Voor voorwaartse samentrekking in nevenschikkingen van hoofdzinnen geldt als bijkomende regel dat samentrekking van een zinsdeel dat achter de voor-pv staat, ook samentrekking vereist van die persoonsvorm. Vergelijk:
1Jankreeg gistereneen boek en Mieke (-) eergisteren (-).
2Jan kreeg gistereneen boek en Mieke kocht eergisteren (-).uitgesloten
In dit laatste geval kan wel achterwaartse samentrekking toegepast worden:
3Jan kréég gisteren (-) en Mieke kócht eergistereneen boek.
Zie voor een mogelijke uitzondering op deze regel onderii2.
Inii worden enkele mogelijkheden voor voorwaartse samentrekking besproken, naar gelang van de aard en het aantal van de weggelaten delen en de complicaties die zich daarbij eventueel kunnen voordoen.