Eenautocratie (Grieks,αὐτοκρατία:αὐτός zelf -κρατείν heersen) is eenregeringsvorm, waarbij ongelimiteerdepolitieke macht wordt uitgeoefend door één persoon.
Eenkeizer bijvoorbeeld, die zijn macht ontleent aan het erven van deze titel, wordt pas alsautocraat (in plaats van alsvorst) betiteld, wanneer zijn macht groter wordt danhistorisch ofwettelijk gerechtvaardigd is. Ook eendictatuur, waarin één leider het voor het zeggen heeft, is een autocratische regeringsvorm, zij het dat 'dictatuur' een iets zwaardere term is.
Eenaristocratie ofoligarchie lijkt enigszins op een autocratie, maar daar wordt de macht door meerdere mensen uitgeoefend, zij het een gering aantal.
In een autocratie is sprake van systematische onderdrukking ofrepressie van tegenstanders van de dictator en vanandersdenkenden, bijvoorbeeld door zegevangen te nemen of zelfs tevermoorden. Een dergelijke dictatuur wordt daarnaast geassocieerd met misstanden, zoalszelfverrijking door de dictator. Omdat er geen controle op de dictator bestaat is de mogelijkheid vanmachtsmisbruik volop aanwezig.
Autocratie staat tegenoverdemocratie, waarin machthebbers worden gecontroleerd door eenvolksvertegenwoordiging.
In naam 'democratische instellingen' kunnen in werkelijkheid niet onafhankelijk zijn of, zoals inIran ofMyanmar, in macht overschaduwd worden door niet-gekozen instellingen.
Ook in functionerende democratieën geldt dat ministeries vaak over meer personeel en expertise beschikken dan een parlement. Er bestaan tussenvormen tussen een daadwerkelijke democratie en een absolute dictatuur.
Soms, zoals bijAdolf Hitler innazi-Duitsland enVladimir Poetin inRusland, kan een dictator op democratische wijze aan de macht gekomen zijn. Eenmaal aan de macht schakelden zij de democratischeinstituties geleidelijk uit.
Enkele voorbeelden van 21e eeuwse autocraten zijnViktor Orbán inHongarije,Nayib Bukele inEl Salvador,Narendra Modi inIndia,Recep Tayyip Erdoğan inTurkije enNicolás Maduro inVenezuela.[1]
Bronnen, noten en/of referenties