Amandus Sint-Amand | ||||
---|---|---|---|---|
bisschop van Maastricht | ||||
![]() | ||||
Amandus en de slang (14e-eeuwse illuminatie) | ||||
Geboren | ca.600 (594?) te Herbauge (bijNantes) | |||
Gestorven | 675,679 of684 teSaint-Amand-les-Eaux | |||
Verering | Katholieke Kerk | |||
Naamdag | 6 februari (voorheen26 oktober)[1] | |||
Attributen | draak, ketenen, tralies | |||
Lijst van christelijke heiligen | ||||
|
Amandus van Maastricht, soms aangeduid alsAmandus van Nantes,Amandus van Gent ofAmandus van Elnone, bijnaam binnen de kerkApostel der Franken (omgevingNantes, ca.600 –Saint-Amand-les-Eaux, ca.680) was een zevende-eeuwsemissiebisschop en stichter vankloosters en kerken inBelgië, Noord-Frankrijk enBaskenland. Hij was enkele jarenbisschop van Maastricht en wordt vereerd alskatholiekheilige.
Amandus geldt als de best gedocumenteerde rooms-katholieke ambtenaar uit de zevende eeuw, niet alleen door zijn bijna eigentijdse levensbeschrijving, maar ook door andere contemporaine teksten. Volgens de Belgischejezuïet en kerkhistoricus Édouard de Moreau,[2] die met zijn in 1927 verschenenSaint Amand. Apôtre de la Belgique et du nord de la France het standaardwerk over Amandus schreef, zijn er over geen andere Belgische heilige uit demerovingische tijd zoveel historische bronnen beschikbaar. Deze voor de vroege middeleeuwen uitzonderlijke bronnenrijkdom is vooral te danken aan de nauwgezette, eeuwenlang volgehouden archiefvorming van de door Amandus gestichteSint-Amandsabdij in Saint-Amand-les-Eaux.[3]
Volgens de vroeg acht-eeuwseVita Sancti Amandi (veel later vertaald in hetMiddelnederlands alsLeven van Sint-Amandus) werd Amandus in Neder-Poitou in eenadellijke familie geboren. Zoals vaker voorkwam bij zonen die geen erfopvolger waren, werd hij op ongeveer twintigjarige leeftijd monnik op het eilandYeu, voor de kust van deVendée. Van daaruit ging hij naarBourges, waar hij onder leiding van de bisschop, de heiligeSint-Austragesilis, in eenkluizenarij nabij deKathedraal van Bourges enige jaren op water en brood in eenzaamheid zou hebben geleefd, studerend.
Na een bedevaart naarRome werd hij in 628 in Frankrijk tot missiebisschop gewijd. Deze functie hield in dat men, ook door middel van geweld, mensen aanzette of dwong zich aan de Rooms-Ktholieke Kerk te onderwerpen. Onder de hoede van koningChlotharius II begon hij eerst de bewoners vanGent te kerstenen, waarna hij zijn werkzaamheden uitbreidde over heel Vlaanderen. Aanvankelijk boekte hij weinig succes. Hij leed ontberingen en werd vervolgd zonder dat hij iets bereikte. Hij missioneerde inVlaanderen langs de oevers van deSchelde. Daar stichtte hij een aantal kerken en kloosters, die later zouden uitgroeien tot deSint-Pietersabdij en deSint-Baafsabdij in Gent. Allowin, beter bekend alsSint-Bavo, trad toe tot het klooster, dat later zou uitgroeien tot abdij en naar hem zou worden genoemd.
Amandus stichtte ook het klooster van de Abdij van Elno (Latijn/Frans:Elnone ofElnon; oorspronkelijk de naam van het beekjeElnon bij het klooster). De abdij werd later deSint-Amandsabdij, inSaint-Amand-les-Eaux. Dit stadje in het noorden van Frankrijk is eveneens naar hem genoemd.
Amandus uitte kritiek op de leefwijze van de Franse koningDagobert I en werd om die reden van zijn grondgebieden verbannen. Dagobert vroeg hem nadien terug te komen en de opvoeding van de kroonprins op zich te nemen, maar Amandus weigerde. In 647 werd hij door koningSigibert III benoemd tot bisschop vanMaastricht, maar al na enkele jaren vroeg hij aanPaus Martinus I om van deze plicht ontslagen te worden, vanwege de tegenwerking van de lokaleclerus.[4]
In deze periode stichtte hij ook diverse kloosters en kerken, met hulp van deMerovingische adel, waarmee hij nauwe banden onderhield. Amandus was de persoonlijke raadsman van de later eveneens heilig verklaarde Itta ofIda van Nijvel, afkomstig uit hoge bestuurlijke kringen, echtgenote van dehofmeierPepijn van Landen en moeder van twee dochters die ook heilig werden verklaard.Begga, de oudste dochter van Ida, stichtte de abdij vanAndenne. Ida stichtte ook zelf een aantal kloosters, waaronder deabdij van Nijvel, waar haar dochterGertrudis van Nijvel abdis werd.
Aan het eind van zijn levenmissioneerde Amandus inBaskenland en/ofGascogne, waar hij aan het begin van zijn carrière vruchteloze pogingen had ondernomen de bewoners te bekeren. Deze tweede onderwerpingsexpeditie werd uitgevoerd nadat ondersteuning was gezocht en verkregen bij Frankische heersers, die er met militaire bijstand voor zorgden dat het 'missioneringswerk' hand in hand ging met de gewelddadige onderwerping van de bewoners van Baskenland aan het Frankische gezag.[5] In de regel voerde zulke vormen van samenwerking tussen kerk en wereldlijke macht tot een gezamenlijke onderwerping van de bevolking in het betreffende gebied en een kruislingse legitimatie van het gezag van de ander.
Amandus bracht zijn laatste jaren door in het door hemzelf gestichte klooster van Saint-Amand-les-Eaux, waar hij ook stierf.
Volgens de Nederlandse kerkhistoricusRégis de la Haye had Amandus binnen de toenmalige Gallische kerk een grote impact. Hij was niet eenvoudigweg missionaris maar een goed opgeleide hoge kerkelijk functionaris uit een adellijke familie met veel contacten die vele streken in West-Europa doorkruiste en in opdracht van het centrale gezag diverse kerken en abdijen stichtte. Hij was enige tijdbisschop van Maastricht, kende meer dan dertig bisschoppen van Gallië persoonlijk en had contact met diverse koningen, en kreeg vanpaus Martinus I een belangrijke opdracht. Zijn naam en werk werd na zijn dood levend gehouden, zowel door rooms-katholieke geschiedschrijving als in deliturgie, tot in streken waar hij zelf waarschijnlijk nooit geweest is (Scandinavië en Polen).[6]
DeVita Sancti Amandi is een tekst uit het begin van de achtste eeuw, die in het verleden werd toegeschreven aan de monnik Baudemundus (of Baudemond), een leerling van Amandus en opvolger vanFlorbertus als abt van de Sint-Pietersabdij.[noot 1] Deze tekst werd uitgebreid door Philippe, abt vanAumône (in het departementLoir-et-Cher). Er bestaan een aantal afschriften van de eerste levensbeschrijving van Amandus, onder andere het oudste handschrift 224 (f° 1-65) uit het midden van de negende eeuw in deUniversiteitsbibliotheek Gent en de handschriften 502 (tweede helft van de 11e eeuw), 501 (Vie et miracles de St.-Amand) en 500 (beide tweede helft 12e eeuw) in de bibliotheek teValenciennes. Handschrift 501 bevat bijzondere miniaturen, onder andere met Amandus en de vermeende schrijver Baudemond.
Deuniversiteitsbibliotheek van Gent bewaart een afschrift van een Middelnederlandse vertaling van de vita uit de 15e eeuw, hetLeven van Sint-Amandus (hs 542, f° 1-236).[7] Het is geschreven doorGillis De Wevel, die het strofisch gedicht van 12467 verzen afwerkte. In 1842 werd het in druk uitgegeven door Ph. Blommaert.
Behalve de vroege datering en de coherente inhoud van deVita Prima (eerste biografie), vormen ook een brief vanpaus Martinus I uit ca. 649 en het overgeleverde testament van Amandus een basis voor de authenticiteit van deVita Sancti Amandi. Wat niet betekent dat ook de er in beschreven feiten werkelijk (zo) hebben plaatsgevonden.
In 1976 werd in een bibliotheek in Innsbruck een fragment van een tekst ontdekt, dat oppaleografische gronden te dateren is in de achtste eeuw, waarschijnlijk in het begin van die eeuw, en zou daarmee ouder kunnen zijn dan deVita Prima.[noot 2] De in Innsbruck ontdekte tekst werdVita Antiqua gedoopt en heeft mogelijk gediend als bron voor deVita Prima.[noot 3] Diverse wetenswaardigheden over het leven van Amandus in deVita Antiqua ontbreken in deVita Prima, zoals zijn geboorte in de streek Herbauge, zijn verblijf in Tours vóór zijn verblijf in Bourges, de terugkeer uit Rome met Bijbels en handschriften, en de oversteek naar Engeland om de Saksen aan de leer van de kerk te onderwerpen.[9]
Amandus' feestdag werd vroeger in het bisdom Luik gevierd op26 oktober, tegenwoordig overal op6 februari.[1] In alle katholieke kerken van hetbisdom Gent staat zijn feestdag op deheiligenkalender. Hij ispatroonheilige van heelVlaanderen, maar ook van plaatsen alsBeernem,Denderleeuw,Hooglede,Roeselare,Wingene enSint-Amands. Amandus is ook de schutspatroon voor wijnhandelaren,bierbrouwers,apothekers,herbergiers enkruideniers. Amandus wordt aangeroepen tegenreuma,verlamming,jicht,koorts,stuipen,huidaandoeningen,epilepsie en dierziekten.
Amandus wordt vaak afgebeeld met eendraak, die de heidense rituelen voorstelt die Amandus bestreed. De draak ligt aan zijn voeten en bijt soms in zijn staf. Soms maakt hij een gevangene los uit zijn ketenen. Hij heeft alsattribuut dus ook wel ketenen of tralies. Af en toe kronkelt er om zijn staf een slang, die hij volgens deVita Sancti Amandi als jonge monnik verjaagd heeft met behulp van een kruisteken.
Relikwieën van Amandus worden bewaard in vele kerken en schatkamers, onder andere in deSint-Amanduskerk teWezeren (Vlaams-Brabant), in deSint-Elooiskerk inKortrijk, en in de Sint-Petrus-en-Pauluskerk inOberammergau. Het beroemdste reliekschrijn, een vroeg-13e-eeuws werkstuk van edelsmeedkunst afkomstig uit deSint-Amandsabdij, bevindt zich tegenwoordig in hetWalters Art Museum inBaltimore.
In Vlaanderen, Noord-Frankrijk, Duitsland, Baskenland en ook elders in Europa is een groot aantal kerken en kapellen aan de heilige Amandus gewijd. In de Kortrijkse wijkOverleie is het centrale plein naar deze heilige genoemd, hetSint-Amandsplein. In dezelfde wijk bevindt zich hetSint-Amandscollege (1833-2013), tot 1796 Sint-Amandsproosdij. In het centrum vanBrugge herinnert deSint-Amandsstraat aan de in 1817 afgebroken Sint-Amandskapel.
Voorganger: Joannes Agnus | Bisschop van Maastricht ±647 - 650 | Opvolger: Remaclus |