Plaats inNederland![]() | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Provincie | Gelderland![]() | ||
Gemeente | Aalten![]() | ||
Coördinaten | 51° 56′ NB, 6° 35′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 82,7[1] km² | ||
- land | 82,25[1] km² | ||
- water | 0,45[1] km² | ||
Inwoners (2023-01-01) | 17.485[1] (211 inw./km²) | ||
Woningvoorraad | 7.650 woningen[1] | ||
Overig | |||
Postcode | 7120-7123 | ||
Netnummer | 0543 | ||
Woonplaatscode | 1193 | ||
Belangrijke verkeersaders | ![]() ![]() | ||
|
Aalten (uitspraakⓘ) is eenesdorp[2] en de grootste plaats van degelijknamige gemeente in het oosten van deNederlandse provincieGelderland. Op 1 januari 2023 telde het dorp Aalten, dat tegen deDuitse grens ligt, in totaal 17.485 inwoners.
Aalten ligt in het oostelijke deel vanNederland in de provincieGelderland in deAchterhoek, ongeveer in het midden van de noord-zuidlijnLichtenvoorde –Bocholt (D) en in het midden van de west-oostlijnVarsseveld –Winterswijk.
Op deAalter Es moet in de6e eeuw al eennederzetting hebben gelegen, getuige de vondsten van eengrafveld uit deze tijd aan de Damstraat. De oorsprong van het dorp Aalten ligt ergens in de tweede helft van de8e eeuw, toenKarel de Grote deSaksische stammen in de regio onderwierp. Uit deze tijd stammen dearcheologische opgravingen die zijn verricht op de Hoven, waar grondsporen van huizen zijn aangetroffen. De onderzochte woning had duidelijk geen functie alsboerderij, waaruit geconcludeerd wordt dat Aalten in deze tijd al een dorp was waar handwerkslieden woonden.[3] Iedere gemeenschap in de veroverde gebieden moest een 'hoofdhof' leveren voor de stichting van eenkerk. Waarschijnlijk is toen de eerste kerk van Aalten gesticht op gronden die behoorden bij de voormaligeAhof, nu beter bekend als De Pol. Deparochie Aladon of Alethnin, die toen tot stand is gekomen en voor het eerst vermeld werd in 1152, omvatte aanvankelijk ookBredevoort enDinxperlo. In de 10e en 12e eeuw maakte de parochie Aalten deel uit van hetGraafschap Lohn. Tijdens deTachtigjarige Oorlog heeft het dorp veel te lijden gehad van de belegeringen van onder andereBredevoort enGroenlo door langstrekkende legers, die ook wel hun kamp opsloegen in het dorp. Bestuurlijk viel Aalten tot deFranse tijd onder deHeerlijkheid Bredevoort en werd in1811 een zelfstandige gemeente. Een woonhuis aan de markt werd in gebruik genomen alsgemeentehuis van Aalten dat nog altijd in gebruik is. In de19e eeuw vertrokken veel emigranten uit Aalten naar deVerenigde Staten. De emigratiegolf begon rond 1844. Onder de eerste groep landverhuizers bevonden zich veelAfgescheidenen die om geloofsredenen vertrokken onder invloed van predikanten zoalsAnthony Brummelkamp enAlbertus Christiaan van Raalte. Onder invloed van mislukkende oogsten vertrokken ook veel anderen om economische redenen.
Eind 19e eeuw en begin 20e eeuw kende Aalten net als andere plaatsen in deAchterhoek een bloeiendetextielindustrie. Daarbij zijn de textielfabrieken vanHeinrich en zijn neven Anton en Joseph Driessen van grote betekenis geweest voor de Aaltense bevolking.[4] Naast de enorme groei aan werkgelegenheid voor velen heeft de textielfamilie Driessen ook sociaal en cultureel erg veel voor Aalten betekend. Zo ijverde de familie voor betere verbindingen, ondersteunde ze het Aaltense verenigingsleven en de katholieke kerk. Het bedrijf bood allerlei cursussen aan haar werknemers, waarmee zij zich verder konden ontwikkelen. Aan het einde van1969 kwam een einde aan de textielindustrie met de sluiting van het bedrijf aan de Hofstraat.[5]
Halverwege de 19e eeuw ontwikkelde zich in Aalten de – in Nederland unieke – hoornindustrie.[6] Vijf hoorndraaiers begonnen vanaf 1855 in Aalten: Bernard Vaags, Gerrit Peters, Abraham ten Dam, Willem te Gussinklo en Wessel Becking. Van buffelhoorn uit Azië en Zuid-Amerika werden lange pijpenstelen, kammen, knopen, seinfluitjes, naaldenkokers en messenheften gemaakt. Uitgegroeid tot vier industriële bedrijven heeft deze industrie aan vele honderden inwoners werk verschaft. De intrede vankunststof enmassaproductie luidde het einde in van deze industrie. Met de sluiting vanN.V. Dutch Button Works (DBW) in 1976 kwam een definitief einde aan 120 jaar hoornindustrie in Aalten.
Op 1 oktober 1940 dropten Engelse vliegtuigen drie bommen in Aalten, de schade bleef beperkt tot glasschade. De Duitse bezetter legde deAaltensche Courant in 1941 een verschijningsverbod op. In de nacht van 8 op 9 maart 1942 viel het eerste slachtoffer van een luchtaanval, Geertrui van Triet, eenRotterdams meisje dat te Aalten voor haar gezondheid bij een familie logeerde. Op 29 augustus werd de gemeenteraad ontbonden. Op 23 februari 1943 werden de klokken uit de kerktorens gehaald, ook braken in dat jaar stakingen uit op de gasfabriek, de gemeentewerken, bijDriessen Textiel, bijATF en bijDutch Button Works.[7] In deze tijd nam het aantal onderduikers toe. Aalten herbergde tijdens deTweede Wereldoorlog de meeste joodse en niet-joodse onderduikers van Nederland – op een bepaald moment 2.500 op een inwoneraantal van 13.400.[8] In Aalten werden 500 Scheveningse evacués gehuisvest. Op zondag 28 januari 1945 raakte de rooms-katholieke kerk aan de Dijkstraat in brand door een geallieerd bombardement. De pastorie had een voltreffer gekregen waarbij drie aanwezigen sneuvelden. Het dienstmeisje kwam lichamelijk ongedeerd onder het puin vandaan. Ze was enkel in shock. Op 24 maart trof een zwaar bombardement Aalten. Daarbij vielen achttien doden, en een onbekend aantal gewonden.
Op Goede Vrijdag 30 maart werd Aalten bevrijd door eenheden van de Britse Grenadier en Irish Guards. In direct gevecht met de vijand op 29 en 30 maart kwamen negen militairen van de King's Company, 1st. Battalion Grenadier Guards om het leven. Omstreeks middernacht sneuvelden nog eens twee soldaten van de Irish Guards doordat hun voertuig op een mijn reed. De volgende dag, 31 maart 1945 kwamen twee genisten van de Royal Engineers om tijdens het ruimen van mijnen. Meteen na de bevrijding verscheen deAaltensche Courant weer. Kort na de bevrijding op 4 april vonden drie jongens, de achtjarige Wim Schenk, zijn zesjarig broertje Henk en de vijfjarige Wim Wisselink in een droge sloot aan de Bocholtsestraatweg een projectiel. Zij besloten het projectiel te testen en gooiden het tegen de muur van het huis. De drie kinderen vonden de dood.[3]
Aalten wordt vanwege zijn verscheidenheid aan kerkelijke gemeenschappen en zijn ligging op zeven heuvels wel het ‘Jeruzalem’ van het oosten of van de Achterhoek genoemd.[9]
De markt en omgeving zijn sinds 1966beschermd dorpsgezicht geworden. Hier zijn ook deAaltense Musea te vinden, die onder dit beschermde dorpsgezicht vallen. Zie ookRijksbeschermd gezicht Aalten.
Zie ook:
Aan de oostkant van Aalten liggen de natuurgebiedenLoohuisbos enLandgoed Walfort die deel uitmaken van hetNationaal Landschap Winterswijk.
Het bedrijfsleven bestaat zowel uit zware industrie als uit dienstverlenende instellingen. Het bedrijventerrein van het dorp Aalten concentreert zich in het zuidwesten van de gemeente, dicht bij de grensovergang van Bocholt. De bruto oppervlakte van de bedrijventerreinen is ongeveer 152 hectare, netto 128 hectare. Er zijn woon- en werkkavels door de gemeente ontwikkeld voor lichte bedrijvigheid. Sinds 2007 staat in Aalten het crematorium "GUV Berkenhove".
In 1885 werdstation Aalten gebouwd aan despoorlijn Winterswijk – Zevenaar. De treindienstArnhem –Zevenaar –Doetinchem – Aalten –Winterswijk wordt sinds 1999 geëxploiteerd doorSyntus en sinds eind 2012 doorArriva. Van 1910-1953 had Aalten aansluiting op detramlijn Lichtenvoorde – Bocholt.
De gemeente Aalten heeft talloze verenigingen.[10] Hier volgen enkele verenigingen uit de plaats Aalten zelf: