Voorbeeldzoekerx
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags NederlandsClarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNarClarin login
  • Delpher
  • CelexClarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
20.10.3.2.i Het tijdstip of de periode zelf worden aangeduid (situerend)
Verder lezen
Om deze tijdsbepaling uit te drukken worden de volgende taalelementen gebruikt.
  1. Bijwoorden, bijv.:nu,thans,vandaag,heden,net,pas,toen,destijds,gisteren,eergisteren,vroeger,eertijds,dadelijk,onmiddellijk,terstond,straks,dan,morgen,overmorgen,ooit,altijd,immer,nooit,nimmer,wanneer?. Voorbeelden:
    1Morgen ben ik de hele dag thuis.
    2Wanneer ben je daar geweest?
    3We gaandadelijk beginnen.
  2. Naamwoordelijke constituenten met substantivische kern;
    Voorbeelden:
    4Verleden jaar zijn we naar Spanje geweest.
    5Zou je(de) komende dinsdag vroege dienst willen doen?
    6Gawoensdag maar!
    7De laatste dag van de maand worden we uitbetaald.
    Soms kan zo'n naamwoordelijke constituent deel uitmaken van eenvoorzetselconstituent, bijv. bij de laatste twee voorbeelden:
    8Gaop woensdag maar!
    9Op de laatste dag van de maand worden we uitbetaald.
  3. Voorzetselconstituenten;
    De voornaamste voorzetsels die hier voorkomen, zijn:
    aandoor (...heen)gedurendeinmetomonderoptijdens
    Voor het voorzetselte, dat in beperkt gebruik is, zie [9.3.2]. Voorbeelden:
    10Om zes uur was Hendrik nog niet thuis.
    11Ik wasop dat ogenblik volkomen uitgeput.
    12Op eerste kerstdag lag er een meter sneeuw.
    13De vijandelijkheden begonnenin mei 1940.
    14Tijdens het college mag er niet gerookt worden.
    15Tante Coba ismet Pinksteren van de trap gevallen.
    16Ze zijn onsdoor de eeuwen heen trouw gebleven.
    17Karel isaan het eind van de oorlog gestorven.
  4. Bijzinnen van tijd (temporele bijzinnen);
    Ze worden ingeleid door de voegwoorden:
    alsnuterwijltoenwanneer
    ofzodra. Voor de behandeling hiervan wordt verwezen naar [10.3.3.3]. Enkele voorbeelden:
    18Als ik na lang zoeken thuis kom, blijkt hij er al te zijn.
    19Terwijl we weg waren, is er ingebroken.
    20Toen ik thuis kwam, ging ik meteen naar bed.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
      Taaladvies
        Dagenta
          Taalportaal
            Versiegeschiedenis
            versieredacteur(en)datumopmerkingen
            2.1januari 2019Automatische conversie van ANS 2.0
            2.0W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn1997
            Interessante links