Deariditeitsindex ofdroogte-index is eenindex die aangeeft hoedroog (aride) hetklimaat op een bepaalde plek is. Door de jaren heen zijn er verschillende droogte-indices bedacht.
Wanneer de neerslag verspreid valt over hetjaar, dan ligt de grens tussen het droge klimaat (steppeklimaat) en de niet-droge klimaten (A,C enD) op een lijn die overeenkomt met de volgende formule:
De grens tussen het woestijnklimaat en steppeklimaat ligt op de lijn:
Wanneer de neerslag vooral in dezomer valt, dan ligt de grens tussen het droge klimaat en de niet-droge klimaten op de lijn:
De grens tussen het woestijnklimaat en steppeklimaat ligt hier dan op de lijn:
Wanneer de neerslag vooral in dewinter valt, dan ligt de grens tussen het droge klimaat en de niet-droge klimaten op de lijn:
De grens tussen het woestijnklimaat en steppeklimaat ligt hier dan op de lijn:
Voorbeeld:
Wanneer de gemiddelde jaartemperatuur 25 °C is en de gemiddelde jaarlijkse neerslagsom, die verspreid valt over het hele jaar, 50 cm; dan is (=50) lager dan (2*(25+7)=64of 25+7=32 en 32*2=64). Dit is dus een droog klimaat. Omdat (=50) hoger is dan (25+7=32) spreken we van eensteppeklimaat.
Uitzonderingen:
Wanneer een klimaat aan de definitie van eenpoolklimaat (E) voldoet, dan is het geen B-klimaat. Samen worden het B- en E-klimaat weleens dedroge klimaten genoemd, ook al is dit in de Klimaatclassificatie van Köppen niet gebruikelijk.
Deze index geeft de verhouding weer tussen de gemiddelde neerslag die er per jaar valt en de potentiële evapotranspiratie, die een verdampingsmaat is.De uitkomst van de formule is altijd lager dan 1 voor droge gebieden, omdat er in die gebieden altijd meer vocht verdampt dan er neerslaat (in wat voor vorm dan ook).