Voorbeeldzoekerx
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags NederlandsClarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNarClarin login
  • Delpher
  • CelexClarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
18.5.7.3.iii Eindgroepen met drie werkwoorden
Verder lezen
1
In groepen bestaande uit een vorm van een hulpwerkwoord van modaliteit +hebben, zijn ofworden (al dan niet mette) + een deelwoord, kan het deelwoord op drie plaatsen staan: aan het begin van de eindgroep, helemaal achteraan of tussen de beide hulpwerkwoorden in; zie respectievelijk de (a) -, (b) - en (c) -varianten van de volgende voorbeeldzinnen:
1aZe denken dat hij nietsgezien kan hebben.
bZe denken dat hij niets kan hebbengezien.
cZe denken dat hij niets kangezien hebben.
2aZou je niet opnieuw tot voorzittergekozen willen worden?
bZou je niet opnieuw tot voorzitter willen wordengekozen?
cZou je niet opnieuw tot voorzitter willengekozen worden?
3aZe was er erg verbaasd over dat niemand haargeloofd bleek te hebben.
bZe was er erg verbaasd over dat niemand haar bleek te hebbengeloofd.
cZe was er erg verbaasd over dat niemand haar bleekgeloofd te hebben.
Hoewel alle drie de volgordevarianten in de standaardtaal voorkomen, is de mate waarin ze gebruikt worden niet in alle delen van het taalgebied en niet in alle vormen van taalgebruik dezelfde.
Vooropplaatsing van het deelwoord (zoals in de (a) -zinnen) is de meest gangbare volgorde in gesproken taal in Nederland. Achteropplaatsing (zoals in de (b) -zinnen) komt vooral in geschreven taal voor, het meest in journalistiek taalgebruik (vergelijkii1). Tussenplaatsing van het deelwoord komt in Nederland weinig voor.
In België is tussenplaatsing (zoals in de (c) -zinnen) in de praktijk juist de gebruikelijkste volgorde, al wordt voor de standaardtaal vaak de voorkeur gegeven aan een andere volgorde. Net als in Nederland bestaat er een tendens om (vooral) in geschreven taal het deelwoord achterop te plaatsen.
4aIk vroeg mij af wanneer hem dat danvertéld zou zijn.
bIk vroeg mij af wanneer hem dat dan zou zijnvertéld.
5aFrans hoopte dat het bericht al aan hendóórgebeld zou zijn.
bFrans hoopte dat het bericht al aan hen zou zijndóórgebeld.
Achteropplaatsing van het deelwoord wordt eerder gebruikt als het deelwoord een scheidbaar werkwoord is (zoals in5b), dan wanneer dat niet het geval is (bijv.4b).
2
Als de drieledige eindgroep twee deelwoorden bevat (vergelijkii3), dan zijn de volgende volgordes mogelijk:
6aDe commandant deelde mee dat zijn troepen een andere sectortoegewezen gekregen hadden.
bDe commandant deelde mee dat zijn troepen een andere sector haddentoegewezen gekregen.
cDe commandant deelde mee dat zijn troepen een andere sectortoegewezen haddengekregen.
7aHet mag een wonder heten dat we voor die overstrominggespaard gebleven zijn.
bHet mag een wonder heten dat we voor die overstroming zijngespaard gebleven.
cHet mag een wonder heten dat we voor die overstrominggespaard zijngebleven.
Het zelfstandig werkwoord (in6toegewezen en in7gespaard) gaat verplicht aan het andere deelwoord vooraf. De deelwoorden kunnen samen vóór of achter het hulpwerkwoord van tijd staan, dan wel uiteengeplaatst worden zoals in6c en7c. Het is voorshands niet duidelijk welke volgorde de voorkeur heeft.
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Vergelijkbaar met het zojuist genoemde type zijn gevallen als:
iaMen gaat ervan uit dat deze nieuw ontdekte nederzetting, die waarschijnlijk maar enkele tientallen jarenbewoond geweest is, is gesticht door een Frankische stam.
bMen gaat ervan uit dat deze nieuw ontdekte nederzetting, die waarschijnlijk maar enkele tientallen jaren isbewoond geweest, is gesticht door een Frankische stam.
cMen gaat ervan uit dat deze nieuw ontdekte nederzetting, die waarschijnlijk maar enkele tientallen jarenbewoond isgeweest, is gesticht door een Frankische stam.
Het betreft hier echter geen werkwoordelijke maar naamwoordelijke gezegdes. Er bestaat een voorkeur voor uiteenplaatsing van de beide 'deelwoorden' (zoalsic). Achteropplaatsing (zoals inib) is het minst gebruikelijk.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
      Taaladvies
        Dagenta
          Taalportaal
            Versiegeschiedenis
            versieredacteur(en)datumopmerkingen
            2.1januari 2019Automatische conversie van ANS 2.0
            2.0W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn1997
            Interessante links