bestuur, onderwijs en cultuur. Daarnaast is het een belangrijk knooppunt voor verschillende vormen van vervoer met vele spoorwegen en snelwegen.
Samen metChongqing, Shanghai enTianjin is Peking een van de vier Chinesestadsprovincies die dezelfde status hebben als een Chineseprovincie. De stadsprovincie Peking wordt geheel omgeven door deprovincie Hebei, behalve in het zuidoosten, waar Peking grenst aan de stadsprovincieTianjin.
In Oost-Azië bestaat de traditie dat hoofdsteden de aanduiding 'hoofdstad' in hun naam dragen. In lijn daarmee betekent Beijing (北京) noordelijke hoofdstad (北 (běi) = noorden; 京 (jīng) = hoofdstad), in tegenstelling totNanjing (南京), dat zuidelijke hoofdstad betekent. Andere voorbeelden zijn de namenTokio en Tonkin, het huidigeHanoi, die beideoostelijke hoofdstad betekenen.Kioto (京都) enGyeongseong (京城; het huidigeSeoel) betekenen beide simpelweg hoofdstad.
In China heeft de stad vele namen gehad.Tussen 1928 en 1949 gebruikte de regering van deKwomintang Nanjing als hoofdstad en werd Peking aangeduid als Beiping, destijds meestalgetranslitereerd als Peiping. (Chinees: 北平;Pinyin:Běipíng;Wade-Giles: Pei-p'ing). Letterlijk betekent dit Noordelijke Vrede; zie het kopjeGeschiedenis voor de achtergronden.
In 1949 werd de naam Beijing hersteld door deCommunistische Partij van China om aan te geven dat de stad weer de hoofdstad van China was. De regering van deRepubliek China op het eilandTaiwan heeft dit formeel nooit erkend, omdat zij zich zag als de legitieme vertegenwoordiger van heel China. Tot diep in de twintigste eeuw was het heel gebruikelijk dat er in Taiwan gesproken werd over Beiping.
De naam Peking vindt zijn oorsprong bij een groep Franse missionarissen in het begin van de zeventiende eeuw: het is de naam voor de hoofdstad in de taal Yue (Kantonees). Het correspondeert met een archaïsche uitspraak die geen rekening houdt met de klankverandering vank naarj inMandarijn, die optrad gedurende deQing-dynastie. In deNederlandse taal is Peking de officiële en meest gebruikte naam voor deze stad, maar vooral in Nederland neemt het gebruik van de naam Beijing toe.[2]
Peking werd doorMarco Polo aangeduid met Cambaluc (Khanbalik).
Er waren al steden in de buurt van Peking in het eerste millennium v.Chr. De hoofdstad van de staat Yan (燕), een van de machten tijdens dePeriode van de Strijdende Staten, werd gesticht te Ji (T: 薊 / S: 蓟), nabij het moderne Peking. Ji wordt vaak gezien als het begin van Peking, maar voor de zesde eeuw werd de stad verlaten. De exacte locatie van de stad is tot op heden onbekend, hoewel er veel moeite is gestoken in het vinden van de plaats.
Gedurende deSui- enTang-dynastieën, bestonden er enkele kleine nederzettingen in de buurt van het huidige Peking. Vele oude dichters kwamen hierheen om te rouwen om het verlies van Ji.
In 936, tijdens deLate Jin-dynastie (regeerperiode 936-947) stond de dynastie een deel van Noord-China (inclusief een groot deel van de noordelijke grens en het huidige Peking) af aan deKhitanLiao-dynastie. In 938 zette deze dynastie een tweede hoofdstad op in wat nu Peking is. In 1125 annexeerden deJurchen het gebied. De hoofdstad van deJin-dynastie werd in 1153 verplaatst naar de voormalige hoofdstad van de Liao, waarbij de naam werd gewijzigd in Zhongdu (中都), of de centrale hoofdstad.
Mongoolse troepen brandden de stad Zhongdu tot de grond toe af in 1215 en herbouwden op deze plek hun grote hoofdstad, Dadu (大都, Wade-Giles: Ta-tu), in 1267, wat het begin is van het huidige Peking. De Mongoolse heerser,Koeblai Khan, die keizer van China wilde worden, vestigde in Dadu, dat dicht tegen zijn machtsbasis inMongolië lag, zijn hoofdstad. Dadu was gelegen ten noorden van het moderne Peking. Het centrum lag bij het noordelijke stuk van de tweede ringweg, en strekte zich in noordelijke richting uit naar de derde en vierde ringweg. Resten van de stadsmuur uit de Mongoolse tijd staan nu nog overeind.
Cambaluc of Chan-Balik (Stad van de Heerser;汗八力) is de naam waar het huidige Peking onder bekendstond tijdens de Mongoolse overheersing vanChina. Veroverd in 1215 doorDzjengis Khan, werd het in 1284 doorKoeblai Khan tot hoofdstad van het rijk gemaakt en bleef dat tot 1368, toen deMongolen verdreven werden door deMing-dynastie.
De stad stond in hetChinees bekend als Dadu, de Grote Hoofdstad, en is beschreven doorMarco Polo. Het was toen een van de grootste steden ter wereld, met vermoedelijk een paar miljoen inwoners. Cambaluc of Cambalu is de westerse verbastering van de oorspronkelijke Mongoolse naam die inMongolië nog steeds voor Peking gebruikt wordt. In 1307 werd het eenbisschopszetel.
In 1403 verplaatste de derde Ming-keizerYongle (朱棣) de hoofdstad van Nanjing naar Peking. Hij gaf de stad ook zijn huidige naam. De huidige vorm van de binnenstad werd eveneens gelegd door deMing-dynastie. De stadsmuur uit het Ming-tijdperk liep op de plaats wat nu de tweede ringweg is.
Ligging van de Verboden stad in het vroegere Peking
DeVerboden Stad (Zijin Cheng) werd gebouwd tussen 1406 en 1420, gevolgd door deHemeltempel (1420) en verscheidene andere bouwwerken.Tiananmen (Poort van de Hemelse Vrede), wat het staatssymbool van de Volksrepubliek is, brandde tot twee keer toe af. De laatste keer werd het herbouwd in 1651.
Peking bleef de hoofdstad van het Keizerrijk China, ook nadat deMantsjoes de Ming-dynastie omver geworpen hadden en hun eigenQing-dynastie stichtten.
Na de revolutie in 1911, gericht om hetfeodale keizerrijk om te vormen tot eenrepubliek, zou oorspronkelijk de hoofdstad worden verplaatst naar Nanjing. Nadat de hoge Qing-officierYuan Shikai de laatste Qing-keizer (Pu Yi) tot aftreden had gedwongen, en hiermee het succes van de revolutie had verzekerd, accepteerden de revolutionairen in Nanjing dat hij president van de Republiek China werd, en dat de hoofdstad Peking zou blijven.
De staatsman Yuan consolideerde meer en meer macht, wat in 1915 uitmondde in een kortstondig nieuw keizerrijk onder zijn leiding. Deze gebeurtenis was erg impopulair. Zijn bewind viel echter met zijn dood in 1916. Hierna grepen in China de krijgsheren de macht en vochten onderling verschillende oorlogen uit die ook Peking bedreigden.
Na het succes van de Noordelijke expeditie door de Kwomintang, waarbij de noordelijke krijgsheren werden gepacificeerd, werd Nanjing in 1928 officieel de hoofdstad van deRepubliek China, waarmee de naam Beijing werd veranderd in Beiping.
Op 31 januari 1949, tijdens deChinese Burgeroorlog, veroverden de Communistische strijdkrachten Beiping zonder gevechten de stad. Op 1 oktober van dat jaar riep de Communistische Partij van China, onder leiding vanMao Zedong, de Volksrepubliek China uit vanaf de Poort van de Hemelse Vrede (Tiananmen). Enkele dagen daarvoor was Beiping gekozen tot hoofdstad, waarmee de oude naam Beijing (Peking) in ere werd hersteld.
Peking kent een warm landklimaat met korte maar ijzige winters. Dat komt mede doordat er koude winden uit Siberië overwaaien. De lente begint er vroeg en een hete zomer met uitschieters boven de 40°c is geen uitzondering.
Deze 18 bestuurlijke gebieden worden nog verder onderverdeeld in 273 administratieve eenheden opgemeente niveau: (119grote gemeentes, 24 gemeentes, 5 etnische gemeentes en 125 subdistricten.
Hutongs (胡同), wat letterlijk steegjes betekent, zijn opgebouwd uitsiheyuans (四合院). Eensiheyuan is een gebouwencomplex van vier gebouwen (woningen met meerdere gezinnen, werkplaatsen en winkeltjes) rond een centraal pleintje, omgeven door een muur. De wegen in eenhutong zijn vaak oost-west aangelegd, zodat de deuren in een noord-zuidrichting geplaatst kunnen worden. Deze bouwwijze komt voort uit de filosofieFeng Shui en is ook toegepast bij de bouw van deVerboden Stad.
Vroeger waren ze talrijk, maar desiheyuans enhutongs verdwijnen in een hoog tempo. De vrijgekomen grond wordt volgebouwd met hoogbouw. De inwoners van de steegjes wordt vervangende woonruimte geboden in appartementencomplexen, minimaal het aantal vierkante meters dat de oude woning groot geweest is. Velen klagen echter dat de traditionele gemeenschapszin van dehutong in deze grote complexen verdwijnt. Met het oog op de Olympische Zomerspelen van 2008 werden deze oude en gezichtsbepalende buurten afgebroken of verborgen achter muren, de regering vond dehutongs een schande voor Peking. Er blijven er wel enkele (2 tot 3)hutongs over om te dienen als openluchtmuseum. Zo werd bijvoorbeeld dehutong inNanchizi gespaard. Toeristen worden met eenriksja langs de overgeblevenhutongs gevoerd.
De bevolking van de gemeente Peking bedraagt 21,54 miljoen inwoners volgens de census van 2018. Bij de cijfers van 2000 ging het nog om bijna 15 miljoen legale en een onbekend aantal illegale bewoners, schattingen van lokale deskundigen liepen toen nog uiteen van 16 tot 18 miljoen inwoners. De definitie van inwoner van Peking wordt gerelateerd aan mensen die zes of meer maanden per jaar legaal in Peking wonen. In de stedelijke gebieden woonden in 2000 12 miljoen mensen, de rest woont op het platteland. Er waren toen 11,6 miljoen permanente vestigingsvergunningen (hukou) door de overheid verstrekt. De rest van de legale inwoners heeft tijdelijke vestigingspapieren.
Meer dan 95% van de bevolking van Peking wordt gevormd doorHan-Chinezen. Kleinere groepen vanMantsjoes,Hui enMongolen wonen in Peking. Recentelijk zijn grote groepen buitenlandse arbeiders uitZuid-Korea in Peking gaan wonen, voornamelijk voor handel en studie. Het merendeel woont in de buurten Wangjing en Wudaokou. Er bestaat in Peking eenTibetaanse school voor mensen metTibetaanse afstamming.
HetBeijinghua wordt het meest gesproken in het stedelijk gebied van Peking. Het is de basis voor de standaardtaal van China: hetStandaardmandarijn. Hoewel het dialect van Peking en het Standaardmandarijn veel op elkaar lijken, zijn er toch duidelijke verschillen die voor Chinezen makkelijk herkenbaar zijn.
Ondanks het roerige bestaan van Peking in de negentiende en twintigste eeuw — inclusief schade veroorzaakt door deTweede Opiumoorlog, deTweede Chinees-Japanse Oorlog, deCulturele Revolutie en de recente urbanisatie en afbraak van dehutongs — heeft Peking nog vele toeristische attracties die rijk aan historie zijn.
In 1987 werd deVerboden Stad samen met hetPaleis van Mukden inShenyang als werelderfgoed erkend. De Verboden Stad, de zetel van de oppermacht gedurende meer dan vijf eeuwen (1416-1911), met zijn aangelegde tuinen en vele gebouwen (waarvan de bijna 10.000 kamers meubels en kunstwerken bevatten), vormt een onschatbare getuigenis van de Chinese beschaving tijdens de Ming- en Qing-dynastieën. Het keizerlijk paleis van de Qing-dynastie in Shenyang bestaat uit 114 gebouwen die tussen 1625-26 en 1783 zijn gebouwd. Het bevat een belangrijke bibliotheek en getuigt van de oprichting van de laatste dynastie die over China regeerde, voordat deze haar macht uitbreidde naar het centrum van het land en de hoofdstad naar Peking verplaatste. Dit paleis werd vervolgens een hulpgebouw van het keizerlijk paleis in Peking. Dit opmerkelijke architecturale bouwwerk biedt een belangrijke historische getuigenis van de geschiedenis van de Qing-dynastie en van de culturele tradities van de Mantsjoe en andere stammen in het noorden van China.
DeTempel van de Hemel werd in 1998 als werelderfgoed erkend. De Tempel van de Hemel, gesticht in de eerste helft van de 15e eeuw, is een waardig complex van mooie cultusgebouwen in tuinen en omgeven door historische dennenbossen. In zijn algemene lay-out en die van zijn individuele gebouwen symboliseert het de relatie tussen de aarde en de hemel – de mensenwereld en de wereld van God – die de kern vormt van de Chinese kosmogonie, en ook de speciale rol die de keizers binnen die relatie speelden.
De centrale van noord naar zuid zoals deze in 1959 nog duidelijker te zien was
In 2024 tijdens de46e sessie van deCommissie voor het Werelderfgoed volgde een nieuwe erkenning van een werelderfgoedsite ingeschreven als"Centrale as van Beijing: een gebouwenensemble dat de ideale orde van de Chinese hoofdstad verbeeldt". In deze erkenning werd de nadruk gelegd op de centrale as die van noord naar zuid loopt door het hart van het historische Peking en bestaat uit voormalige keizerlijke paleizen en tuinen, offerbouwwerken en ceremoniële en openbare gebouwen. Samen getuigen ze van de evolutie van de stad en getuigen ze van het keizerlijke dynastieke systeem en de stedenbouwkundige tradities van China. De locatie, lay-out, het stedelijke patroon, de wegen en het ontwerp tonen de ideale hoofdstad zoals voorgeschreven in de Kaogongji, een oude tekst die bekend staat als het Boek van Diverse Ambachten. Het gebied, tussen twee parallelle rivieren, is al ongeveer 3.000 jaar bewoond, maar de centrale as zelf is ontstaan tijdens deYuan-dynastie (1271-1368) die zijn hoofdstad, Dadu, in het noordelijke deel vestigde. Het pand beschikt ook over latere historische bouwwerken gebouwd tijdens deMing-dynastie (1368-1644) en verbeterd tijdens deQing-dynastie (1636-1912). De as wordt gevormd door de Gulou toren en de Zhonglou toren, de Wanningbrug, de Kolenheuvel in hetJingshanpark, deVerboden Stad, het altaar van land en graan, deTaimiao, Duanmen, de Tiananmenpoort, de buitenste Jinshuibruggen, hetTiananmenplein, Zhengyangmen, deTempel van de Hemel, het altaar van God en landbouw, de archeologische sites van de zuidelijke sectieweg en de Yongdingmenpoort.
Getalenteerde kinderen mogen al op jeugdige leeftijd extra lessen krijgen in hetKinderpaleis. Ze komen hier na school, ook in de weekends. Er wordt les gegeven in muziek (zang, viool), ballet, toneel, kalligraferen, tekenen, schilderen, sport en diverse technische vakken. Er is ook een Kinderpaleis inShanghai.
Thee speelt net als de rest van China in Peking een belangrijke rol. Thee heeft veel positieve eigenschappen voor de gezondheid. In Peking bevinden zich veeltheehuizen, waar verschillende soorten thee kunnen worden gedronken, op de traditionele manier bereid.
Gerechten worden in Peking volgens de Mandarijnse keuken bereid.Pekingeend is een lokaal beroemd gerecht, dat over de gehele wereld in Chinese restaurants kan worden gegeten. Een ander bekend gerecht is hetManhan Quanxi, Mantsjoe-Han-chinees banket, wat een traditioneel banket is van de Mantsjoekeizers van deQing-dynastie. Het blijft copieus en duur.
Grote bedrijven vestigen ook hun buitenlandse werknemers in Peking. Zij leven vooral in het stedelijk gebied in het noorden, noordoosten en oosten. Het zuiden en zuidwesten van Peking zijn veel minder bewoond.
Ten tijde van de vorming van de Volksrepubliek bestond Peking alleen uit het stadscentrum en enkele voorsteden in onmiddellijke nabijheid van de stad. Het stadscentrum was verdeeld in vele kleine districten. Dit gebied ligt geheel binnen de Tweede ringweg van Peking en de Derde ringweg van Peking. Sindsdien zijn veel districten buiten de stad door de gemeente Peking geannexeerd, zodat de stad zo groot is als tegenwoordig.
Het stadscentrum van Peking is erg uitgebreid na de economische hervormingen, die onder leiding vanDeng Xiaoping zijn doorgevoerd. Het oorspronkelijke stedelijk gebied van Peking strekt zich nu uit tot de Vijfde ringweg van Peking.
In en rond het gebied Guomao is het zakendistrict Peking CBD ontwikkeld. De Peking Financial Street is een omvangrijk financieel centrum. Wangfujing en Xidan zijn uitgegroeid tot bloeiende winkelgebieden, terwijl Zhongguancun een belangrijk fabricagecentrum is van elektronica.
De expansie van Peking heeft ook problemen naar voren gebracht, zoals urbanisatie, veel verkeer, slechteluchtkwaliteit, verlies aan historische buurten en immigratie uit armere delen van China. Begin 2005 werd er echter een plan aangenomen om de ongebreidelde uitbreiding van Peking in alle richtingen te stoppen. Gedacht wordt aan inbreilocaties net buiten het stadscentrum.
Met de groei van de stad door de economische hervormingen van Deng Xiaoping, is Peking uitgegroeid tot hét verkeersknooppunt van China. In en rond de stad zijn 5 ringwegen (genummerd van 2 tot en met 6; ringweg 1 bestaat niet meer), 9autosnelwegen en stadssnelwegen, 11nationale wegen, 7 spoorroutes en een internationaal vliegveld aangelegd.
Peking is een van de grootste knooppunten van de Chinese spoorwegen. Vanuit Peking beginnen acht reguliere spoorlijnen: Peking -Shanhai (Jinghu), Peking – Guangzhou (Jingguang), Peking – Kowloon (Jingjiu), Peking - Harbin (Jingha), Peking - Baotou (Jingbao), Peking - Qinhuangdao (Jingqin), Peking – Chengde (Jingcheng) en Peking – Yuanping (Jingyuan). Daarnaast heeft Peking driehogesnelheidslijnen: dehogesnelheidslijn Peking-Shanghai, in dienst sinds 2011, dehogesnelheidslijn Peking-Hongkong die commercieel uitgebaat wordt sinds 2012, en de Peking - Tianjin hogesnelheidlijn, die werd geopend in 2008.[5] De treinen op deze lijn waren bij de opening op 1 augustus 2008 met 350 km/uur de snelste ter wereld.
De belangrijkste stations van Peking zijn het Centraal Station, geopend in 1959, station Peking West, geopend in 1996, en station Peking Zuid, dat werd herbouwd in 2008 ten behoeve van de hogesnelheidslijn. Op 1 juli 2010 stopten er dagelijks resprectievelijk 173, 232 en 163 treinen. Ter vergelijking het station Peking Noord dat gebouwd is in 1909 en uitgebreid is in 2009 heeft per dag maar 22 treinen.
Kleinere stations in de stad zijn onder andere station Peking Oost en station Qinghuayuan en handelen voornamelijk het woon-werkverkeer af. Station Fengtai is gesloten voor renovatie. De buitenwijken en omliggende gebieden van Peking hebben ruim 40 stations.[6]
Het Plein van de Hemelse Vrede is kilometer 0 voor alle wegen in China. Rond de stad zijn9 autosnelwegen en 11 autowegen aangelegd. Op dit moment wordt er gestudeerd of gebouwd aan nog eens 6 autosnelwegen. Binnen de agglomeratie Peking liggen 5 ringwegen (ze zijn echter eerder vierkant dan rond aangelegd).
Een van de grootste problemen van Peking zijn de permanente files. In 2012 telde de stad al vier miljoen personenauto's. In het stadscentrum staat in de spits het verkeer vaak muurvast. Zelfs buiten de spits blijven veel wegen druk met verkeer. De ringwegen en Chang'an Jie zijn hierom berucht.
Luchthaven Peking Capital is het belangrijkste vliegveld van de stad
De internationale vliegvelden van Peking zijnluchthaven Peking Capital (PEK) en deDaxing International Airport (PKX). Peking Capital ligt ten noordoosten van het stadscentrum. Het vliegveld wordt met de stad verbonden door onder andere de Airport Expressway (tolweg). Een rit met de taxi of auto duurt vanaf het stadscentrum 40-60 minuten, afhankelijk van de drukte in het centrum. In voorbereiding op de Olympische Zomerspelen van 2008 werd een extra autosnelweg en eenlightrailsysteem aangelegd. Het nieuwste vliegveld, met de meeste uitbreidingsmogelijkheden, Daxing ,ligt zo'n 60 km ten zuiden van de stad.
Andere vliegvelden in Peking zijn onder andere Liangxiang Airport, Xijiao Airport, Shahe Airport en Badaling Airport.Nanyuan Airport sloot als burgerluchtvaartvliegveld bij de opening van Daxing in 2019, maar is nog een vliegbasis. Capital en Daxing zijn de enige twee openbare vliegvelden, de andere zijn bedoeld voor militair gebruik ter verdediging van de hoofdstad.
Een ander probleem dat de verkeersopstoppingen veroorzaakt, is dat het autoverkeer sneller groeit dan hetopenbaar vervoer. Er wordt wel fors geïnvesteerd in uitbreiding van het metronet met een jaarlijkse groei van tientallen stations. In deze metropool zijn in 2025 29 metrolijnen en er zijn verlengingen en nieuwe lijnen in aanbouw om het grote aantal mensen te kunnen verwerken en een groot aantal (ca. 600) (trolley)buslijnen.[7]
Het openbaar vervoer wordt dus sterk uitgebreid. Demetro van Peking bestaat in 2025 uit negenentwintig lijnen. Voor de Olympische Spelen van 2008 werden meerdere bijkomende metrolijnen gebouwd naar het Olympisch Park (waar hetNationaal Stadion van Peking staat).Taxi's zijn goed vertegenwoordigd aangezien het voor buitenlanders onverstandig is om hier in een auto rond te rijden. Maar buitenlanders kunnen wel fietsen. Er zijn hiervoor zelfs speciale fietsroutes ontwikkeld. De huurprijzen kunnen sterk variëren. In eenhutong kan al een fiets worden gehuurd voor ¥20 (of 20Renminbi). Dit is ongeveer 3 euro voor een hele dag.
Tarieven in de (trolley)bus is ¥1 voor de stad, en iets meer voor daarbuiten. Metrokaartjes kosten voor alle lijnen ¥3 voor een enkele reis, verder kan je voor alle lijnen en bus voor ¥20 een IC-kaart kopen.
Taxiprijzen beginnen met een starttarief van 10 yuan en na een bepaalde afstand wordt de prijs verhoogd met 1,20, 1,60, 2,00 of 2,50 yuan per kilometer, de toeslag per extra kilometer staat aangegeven op een sticker die zichtbaar geplakt is. Sommige taxi's accepteren ook de Yikatong-kaart.
Peking organiseerde deOlympische Spelen van 2008 in onder meer hetNationale Stadion (het Vogelnest), wat leidde tot een golf van nationale trots in heel China. Het Nationale Stadion werd in 2015 gebruikt voor de organisatie van hetWK atletiek. Op 31 juli 2015 werden deOlympische Winterspelen van 2022 toegewezen aan Peking. Peking was hiermee de eerste stad die zowel de Zomerspelen als de Winterspelen toegewezen heeft gekregen.