Arteria testicularis | ||||
---|---|---|---|---|
arterie | ||||
![]() | ||||
Deaorta abdominalis met vertakkingen. | ||||
Gegevens | ||||
Oorsprong | aorta abdominalis | |||
Naslagwerken | ||||
Gray's Anatomy | p.611tekstfoto | |||
|
Dearteria testicularis[1] is de slagader naar dezaadbal. Er zijn twee slagaders, een voor elke zijde. Het zijn twee dunne bloedvaten die vrij lang zijn. De oorsprong bevindt zich in deaorta abdominalis, net onder denierslagaders.
De arteriae testiculares lopen schuin naar beneden toe, achter het buikvlies (peritoneum) langs. Ze verlopen over demusculus psoas major. Beide arteriën kruisen schuin over deurineleiders (ureter) en het onderste deel van dearteria iliaca externa om vervolgens de opening van het lieskanaal, deanulus inguinalis profundus, te bereiken. De arterie loopt door dezaadstreng en komt aan de andere kant van het lieskanaal, deanulus inguinalis superficialis, uit in het scrotum. Hier wordt het verloop kronkelend en ontstaan er vertakkingen.
Twee à drie vertakkingen voorzien dezaadleider, deductus deferens en debijbal, deepididymis. Deze takken vormen verbindingen met vertakkingen van dearteria ductus deferentis. Deze twee arteriën verzorgen dus samen de bloedvoorziening van deze structuren.
Andere vertakkingen lopen dwars door detunica albuginea, een laag van het kapsel van de testikel, en voorzien de zaadbal van bloed.
Meestal zorgen één of twee vertakkingen ook voor de bloedvoorziening van de ureter. In het lieskanaal zijn er ook één à twee vertakkingen naar demusculus cremaster.