Voorbeeldzoekerx
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags NederlandsClarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNarClarin login
  • Delpher
  • CelexClarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
21.1.2.2 Gekloofde zinnen
Verder lezen
1
Behalve de ordening van elementen volgens het links-rechts-principe kan de taalgebruiker nog andere middelen aanwenden om aan te geven dat een of ander element voor hem informatief van groot belang is. Hij kan een beroep doen op bijzondere constructies. Hieronder behandelen we twee zulke mogelijkheden: gekloofde zinnen en pseudo-gekloofde zinnen.
2
Nemen we zin1 als uitgangspunt en vergelijken we die met2a t.e.m.2d:
1Dirk heeft gisteren aan Francine een fles jenever gegeven.
2aHet waseen fles jenéver die Dirk gisteren aan Francine gegeven heeft.
bHet wasDírk die gisteren aan Francine een fles jenever gegeven heeft.
cHet wasaan Francíne dat Dirk gisteren een fles jenever gegeven heeft.
dHet wasgísteren dat Dirk aan Francine een fles jenever gegeven heeft.
Bij een neutrale (dat wil zeggen niet-contrastieve) accentuering wordt in1een fles jenever (geven) als informatieve kern van de mededeling voorgesteld. Een andere mogelijkheid om min of meer (dus niet helemaal) hetzelfde weer te geven is een constructie zoals2a. Op deze wijze kan nu ook het informatieve belang van elk ander zinsdeel op de voorgrond geplaatst worden (zie2b en volgende).
Dergelijke constructies beginnen steeds met een gedeelte waarin het (voorlopig) onderwerphet voorkomt, samen met een vorm vanzijn (al dan niet in combinatie met andere werkwoorden) en het zinsdeel dat de informatieve kern van de zin uitmaakt. Het tweede gedeelte bestaat uit een (beperkende) relatieve bijzin of een niet-relatievedat-zin (zie hierover verder [20·2·2·2/ii]). De informatie in de bijzin wordt meestal als een bekend gegeven voorgesteld.
Deze constructies wordengekloofde zinnen genoemd. Ze komen vooral in de geschreven taal voor. Als deze zinnen gesproken worden, krijgen de elementen die als informatief belangrijk voorgesteld worden een zinsaccent. In de voorbeelden2a -2d zijn ze gecursiveerd. Aan zin2b kan bijvoorbeeld in een contrastieve context toegevoegd worden:... en niet Tóm.
Andere voorbeelden van gekloofde zinnen zijn:
3Het zijnde prográmma' s die het 'm dóen.
4Het isJán die voor de deur staat.
5(Nee, ) het wasvorige wéék dat we in Antwerpen waren.
6Het moethaar bróer geweest zijn die je verraden heeft.
7Was hetje váder die het je verboden heeft?
In het Nederlands wordt over het algemeen maar in beperkte mate gebruik gemaakt van zulke gekloofde zinnen. In de gesproken taal maakt men bij voorkeur gebruik van de mogelijkheid om met een nadruks- of contrastaccent in zinnen als1 de informatieve kern aan te geven, bijv.:
8aDírk heeft gisteren aan Francine een fles jenever gegeven.
bDirk heeft gisterenaan Francíne een fles jenever gegeven.
In zulke zinnen wordt de strikte links-rechts-ordening zoals besproken in [21·1·2·1] niet toegepast.
Als een persoonlijk voornaamwoord als informatief belangrijkste element moet fungeren, zijn gekloofde zinnen met de woordvolgorde als hierboven niet mogelijk. Uitgesloten zijn bijv.:
9Het ben/isík die de ruit gebroken heeft.uitgesloten
Wel mogelijk is echter een constructie met de volgorde:
10Ik ben het die de ruit gebroken heeft.
Deze volgorde kan natuurlijk ook voorkomen in gevallen als2a en volgende, bijv.:
11aDírk was het die gisteren aan Francine een fles jenever gegeven heeft.
3
Een ander soort constructies waarmee het informatief belangrijkste element aangegeven kan worden, zijn de zogenaamdepseudo-gekloofde zinnen. Dit zijn samengestelde zinnen met als eerste zinsdeel een betrekkelijke bijzin met ingesloten antecedentwie/wat. Het zinsdeel dat de informatieve kern is, staat na een vorm van het werkwoordzijn. Enkele voorbeelden zijn:
12Wat Dirk gisteren aan Francine gegeven heeft, waseen fles jenever.
13Wat ze wilde eten, waseen appel.
14Wat de dieven gestolen hadden, waseen grammatica.
15Wat in de soep viel, waseen vlieg.
16Wie de menigte wel toejuichte, wasvice-premier Teng.
17Wat hij niet wist, washoe ze het te weten gekomen waren.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
      Taaladvies
        Dagenta
          Taalportaal
            Versiegeschiedenis
            versieredacteur(en)datumopmerkingen
            2.1januari 2019Automatische conversie van ANS 2.0
            2.0W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn1997
            Interessante links