Aartsengelen Michaël en Gabriël op eenicoon uit de 12e eeuw
Eenaartsengel (Grieks:Αρχάγγελος,Archángelos, "opperboodschapper") is eenengel die een bijzondere plaats inneemt. Aartsengelen komen voor in hetjodendom, hetchristendom en deislam. De voornaamste aartsengelen zijnMichaël,Gabriël,Rafaël enUriël. De meeste namen van aartsengelen eindigen opel, een verwijzing naar (de naam van) God.
Tijdens en na deBabylonische ballingschap ontwikkelde hetjudaïsme zich steeds meer naarmonotheïsme. Hiermee werd de afstand tussenJHWH en de individuele mens steeds groter en ontstond de behoefte de krachten die zij in het leven ondervonden op een andere wijze te personifiëren. Onder invloed van deBabylonische en vooralPerzische geloofssystemen ontwikkelde zich een uitgebreideangelologie, waarbij een steeds verder uitgewerkt systeem van hemelse functionarissen God assisteerden en klaarstonden om Zijn bevelen op te volgen. Langzamerhand ontwikkelde deze hemelse regering zich naar het patroon van een aardse regering, namelijk het indrukwekkende en goed georganiseerde Perzische hof.[1] Uit de boeken die niet werden toegelaten tot decanonieke van de Hebreeuwse Bijbel blijkt dat de joden kennelijk geloofden in het bestaan van zeven aartsengelen (zie verderop). Deze zijn waarschijnlijk afgeleid van de Perzische zevenamsjaspands ofamesja spentas, de zeven goddelijke wezens die tot het gevolg van de hoogste godAhoera Mazda behoorden[2] of de Babylonischeighigs ofigigi, de zeven planetengeesten.[3]
DeKoran kent een aantal bijzondereengelen, die veelal als boodschapper fungeren. Sommige daarvan komen ook in de Bijbel voor. Ook in deislam worden engelen gezien als geschapen wezens en worden ze niet vereerd of aanbeden, omdat alleen God vereerd of aanbeden mag worden.
InDaniël 12:1 wordt gezegd dat Michaël "de kinderen van [Daniëls] volk" (vaak geïnterpreteerd als deIsraëlieten) in "die tijd" (deeindtijd) terzijde staat. InOpenbaring 12:7-9 wordt gezegd: "Michaël en zijn engelen bonden de strijd aan met dedraak". Dit wordt vaak zo geïnterpreteerd dat hij de leider is van de goddelijke legertroepen die strijd voeren metSatan. Hij wordt vaak afgebeeld met een zwaard in de hand. In Judas 9 wordt Michaël een aartsengel genoemd en wordt gezegd dat hij met deduivel twistte over het lichaam vanMozes.
Binnen hetjudaïsme wordt op basis van een lezing vanDeuteronomium 32:8[4] soms aangenomen dat elk van de 70 inGenesis genoemde volken eenbeschermengel toegewezen kreeg, die de belangen van het toegewezen volk diende te verdedigen. Michaël zou de beschermengel van Israël zijn en daarmee buitengewoon belangrijk en machtig (zie bijvoorbeeldJubileeën 15:32). Deze gedachte komt ook terug in Daniël 10:13 waar een engel tegenDaniël zegt: "Maar de vorst van het Perzische koninkrijk heeft mij eenentwintig dagen tegengehouden voordat Michaël, een van de voornaamste vorsten, mij te hulp schoot". De 'vorst van het Perzische koninkrijk' wordt geïnterpreteerd als de beschermengel van Perzië aan en wordt in macht en kracht overschaduwd door Michaël.[1]
In deislam is hij bekend als Mikal of Mika'il, hij staat bekend als de gever van regen en voedsel.[5] Samen met Djibriel was hij een van de eerste engelen die Gods bevel gehoorzaamden zich neer te werpen voor Adam. Hij zou zo geschrokken zijn bij het zien van de schepping van de hel dat hij daarna nooit meer lachte.[6]
In de Hebreeuwse Bijbel wordt Gabriël genoemd in Daniël 8:16 en 9:16, waar hij "iemand die eruit zag als een man" wordt genoemd en de opdracht kreeg Daniël zijn visioenen over de eindtijd uit te leggen. Om dit te doen, vloog "de man" Gabriël snel naar Daniël toe.
Hij is in de islam bekend als Djibriel, door wiens stem God zich aanMohammed zou hebben geopenbaard. Djibriel begeleidde de profeet op zijn reis naar de hemel. Djibriel (of in de Turkse spelling: Cebrail) is de boodschapper tussen God en de profeten. Deze engel wordt in de islam als de belangrijkste van de Engelen beschouwd.
InTobit 12:15 stelt Rafaël zich als volgt voor: "Ik ben Rafaël, een van de zeven engelen die in de nabijheid van de troon van de Heer verkeren". Vanwege zijn rol in dit boek is Rafaël debeschermheilige van de reizigers en staat hij ook als de genezer bekend. Voor protestanten is dit eenapocrief boek.
In de islam staat deze engel bekend onder de naam Israfil (alternatieve spellingen:Israfiel,Israfel). Volgens het islamitisch geloof zal deze engel op deDag des oordeels twee keer op zijnbazuin blazen. Een eerste keer om het sterven aan te kondigen en een tweede keer om de wederopstanding aan te kondigen.
Volgens de joodse traditie regeert Uriël over de wereld van de gestorvenen. Hij wordt in een aantalapocriefe boeken genoemd:1 Henoch en4 Ezra. Verder ook in oude joodse Bijbelcommentaren (midrasj) en inkabbalistische geschriften. Zijn rol is vergelijkbaar met die van Israfil in de islam.
In deoosterse orthodoxie is Uriël de aartsengel die de mens aanspoort tot gebed en geldt hij als "verhelderaar van verduisterde geesten" (c.q. mensen wier verstand verduisterd is).
Samaël wordt voorgesteld als vorst van dedemonen (Deuteronomium Rabbah 9:9, vergelijk Matteüs 9:34), een beschuldiger (satan), verleider en verwoester en wordt beschouwd als zowel goed als slecht. In sommige werken wordt hij gelijkgesteld aanLucifer (zie hierna), deduivel voor zijn val.Rabbijnse literatuur beschrijft Samaël als debeschermengel vanEsau enEdom (Jalkut Shimoni I.110) en de belangrijkste tegenstander van Michaël.
Volgens sommigen isSatan de gevallen aartsengelLucifer, die tezamen met een derde van de engelen (degevallen engelen) in opstand kwam tegen God maar verloor. Volgens het christendom verleidde Satan de eerste mensen totzonde en wordt hij ook de vijand van God genoemd. In de Koran heet Satan (Arabisch: Sjeitan)Iblis en werd hij vanwege zijn eigen arrogantie vervloekt en verworpen, omdat hij niet wilde buigen voor Adam.[7] In de Koran staat niets over een opstand.
In de apocriefe boeken van deHebreeuwse Bijbel komen de volgende vermeldingen van aartsengelen voor:[1]
In hetBoek van Henoch worden in totaal zeven aartsengelen genoemd: 1. Uriël, 2. Rafaël, 3. Raguël, 4. Michaël, 5. Sariël, 6. Gabriël en 7. Jerameël. Iedere aartsengel heeft een specifieke taak. Uriël heeft bijvoorbeeld het opzicht overSheol, Gabriël het opzicht over hetParadijs, deserafijnen encherubijnen, Jerameël coördineert deopstanding, Michaël houdt toezicht op Israël, et cetera.
In hetTestament van Abraham worden twee aartsengelen genoemd die assisteren bij het oordelen van de zielen: Dokiël en Puriël.
DeOpenbaring van Abraham noemt de aartsengel Jehoël als middelaar van Gods onuitsprekelijke naam.
In hetTestament van Salomo wordt beschreven hoe koningSalomo verschillendedemonen ontmoet en aan elk van hen hun naam vraagt en welke engel machtiger is dan de demon zelf. Asmodeüs antwoordt dat hij wordt dwarsgezeten door de aartsengel Rafaël.
In hetTestament van de twaalf patriarchen zietLevi in eenvisioen zeven mannen in witte kleding, de zeven aartsengelen, die hem stuk voor stuk wijden en hem tooien met de tekenen van zijnpriesterschap, terwijl Michaël, "de engel die optreedt voor het volk van Israël" de hemelpoorten voor hem opent, waar hij de heilige tempel en de Allerhoogste op een glorierijke troon ziet.
In sommige overleveringen in hetjudaïsme komt de engelAzraël voor. Soms wordt gedacht dat hij een van de engelen is die de doden in dehel zou straffen. Hoewel sommige bronnen speculeren over een verband tussen Azraël en de menselijke priesterEzra, wordt hij meestal afgebeeld als een aartsengel, waarvan de geschiedenis ver teruggaat. In de joodse mystiek wordt hij gezien als de belichaming van hetkwaad, niet per se kwaad of specifiek het kwaad zelf. Hij zal de laatste zijn die sterft. In een groot boek schrijft hij de namen van de pasgeborenen en wist hij de namen van de doden.
Pseudo-Dionysius noemtJofiël een van de "Zeven aartsengelen".[8] Jofiël is een zeldzaam voorbeeld van een vrouwelijke (aarts)engel. InLeven van Adam en Eva wordt zij Dina genoemd. Jofiël woont in de zevende hemel.[9]
Philo noemde alle engelenlogos (woord) en gebruikte de term aartsengel één keer, maar niet alssubstantief. In zijn werkWie is de erfgenaam? vergeleek hij onder andere de wolk die tussen de Egyptenaren en deIsraëlieten kwam te staan (Exodus 14:19) met de middelende functie van een specifieke engel, die hij beschreef als "aartsengelachtige en oudstelogos (woord)."[10] Er is geen consensus over de relatie van Philo's ideeën met deLogos (Woord) inJohannes 1.[11]
De doodsengel, ook wel bekend alsAzraël. Heeft na Gods bekendmaking aan Azraël over de dood van een mens veertig dagen de tijd om diens ziel op te halen.
De twee engelenNakir en Munkar bezoeken de doden in hun graf, vragen naar de geloofsbelijdenis en straffen bij het uitblijven van een goed antwoord. Zij worden niet als aartsengelen geteld.
Op de synode van Mainz in 813 werd een officiële lijst van feestdagen van deRooms-Katholieke Kerk aangenomen. Dit is de oudste bron waarin 29 september vermeld wordt als een feestdag voor de aartsengel Michaël.[12] Op deze synode riep Karel de Grote de aartsengel Michaël uit tot de beschermheilige van hetKarolingische rijk.[13]
Volgens de huidige katholieke heiligenkalender is 29 september de feestdag van de aartsengelen Michaël, Gabriël en Rafaël.[14]
In de nu niet meer bestaandeKatholiek Apostolische Kerk was 'aartsengel' de benaming voor een ambt dat ongeveer vergelijkbaar was met dat vanaartsbisschop in de Rooms-Katholieke Kerk.
In deantroposofie vanRudolf Steiner spelen aartsengelen een grote rol als onderdeel van de derde hiërarchie (Angeloi, Archangeloi, Archai). Zij leiden, inspireren en behoeden de mens, ook in het verloop van het jaar. Gabriël is de kerstengel, Rafaël de paasengel, Uriël de engel die vooral rond Sint-Jan actief is (midzomer), en Michaël werkt vooral aan het begin van de herfsttijd, rond 29 september.
↑(en)Seven (zie met name voetnoot 1 op blz. 336) op opensiuc.lib.siu.edu
↑Vergelijk de vertaling in deWillibrordvertaling: "Toen de Allerhoogste bezit toewees aan de volken en Hij de mensen ieder hun deel gaf, heeft Hij de grenzen van de volken bepaald naar het getal vanGods zonen" met die in deNieuwe Bijbelvertaling: "Toen de Allerhoogste land toewees aan elk volk en de mensen ieder hun deel gaf, bepaalde hij de grenzen voor alle volken naar het aantalnazaten van Israël" en de bijbehorende voetnoten opdie pagina
↑Zie bijvoorbeeld Kittel,Theological dictionary of the New Testament, blz. 507 en 513, 514.
↑(de) Joseph Aschbach,Allgemeines Kirchen-Lexikon, deel 47, Mainz, 1850, blz. 238
↑(en) Lothart Wendel,An essay on the history of German civilisation: its European and universal meaning, Birla Institute of Technology and Science, 1968, blz. 22